Translate

woensdag 28 maart 2012

19 dozen en 0 inpakpapier

We dachten dat we het risico dat samenhangt met een verhuizing van persoonlijke spullen vanuit Bali naar Spanje, zouden kunnen beperken door met een bedrijf onder Nederlands management in zee te gaan. Tja. In de wetenschap dat tijd in Bali 'jam karet' (rekbare tijd) is, legden we vroeg contact met een van de Nederlanders van het bedrijf. We wilden een en ander in de laatste week van ons verblijf alhier organiseren. De eerste dag na Nyepi zouden lokalen onze spullen komen inpakken en op transport zetten.

Ze kwamen uit het zuiden. Naar verluidt, zouden ze op maandag jongstleden tussen 11 en 12 uur ('s ochtends) in het Noorden aankomen. Om 11:30 uur kregen we een telefoontje van de Hollandse manager: ze kwamen niet. Ze hadden ons vergeten. “Ons vergeten?” “Ja, jullie stonden wel ingepland maar ze zijn niet afgereisd.” Het Cargo-team waarmee men samenwerkt, houdt kantoor in hetzelfde pand als het management van het verhuisbedrijf. Als manager met verantwoordelijkheidsgevoel zou ik maandagochtend vroeg even hebben gebeld of alles voor die dag in orde zou zijn. Goed, we waren kortstondig verbouwereerd maar zij zouden het de volgende dag, dinsdag, goedmaken. Ik zette de spullen die ik alvast op het terras van het gastenhuis had gezet, terug in de opslagruimte.

Het werd dinsdag en het ritueel van de dag ervoor werd herhaald: alle te transporteren spullen werden weer gegroepeerd en klaargezet. Het wachten was op het inpakteam. Om 12 uur ('s ochtends) belden we maar eens met onze contactpersoon. Er was nog niemand te zien. Hij zou met de verhuizers bellen om te horen waar ze zich bevonden en ons op de hoogte brengen. Trrrring-trrring. Mijn liefje nam op. “Ze zijn onderweg.” “Ja, dat kan ik mij voorstellen… maar waar zitten ze precies?” “Ze zijn vanmorgen om half 9 vanuit het Zuiden vertrokken.” “Om 8:30 uur?! Het zijn toch geen ambtenaren?!”

Dit moet even worden toegelicht: niets ten nadele van ambtenaren maar als je 's ochtends om half 9 vanuit het diepe zuiden van Bali (zuidelijker dan Denpasar) naar het Noorden vertrekt, kost het je vanwege alle drukte op de weg al minstens een uur om tot Denpasar te komen. Als je dan nog de berg overmoet, kun je onmogelijk tussen 11 uur en 12 uur in Buleleng aankomen.
Uiteindelijk kwam om half twee 's middags iets voorrijden. Het betrof een oude truck met bamboe-opbouw die vanwege de hoogte niet onder de poort door kon. Daar wij geen hoge verhuisspullen hadden, kon de opbouw worden verwijderd en reed de vrachtwagen alsnog de oprijlaan op. Ik keek naar het goggomobil. Het zou een geschikt vervoersmiddel zijn voor de aflevering van balen hooi of voor vervoer van koeien (heilige, dat wel) maar het gevaarte was toch niet geschikt voor het onbeschadigd transporteren van onze Gien-bordjes, de Kosta Boda-vaas, het kristallen glasservies, mijn grote schelpenspiegel, de vele sierschalen, de Jan Snoeck-vazen en de schilderijen?

Er kwamen twee mannen uit de truck: een gedrongen dikkerd uit Java en een slanke, pezige Balinees. Beiden sterk op hun manier. Niet veel handjes om het werk te doen, bedacht ik mij evenwel dus die klus zou even gaan duren. De truck werd behendig met de kont tot aan het bordes gemanoeuvreerd (over de slippers van mijn liefje heen) waardoor ik goed in de lege achterbak kon kijken. Ik zag een kleine stapel opgevouwen verhuisdozen en een rol dik karton op de kale vloer liggen. Adu… veel te weinig dozen en verkeerd inpakpapier! Alleen al de hoeveelheid te transporteren boeken zou dat aantal dozen vullen. En kunnen de glazen, de vazen en de schalen wel zonder schade in zulk dik karton worden ingepakt?! Had dan niemand onze eerder toegestuurde inventarislijst bestudeerd?!

We spraken onze bezorgdheid uit tegenover de mannen. Die vertelden ons dat ze geen opdracht hadden gekregen om ander inpakmateriaal mee te brengen. Sterker nog: de baas had hen verteld dat ze niets hoefden in te pakken, alleen maar op te halen.
Mijn mond viel open. Na al dat mailcontact met de contactpersoon. Mijn liefje zocht telefonisch contact met de Hollandse manager maar die nam niet op. Ze liet een bericht op zijn telefoon achter. Wij zochten vervolgens het telefoonnummer van zijn Nederlandse zakenpartner. Zij werd gebeld en de situatie werd toegelicht. “Ik ben erg, erg, erg teleurgesteld” zei mijn liefje. Zij is goed in dit soort situaties (al kunnen ze haar gestolen worden)… Teleurgesteld was wel het minst toepasselijke woord om de gemoedstoestand te beschrijven waarin ik mij bevond. Aan de andere kant van de lijn werd geantwoord dat dit niet hun gebruikelijke serviceniveau was en dat op ons de 'Wet van Murphy' van toepassing was: alles dat fout kan gaan, gaat ook fout. Hier sprak een ervaringsdeskundige, bedacht ik mij. Iemand die dit soort situaties vaker aan de hand heeft. En zich daarbij neerlegt.

Er zat niets anders op: de breekbare spullen moesten achterblijven, de mannen moesten terugkomen. We wachten nu -dag 3 van de verhuizing- op de geschikte inpakmaterialen. De Nederlandse contactpersoon heeft nog niets van zich laten horen. Een knap staaltje inburgering noem ik dat...



P.S. Het laatste deel van de verhuizing verliep vandaag goed. Er kwam een enorme hoeveelheid pakpapier, foam en bubble wrap mee in een keurig busje. Het glaswerk, keramiek en porcelein alsmede de andere breekbare spullen werden met toewijding en zorg ingepakt. Kami senang. De manager meldde zich echter nog steeds niet.


zaterdag 24 maart 2012

1934

Gisteren werd op Bali Nieuwjaar gevierd. Volgens de Hindoe-jaartelling brak het jaar 1934 daarmee aan. Als westerlinge ben ik opgelucht dat wij al in 2012 leven, dat die vermaledijde jaren 30 van de vorige eeuw ver achter ons liggen. Als dat niet zo zou zijn, dan zouden we immers op korte termijn nog heel wat ellende voor de kiezen krijgen, niet alleen in Europa maar ook in Azië. Annexaties, pogroms, Hitler en companen, concentratiekampen, Holocaust, hongerwinter(s), de aanleg van de Birmaspoorlijn, de zogenoemde 'Jappenkampen', politionele acties en ander ongekend mensenleed op wereldschaal. Dat is geen opbeurend vooruitzicht.

Nyepi is op Bali een dag waarop de autochtone bevolking van het eiland op de Dag van de Stilte, Nieuwjaarsdag, geen vinger mag verroeren. Men mag niet koken, niet op pad gaan, geen licht aandoen, geen muziek luisteren, geen sex hebben, niet werken en nog zo wat van die dagelijkse dingen. Diezelfde regels passen de Hindoe-autoriteiten toe op gasten van het eiland van de goden. Vliegtuigen landen op die dag niet op luchthaven Denpasar, keukenbrigades van hotels koken niet voor gasten, restaurants zijn gesloten.

Wij hebben momenteel zowel links als rechts van ons gasten in verhuurvilla’s. Wij maakten Nyepi eerder mee dus wij weten wat ons te doen staat en wat wij kunnen verwachten. Als er teveel licht brandt, komt de Nyepi-brigade van het dorp 's avonds over het strand naar de desbetreffende villa om te vertellen dat grote lampen moeten worden gedoofd. Dit jaar kregen wij geen bezoek, bij ons brandden slechts enkele waxinelichtjes. Die paar kaarsjes die binnen op tafel stonden, brachten overigens veel licht. Schaduwen dansten tot op het terras. Het leken net spoken. Bij beide buren brandden de terras- en tuinlampen dus die kregen bezoek van mannen met grote schijnwerpers. Na een minuut of 10 doofden alle lichten. En dan maar hopen dat zo’n villa kaarsen heeft... Je kunt toch moeilijk uren voor de open koelkastdeur gaan zitten. Adu!

Onze dames in de huishouding kookten eergisteren twee maaltijden voor ons; eentje voor diezelfde avond en een feestmaal voor de dag erna met gele rijst, rendang, nasi goreng, tempeh kering kacang en acar. We kunnen voor onszelf koken maar ze vinden het leuk om ons te plezieren. Zelfs opgewarmd, was het een heerlijke maaltijd.

Ook de internetverbinding bleek aan Nyepi te doen. Op een deel van het netwerk ontstond een electriciteitsstoring. Menselijk handelen of toeval? Hoe het ook zij, kennelijk was er iemand beschikbaar op de technische helpdesk. Na enkele uren werd de verbinding hersteld. Ook ander Balinees personeel ging aan het werk: de nachtwakers. Net als vorig jaar deed Made, die uit 'ons' gelovige Hindoedorp komt, de lamp in zijn schuurtje aan toen het begon te schemeren. Terwijl wij bij kaarslicht zaten, was zijn werkruimte helverlicht... Leg dat dan maar eens uit aan een geblindeerde Westerse vakantieganger!

Volgens Hollandse weerman Wim op Bali zou het regenseizoen na Nyepi ècht voorbij zijn. Gisteren kwamen nog enkele stortregens uit de lucht vallen. De goten en de balanstank van het zwembad liepen bijna over dus er moest -stiekem- worden ingegrepen. Ik zorgde ervoor dat mijn hoofd niet boven de machinekamer uitstak. Vanmorgen viel het eerste buitje. Ik houd mijn vingers gekruist. Vooral voor hem. Imagoschade is in Bali een onoverkomelijke kwestie, Pak Uim. (Naar verluidt, deed hij eenzelfde voorspelling voor februari...) Maar als hij gelijk krijgt, noem ik hem voortaan 'Het Orakel van Temukus'!

Het is Elsa’s verjaardag vandaag. We gaan haar feestje hier voor de derde keer met het personeel vieren. Ze moet -ook dit jaar- haar eigen taart bakken maar wij hangen de slingers. Het kadootje -namens iedereen- ligt klaar. We zeiden dat ze vanaf nu toch ècht haar leeftijd moet upgraden, ze kan niet altijd 24 jaar blijven?! Oude(re) Balinezen weten hun geboortedatum doorgaans niet. Dat geldt steeds minder voor de kinderen van nu. Elsa weet de geboortedatum van Yudha en Damai exact. Deze moderne Balinese viert hun verjaardagen zelfs.


dinsdag 20 maart 2012

Lente

Vandaag is de eerste lentedag op het noordelijk halfrond. Google informeerde mij hierover. Mijn liefje antwoordde dat het niet klopt; volgens haar zou dat pas morgen zijn?! Maar als Google het zegt... In Noord-Bali loopt het regenseizoen af. Het weer kalmeerde, de wind ging liggen, de zeewaterstand keerde naar 'normale' hoogte terug, er valt dagelijks nog wel een regenbui maar die is beperkt van duur en omvang.

De lente heeft over het algemeen een positief effect op de stemming van mensen. Dat zie je zelfs op het zuidelijk halfrond (al wordt het herfst, als zoiets hier bestaat!). Overal op het eiland vindt Melasti plaats: een zuiveringsritueel waarbij Hindoes in groten getale naar het strand gaan om zichzelf en hun heilige objecten te reinigen. Bij ons voor de deur gebeurde het vandaag ook. De zee is nog niet schoon maar dit is Bali... Gezang, gebed en de klanken van gongs vulden de lucht. Deze ceremonie vindt plaats enkele dagen voor Nyepi, het Balinese Nieuwjaar dat aanstaande vrijdag zal plaatsvinden. Ik haalde alvast een grote hoeveelheid waxinelichtjes met houders uit de voorraadkast tevoorschijn. Nyepi, Dag van de Stilte, moet in volledige stilte, actieloosheid, duisternis en contemplatie worden doorgebracht. Gelovige Hindoes dienen zich aan die regels te houden maar ook gasten van het eiland worden geacht zich hieraan te comformeren.

In tegenstelling tot voorgaande jaren, wordt dit jaar in Buleleng geen ogoh-ogoh gevierd. Er worden dus geen afschrikwekkende poppen van papier-maché vervaardigd en op de dag vóór Nieuwjaar door de straten gedragen. Dit afstel schijnt verband te houden met de verkiezing van de nieuwe Bupati die volgende maand plaatsvindt. Ik vroeg ons personeel naar de achterliggende reden van dit besluit. Verkiezing is politiek en emoties kunnen dan hoog oplaaien. Het ene dorp is aanhanger van kandidaat A, het andere van kandidaat B. In voorgaande verkiezingsjaren kwam het weleens tot schermutselingen. De autoriteiten doen er alles aan om rellen te voorkomen; ogoh-ogoh moest wijken. 

Jammer is dat wel; zeker voor de lokale jeugd die graag hun creativiteit toont en strijdt om de eer van mooiste poppenmaker. Men verwacht hier overigens dat Putu Agus Suradnyana (PDIP) op 22 april de verkiezing van de belangrijke functie van regent van Buleleng wint. Zijn sterke campagne wierp vruchten af: hij zou in polls 60% van de stemmen krijgen. Onlangs las ik in een lokale krant dat zijn politieke tegenstanders hem beschuldigen van polygamie... Politiek bedrijven is gooien met modder en spelen met vuur. Niet alleen bij de Republikeinen in Amerika!

Ook in 'Villa Kerang' zijn de lentekriebels voelbaar. Met Elsa en Ketut treffen we voorbereidingen voor de aanstaande verhuizing. Deze vergt concentratie: slechts een deel van de huisraad gaat op de boot naar Spanje, veel blijft. We kunnen ons geen fouten veroorloven. Stel je voor: blijven onze Jan Snoeck-vazen, Gien-borden en kado’s van vrienden en familie in Bali achter en worden de wok en de rijstkoker voor verscheping ingepakt. Na de verhuizing wordt het hier tijd voor de voorjaarsschoonmaak!

Tegelijkertijd wordt de villa in gereedheid gebracht voor -latere- verhuur. Afgelopen weekend deden we boodschappen in het zuiden. Zo kochten wij onder andere een kinderbedje en een kinderstoel. De stoel zette ik eigenhandig in elkaar. Het bedje was een gezamenlijk project, met muzelluf in de rol van supervisor. De dames moeten het in onze afwezigheid samen of alleen in elkaar kunnen zetten. Een enigszins technische handleiding volgen, bleek geen sinecure. Ik las de beschrijving voor en zij handelden ernaar. Easy-peasy, volgens Elsa. 't Is altijd lente in de ogen van de huishoudassistente!


vrijdag 16 maart 2012

Ataraxia

In de gehele Indonesische archipel is momenteel sprake van onstuimig weer. Wij ervaren hoog water op de Balizee en de zee buldert. Ik zeg dat eufemistisch: de golven heb ik nog nooit zó hoog gezien! Fascinerend is het. Ik sta regelmatig met mijn neus in de wind en flapperende broekspijpen op het strand. De kleur van het water lijkt momenteel op die van de Noordzee. De golfslag is thans goed genoeg om te surfen al komt het idee geen moment serieus in mij op.
Ons eigen terrein is veilig voor het wassende water: we hebben een breed strand voor de deur en de natuurlijke wal die daar ligt, houdt de golven tegen. Dat geldt niet voor elke villa aan de kust: het strand van buren ten westen van ons, liep in de afgelopen dagen onder.

Het zeewater stond enkeldiep tot aan hun zeewal, palmbomen die recent op het strand werden geplant, kwamen met hun wortels in het zoute water te staan. Bij enkele oosterburen sloegen hoge golven stuk op reeds verhoogde tuinmuren. Die beelden herinnerde mij aan woeste winterse dagen langs de Scheveningse boulevard. Kasian! Het weer zal -naar verluidt- opklaren na Nyepi, de Dag van de Stilte aan het einde van deze maand.

In combinatie met de noordwestenwind, die soms stormachtig is, is terrasleven tijdelijk onaangenaam. We hebben binnen echter een uitstekend alternatief: aan de grote tafel is het goed toeven. De dames in de huishouding zeemden afgelopen weekend alle ramen. Dat zou je niet zeggen; we hebben inmiddels te maken met een zoutaanslag die de ruiten in de sponingen in melkglas veranderden. Mijn liefje, die als kleuter last had van amblyopie, een zogenaamd ‘lui oog’, moest een tijdje een afgeplakt brilleglaasje dragen over dat oog. Daaraan moest ik vaak denken toen ik in de afgelopen dagen naar buiten keek. Of liever gezegd: wilde kijken. Het zicht was nogal 'blurred'. Zo moet dat er voor haar hebben uitgezien…
De houten vloer op de eerste verdieping voelt ‘s avonds onder mijn blote voeten aan als een groenezeepbaan. Schone, zilte lucht vult onze longen echter. We wisselen nu zilte zoenen uit. Elluk nadeel hep se voordeel.

Ik verveel mij echter geen moment. Zo zijn er klusjes te doen in voorbereiding op de aanstaande verhuizing van de persoonlijke spullen. Er zijn veel vlinders in de tuin en er zijn nieuwe boeken. Uit Nederland bracht ik een stapel literatuur mee. Momenteel lees ik het nieuwe boek van Irvin D. Yalom, getiteld ‘Het raadsel Spinoza’. Yalom is een beroemde psychiater van Amerikaans-joodse afkomst die theoretische werken publiceerde en tevens romans schrijft die stuk voor stuk bestsellers werden. Eerder schreef hij over Schopenhauer en Nietzsche.

Zijn recente roman is gebaseerd op het leven van de Nederlands-joodse filosoof Spinoza en dat van de nationaalsocialistische anti-christelijke politicus en antisemiet Rosenberg. Het verhaal speelt zich af in de Nederlandse republiek van de 17de eeuw en in nazi-Duitsland. Spinoza werd uit de joodse gemeenschap van Amsterdam verbannen vanwege ‘godslasterlijke handelingen’. De nazi’s roofden de bibliotheek van de joodse Spinoza leeg maar verbrandden zijn boeken niet. Dit ‘raadsel’ werkte Yalom uit in zijn roman. De beide romanpersonages zijn weliswaar tegenpolen maar er bestaan ook overkomsten. Rosenberg, die zichzelf graag als denker en 'huisfilosoof' van de NSDAP etaleert, is geobsedeerd door Spinoza en diens filosofische werk. Ik kan het boek niet wegleggen. Ook niet als ik het dan eindelijk-eindelijk terzijde heb geschoven…

boekenkast van Spinoza
Spinoza geloofde niet in het bovennatuurlijke maar wel in de logische wetten van de natuur. Hij was een pure rationalist, voor zijn tijd een radicale denker. Over Spinoza lezen in Bali, een land waar het (Hindoe)geloof allerbelangrijkst is, een land dat bolstaat van mythen en bijgeloof heeft iets tegenstrijdigs.
Spinoza werd op zijn beurt beïnvloed door de denkwijze van filosofen uit voorgaande eeuwen, zoals Epicurus. Vooral diens interessante begrip ‘ataraxia’ wordt uit de doeken gedaan. Het betreft een onverstoorbare staat die zich kenmerkt door vrijheid van zorgen en emotionele gelatenheid. Iets waarin gelovige Balinezen ook blijken uit te blinken. Religie is voor mij geen leidraad in het leven, ataraxia is dat wèl. Net als boeken en de natuur.



maandag 12 maart 2012

Verscheurde je foto’s...

Later deze maand gaan we in Bali een verhuizing organiseren. Voor de tweede keer. In juli 2009 zetten we (bijna) al onze persoonlijke spullen vanuit Spanje op de boot naar de Indonesische archipel. De Spaanse casa leek daarna op een ietwat kaal vakantiehuis waar het overigens goed toeven bleef. Eind maart gaan we veel persoonlijke spullen naar het tweede Vaderland terugverhuizen.

De zeecontainer zal op deze terugreis minder vol zijn. Zo gaan bijvoorbeeld alleen boeken van de grootste persoonlijke favorieten mee terug: Arnon Grunberg, A.F.Th., Conny Palmen, Ian McEwan, Sebastian Faulks, Gerard Reve, Marguerite Duras, Paul Theroux, Rascha Peper, David Leavitt, W.F. Hermans en nog zo wat namen. Als je mij dat een half jaar geleden had voorgesteld, had ik je voor gek verklaard (en waarschijnlijk beschimpt). Nu ben ik er klaar voor. Ik zette een grote stap, voor mijn gevoel. Vroeger waren boeken sacrale voorwerpen... Daarin schreef je niet met pen, je maakte geen ezelsoren, eenmaal gekocht deed je ze niet van de hand. Zo groeide en groeide de huisbibliotheek om nu te slinken.

Ik hoop evenwel nog tientallen jaren papieren boeken te kunnen kopen. Tegelijkertijd denk ik dat ik op termijn een goede e-reader ga aanschaffen. Dat is reuzehandig voor een reislustige Hollandse. Ik ben er laat mee maar ik wacht op iets dat meer kan (maar wellicht niet komt)... Mijn papieren naslagboeken over schelpen, zeeën, haaien, dolfijnen en walvissen gaan mee. Enkele reisboeken en kookboeken en de meeste kunstboeken staan ook in het 'verscheephoekje'. Ook de helft van de Holocaust-literatuur gaat mee terug. Net als twee exemplaren van mijn doctoraalscriptie algemene literatuurwetenschap die ik in de afgelopen dagen met veel plezier herlas (titel Ironie in kampliteratuur: sauve qui peut?”). Een diepgravend document over de functie van ironie in barre tijden, al zeg ik het zelluf. De hoogleraren die mij toen begeleidden, vroegen of ik bij hen op het onderwerp wilde promoveren. Ik zei “nee” omdat ik graag in het bedrijfsleven aan de slag ging. Van die beslissing kreeg ik nooit spijt. Ik bleef een gepassioneerd lezer.

Qua grote schoonmaak is niets zo goed als een aanstaande verhuizing! Het wordt de zoveelste, in mijn geval. Veel spulletjes, zoals niet-digitale camera’s, gebruikte computermuizen, oude opladers (telefoons en camera’s), koptelefoons, oude brillen, kleding, mappen, tassen, schoenen, cassettebandjes, ongebruikte videobanden, verpakkingsmaterialen, lege dozen werden onder onze personeelsleden verdeeld. Zij zullen de spullen zelf gaan gebruiken of verkopen. Ons is dat om het even. In Bali wordt werkelijk niets weggooid. Zo komen zelfs oude tijdschriften goed terecht: die gaan naar de dichtstbijzijnde toko of warung die het papier als inpakpapier voor etenswaren benut. Kleefrijst met Happinez, Opzij met nasi campur. Alles krijgt hier een nieuwe bestemming en dat is maar goed ook.

Dat betrof niet alle spullen. Al circa 30 jaar sleep ik een doos met brieven, kaarten en kunstzinnig gefreubel van voormalige vriendinnetjes met mij mee naar nieuwe woonoorden. Die wordt vervolgens diep in een kast geplaatst waaruit hij nooit tevoorschijn komt. Op 8 maart jongstleden, internationale vrouwendag, vond ik het toepasselijk een kritische blik op die doos te werpen. Ik las de vele brieven voor de laatste keer, bekeek de ettelijke foto’s voor de laatste maal, bezag de talrijke knutselwerken. Ik vond het  tijd mij van die documenten te ontdoen.
Ik verscheurde de foto’s, wilde de brieven verbranden maar dat is niet verantwoord vanwege de rieten kappen die op het terrein staan. Sommige brieven brachten een brede glimlach op mijn gezicht, andere lieten mij opnieuw tandenknarsen. Soms deed het daadwerkelijke verscheuren een beetje pijn.
In de afgelopen dagen dacht ik regelmatig aan de schrijfsters. Nu zou ik relationele kwesties anders aanpakken. Ik analyseerde mijn eigen gedrag van toen en de reacties daarop van vroegere liefdes maar conclusies houd ik voor muzelluf. In de afgelopen nachten sliep ik echter goed. Ik ga wéér lichter door het leven. De vele brieven, kaarten en knipsels die ik van Mijn Liefje kreeg, bleven behouden. Ze zitten in een doos die ik ooit van Nelly ontving en die mee naar Spanje gaat.

Deze week wordt in vele opzichten een drukke week. Aan het begin van de week komen geïnteresseerden  de villa bezichtigen, later in de week gaan we lokaal en elders shoppen om zaken die op transport gaan, alvast aan te vullen. We krijgen namelijk ook nog gasten in de villa. Er zijn in Buleleng vele positieve ontwikkelingen gaande: er verschenen in de afgelopen maanden trendy hotels, nieuwe restaurants en fraaie kwaliteitswinkels. En mensen die van het zuiden naar het het noorden willen verhuizen. Dit deel van Bali is hot!

woensdag 7 maart 2012

Twee lieve waterratjes

Deze week stond in het teken van de Balinese 'familiehereniging'. Op haar vrije dag bracht Elsa haar jongste zoon Damai Margita mee in haar draagdoek. Jawel, wij zijn vernoemd! Dat gesleep met een baby is voor een Balinese werkende moeder heel gewoon; voor de meesten van hen is het zelfs pure noodzaak. 's Ochtends wordt Damai bij de familie afgegeven en na het werk haalt Elsa hem weer op. 

Wat is hij een mooi mannetje! In eerste instantie was hij een beetje malu-malu (verlegen) maar na 10 minuten ontdooide hij en maakte hij goed oogcontact. Als eenjarige loopt hij inmiddels. We zetten hem middenop de tafel en lokten hem uit zijn schulp. Ik maakte de eerste foto en liet hem het resultaat zien. Dat smaakte wat Damai betreft naar meer. Ik maakte nog een foto en hij wees met zijn lange wijsvingertje (net als zijn broer!) naar de camera. Hij wilde het zien, de slimmerik. Ook mijn liefje had succes met haar aanpak. Zij zette een waterschaaltje met frangipani voor zijn neus. Ze bood hem een bloem aan en hij pakte die gretig. Vervolgens ging zijn hand in de waterkom, waar hij met opgetrokken mouwen lekker kliederde.

Daarna zetten we hem op de terrasvloer. Hij kroop naar de rand van het zwembad waar hij niet meer was weg te slaan. Eerst ging zijn hand in het water. Dat was niet genoeg; hij wilde meer. We zetten hem dus maar met de voetjes in het grote bad en daar kwam de eerste brede glimlach. Een prachtig gezicht. Zijn zes melktandjes blonken ons tegemoet. Hij blijkt net zo’n waterratje als zijn grote broer. 


We haalden Yudha vanmiddag uit school op. Toen we de avond voor dat weerzien met hen(m) telefoneerden, schreeuwde hij het aan de telefoon uit van blijdschap. Hij had ons gemist en dat was wederzijds. Ik kreeg een brok in mijn keel toen ik hem onafgebroken hoorde brabbelen. Mijn liefje was net zo enthousiast. Kinderen en -jongere- oudjes spreken de waarheid! Hij was niet alleen gegroeid, hij was in die ruim vier maanden ook in een echte kleuter veranderd. Zijn woordenschat breidde uit, hij eet inmiddels groenten zonder mopperen, met kleuren blijft hij binnen de lijntjes en hij is een voetbalkeeper van formaat! We vielen weer snel in onze goede, oude patronen. Hij is nog net zo ondeugend en ontroerend, houdt nog net zo veel van auto’s. De eerste vijf minuten in het zwembad toonde hij ons zijn beste kunstjes en aan tafel zong hij zijn mooiste liedjes voor ons.

De mondige Elsa heeft het zwaar met haar Hindoe-schoonfamilie. Zij is van geboorte moslima maar converteerde zich uit vrije wil naar het hindoeïsme om met haar geliefde Ketut te kunnen trouwen. Dat gebeurde met instemming van de heilige man van beide religies en beide families. Ze wordt echter door haar zeer traditionele schoonfamilie gedoogd... Die familie stamt uit de bergen en heeft nogal primitieve gedachten, in mijn ogen. Bovendien zijn ze gedreven door geldlust. Ooit verloor de familie sommen geld, land, landopbrengst en huizen door de goklust van vader. Daarvan is de familie nooit hersteld.
Hun varende zoon Ketut verdient momenteel relatief veel geld op een Amerikaans cruiseschip. Dat varen was niet zijn idee maar de suggestie van zijn oudste broer die -net als zijn ouders- en gat in zijn hand heeft. Dat geldt tevens voor diens echtgenote en zijn jongste broer.

Kasian Ketut! Hij is tamelijk ongelukkig aan boord. Het liefst zou hij bij vrouw en beide zonen zijn. Tegelijkertijd vindt hij het prima ver weg te zijn en te blijven van de familieproblemen. Zijn ouders wonen namelijk ver boven hun stand, zijn oudste broer leeft op veel te grote voet en ook zijn jongste broer wil groots trouwen maar heeft geen cent te makken. Zijn calculerende familie verwacht nu van hem dat hij dat alles financieel draagt. Als gehoorzame zoon en als familieman met tamelijk slappe knieën heeft Ketut geen verweer. Zelf denk ik dat hij van al zijn verdiensten aan boord helemaal niets overhoudt voor zijn eigen gezinnetje. Dat alles ergert de hardwerkende, ambitieuze Elsa mateloos. Zoveel opoffering voor niets... Ook ik kan mij erover opwinden.

Die schoonfamilie laat zich tegenover Elsa in afwezigheid van haar echtgenoot niet onbetuigd. Iemand uit de schoonfamilie merkte venijnig op dat Damai helemaal niet lijktop vader Ketut. Dat is een doorzichtige verdachtmaking en een opzettelijke steek onder de gordel maar ze is dat gewend (alhoewel dat soort hatelijkheid nooit went). Zij is een sterke en slimme jongedame maar vrouwen staan in de Balinese samenleving nu eenmaal op het tweede plan. Mannen en jongens maken hier de dienst uit, hoe incompetent sommigen ook zijn.

Ik beschreef het eerder: de Balinese samenleving is een complexe. Het is soms moeilijk te accepteren hoe jammerlijk lokale mensen met elkaar omgaan. Onderlinge jaloezie tiert hier welig. Leven in een maatschappij met grote verschillen tussen haves en haves not is geen sinecure. Vooral niet voor buitenlanders. Vakantiegangers ervaren dat -gelukkig (?)- niet. Voor hen is Bali inderdaad het godeneiland. Wij, semi-permanenten, genieten van kleine dingen, zoals het contact met kids als Damai en Yudha. De leukste Balinese mannetjes die wij hier kennen. Meer foto’s zijn te zien in de lopende diashow.

zondag 4 maart 2012

Island Bali

We zijn inmiddels in goede orde op Bali aangekomen. Het was de eerste keer dat wij met KLM naar Denpasar vlogen en dat viel niet tegen. Het toestel (777-400) dat helemaal was volgeboekt, vertrok op tijd, we zaten samen op een plek met veel beenruimte, de stewards en stewardessen waren vriendelijk en toegewijd (op een enkeling na), de vlucht verliep rustig (er werd “om de omweersbuien heen” gevlogen, volgens de piloot), de tussenstop in Singapore was goed georganiseerd en we landden op het geplande tijdstip. Alleen de maaltijden vond ik nogal smakeloos, op enkele toetjes na.

Op de instapkaart en het kofferetiket stond als bestemming 'Island Bali' en dat toverde weer een glimlach op mijn gezicht. Niet dat ik niet weet dat Bali een eiland is maar deze aanduiding gaf een extra vakantietintje aan de reis. Het was tevens de eerste keer dat wij met daglicht naar Singapore vlogen. Vliegend boven de Javazee en de Andaman-eilanden keek ik mijn ogen uit. Volgens ‘onze’ steward was die mate van helderheid zeldzaam. Ik zag grote en kleine eilanden liggen in een zee met duizelingwekkende kleuren, als smakelijke îles flottantes in een dessertbord. Zin om te proeven! Op het laatste deel van het traject, van Singapore naar Bali, had ik mijn camera dan ook in de aanslag maar toen was de bewolking al flink toegenomen. Een gemiste kans maar de kleurrijke beelden staan op mijn netvlies.

Op luchthaven Denpasar, waar momenteel grootschalige renovaties en uitbreidingen plaatsvinden, moesten we lang op onze (ene) koffer wachten. Op Schiphol hadden we gebruik gemaakt van een, voor mij, nieuwe vorm van onbemande bag drop: de koffer moest in een soort hondenkooi worden gezet waarna een label werd geprint dat nog wel door de eigenaar zelf moest worden aangebracht. Daarna sloot de kooi zich en werd de koffer weggesluisd. Een mooi systeem.

Chauffeur Ketut wachtte ons enthousiast zwaaiend op. Na een lange mars langs nieuwe wandelroutes naar de overvolle parkeerplaats stapten we in de auto. Het is voor Ketut altijd een uitdaging om in één keer de goede weg te vinden. Hij wil in het Zuiden nog weleens een omweg maken casu quo een weg over het hoofd zien... Deze keer verliep de terugweg soepel. Het was rustig op weg naar het Hoge Noorden. Alleen rondom Bedugul kwamen we in mist die op somme plaatsen dik was en lang aanhield. Ketut stortte zich soms met ware doodsverachting met groot licht over de witte strepen in het midden van de weg van de helling af. Links van hem gezeten, trapte ik af en toe een denkbeeldige rem in. Onterecht. Hij is namelijk een heel ervaren en vertrouwenswaardige chauffeur maar toch was ik opgelucht toen we na middernacht buurdorp Seririt binnenreden.

De toegangsweg achter de villa was omzoomd door kleine, tamelijk kale bomen toen wij in october 2011 vertrokken. Nu lijkt die weg steeds meer op een heuse allee! Nachtwaker Made stond al met de poortdeuren open. Na de initiële begroeting en een kletspraatje in Bahasa Indonesia meldde hij ons dat zijn vrouw vier maanden zwanger is van hun tweede kind.
Al was het donker, de eerste indruk van de tuin was goed: die was namelijk flink gegroeid. We hadden in de voorgaande dagen onder andere uitgekeken naar de ontwikkelingen in de tuin. Tot diep in de nacht zaten we op het terras, genietend van de zwoele temperatuur, het zachte rollen van de Balizee, de lampjes van de vissersboten op het water, het luide gekwaak van een heel orkest kikkers. En van Elsa’s kleine snacks die ze had voorbereid. We hadden dan ook geen zin om te gaan slapen ondanks de slapeloze reis.
Een van de tegenvallers bij het aankomen, was dat een van de schelpenkroonluchters op het terras de vorige avond na een korte, hevige wervelwind was geknapt en naar beneden was gekomen. Op de teakhouten terrastafel staan nu vele putjes van de inslag van de schelpen. Alsof een kolonne mierenkoninginnen op stilettohakken er overheen wandelde. Kasian! De gevelde schelpenlamp hield zich echter goed, zo bleek na inspectie. Deze huisfavoriet zal ik later deze week zelf met visdraad gaan repareren.

Ik sliep als een baby en stond vanmorgen uitgerust op. We maakten de balans in de tuin op: een van de grote palmen draagt kokosnoten, enkele frangipanis reiken inmiddels tot in de hemel, een van de lotussen op de oprijlaan staat in volle bloei, de papayabomen dragen nog steeds vruchten, de top van de Singaporeboom kan ik niet meer aanraken, net als die van de orchideeboom, de Westindische amandelboom is al een grote paraplu, de eigen stekken van de flamboyant groeien dat het een aard heeft en er ontwikkelen zich nieuwe trossen bananen. We constateerden tegelijkertijd dat alle ananassen, guaves, Balinese appeltjes uit eigen tuin schoon op zijn... Maar nieuwe vruchten gloren!

Vanmorgen begroetten we onze manager Elsa en de nieuwe tweede pembantu Ketut (alweer een?!). Ik legde haar uit dat gewillig op de foto gaan, een functie-eis is. Hand in hand met Elsa durfde ze het nu al. We blijken haar te kennen uit een huurvilla waarin wij jaren geleden als gast verbleven. Ketut werkte eerder met Elsa, is ouder en wat gezetter dan zij, met een open gezicht en glimogen. De dames hadden besloten samen voor ons te werken op zondag, doorgaans de vrije dag. Dat kwam goed uit want de koelkast was nog nooit zó leeg! Het eerste vruchtensapje uit eigen tuin is genuttigd. Net als een overheerlijk kopje Nespresso met Nederlandse stroopwafel. Elsa’s smakelijke tomatensoep werd als lunch geserveerd.

Na het uitwisselen van vele wetenswaardigheden (onder andere dat ook tuinman Ketut binnenkort wederom vader wordt) vertelden we Elsa dat de villa voortaan formeel dienst gaat doen als verhuurvilla. Dat en de mogelijke verkoop van de villa was haar reeds ter ore gekomen. Niets blijft geheim in Bali! Als ervaringsdeskundigen van Balinees personeel vonden wij dit tijdstip echter vroeg genoeg. Toen we deze 'geruchten' aan haar bevestigden, vloeiden er dikke tranen. Dat begrijp ik. Ze heeft het erg naar haar zin met ons. Maar ze heeft ook volop begrip voor onze beslissingen. Wij maakten namelijk al zóveel met elkaar mee. Die ervaringen maken haar verdriet tijdelijk èn dragelijk. Ze is blij met haar baan, houdt van de villa, blijft graag met ons verbonden en wij met haar. Later deze week komt haar zoon Yudha, de leukste (jonge)man van Island Bali, weer bij ons spelen. Ook hij kijkt naar ons uit en ook dat is wederzijds.