Translate

vrijdag 12 april 2013

Nieuwjaarsdag

(Deze blogtitel is geheel in lijn met de vorige.) Het is een heerlijke verjaardag tot nu toe. De kerkklok van de kathedraal van Almería, de buurman, luidde weliswaar niet gedurende de nachtelijke uren maar toch was de nachtrust niet wat ik ervan verwachtte. Tja, het valt niet mee om vrouw van middelbare leeftijd te zijn.

We ontbeten op de Plaza Vieja, het mooie plein waarvan wij dachten dat de auto er min of meer legaal zou staan geparkeerd. Na de bestelling van het ontbijt keek ik het plein rond. Mijn oog viel op een lokale politie-agent in de buurt van The Beast. Met een opschrijfboekje op zijn rug stond hij daar te praten met twee heren in burger. 

Op enig moment richtten hun blikken zich op onze auto. Ik kreeg de zenuwen... Zouden ze staan te overleggen over het aanbrengen van een wielklem? Een fikse boete voor verkeerd parkeren? Het oproepen van de Grua, de wegsleepdienst? Het leek verstandig contact te leggen met de heren. 
Ik liep dan ook naar hen toe en zei tegen de agent dat ik de eigenaar ben van de betreffende auto. Vervolgens stelde ik de retorische vraag “staat hij hier goed?” Het antwoord was bekend: “Nee”. Een boel hoofdgeschud. Ik liep naar hotel Catedral terug om de autosleutel te halen en elders te gaan staan. Totdat mijn liefje voorstelde dat ze het plaatselijke hotel, dat een officiële parkeerplek beheert op het plein, zou vragen om parkeertoestemming. Dat kregen we, zonder dat het ons een eurocent kostte. We moesten wèl beloven dat we zouden gaan lunchen bij hun restaurant. Dat is geen straf!

Wat ook meezat, was dat wij de schuilkelders van de stad mochten bezoeken. Om tien voor tien stonden we voor de deur van het museo Refugio de la guerra civil. We waren niet de enigen: we bleken in gezelschap te zijn van de oudste nicht van de architect (Don Guillermo Langle) van het ondergrondse bouwwerk, die als gids wachtte op een groep Spaanse pubers. Van haar mochten we mee met de rondleiding; de man aan de kassa stemde ermee in.

Dat werd een heel aparte ervaring, niet in de laatste plaats omdat een groep van 30 uiterst luidruchtige middelbareschooljongeren geen sinecure is. Voor de gids, welteverstaan. Wij hadden er geen last al voelden ook wij, 50-plussers, de hormonen door het gangenstelsel gieren! Het blijkt de uitgebreidste schuilkelder van Europa te zijn, groter dan die van Londen en Parijs. In hoogtijdagen van de Spaanse Burgeroorlog verbleven er 36.000 burgers ondergronds in Almería... Er bevindt zich daar een keuken, een ziekenhuis en de architect en zijn familie hadden er een piepkleine privé-schuilplaats. Mijn liefje vroeg op enig moment waar mensen in de schuilkelder hun behoeften konden doen. Dat werd in eerste instantie verkeerd uitgelegd. Het ging niet om haar maar om de Almeriaanse burgers in de jaren ’40. Een talig misverstand dat hilarisch uitpakte. We liepen kilometers onder de grond, op het laagste punt op ongeveer 12 meter diepte; de gangen voerden ons onder de kerk van San Pedro, de Centrale Markt en het theater van Cervantes door. Bizar maar boeiend.

Daarna liepen we op ons gemak de heuvel op naar La Alcazaba, de moslimcitadel die in het jaar 955 werd gebouwd en zeer goed is geconserveerd. Ik houd erg van Moorse architectuur. Je kunt er -gratis- uren rondlopen en -kijken. Het terrein omvat tevens een park met Saharafauna, een verdedigingsmuur die lijkt op de Chinese muur, Arabische baden, ruïnes en nog veel meer. Het uitzicht over de stad Almería en op de haven is prachtig, zeker op een strakblauwe, heldere dag als vandaag.

Daarna was het tijd voor een feestelijke lunch, wederom bij restaurant Plaza Vieja. Hun tapas zijn niet te overtreffen, vind ik. Een glaasje cava, heerlijke tapas, leuke bediening, een veilig geparkeerde auto op dat mooie plein, goed gezelschap... Ik voel mij een grote bofkont. Nu is het tijd voor siësta. Binnenkort stel ik weer een webalbum samen van dit uitje. Almería is een bezoek meer dan waard!

Dank voor alle verjaardagswensen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten