Translate

maandag 28 september 2015

Een rondje Spanje

Gisteren vonden in Catalonië regionale verkiezingen plaats die zich ontpopten als een verkapt referendum over onafhankelijkheid. Op 27-S gingen de deuren van de meer dan 8.000 stemlokalen stipt om 8 uur open. Het kan dus wel. Ik volgde de live-uitslagen op de voet. 5.510.798 Catalanen mochten hun stem uitbrengen, de opkomst was ongekend hoog: 80%. Het was een dag met kleine incidenten maar grote woorden van zowel voor- als tegenstanders. Linkse en rechtse separatisten, verenigd in Junts pel Sí (Samen voor Ja), behaalden een krappe meerderheid. Madrid is pisnijdig. Dit is een serieuze stap op weg naar een onafhankelijk Catalonië maar dat gaat nog even duren. De tegenstanders zullen uiterst bezorgd zijn… kunnen we nu ook vluchtelingen uit het noorden verwachten?

Afgelopen weekend waren wij in een andere illustere regio van Spanje: Andalusië, dat geld noch reden heeft om zich af te scheiden van Mamá España. Daar hadden we een afspraakje met Luz Maria en Eugenio, Chilenen uit Santiago de Chile die we leerden kennen tijdens onze recente cruise langs de Islas Galapagos. Zij kwamen onlangs voor vakantie naar het Iberisch Schiereiland. Na een bezoek aan Baskenland (Bilbao, Santiago de Compostella) reden ze naar Zuid-Portugal waarna ze de grens overstaken en Zuid-Spanje binnenreden. We ontmoetten hen in Málaga, de havenstad die we weer van een andere kant leerden kennen en die mij telkens beter bevalt.

We ontmoetten er tevens de Malagueños Juan en Almudena. 40 jaar geleden zaten hij en Eugenio op hetzelfde college in Málaga. De Chileense jongeling leerde naar verluidt ‘alles’ van zijn oudere medestudent. Ik vroeg niet verder... De mannen verloren elkaar uit het oog maar Juan nam in 2008 contact met hem op via Facebook en daarna bleven ze verbonden. Het werd een emotioneel weerzien, vertelde Eugenio ons 's middags op een überzonnig terras in het centrum van de stad. We dronken koffie, haalden Galapagos-herinneringen op en maakten een gezamenlijke stadswandeling. Het was een gezellig weerzien.

Voor 's avonds had Juan een tafel-voor-zes in een culturele hotspot gereserveerd, een typisch Andalusische taverne met een legendarische tapasbar. We werden daar om 8 uur verwacht voor een avondje flamencomuziek en -dans. Muziek van de verschroeide aarde, liederen vol liefdesverdriet; niet zielig maar trots. Puur passie uit Moorse overlevering. We keken ernaar uit. Op weg naar het restaurant kwam Almudena een vriendin tegen die zojuist een expositie afsloot. Lola troonde ons mee naar tentoonstelling ‘Kleuren van de herfst’. We bekeken haar olieverfschilderijen, stonden daarna stil bij de opgravingen aan de voet van het Moorse Alcazaba waar Juan vertelde dat hun zoon archeoloog is, voorheen doceerde aan de universiteit van Málaga en thans in Southampton woont en werkt.

Bij verlate aankomst in het restaurant bleek ons tafeltje bezet. We kregen een nieuwe kans om 9:30 uur. Dineren zouden we daarna doen. We liepen door het centrum, dronken ons eerste glas wijn aan Plaza de la Merced, het plein met het geboortehuis van Pablo Picasso waarin de Fundacíon Picasso thans is gevestigd. Om half tien eisten we met succes het beste tafeltje van de bodega op: op de eerste verdieping, direct naast het podium. Juan en Almudena bestelden tapas voor iedereen: jámon ibérico, aubergineplakken met miel de caña en verschillende salades. Vooral de ensalada malagueña met kabeljauw ga ik thuis namaken. De Rioja Crianza vloeide rijkelijk.

Niks tenen, hak en voet, zoals het voetenwerk bij flamenco gaat. Er was geen castagnette te bekennen. Het betrof live-muziek met een traditionele toon, voortgebracht door een bandje van drie jonge mensen: een zangeres met een stem als een klok, een relaxte jongedame met accoustische flamencogitaar en een drummer. De andere flamenco-aspecten die ik onderscheidde waren de bolletjesschoenen van de zangeres en de waaier van Almudena. Het mocht de pret niet drukken. Er werd gedanst en meegezongen, zelfs mijn liefje werd de vloer opgesleurd. Er waren veel palmas en pitos (handengeklap en vingergeknip), onze amusante Chileen deed mee met de cuenca, een folkloredans uit Zuid-Amerika waarbij de dansende man een witte zakdoek rondzwaait.

Die avond kreeg ik flamencowaaierles. Jezelf op de juiste wijze koelte toewuiven, is moeilijker dan het lijkt. Het gaat om een specifieke polsbeweging waarmee de waaier decent naar de borsten moet worden gebracht. Na flink oefenen kon ik de waaier bovendien in één vloeiende beweging sluiten en openen; weer een stapje verder in de inburgering! Zelfs Eugenio ging zich te buiten aan waaieren, koket met zijn hand in zijn zij. Er blijkt een wereld vol symboliek achter schuil te gaan. De beschilderde kant naar de buitenwereld waaieren is uitnodigend, de achterkant tonen betekent dat de kijker het niet moet wagen contact te leggen! Ik kreeg de waaier mee als aandenken. Om twee uur 's nachts verlieten we de bodega-bar die toen nog vol zat; dat gold ook voor de straten van Málaga.

Luz Maria en Eugenio kwamen inmiddels in Madrid aan, de laatste stop van hun rondreis. Op de route terug naar huis reden mijn liefje en ik over de uitgestrekte vlakten van de Sierra Nevada waar we ons vergaapten aan de omvang van de nieuwe aanplant van olijfbomen. De productie van het groene goud is een uiterst lucratieve business. In Andalusië wordt het smakelijke goedje in januari geoogst. Wij lunchten in restaurant Las Albardinales, behorend bij een olijfoliemuseum waar ze sensationele ecologische olie produceren en verkopen. De chefkok lichtte het recept van verse ananasmousse met veel plezier èn handgebaren toe. We leven in een ruim land, met boeiende mensen en mooie tradities.






zaterdag 26 september 2015

Wolkenstaarders

I never saw a man who looked
So wistfully at the day
I never saw a man who looked
With such a wistful eye

Upon that little tent of blue
Which prisoners call the sky
And at every drifting cloud that went
With sails of silver by.

Oscar Wilde
Uit: ‘The Ballad of Reading Gaol’ (1897)


Ik kijk al jaren graag naar boven. Puur en alleen om wolken te zien, die altijd een rustgevend effect op mij hebben. Nederlandse luchten zijn prachtig maar ook aan Spaanse en Balinese wolken valt veel plezier te beleven. Vandaag wordt in het Verenigd Koninkrijk de tiende verjaardag gevierd van The Cloud Appreciation Society waarvan ik al een tijdje lid ben. Na mijn lidmaatschap volgden meer dan 10.000 anderen. Het verbond van oprichter Gavin Pretor Pinney begon als een grap maar groeide uit tot een serieus internationaal gezelschap van bijna 40.000 leden. In 2013 hield hij een TED Talk over zijn geliefde onderwerp.

De Society is een creatieve club van gelijkgestemden die erop los fotograferen, schrijven en dichten, zolang het maar over wolken gaat. Pretor-Pinney publiceerde tot op heden vier boeken over de kunst van het wolken spotten. Er is ook aandacht voor serieuzere zaken. Datzelfde verbond kreeg het namelijk voor elkaar een nieuwe wolkensoort, genaamd ‘asperitas’, erkend te krijgen door de World Meteorological Organisation. Dat gebeurde voor de laatste keer in 1951. De nieuwe wolk zal in 2016 worden opgenomen in hun herziene International Cloud Atlas.


Vandaag, tijdens de conferentie, zal uit alle inzendingen de beste foto van de nieuwe wolkensoort worden gekozen. De fotograaf zal worden uitgeroepen tot Weather Hero. De desbetreffende wolk met grove pieken, in de vorm van een omgekeerde bergrug, aanschouwde ik nog niet met eigen ogen maar mijn regelmatige nutteloze gestaar leverde in de loop van de jaren mooie plaatjes op. Onder wolkenstaarders is het een sport dingen in wolken te ontdekken. Mijn liefje en ik doen enthousiast mee aan dat tijdverdrijf. Je ziet duidelijk een brontosaurus, mijn 94-jarige moeder, een duizendpoot (of ander veelpotig insect), een oesterzwam en een vlammende Pacman.

I don’t believe that clouds can’t speak.
I’ve seen them dancing cheek to cheek.
And in those times of deep devotion, I’m certain they express emotion.

Greg Kern, Ohio
(ook lid Cloud Appreciation Society)

In de wolkencollage staat ook een foto die ik mijn beste vriendin Nelly in 2007 toestuurde. Ik schoot de foto vanaf het Spaanse terras. Zij noemde het haar ‘engelenfoto’. Vandaag is het Nelly’s geboortedag en daar sta ik, zoals elk jaar, bij stil. Zij overleed begin 2009 aan de gevolgen van ongeneeslijke longkanker. Dat was hard en onherroepelijk. Nelly zou vandaag 55 jaar zijn geworden. Ik mis haar nog elke dag. 

Today is a cloudy day.



woensdag 23 september 2015

Ruta Bici

Deze week zijn er in de havenstad Cartagena festiviteiten met een historisch karakter, de Fiestas de Cartagineses y Romanos. De regio Murcia lag ooit op de handelsroute van de Feniciërs, rondom de Middellandse Zee. Oorspronkelijk kwam dit volk uit het huidige Libanon van waaruit ze door tegenstanders werden verdreven. Daarna vestigden ze zich in de stad Carthago, aan de Noord-Afrikaanse kust. De opgravingen van die stad, in het huidige Tunesië, bezocht ik na afronding van de middelbare school met mijn schoolvriendin Eliza. Vervolgens namen de Romeinen de Fenicische handelsroute in beslag, verdreven de Cartagenen naar Spanje en andere delen van Noord-Afrika en namen de stad in. De Cartagenen vonden onderdak in een beschermde baai, genaamd Mastia en dat werd het huidige Cartagena, nova Cartagena. Dit is de verkorte versie.

Vriend Roland stuurde ons begin van deze week een link naar het programma van de feestelijkheden en nadat ik het had gelezen, stelde ik voor op dinsdag naar het aangeklede fietsevenement door de stad te gaan kijken. Spanjaarden vieren bij voorkeur 's avonds feest, wij vieren het liever overdag. Je ziet meer en kunt bovendien op tijd je bed in. Er is geen enkele historische verwijzing naar het feit dat Romeinen en Cartagenen ook maar iets hadden met fietsen maar toch is het al de zesde jaarlijkse fietsronde. Sommige hedendaagse inwoners van de stad gaan verkleed als Romein, anderen als Cartagenen-van-vroeger casu quo Feniciërs. We zetten de wekker, we vertrokken om 9 uur naar Cartagena. We wilden niets missen. 

Voordien onderzocht ik waar de festiviteiten zouden plaatsen maar dat leidde niet tot het gewenste resultaat. Spanjaarden en internet… geen gelukkig huwelijk. Wel las ik dat in het voetbalstadion van de stad een kamp was opgezet waar mensen zich kunnen verkleden en vermaken. Ook werd verwezen naar de Playa de Ayuntamiento, het gemeentelijke strand/plein (Frans zegt Playa, de rest van ons zegt gewoon Plaza). We begonnen met een kopje koffie aan de fraaie wandelboulevard die vanaf de haven naar de Playa de España leidt. Daarna gingen we op zoek naar een plek langs de fietsroute.

Ik vroeg menigmaal aan lokale voorbijgangers of ze details over de Ruta Bici, de fietsroute, wisten. Nada. Het ging zover dat er twijfels rezen over mijn Spaanse taalbeheersing. Tja, van je vrienden moet je het hebben. Van een dame kreeg ik het programmaboekje van alle festiviteiten maar ook daarin werd geen locatie aangegeven. Ik vroeg het eveneens bij de standhouder van Onda Cero, het plaatselijke radiostation. Zij zei dat we op daar goed zaten, hetgeen werd bevestigd door de eigenaar van het terras waarop we op dat moment stonden. We zegen neer en bestelden water. We keken mensen, becommentarieerden wat we zagen, belandden in een Babylonische spraakverwarring, kregen de slappe lach maar verklede fietsers… ho maar!

Totdat we getoeter en gedoe waarnamen, verderop in de straat. Roland en ik liepen er met de camera’s naartoe, mijn liefje en Frans rekenden af en kwamen ons achterna. In de verte zag ik nog net één fietser, gekleed in iets wat op een Romeins tuniek leek… We bleken behoorlijk verkeerd te staan, bezijden de route. Het zou zo maar kunnen dat we de reden van het bezoek aan de stad gingen missen. 

We liepen terug naar het gemeentestrand waar we een bont gezelschap met bierpullen aan de bar aantroffen. Toga’s, tunieken en tunica‘s, stola’s, leer, huiden, palla’s, mannen- en vrouwensandalen, kettingen, hangers en zwaarden. Met een enkele fietshelm hier en daar. Dat anachronisme werkte op onze lachspieren: grote kerels met moderne tatoeages in verpakking van voor de jaartelling, vrouwen met rokken en veren. Talenwonder Frans riep op enig moment uit dat het een pathetische aanblik was. Prompt werd hij aangeklampt door een verklede Hollander die zich aangesproken voelde! Die liep als toerist langs het stadionkamp, kocht ter plekke een Romeins kleedje, huurde een fiets en nam deel aan de fietsroute. Frans kwam er zonder kleerscheuren vanaf.

Daarna was het tijd voor de lunch. Mijn liefje keek op Tripadvisor waarna we naar de plaatselijke VVV gingen om de route naar dat restaurant te vragen. Zij noemde het restaurant en de straat maar de medewerkster van het toeristenburo trok haar schouders op. Ze kende het restaurant niet. Huh?! Bleek de adviseur te kijken naar Cartagena in Columbia! Het plaatselijke La Marguesita werd aanbevolen, op een strandje in de buurt van Playa de España. 
De kelner was aanvankelijk een beetje chagrijnig maar nadat hij de onvergefelijke fout maakte ons voor Duitsers aan te zien en wij een sketch met hem opvoerden, was het ijs gebroken. Alle gerechten waren heerlijk, vooral de seasoning was top. Het restaurant is een aanrader.



maandag 21 september 2015

39 Orange Babies en twee bruine ventjes

Vrijdagochtend heel vroeg ontving ik een berichtje van vriendin Bernadette: ‘ik zit in de bus’. 16 uur later kregen we een app waarin ze meldde dat ze op plaats van bestemming was aangekomen. Ze was in Corvara, een plaats in de Noord-Italiaanse Dolomieten. Zestien uur in een bus, met lange benen… ik geef het je te doen.

Dat is echter een peulenschil in vergelijking tot wat ze de volgende dagen deed: op zaterdag reed ze een ‘oefenrondje’ van tenminste 40 kilometer op de Mystery Mountain. Die geheimzinnige berg bleek de Sellagroep te betreffen, een bergmassief op circa 2.000 meter hoogte waar je omheen kunt fietsen. De berg ligt op een plateau dat Sella Ronda heet. Dat klinkt wellicht niet afschrikwekkend maar dat is het wel; de berg wordt door iedereen die er verstand van heeft als steil beschreven.
Om dat staaltje krachtpatserij te kunnen vertonen, ging Bernadette maanden in training in Nederland, Frankrijk en Spanje. De regelmatige lezer weet dat wij in Orihuela Costa een parcours door de plaatselijke heuvels voor haar uitstippelden dat ze dagelijks trouw afrondde, in de hoop dat ze daarmee bergkuiten ontwikkelde.

Op zaterdag jongstleden deelde ze een anecdote met ons: na de lunch en na tientallen kilometers in de bergen te hebben gefietst, hadden Bernadette en haar collega Emilie zin om af te stappen en terug naar het hotel te gaan; het was immers een trainingsronde en je moet je krachten sparen voor D-Day, de dag erna. De dames wachtten op de bus. Die bleek echter vol te zitten met mannen die eerder op het parcours waren afgestapt. Wie is nu het zwakke geslacht?!

Bernadette fietste voor een goed doel dat haar na aan het hart ligt. Sinds 2009 is ze lid van het bestuur van Orange Babies. Dit is haar laatste jaar in het bestuur; de maximale termijn van zes jaar zit er (bijna) op. Twee jaar geleden fietste ze voor Orange Babies in Namibië. Als sluitstuk wilde ze nog één keer een mooi bedrag bij elkaar fietsen. In Afrika zag ze met eigen ogen hoe hard het geld nodig is en hoe goed het door de organisatie wordt besteed. Elk kind verdient een kans in het leven; dankzij Orange Babies komen steeds meer babies HIV-vrij op de wereld. En ze krijgen een goede start met onderdak, medische zorg, voeding en onderwijs.

Dat alles motiveert haar. Bernadette reed de Sella Ronda op zondag voor het echie. Vanaf Corvara moest ze vier passen over: Passo Gardena (2.121m), Passo Sella (2.213m), Passo Pordoi (2.230m), en Passo Campolongo (1.875m). Het was zwaar maar het lukte haar de route in vier uur en een kwartier af te rijden. Vier vrouwen legden het parcours succesvol af. Ber op den Berg fietste voor 39 Afrikaanse babytjes een betere toekomst bij elkaar… Ne-gen-en-dertig! Die avond ging ze laat en een beetje typsie naar bed maar een paar uurtjes erna rolde zij tevreden de bus in om weer in 16 uur huiswaarts te keren. Ik maak een diep buiging voor haar. Wij zijn trots op deze supervrouw (tweede van rechts)!

Twee van tante Bernadette’s sponsoren waren de mannetjes Yuda en Damai die zich de afgelopen week van hun beste kant lieten zien. Mijn liefje ontving een verlaat verjaardagskado uit Bali. De grote, bruine envelop bevatte een heus kunststuk: zeezicht met een opspringende haai of dolfijn. Het werkje had relief en was uiterst kleurrijk; de kleine kunstenaar had diverse technieken toegepast. Wow, mooi! 
Ik zag het met gemengde gevoelens aan; jaloezie en trots streden met elkaar. Begrijp mij niet verkeerd: ik misgun mijn liefje absoluut niets en ik ga het kunstwerk in een fraaie lijst doen. Maar wie was het die in Bali wekelijks uren en uren achtereen auto’s en dieren tekende? Wie gaf haar eigen Caran d’Ache-doos aan hem? Van wie kreeg hij zijn eerste kleurpotloden en stiften? Wie leerde hem tekenen en kleuren? Eerst vrij krassend over grote vellen papier en daarna tussen de lijntjes? Juist: me! Ik stak mijn jaloezie niet onder stoelen of banken voor moeder Elsa. Zij had met mij te doen… kasian, Barefoot. Ze zal hebben gedacht: Ach germ, dat arme schaap want niet veel later kreeg ik een foto van een, door Yuda gefreubeld, dier dat voor mij was bestemd: Shaun the Sheep. Het gevoel van trots overwon.



zaterdag 19 september 2015

De aarde beefde

Natte boel in Valparaiso. Foto: Pablo Ovalle
In de nacht van woensdag op donderdag jongstleden zat mijn liefje in de kamer met de iPad op schoot toen een melding van de QuakeFeed-app binnenkwam: er was een aardbeving van 8.3 in Chili, in de omgeving van Valparaíso en hoofdstad Santiago. Zij voelde zich ongemakkelijk… een gluurder bijna, zoals ze het nieuws zo goed als realtime binnenkreeg. Op dat moment lag ik vast te slapen maar toen ze het mij de volgende dag vertelde, kon ik mij dat gevoel goed voorstellen. Je weet dat er op het zuidelijk halfrond iets massaal fout gaat terwijl je zelf hoog en droog zit mee te kijken. Het deed mij terugdenken aan het live aanschouwen van de Irak-oorlog op televisie, jaren geleden. Een vreemde ervaring.

De volgende morgen overzagen we de gevolgen van de krachtige beving: in sommige kustplaatsen in Chili was sprake van enorme ravage en overstromingen, sommige inwoners verloren haver en gort, vijf personen kwamen om en één miljoen Chilenen werden geëvacueerd. Met een kustlijn van meer dan 6.000 km lengte is dat volstrekt noodzakelijk. De laatste hevige beving vond in 2010 plaats, toen ging het er minder georganiseerd aan toe. Sterker: de toenmalige president Michelle Bachelet maande mensen in het getroffen gebied toen niet hun huizen te verlaten, met meer doden tot gevolg. Iets dat haar tot op de dag van vandaag achtervolgt. Bachelet was er nu dus als de kippen bij om inwoners te waarschuwen en naar veilige oorden te dirigeren. De beving werd eveneens gevoeld in Buenos Aires (Argentinië) en São Paulo (Brazilië). Die steden liggen hemelsbreed respectievelijk op 1.200 km en 2.500 km afstand dus je kunt nagaan hoezeer de aarde beefde.

Op 2 februari van dit jaar maakten wij in de kustplaats Viña del Mar een kleine aardbeving mee. Daar en in Valparaíso hangen op bijna elk kruispunt evacuatieborden, in verband met een mogelijke tsunami. Ook nu was die dreiging aanwezig. De golven die op de kustlijn van Chili stortten, waren naar verluidt 5 meter hoog. 

Bij nader inzien viel het mee al zijn de gegevens indrukwekkend: de tsunami rolde met een snelheid van ongeveer 700 kilometer per uur over de Stille Oceaan. De witte blokjes in de plaat geven het aantal verwachte reisuren van deze golven aan. Hawaii, Christchurch en Tasmanië kregen te maken met slechts ietwat verhoogde waterstanden waardoor grote gevolgschade uitbleef. In de uren na de grote beving vonden in Chili veel naschokken plaats. De afgelopen dagen werd hetzelfde gebied tientallen malen geconfronteerd met nieuwe bevingen, weliswaar van een mindere intensiteit maar nog steeds rond 4 à 5 op de schaal van Richter. Het blijft naschokken, tot op dit moment van bloggen.

De ochtend na de 8.3 whatsappte ik met de Chileense Luz Maria. Wij leerden haar en haar partner Eugenio kennen aan boord van het cruiseschip dat ons langs de Galapagoseilanden voerde in februari van dit jaar. Zij maakten onze rondreis langs Darwin’s Dierentuin in diezelfde Stille Oceaan extra gedenkwaardig. Dagelijks ontbeten/lunchten/dineerden we met hen en ook de onderwaterwereld exploreerden we regelmatig in elkaars bijzijn. Luz Maria en Eugenio wonen in Santiago de Chile dus we maakten ons zorgen over het welzijn van hen en hun familieleden. We hebben een tijdverschil van vijf uur (zij lopen achter) dus het duurde even voordat er een appje terugkwam. Maar wat bleek? Zij waren op dat moment in Noord-Spanje, in onze tijdzone, ver van aardbevingen! Ze liet ons weten dat de rest van de familie in Chili veilig is. Wonend aan de Ring van Vuur zijn ze het een en ander gewend.

We bleven appen met als resultaat dat we elkaar volgend week gaan zien in Málaga. Het weerzien is eerder dan gepland en we kijken ernaar uit. Het zijn grote lieverds. 
Onze auto, die recent een fikse deuk en een gesprongen achterruit opliep vanwege een botsing met een ongeziene boomtak, staat weer ongeschonden op de parkeerplaats. Wij gaan onder andere een avondje met hen en een Chileense vriend van Eugenio en zijn Malagaanse vrouw naar een niet-toeristische flamencoshow in de stad. 

2015 lijkt sowieso het jaar van de reünies: vorig weekend lunchten we in Alicante met Alistair en Thomas uit Schotland die wij leerden kennen aan boord van de trein langs de Avenida de los Volcanos in Ecuador. Zij kwamen naar Spanje op vakantie en namen contact met ons op. We wisselden foto's en scheepsverhalen uit. En dan hebben we later dit jaar ook nog de reünie in Australië. We voelen ons bofkonten.


donderdag 17 september 2015

Mijn gehele wezen

Afgelopen weekend zei mijn liefje mij dat ik niet meer piaf als de viervoeters van Ankie van Grunsven. Ik ervoor dat als een compliment. Voorafgaand aan de diagnose coxartrose sleepte ik met mijn rechterbeen, na de diagnose had ik een tijd een silly walk à la John Cleese. Dat was mijn overgangsfase naar een (bijna) normaal loopje. Inmiddels hoef ik niet meer na te denken over hoe ik mijn rechtervoet plaats, dat gaat op de meeste momenten als vanzelf.

Het waren leerzame maanden, voor lichaam en geest. Allereerst moest ik wennen aan het idee dat ik leed aan een oudemensenkwaal: een versleten heup. Voor iemand die zich doorgaans piepjong voelt, was dat een flinke domper. Bovendien was de gedachte aan een alien in my body -in de vorm van een kunstheup- niet inspirerend. Dat had tijd nodig. In eerste instantie was zwemmen, mijn favoriete zomerse bezigheid, niet gemakkelijk. Ik bewoog krampachtig, was bang om te forceren. Inmiddels schiet ik in het zwembad weer als een pijl door het water. Het lijkt zelfs alsof ik meer drijfvermogen heb: als ik schoolslag doe, steken mijn voeten tegenwoordig boven het water?!

Twee weken geleden stopte ik met fysiotherapie en dat bevalt goed. Na ettelijke weken met aanvankelijk drie therapeutische sessies, teruglopen naar twee therapieën per week ben ik nu op eigen verzoek en in overleg met de rehabilitatie-arts van die bezoeken verlost. Niet omdat mijn heup niet meer sneu is, dat gaat niet meer over. Ik vertelde hem bij die gelegenheid dat ik regelmatig last heb van uitstralende pijn van mijn heup tot in mijn tenen. Kon ik daaraan zelf iets doen? De sadist in hem moest eerst op pijnpunten drukken voordat het antwoord kwam: er was een zenuw bekneld geraakt rondom het heupgewricht.
De sneue heup moet constant worden gemobiliseerd om dergelijke klachten te verminderen of te voorkomen maar dat kan ik ook zelf doen. Hij gaf mij een serie oefeningen mee die ik dagelijks trouw doe. Daardoor is de uitstralingspijn zo goed als verdwenen. 's Nachts kan ik bovendien lang op mijn rechterzijde liggen zonder pijn en dat komt de nachtrust en dus het lichaam ten goede. In het septembernummer van het tijdschrift SLEEP werd een studie gepubliceerd naar de betekenis van nachtrust voor je gezondheid. Het is nu wetenschappelijk bewezen dat slaapgebrek het immuunsysteem aantast en je vatbaar(der) maakt voor ziekte.

Vriend Ger bracht enkele weken geleden een DVD mee waaraan zoon Jeroen met een creatief internationaal team, genaamd de Hi-Fi Mystery School twee jaar lang met hart en ziel werkte. Het is geen gewone film, het is een positieve ervaring voor je hele wezen (aldus de inleidende tekst), een die de ziel raakt en een mens gelukkiger maakt.

De korte film werd op 1 augustus jongstleden tijdens een Brits filmfestival uitgeroepen tot beste semi-professionele film. De film heet 22: The Lightcodes en toert momenteel langs centra in Nederland. In deze film worden de hoofdrollen gespeeld door 22 geometrische figuren die ons meenemen naar Atlantis, de kosmos en het Himalayagebergte. In 2010 zocht Jeroen ons op in Bali na een reis door delen van Azië die hem verder inspireerde tot dit idee. Met uitzicht op de Balizee tekende hij toen al geometrische figuren. Hij is bepaald niet de enige, zeker niet de eerste en ook niet de laatste. 

Iedereen weet van de gulden snede. De oude Grieken en Egyptenaren kenden reeds sacrale betekenis toe aan geometrische figuren, ze maakten deel uit van spirituele tradities van Maya’s en Tibetanen. Ze komen voor in het Nieuwe Testament, worden in verband gebracht met de Heilige Graal, de Europese Rozenkruisers en Vrijmetselaars. En dichter bij huis: mijn zus Ineke liet zich recent na haar 'innerlijke reis naar Avalon' (een bezoek aan Stonehenge, Chalice Well, Avebury, Glastonbury en andere spirituele plaatsen in Zuid-Engeland) inspireren tot een tatoeage van de Flower of Life op haar onderarm. Geen grap!

Lang voor de doorbraak van Armin van Buuren en DJ Tiësto was Jeroen een internationaal bekende deejay. Die liefde verliet hem nooit. Ook muziek is geometrie. De zelf gecomponeerde muziek in deze film speelt in A=432 Herz (geen 440Hz). Muziek met die langere golflengte is in harmonie met natuurlijke vibraties en is zachter en mooier voor het gehoor. Muziekinstrumenten uit eeuwenoude culturen en de wereldberoemde Stradivarius-viool zijn daarop gestemd. John Lennon’s lied Imagine speelt erop in en componisten als Verdi en Mozart pasten het principe toe. Lichaam en geest kunnen beter ontspannen op die muziek.

Op de website van de Mystery School vind je de officiële trailer. Ga het zien en ervaren. Een gezonde geest in een (bijna) gezond lichaam... wie wil dat niet?!


maandag 14 september 2015

Aloha

De verjaardag van mijn liefje liep gesmeerd. De regelmatige lezer weet dat we aanvankelijk een zeemeerminnencursus in Tarragona zouden volgen maar dat een gekneusde rib aan de (rechter)kant van de jarige roet in het eten gooide. Met die rib gaat het veel beter dan gedacht, er kan weer worden gelachen.

Ik was de eerste om haar 's ochtends toe te zingen, daarna volgden de mail- en whatsapp-groeten elkaar in rap tempo op. Vanuit Bali werd zij in het Engels en in Bahasa Indonesia a capella toegezongen, de kinderstemmetjes schalden door het huis. Dat bericht werd die dag ettelijke malen herhaald. Aan de ontbijttafel klonk 'When I‘m 64' van de Beatles op tien verschillende manieren, met dank aan Spotify. Een mooie compositie, wat dat betreft typisch Beatles maar als song was het nogal atypisch repertoire. Inmiddels is ze alweer twee dagen op weg naar de pensioengerechtigde leeftijd.

Tom Poes verzon een list om het gemis van Tarragona te compenseren. Na een kopje koffie thuis meldde ik ons aan bij de Internationale School voor Valkerij op Las Colinas. Daar wachtte Marianne ons op. Zij werd geboren in Belgisch Congo uit een Franse vader en een Belgische moeder. Ze is dierenarts en doceerde aan de diergeneeskundige faculteit. Sinds enige tijd begeleidt zij de Spaanse valkerij in die hoedanigheid, in nauwe samenwerking met de Spaanse Rubén en José Maria die sinds hun kinderjaren met valken werken. Deze valkerij is een recente hobby van één van de vijf Spaanse eigenaren van urbanisatie en golfclub Las Colinas. De valkerijsport staat overigens onder streng toezicht in Spanje.

Op Las Colinas worden roofvogels gekweekt, verzorgd en getraind voor individuele valkeniers. We bezochten hun kraamkamer waar dit jaar geen eieren uitkwamen omdat de noodzakelijke papieren voor de bouw van die kamer niet op tijd afkwam om de bevruchting via kunstmatige inseminatie tijdens het broedseizoen te laten plaatsvinden. Ze slaan dus een jaar over. Rubén blijkt overigens degene te zijn die met de pipet in de weer gaat.

Mijn liefje kreeg twee uur les in het op de arm houden en lopen met roofvogels en ze liet ze vliegen. Het was immers haar verjaardag, ik ging mee als fotograaf en toehoorder. Drie jaar geleden leidde ik een anti-duivenproject in de eigen woonwijk waar ik hobby-valkenier Carlos en zijn Harris-havik Decosta (woestijnbuizerd) leerde kennen. Op een van die avonden mocht ik de vogel op mijn arm houden tijdens een voedersessie. Ik weet dus uit eigen ervaring dat er heel wat op je af komt vliegen!

Marianne gaf ons veel interessante info over deze gevederde vriendjes. We ontmoetten valk Mahalo, uil Margarita, de kleine Collin en Aloha. Laatsgenoemde vogel is overigens een buizerd, een 'wijf' (aldus de dierenarts) dat gewend is aan mensen. Klaarblijkelijk niet aan deuren: telkens als we door een deur moesten, raakte de vogel van streek en hing ondersteboven aan de arm. Marianne denkt dat het dier wellicht eens tegen een deur aanvloog… Tja. 

Mijn liefje kreeg precieze aanwijzingen over het gebruik van de leren handschoen, het maken van een vuist tijdens het lopen en het op juiste wijze strekken van de arm bij het laten vliegen, Zij en de vogel keken elkaar eens goed aan. We liepen naar een speciale plaats in het aanpalende natuurgebied om te oefenen. Er zijn hoge stammen vrij gemaakt waarop de vogels kunnen zitten voordat ze op de hapjes afduiken. Hun dieet bestaat uit dode kuikens en kwartels. Het weer zat mee: niet te warm en geen regen. Deze vogel wordt tweemaal per dag gewogen; als het dier te licht is, mag het niet vliegen, een te zware buizerd of valk kan niet vliegen; dat luistert heel nauw. Aloha was circa 930 gram, schoon aan de haak.
Uil Margarita was met haar gewicht van drie kilo geen optie, al vond ik het de prachtigste roofvogel van het stel. Met de lichtgewicht Aloha was het gestrekt houden van de arm soms al een opgave voor mijn liefje. Ze deed het goed, de reportage leverde mooie foto's op. Soms moest ze razendsnel haar rug naar de grote vogel keren en haar arm goed strekken om te voorkomen dat haar hoofd of schouders een landingsplaats voor Aloha werden. Haar schouder- en ellebooggewrichten kraakten nèt niet maar mopperden aan het einde van de dag wel. In tegenstelling tot de rest van de jarige, die met volle teugen genoot van deze buitenkans.


zaterdag 12 september 2015

My hunny

Piglet sidled up to Pooh from behind.
'Pooh', he whispered.
'Yes, Piglet?'
'Nothing' said Piglet, taking Pooh’s paw,
'I just wanted to be sure of you'.

Uit: Winnie the Pooh


Winnie-de-Pooh is als jarenlang een van de kleine grote vriendjes van mijn liefje, die vandaag jarig is. Ooit volgde zij in haar werkzame leven in Londen een lezing over de indeling van menstypen in diersoorten, van een toentertijd bekende Insead-professor.

“I did know once, only I've sort of forgotten.”

Die lezing stond op het programma van de jaarlijkse P&O-conferentie waarvoor ze als Europees directeur van een wereldwijd ICT-bedrijf was uitgenodigd; niet aan land maar aan boord van een cruise rond de Kanaaleilanden. Ze keerde enthousiast huiswaarts. (Wie niet?!) Ze voelde zich aangesproken, kwam tot de ontdekking dat zij als mens tot het beertype behoorde.

“Oh, Bear! said Christopher Robin. How I do love you!”

Beren kunnen heel sociaal zijn, zijn actief, moedig, nieuwsgierig en allesbehalve territoriaal. Moederberen zijn beschermend, toegewijd, streng en aandachtig. Lijken mij rake typeringen. In de boeken van A.A. Milne wordt Pooh afgeschilderd als een naïeve maar buitengewoon vriendelijke, attente en standvastige beer.

Sindsdien koop ik bij tijd en wijle iets berigs voor haar. Het begon met de serie Pooh en de Filosofen-boekjes. In 2003 stelden we een kerstgroet met beren samen. Toen mijn liefje in 2005 stopte met werken, kocht ik voor die gelegenheid een pluchen Pooh die op zijn rug lag, starend naar de wolken, met een bijtje op zijn borst. Die mocht mee toen we in datzelfde jaar onze eerste wereldreis maakten. Hij reisde mee naar Australië, sliep op een prominente plek in de kampeerwagen, maar helaas overleefde hij de reis niet. Hij bleef onbedoeld achter in een hotelkamer in New York. Ik mailde de receptie meermalen om uit te vinden of we konden worden herenigd maar dat liep op niets uit helaas.

“You never can tell with bees.”

Op enig moment dook Pooh wederom in haar leven op. In voorgaande jaren speelde ik op een kermis een nieuwe pluchen vriendenkring bij elkaar. Ik heb daar op zich niets te zoeken maar grijpmachines die behendigheid testen, kan ik niet voorbijlopen zonder er een muntje in te gooien. Zo kwamen Knorretje, Teigetje en Iejoor erbij. Die zullen vandaag echter geen van allen op haar verjaardag aanwezig zijn. Ik nodigde ze wel uit maar ze zitten (letterlijk) vast op de achterbank van de auto die in de garage wacht op reparatie. Haar geboortedag gaan we feestelijk afronden in het favoriete restaurant van dit moment, in gezelschap van vrienden Ben & Joan.

“We'll be Friends Forever, won't we, Pooh?' asked Piglet.
Even longer,' Pooh answered.”

Van Harte, Hunny!

“If you live to be a hundred, I want to live to be a hundred minus one day,
so I never have to live without you.”



donderdag 10 september 2015

The real thing

Vanaf afgelopen maandag is Masterchef Australia 2015 op de Nederlandse televisie te zien. Na alle ingekorte Canadese en Nieuw-Zeelandse herhalingen van deze zomer, ben ik toe aan de Enige Echte. In Australië werd het programmaconcept bedacht, daar werden de meeslependste edities geproduceerd, wat mij betreft. Thuis bereikten we een compromis: we kijken van half zeven tot zeven uur naar mijn favoriete kookprogramma en van zeven uur tot half acht naar DWDD, de favoriet van mijn liefje. De volgende dag zien we dan ieder voor onszelf in de herhaling het gemiste deel terug. Dat werkt (voorlopig).

De 2015-editie van Masterchef Australia verhoogde het prijzengeld naar $250.000. De eerste uitzendingen bestonden uit de selectie van de beste 24 hobbykoks die aan het programma gaan deelnemen. Het niveau van de gerechten ligt erg hoog. Tandarts Matt uit Melbourne maakte diepe indruk met zelfgemaakte tortellini met jakobsschelp en dillesaus. Hij zei de juiste dingen, maakte leuke gebaren. Alle juryleden gingen om. Ik denk dat hij een grote kanshebber is voor de titel. 
De Schotse Fiona zette de jury haggis voor met whiskey-roomsaus, daarmee een groot risico nemend want jurylid Matt Preston vindt het een afschuwelijk gerecht. Ik kan het niet tegenspreken... De traditionele haggis is een soort gehaktbrood van vleessoorten zoals hart en lever, bereid in een schapenmaag.

In Engeland hadden wij Schotse buren. Robert & Evelyn (met hun hond Maddy) bleken leuke, gastvrije mensen. We brachten menig avondje met elkaar door en we voeren met hen in de narrow boat over de Theems. 

Zij nodigden ons tevens uit voor de traditionele Burns Night op 25 januari. Burns was een bard die onder andere de tekst van "Auld Lang Syne" schreef. Op die avond wordt uit een van zijn gedichtenbundels voorgelezen waarna de haggis ceremonieel wordt aangesneden. Zo verliep de avond ook bij Robert en Evelyn thuis. Het voorgerecht was preisoep, daarna kwam de haggis op tafel met aardappel- en raappuree, het toetje kan ik mij niet herinneren. Voorafgaand, zeiden we tegen onze gastvrouw en -heer dat we een hapje haggis wel aandurfden maar dat het wat ons betreft geen grote porties zouden worden. Alhoewel het gerecht goed was bereid, kon de smaak mij niet bekoren.

Fiona’s haggis bestond onder andere uit halslap, nier, varkenshart en kippenlever. Ze pocheerde het vleesmengsel echter niet maar bakte het in de koekenpan met veel kruiden. Haar koolraappuree miste peper. De innemende Fiona, getrouwd met een Australiër, ging met haar knapperige haggis door met een ‘ja’ van alle juryleden! Van Matt Preston kreeg ze zijn hoogsteigen pepermolen-in-zakformaat en het felbegeerde schort.

Jongste kandidaat Reynold (20) uit Sydney stapte met een bijzonder verhaal de meesterkeuken binnen. Hij emigreerde op zijn 5de met zijn moeder en broers vanuit Indonesië naar Australië. In 2011 zette zij banketbakkerij Art Plate op waar haar jongste zoon slechts keukenhulp mag zijn. Ze wil niet dat hij chef-kok wordt: te zwaar, te lange dagen. Bovendien zit in de Aziatische cultuur ingebakken dat vrouwen koken en mannen eten. Koken is echter Reynold’s grootste wens dus hij oefende hard en vaak in de thuiskeuken. De tranen vloeiden rijkelijk toen hij over zijn moeder sprak. (Datzelfde gebeurde voor de Nederlandse buis aan de Costa Blanca…) Ook hij kreeg drie ja’s van de jury. Moeder Ika overhandigde het schort aan haar zoon. Raymond vind ik eveneens een grote kanshebber. 

Te midden van 21 andere hobbykoks zijn zij momenteel de favoriete kandidaten in de strijd om de titel van Masterchef Australia 2015. Het wordt ouderwets spannend. Game on!

In de trailer die aan het begin van het programma een overzicht geeft van enkele bijzondere momenten uit deze nieuwe jaargang, zag ik dat Poh Ling Yeow ook weer zal optreden. 
Zij werd tweede in de allereerste Masterchef Australia, al was zij toentertijd mijn favoriet. In 2014 leerden we haar persoonlijk kennen in West-Australië toen zij als gastkok optrad tijdens een lokaal oesterfestival. Daar werden we instant friends, zoals Poh het uitdrukte; iets dat we alle drie koesteren.

Onlangs schreef ik haar weer eens en daarop kwam een gezellige, lange mail terug. Het gaat goed met haar persoonlijk en zakelijk, al heeft ze het erg druk. Zo werkt ze aan haar derde kookboek, zal ze binnenkort een winkel openen in Adelaide na twee jaar een eetstalletje te hebben gerund, is ze begonnen aan de opnamen van het tweede seizoen van Poh & Co waar ze gasten in haar eigen keuken uitnodigt (let op de Spaanse tegeltjes!). Bovendien gaat ze binnenkort haar eigen moestuin aanleggen. Zo zie je maar: Masterchef legt een hobbykok geen windeieren. Wellicht dat ze in december in Sydney zal zijn en kunnen we elkaar weerzien!


dinsdag 8 september 2015

Het lijkt Nederland wel!

In meteorologische zin is de zomer voorbij en grote delen van Europa glijden af naar de herfst. Hier zomert het nog steeds maar in de afgelopen dagen leek er wel sprake van een overgang; een radicale, zelfs. Het zuiden van Spanje werd getroffen door zware storm en regen. Op sommige plaatsen leidde die regenval tot neerslag van 1 meter. Gisteren liepen veel wegen rondom Málaga onder en het vliegveld moest worden gesloten. Het ergst werd Adra getroffen, in de buurt van Almería, op twee uur rijden van ons huis. Die stad staat thans geheel onder water.

In een El Niño-jaar is iets dergelijks geen uitzondering. Het fenomeen, dat elke vijf jaar optreedt, wordt veroorzaakt door de hoge watertemperatuur van de Stille Oceaan: die brengt extreme veranderingen in het klimaat van omliggende landen teweeg. Eens in de 20 jaar heeft El Niño zeer grote impact op die landen. De verwachting is dat Indonesië dit jaar extra veel last zal krijgen; door aanhoudende extreme droogte zal de rijstoogst kunnen mislukken, iets dat het grote land zich niet kan veroorloven. Het moet immers 210 miljoen monden voeden! Ook Australë zal dit jaar naar verwachting door meer bosbranden worden geteisterd. Wij zullen zelf dan ook alert moeten zijn als we gaan kamperen in Tasmanië.

Als je in Spanje over El Niño begint, zullen de meeste lokalen in eerste instantie denken aan de loterij met diezelfde naam die jaarlijks plaatsvindt. Met glimmende ogen. Je hebt de kleine loterij (el Niño) met bedragen in de orde van honderden miljoenen euro’s en de grootste jaarlijkse loterij die El Gordo (de dikke) heet, met dit jaar een prijzenpot van € 2.240 miljoen. In menig horeca-etablissement en winkel hangt een kopie van het gemeenschappelijk aangeschafte lot van het personeel aan de wand. We kennen dat beeld al jarenlang. Wij hebben nog nooit een gokje gewaagd omdat we niet precies weten hoe het werkt. Kun je überhaupt een grote prijs incasseren als buitenlander, bijvoorbeeld? We zoeken het ooit een keer tot op de bodem uit. Doorgaans zijn mijn liefje en ik ver weg als de Spaanse dikzak uitkeert (december).

Ook boven ons huis pakten donkere wolken zich in de afgelopen dagen samen. Dat zijn interessante momenten voor een wolkenstaarder. Het leverde dramatische plaatjes op. De Spaanse aarde snakte naar een fikse bui en wij snakten mee maar extremen wens je niemand toe. In onze directe omgeving was dat gelukkig niet aan de orde al hield de regen urenlang aan. Dat leidde ertoe dat het begon te lekken op ons terras, precies boven de eettafel, op precies dezelfde plek als waar het enkele jaren geleden lekte. Nog even en we konden dammen aan het plafond.

Het appartement boven ons is eigendom van een Belgische investeerder. Sinds drie jaar is het verhuurd aan een ouder Brits echtpaar met thuiswonende dochter. De Belgische investeerder is er als de kippen bij als er voordeel valt te behalen met het een en ander maar is oorverdovend stil als er bij hem wordt aangeklopt met klachten. Ik spreek uit eigen ervaring. Eerder kregen wij binnenshuis namelijk waterschade door een lekkage in een van zijn badkamers. De Belg kwam toentertijd zelf kijken, was van mening dat ons plafond open moest (wat niet het geval bleek te zijn) en stuurde pas weken later een klusser naar zijn eigen appartement om het probleem op te lossen. Diezelfde klusser herstelde het terras van de bovenburen, na lang aandringen en zelfs dreigen met juridische stappen van onze kant. We zijn dus gewaarschuwd. Het leven in een flatgebouw gaat niet over rozen.
Deze keer namen we contact op met de vriendelijke man van het verhuurbedrijf die maandagochtend bij ons aanbelde. Hij nam foto’s en zegde toe direct contact op te nemen met de Belgische eigenaar met de woorden “dat gaat wel even duren, hoor…” Ook hij is bekend met het gedrag van die pappenheimer. Tja.

Op een van die natte ochtenden keek ik naar de horizon en zag een woeste zee met veel schuimkoppen. Op het water was het evenmin goed toeven. Ik ben niet gaan kijken maar bleef lekker thuis om te freubelen en te lezen in huispak. We konden niet ontbijten, lunchen en dineren op het eigen terras maar dat mocht de pret niet drukken. Zo vaak komen dergelijke dagen in dit seizoen niet voor. Thans druppelen we na, de plassen op het terras drogen nu snel. 
De zon schijnt weer volop dus ook het boventerras zal in rap tempo drogen. Onze eigen buitenkamer zal weldra weer tot onze beschikking staan. Alhoewel... volgens de weervrouw zou het nu moeten regenen, aanhoudend tot circa twee uur vanmiddag. Ik zie het niet gebeuren.



zaterdag 5 september 2015

Baaaammm en knak!

Gisteravond hadden we een borrel op het terras van Las Colinas Golf & Country Club met Engelse buurvrouw Stephanie, dochter Charlotte Elizabeth en haar baas John. We leerden de dames twee jaar geleden kennen in het eigen zwembad en sindsdien spreken we elkaar regelmatig en wisselen we over en weer interessante dingen uit. Zij is Creative Director en PR-deskundige, John kwam over voor de voorbereiding van een aanstaande belangrijke ontmoeting met een klant. Een interessante man, bij nader inzien. Hij werkte in vele landen, spreekt bijna vloeiend Russisch, is een verwoed sportvisser die zijn vangst graag opeet en adopteerde met zijn vrouw een Tsjechisch gezin dat hen reeds 40 keer bezocht in Engeland. Stephanie bedacht dat mijn liefje en ik een leuke aanvulling op het gezelschap zouden zijn. We accepteerden haar uitnodiging.

De auto parkeerde ik op de parkeerplaats, dicht bij de ingang van de club. Het was druk met golfers op het terras, er hing een prettige, ontspannen sfeer en we raakten in een geanimeerd gesprek. Enkele uren en twee glazen wijn later, was het tijd om naar huis te gaan. Stephanie en haar gezelschap zouden gaan dineren bij restaurant Casa del Reloj waar wij al jaren niet meer komen. Vroeger bezochten we het omwille van de goed bereide Chateaubriand. Het zit in een prachtig pand maar het eten vonden wij achteruitgaan; dat vertelde ik Stepahnie niet. 's Middags had ik in eigen keuken alle voorbereidingen getroffen voor een traditionele moussaka met geschaafde aubergineplakken die ik (met zout) liet uitlekken, daarna afspoelde en vervolgens licht roosterde. Ik maakte een verfijnde tomaten- en bechamelsaus en raspte mooie kaas. Laagje voor laagje bouwde ik het gerecht op, ik keek uit naar de proeverij.

Langzaam reed ik achteruit het parkeervak uit, goed links en rechts kijkend, onderwijl zicht houdend op de boom die ongeveer pal achter de auto stond. Ik draaide bij om het vak te verlaten toen we een oorverdovende knal hoorde. Mijn hart klopte in mijn keel toen ik uitstapte. Ik geloofde niet wat ik zag: een flinke deuk in de bovenkant van de achterklep, een groot gat in het achterraam en duizenden glasscherven op de grond en hangend aan de zijkant van het achterraam. Omhoog kijkend, zag ik een dikke, afgezaagde tak die het gat en de deuk veroorzaakte. (Of moet ik zeggen dat ik dat was?) De boomstam had ik vanuit mijn achteruitkijkspiegel gezien en in de gaten gehouden, die tak niet; die hing boven mijn gezichtsveld. What the !@#$%^&?! Een rotgezicht. Had ik maar… Tja. Vele auto’s moeten mij op dat parkeerterrein zijn voorgegaan.

Teneergeslagen reed de brokkenpiloot naar huis, terwijl mijn liefje de garage belde. Een ongeluk zit vaak in een klein hoekje. We zijn echter goed verzekerd, het betref slechts (beperkte) materiële schade, het had slechter kunnen verlopen. 

Gisteravond ging ik met vuilniszak en plakband terug naar de eigen parkeerplaats. Ik parkeerde de auto opzettelijk achterop het terrein, met de geschonden achterkant naar de canyon-kant waar geen mensen langslopen. Zo hoopte ik eventuele boeven uit de auto te houden want het auto-alarm ging voortdurend af en het centrale slot kon ik evenmin handmatig instellen. Die nachtelijke overlast kon ik mijn buren niet aandoen. Die knal hoorde ik afgelopen nacht nog ettelijke malen in mijn hoofd. De schade wordt nu gerepareerd, we kregen een tijdelijk transportmiddel mee.

Dat was overigens niet de enige knal die we in de afgelopen dagen hoorden. Op donderdag kwamen we terug van boodschappen doen. Terwijl ik de boodschappentassen in de lift naar boven bracht, parkeerde mijn liefje de auto op het terrein. Ze pakte haar schoudertas van de bijrijdersstoel en moest iets verder reiken naar haar leesboek (Iris Hannema). Ze boog zich over het middenconsole en hoorde “knak”, terwijl een heftige pijnscheut door haar heen ging. Gekneusde rib. Toen wij in 2012 in Forster, New South Wales verbleven, viel ze met de fiets ongelukkig op een trottoirband; toen kneusde ze een rib aan de linkerzijde. Nu betreft het een rib ter rechterzijde. Ze varieert wel. Dit euvel gaat weer even duren: vorige keer hield ze drie maanden last, we gaan nu uit van twee. Ik mag haar voorlopig niet aan het lachen maken, niezen is uit den boze, tillen en bukken gaat niet, opstaan is moeizaam, een goede slaappositie vinden duurt even. De zeemeerminnencursus in Tarragona voor volgende week is afgezegd. Twee kreupelen op één kussen, daar liggen aspirines tussen! Overbodig te zeggen dat haar verjaardagskado voor dit jaar een opgelapte auto is. Verder gaat het goed met ons. De moussaka was voortreffelijk; mijn smakelijkste ooit.



woensdag 2 september 2015

Reislustige Hollandse over ontembare wereldreizigster

Bernadette bracht het mee als kadootje: het boek 'Miss yellow hair, hello!' van Iris Hannema dat ik onlangs uitlas. Het boek bevat de rauwe, geestige en absurde avonturen van deze jonge reisjournaliste en wereldreizigster (1985). Sinds 2008 reist zij door de wereld, doorgaans in haar eentje, het liefst over ongebaande paden. Het boek kwam in 2014 uit.

Het zijn geen verhalen waarbij je verlekkerd wegdroomt naar exotische vakantiebestemmingen. In die zin zou je het een anti-reisboek kunnen noemen. Want ziek word je toch wel, kamperen doe je in Togo óp de auto, aan corrupte politie in Colombia ontkom je niet, de tijdelijke liefde bedrijf je in het regenwoud van Peru, goden vereren met samba-ballen is op Cuba heel gewoon en gebruik je kartonnen plastuitjes in Benin niet per ongeluk als ontbijtbordje. En wat doe je als er een dronken Iraniër ongevraagd in je bed opduikt? Als je niet van plan bent op reis te gaan, geeft dit boek alle reden thuis te blijven.” Aldus de achterflap.

Hannema oogt woest met haar weelderige bos 'gele' haren en blauwe ogen. Ze is van drank, drugs en rock & roll. Ze meldt dat ze haar reislust van haar vader heeft, dat haar oma joods is, dat haar beste vriendin Annet -eveneens journaliste- standplaats Tel Aviv heeft hetgeen zij een übercoole stad vindt. Haar meest geliefde wereldstad is Rio de Janeiro waar ze een tijdje past op het appartement van de NOS-journaliste Marjon van Royen; een zielsverwant, dunkt mij…
Op de eerste bladzijde moest ik al erg lachen en die lach verdween niet (soms werd het een grijns). Haar stijl is recht-voor-zijn-raap. Ze neemt geen blad voor de mond, spierballentaal en gevloek worden niet vermeden, what she sees is what you get. Ook schuwt ze forse uitspraken over mannen niet, al houdt ze er regelmatig een liefje op na. 

Haar bijbel is de Lonely Planet al blijft zelf nadenken noodzakelijk. Ze reist zoveel mogelijk met openbaar vervoer, voor busreizen van 50 uur deinst ze niet -meer- terug, soms zit ze dagen in een trein. Haar onderkomens zijn slaapzalen in hostels. Elk hoofdstuk gaat over een of meer reisbestemmingen en bevat vaak zinvolle reistips. Over haar reizen naar het Midden-Oosten en naar Pakistan en India zegt ze bijvoorbeeld: draag te allen tijde een trouwring; dat voorkomt een hoop gezeur van mannen. Voor haar is alleenreizen dé manier om de wereld verkennen. Ze deelt reistypes in zes categorieën in: heimwee-types, flashpackers, popiejopie-reizigers, sloebers, geïntegreerden en bereisden. Alhoewel ze zelf tot die laatste categorie behoort (mijn indeling), vindt ze die groep oervervelend; die zijn namelijk overal geweest… ó-ve-ral! Russen komt ze liever niet tegen, met Brazilianen is het altijd gezellig, Engelsen zijn zuiplappen die reizen om te drinken, Pakistan vindt ze een kontland, met kneedgrage piemels en eeuwig gestaar is ze helemaal klaar.

Ondanks dat zij heel anders reist dan ik, zijn veel van haar ervaringen herkenbaar.

Zo volgt ze een cursus Bahasa Indonesia in Jogyakarta, vindt ze Bali saai na terugkeer uit de Molukken. In Ubud gaat ze met Annet op zoek naar de Ketut uit de verfilmde bestseller Eten, Bidden, Beminnen van Elisabeth Gilbert maar de wachtrij voor zijn huis vinden de dames te lang. Van een andere, goedkopere Ketut krijgt ze tijdens een consult, na een harde prik met een satéstokje in haar rechter voetzool, te horen dat haar darmen not good, very sensitive” zijn… Dat zag hij toch maar mooi! Hannema heeft inderdaad zeer regelmatig last van ernstige buikloop. Reizen is verslavend maar niet met diarree! Als backpacker en journaliste beschrijft ze reizen door ruim 40 landen. Een vermakelijk boek, niet geschreven voor angsthazen. Mijn liefje leest het nu. Ik vrees dat ik een reis naar China voorlopig op mijn buik kan schrijven als ze het boek uit heeft.

Vanmorgen las ik in de Los Angeles Times over een onderzoek naar bacteriën aan boord van vliegtuigen. Het blijkt dat het uitklaptafeltje de besmettelijkste plek van het vliegtuig is. In tegenstelling tot de verwachting, is de toilet geenszins de vieste plek omdat de crew deze ruimte constant reinigt. Advies: zorgen dat voedsel geen contact maakt met het tafeltje, continu handen wassen en het tafeltje met eigen doekjes ontsmetten. Tja.

Een van de opmerkelijkste dingen waarover ik in de afgelopen dagen las, was het bericht dat de mysterieuze goudtrein van de nazi’s voor 99% zeker lijkt te zijn gevonden. In oktober 2013 blogde ik voor het eerst over een nazischat die de Nederlander Leon Giesen, spoorzoeker en verhalenjager, op het spoor zou zijn in Zuid-Duitsland; het zou gaan om goudstaven en juwelen. Hij groef met behulp van een bescheiden sponsorbedrag van Bernadette en mij maar hij vond niets. 

Het nieuwe artikel beschrijft de nieuwe vondst: een trein in de omgeving van het Poolse Wrocław, een van de plaatsen in Oost-Europa waar ik ooit werkte. 
Volgens ooggetuigen zou daar in 1945 een treinkonvooi van meer dan 100 meter lengte, met insignes van het Derde Rijk, voorbij zijn geraasd om daarna van de aardbodem te verdwijnen?! 
Naar nu (b)lijkt, ligt de trein 70 meter onder de grond in een doodlopende tunnel die zou zijn gegraven door dwangarbeiders, onder de naam 'Project Riese'. De trein zou 300 ton goud, veel sieraden en van Poolse joden gestolen kunstwerken bevatten; geschatte waarde: tientallen miljarden euro’s. De bal ging vorige maand rollen aan het sterfbed van een Duitse ex-nazi. De personen die de ontdekking deden, wachten nu via hun advocaat op de formele bevestiging van hun vindersloon (10%) voordat zij de precieze coördinaten aan de instanties doorgeven. Gelijk hebben ze. De goudzoekers reizen inmiddels in groten getale naar het gebied af, naar verluidt. Ik ga het op afstand volgen.