Translate

donderdag 14 juli 2011

Last call

We zijn weer terug op het Spaanse honk en dat voelt goed. Eergisteravond kwamen we thuis, aten een broodje, namen een verfrissende douche en doken om 23:00 uur met een slaappil het bed in om de ochtend erna fris op te staan. Bali lijkt thans ver weg... Maandagmiddag jongstleden genoten we nog van Elsa’s soto ayam. Dat snelle 'afstand nemen' is en blijft een vreemde ervaring, na een prettig verblijf van bijna 6 maanden.

Het was een redelijk voorspoedige reis al was de transitervaring op Changi Airport (Singapore) er een om heel snel te vergeten. We vertrokken met een half uur vertraging vanuit Denpasar omdat immigratiemedewerkers enkele personen het land uitzetten. De piloot meldde dat hij zou proberen die tijd tijdens de vlucht in te halen. Er stond echter een stevige tegenwind op het eerste deel van het traject. We landden met dezelfde vertraging als waarmee we vertrokken. Het vliegtuig deed er bovendien eindeloos over om naar de parkeerplaats te laveren. Ook het uitstappen duurde lang. De tijd tikte door... Na enige tijd vroeg de purser of de transitreizigers naar Londen en Barcelona naar voren wilden komen. Vanaf rij 63 wurmde ik mij langs vele medepassagiers, met mijn liefje in mijn kielzog.

Toen het vliegtuig aan de slurf vastzat, rende ik er als een van de eersten uit. We moesten met de zweeftrein van terminal 2 naar terminal 3 reizen, waar gate A5 zich bevond. Terminal 2 beslaat 358.000m2, terminal 3 nog meer: 380.000m2 dus ik begreep dat het weleens een fikse tippel zou kunnen zijn. Ik loop altijd voorop dus ook deze keer. Aan het einde van de gang naar de terminal wachtte ik op mijn liefje. Dat duurde lang. “Was ze mij ongemerkt voorbijgegaan? Onmogelijk! Waar bleef ze dan in hemelsnaam?!” Ik liep door en terug maar ze was in geen velden of wegen te zien. Na vele kostbare minuten kwam ze eraan, met een verhit hoofd. Ze had op mij gewacht aan het einde van de slurf. Zij was via de business class het vliegtuig uitgestapt en wist niet of ik dat ook had gedaan. “Maar ik ben toch altijd voorop, loop toch altijd sneller dan jij?!”

Na wederzijds gekibbel pakte ik onze handbagage weer op en liep stevig door, af en toe omkijkend of ze wel in mijn slipstream bleef. In de verte hoorde ik de gevreesde zin ‘Last call for passengers from flight SQxx to London’ uit de speaker. Toen dacht ik even: “dat gaan we niet redden” maar aan mij zou dat niet liggen.
Een verwijzing naar de monorail doemde op. Eenmaal op het perron aangekomen, zag ik dat de skytrein over 3 minuten werd verwacht. Ik stond voor de glazen deur te popelen met enkele Spanjaarden naast mij. Ik zou echter niet instappen zonder mijn liefje. Dat is een gouden regel die we vele jaren geleden -noodgedwongen- onderling maakten: als je elkaar kwijtraakt, ga dan niet van de verdieping af waar je elkaar voor het laatst zag. Het pand verlaten, is geheel uit den boze!

Toen de zweeftrein binnenreed, sloeg mijn liefje de hoek om. Wij wurmden ons erin en reden bomvol weg, enkele Spanjaarden op het perron achterlatend. Erg snel ging dat overigens niet. Eenmaal in terminal 3 zag ik dat de A-pier op 20 minuten loopafstand lag. Dergelijke info zie je tegenwoordig vaak op uitgestrekte vliegvelden. Ik weet niet of zo’n aanwijzing postief of negatief werkt. Ik weet wel dat ik dacht: “zou dat zijn afgestemd op een Singaporese looppas?” Dan zou ik als vliegende Hollandse namelijk nog tijd kunnen winnen. Ik besloot te gaan rennen. Als voorste had ik ook de beide paspoorten en instapkaarten op zak. Desnoods kon ik daarmee voor de vliegtuigdeur gaan liggen. Ik holde zigzaggend door de luxe terminal waar ik graag op mijn gemak had rondgekeken. Volgende keer beter.

Mijn mond raakte dermate droog dat mijn lippen niet meer over mijn voortanden gleden; ze bleven op de droge randen hangen. Met die opgetrokken lippen moet ik eruit hebben gezien als een gevaarlijke gek... (Maar wel een snelle!) Mensen stapten inderdaad opzij maar dat kon mij niet deren. Ik rende hijgend door, keek af en toe om en ving soms een glimp op van een hollend liefje. Kasian – dat gaat pijn doen! Wat een manier van overstappen.

Niet veel later zag ik vanuit mijn rechterooghoek een glazen hok met opschrift 'Lounge A1 t/m A8'. Ik liep naar de wand die direct besloeg en zag daarachter enkele gates. We waren op de goede plek. We moesten nog wel langs een veiligheidscontrole voordat we door konden. Nu mijn liefje nog! Ik liep naar buiten en zag haar in de verte aankomen. Ze rende rechtdoor terwijl ik mij rechts van haar bevond. Ik riep haar naam: geen reactie. Ik riep nogmaals, nu met handen om mijn mond, en toen keek ze op. “Het is hier!”
Ik liep de vissenkom weer in, haalde de computer alvast uit de rolkoffer, vroeg vriendelijk aan wachtende Aziaten in de rij of wij mochten voorgaan en dat was goed. Drie afschrikwekkende immigratiemedewerkers en de incheck-balie scheidden mij nu nog van de slurf. De dame van Singapore Airlines zei met een lach: “relax, you have made it”. We stapten over de drempel en de vliegtuigdeur klapte dicht. Joehoe! Dat schrijf ik nu. Toen had ik daarvoor eerlijk gezegd geen energie meer.
Mijn t-shirt kon je uitwringen, mijn haren zaten aan mijn schedel geplakt. Mijn lippen gleden inmiddels weer over mijn voortanden. Met een brede grijns zeeg ik in onze two seater neer.

En wat betreft mijn ontstekende linkeroor? De pijnstillers deden hun werk. Ik hoefde mij als frequent flyer niet onmogelijk te maken met gekerm of gekrijs, al landden we drie keer. We gingen in 2.5 uur met een Boeing 777-200 van Singapore Airlines naar Singapore, stapten daar vervolgens over op een Airbus 380 van dezelfde vliegmaatschappij om in 12 uur en 45 minuten naar Londen te reizen. Daar stapten we uit om -weliswaar 8 uren later maar wel zoals gepland- met een Airbus 321 van Monarch Airlines in 2.5 uur naar eindbestemming Alicante te vliegen. We kwamen op tijd aan in de nieuwe terminal N die in maart jongstleden opende en die mij sterk deed denken aan Changi... Adu! De reis had bijna 36 uur geduurd, tijd waarin we niet sliepen.

De overgang van Bali naar Spanje is qua weer niet groot: ook hier is het warm, zonnig en een beetje klam. 's Middags wakkert ook hier de wind aan. En ook hier werkt mijn linkergehoor nog niet. Daarentegen zijn de koffers leeg en de koelkast vol. Wonen aan de Costa Blanca kan weer aanvangen.


NAGEKOMEN BERICHT: Geloof het of niet maar ik vond een excuusbrief in mijn mailbox. Zeker niet van een 'onderdeur' van Singapore Airlines... Wat zeg je daarvan?! (En dank voor het medeleven.)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten