Translate

maandag 16 juni 2008

In Memoriam: Aad

Er is een leeftijdsverschil tussen mij, de jongste van het gezin, en mijn zussen. Toen mijn zussen richting twintig gingen, was ik nog geen tien jaar oud. Om die reden kende ik vele oppassers. Dat waren vriendjes die oppassen ongetwijfeld zagen als een goede gelegenheid om de zus in kwestie nader te leren kennen. Het ging er volgens mij altijd behoorlijk netjes aan toe. Vriendjes van mijn zussen kwamen in mijn jeugd in vele soorten en maten langs.

Maar één van hen bleek als snel een blijvertje. En dat was Aad.
Ik herinner mij hem als een gespierde spijker. Een jongen met flinke biceps en een Westlands accent, zoon van 'De Tomatenkoning'. Een aardige, goedlachse jongeman die een lief vriendje voor mijn zus Ineke, een leuke oppas voor mij en een onderhoudende vismaat voor mijn vader bleek te zijn. Mij pa was blij met Aad als schoonzoon. De afmetingen van de vissen die Aad ving, waren altijd dubieus. Ook bij het aantal moest je grote vraagtekens zetten. Hij was degene die dan het hardst van iedereen  om zijn eigen grappen kon lachen.

Ik heb 'sweet memories' aan de uitjes met Aad en Ineke. Aad had een brommer die voldoende ruimte bood om hem, mijn zus en mij er tussenin te vervoeren. Een van de vaste zomeruitjes was naar het strand van Monster of Ter Heijden. Aad groef dan altijd een diepe kuil -met zulke handen was dat een peulenschil- waar wij dan met ons drietjes in konden liggen. Spannend vond ik dat! In de middag, als de meegebrachte boterhammen op waren, kwam het volgende ritueel: het broodje knakworst met extra mosterd dat in de kuil met veel smaak werd verorberd.

Een andere uitstapje dat ik mij goed herinner was naar Scheveningen waar op de Pier een soort Flintstones Park was nagebouwd. Er liepen een grote Fred- en een grote Barney-pop rond waarmee je op de foto kon. Je kon zelfs een ritje maken in de Flintstones-benenwagen. De foto zie je hiernaast. Ook de terugreis was memorabel: ik most overgeven bij de Melkfabriek van Menken in Wassenaar en Aad hield mijn hand vast.

Aad en Ien trouwden op tamelijk jonge leeftijd en betrokken een huis in Poeldijk waar ik als jonkie vaak logeerde. Het was altijd gezellig. Er was liefde in het huis en dat voelde je. Ik werkte mee in de moestuin, we deden spelletjes, ik stoeide met Aad en 's avonds zaten we samen op de bank, voor de buis. Het was niks bijzonders maar toch was het bijzonder. En ik bleef komen om te logeren, ook nadat Dennis was geboren. Zelf was ik een jonge puber maar wat voelde ik mij een trotse tante.

Aad was een ware kunstenaar met zijn handen: wat hij zag, kon hij maken. Hij was daarin een perfectionist. Je hoort het vaker over professionele doe-het-zelvers: ook thuis moest er flink worden geklust. Het interieur van hun huis werd dan ook regelmatig naar de laatste inzichten verbouwd; weleens tot wanhoop van mijn zus Ineke. Een van de verhalen die in onze familie de ronde doet, is dat het tweepersoonsmatras van hen jarenlang op Heinekenkratjes steunde. Aad was te druk om voor zichzelf een onderstel te maken... maar toen ik als studentje op kamers ging, was hij degene die mijn meubeltjes maakte: slimme constructies die een kleine kamer ruim maakten.

Met de liefde en aandacht die Aad en Ineke aan hun zoon gaven, kon het niet anders zijn dan dat Dennis ook zelf een leuke vent zou worden. De geschiedenis herhaalt zich: zoonlief is nu net zo liefdevol met zijn zoon Cas, als Aad was met Dennis. Opa werd gelukkig van het kleine mannetje en Cas hield van opa Aad. Hij putte moed uit zijn kleinkind maar kon ook voortgaan door de toegewijde zorg van zijn zussen Ria en El. Ria was op woensdag zijn zwemmaatje en El was steun en toeverlaat op andere dagen. En bij al die zorgen en verzorging was mijn zus Ineke er altijd.
Ik heb groot respect voor haar.

Aad streed vier jaar lang moedig tegen zijn ziekte maar het ziekbed van het afgelopen jaar viel hem heel zwaar. Ondanks alles vond hij afleiding in geknutsel aan zijn modelboot. Die is nu af, ook zelf mag hij nu uitvaren. Het zal voor ons niet meevallen zonder hem verder te gaan maar Aadje, ik zal je kracht, positivisme, goedheid en vriendelijkheid nooit vergeten.

Dit verhaal met goede herinneringen las ik tijdens zijn afscheidsdienst voor. Er was veel belangstelling en er werden heel mooie woorden gesproken. Aad werd 59 jaar.