Translate

donderdag 9 oktober 2014

Schip ahoy

We reden het centrum van Cartagena in toen ik het bovendek van het cruiseschip al overal bovenuit zagen torenen. De Regent Seven Seas Mariner is een heel groot schip: het heeft twaalf dekken. We parkeerden de Kuga (die fantastisch rijdt) op loopafstand van de pier. We waren aan de late kant: TomTom bleek ons via een enorme omweg naar de plaats van bestemming te hebben gebracht. In de haven van Cartagena is veel moois te zien: naast de gerenoveerde pier is ook het auditorium op de boulevard zeer de moeite van het bekijken waard. Beide van Spaanse architectenhand.

Maar we kwamen vooral voor Ketut. Naast het Regent-schip lag een Duits cruiseschip… kleiner en lang niet zo mooi als de Amerikaanse gigant. De Spaanse douanier bij de cruise terminal had moeite onze namen op de bezoekerslijst te vinden. Op enig moment zag ik ondersteboven ‘Ketut Sudita’ staan dus ik legde mijn wijsvinger erop. Aan boord werden we opgewacht door een Aziatisch beveiligingsteam. Toen we Ketuts naam noemden, zei de Aziatische medewerkster: ‘hij verwacht jullie’. We overhandigden onze paspoorten, kregen onze bezoekerspassen en Ketut werd opgeroepen. Hij kwam aangesneld in zwart-witte bedrijfskleding, met een naamplaatje en de naam van het schip op zijn shirt.

Hij gaf ons een rondleiding door de personeelsvertrekken van het schip: de kantine, de wasserette, de sportschool, de mess (met bar en tafelvoetbal). In een van de gangen liepen we Deborah, de struise HR Manager van de Mariner, tegen het lijf. Ze vroeg wat onze relatie met Ketut was en ook of wij zussen waren. “Nee”. Of we dan anderssoortige familie van elkaar waren? “Min of meer maar niet zoals je denkt…” zei ik, terwijl ik haar recht in de ogen keek. Ze begreep het, moest hard lachen. Ze kent Ketut van zijn werk aan boord van de Regent Seven Seas Navigator, zijn vorige schip. “He is great” en dat zijn we met haar eens.

Hij liet ons zijn hut zien: een kleine tweepersoonskamer met stapelbed en badkamertje, onder de waterlijn. Ketut deelt die ruimte met de Filippijnse Ronald. Twee klokken op een burootje houden de lokale en de Balitijd bij. Met de lift gingen we naar het bovendek voor de crew waarop de kapitein vanaf de brug goed zicht heeft. We ontmoetten enkele van zijn oude en nieuwe vrienden aan boord, groetten zijn Indiase supervisor, spraken kort met een handjevol andere Indonesiërs die dagelijks met elkaar aan dezelfde tafel eten. Ketut zei ons dat hij zijn collega’s vertelde dat hij familie heeft in Spanje. Wij, witten, oogsten grote ogen. Ik vermoed dat hij gisteravond het een en ander had uit te leggen.

Ketut was vrij tot 3 uur ’s middags dus we gingen van boord en liepen gezamenlijk het centrum van Cartagena in. Hij was verguld met ons bezoek, sloeg telkens zijn armen om onze schouders. Dit is zijn eerste kennismaking met Europa en die bevalt hem goed. In het vliegtuig gezeten, verbaasde hij zich over het vlakke Nederland en de groene lappendeken. “Are they rice fields?” We spraken over Hollandse landbouw en leven onder de waterspiegel. Zijn reis begon in Venetië en voerde hem langs de landen van het voormalige Joegoslavië, Griekenland, (weer) Italië en nu Spanje. In elke haven brengt hij minstens één uur aan de wal door. Hij is vrij om van boord te gaan en we zagen hoe gemakkelijk dat is. Hij constateerde met plezier dat de immigratiediensten van Europa veel relaxter zijn dan die van Amerika. (Laat Wilders het maar niet horen!)

We spraken voorts over het afscheid in Bali, de mannetjes, de reden waarom hij vaart, onze relatie met hem en Elsa. Alhoewel hij zijn gezin en zijn geliefde eiland erg mist, realiseert hij zich dat zijn leven daar veel voorspelbaarder is… Hij geniet dan ook van het wereldse aan boord van het cruiseschip. Los van zijn heimwee past hij er wel. We bezagen Ketut in een andere omgeving, op een nieuwe manier.
 
Hij vertelde dat hij 21 zakjes droge noodles, een grote zak sambal en vele sachets Balikoffie meebracht aan boord. Binnen een week was zijn hele voorraad op; die deelde hij met zijn collega’s. Hij is een zeer sociale jongen en bovendien een goeierd… We aten tapas op een Spaans terras. De octopustentakels met peper vond hij niet voor herhaling vatbaar, de inktvisringen gingen erin als Gods woord in een ouderling. Als verrassing belden we Elsa en de boys met onze telefoon. Ketut had rode konen tijdens dat gesprek.

Mijn liefje en ik voelden ons zeer voldaan aan het einde van die dag. We vonden het een kans die we niet mochten missen. Met natte ogen zeiden we vaarwel. Vandaag is Ketut in Malaga, morgen vaart het schip naar Cadiz. Vervolgens verruilt de Mariner de Middellandse Zee voor de Atlantische Oceaan. Selamat Jalan, Ketut!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten