Translate

vrijdag 11 november 2016

Met opgeheven hoofd

Afgelopen weekend skypten we met vriendin Bernadette. Het gaat doorgaans over van alles en nog wat, onder andere over Masterchef Australia 2016. Mijn liefje maakte een faux pas met een verspreking die ze enkele weken daarvoor tegenover mij ook maakte. Ze zei nog net niet de naam van de winnaar van ons favoriete kookprogramma maar ze liet wel het geslacht vallen van die kandidaat… Daarmee wist Bernadette dat haar kandidaat de winnaar niet zou worden. Dat maakt het programma voor ons, fans, een tikje minder spannend. 

Het is geen boze opzet van haar kant; in tegendeel. Het komt doordat ze dagelijks de Sydney Morning Herald leest. Daarin wordt wekelijks uitgebreid over culinaire zaken geschreven, aangezien Australië wereldwijd aan de weg timmert op dat vlak. Deze keer ging het mis toen zij vertelde dat Lex & Max, die voor een kort staatsbezoek Down Under waren, persoonlijk kennis maakten met de winnaar van dit jaar. Het Sydney Opera House kleurde voor die gelegenheid even oranje. Ook Bernadette verschoot van kleur. Van je vriendin moet je het hebben.

De amateurkoks waren deze week aan de westkust van de Verenigde Staten. Ze moesten onder een strakblauwe lucht al fresco koken, tegenover de iconische Golden Gate-brug. De volgende dag hadden ze allen een verbrand hoofd. Kennelijk vergaten ze zonnebrandcrème van de Cancer Council te smeren. Deze week was Dominique Crenn hun gastchef. Ze is Française van origine, chef/eigenaar van Atelier Crenn, een moleculair-gastronomisch restaurant in San Fransisco. And ‘she dates women’. De amateurs moesten haar champignongerecht namaken, getiteld ‘Walk in the Forest’. Dat was Poetry on a Plate. Niks wandelen. Sluit mij maar een uurtje met haar op in de voorraadkast!

De dag daarop kookten de kokkies in Napa Valley. De dag erop moesten de andere kandidaten food truck-gerechten koken. Vandaag moeten de kandidaten aan de bak in Los Angeles. Er zijn nog zeven kandidaten in de race; ook mijn favorieten Mimi en Trent. 
Volgende week begint de finaleweek van Masterchef Austalia 2016. Ik ga het tot de dag vóór vertrek volgen op de Nederlandse televisie en kijk daarna in Bali de laatste episodes via internet, voorzichtig manoeuvrerend om niet alsnog per ongeluk de finalisten of de winnaar vóór afloop te zien.

In de afgelopen weken volgde ik ook heel af en toe het Nederlandse kookprogramma Topchef 12 Provincies (jaargang 2011 wordt kennelijk herhaald). Ik kan niet zeggen dat ik met plezier kijk; mijn drijfveer was eerder leedvermaak. Amateur- en professionele koks uit twaalf provincies strijden om de eer en een hoofdprijs van €25.000. De meerderheid van de kandidaten die zich voor de halve finale plaatsten, kan niet veel in mijn ogen. Risotto wordt onder de kraan afgespoeld voordat het wordt opgediend, een roux maken kunnen ze niet, koken in een tajine evenmin, het pocheren van een ei gaat fout, bij proeverijen zitten velen ernaast, oesters worden uit hun schelp gerukt, fileren lijkt vaak op figuurzagen, men heeft geen tijd om een gerecht op smaak te brengen, opmaken lukt niet, darmkanalen blijven in garnalen zitten en nog veel meer ongerief. Wat mij voorts opviel, was dat de kandidaten vaak zo tevreden waren met hun kookresultaat terwijl ik met kromme tenen op de bank zat. Als ze dan werden weggestuurd, gingen ze “met opgeheven hoofd”?!

Wat is dat toch?

Recent las ik een artikel, getiteld ‘Revisiting why incompetents think they’re awesome. Het stuk was een reactie op een onderzoeksrapport van de Amerikaanse wetenschappers David Dunning en Justin Kruger. Ze werkten beiden destijds als psychologen aan Cornell University. Het verschijnsel beschreven zij voor het eerst in 1999 en sinds 2012 leeft het voort als het Dunning-Krugereffect. Strekking: incompetente mensen hebben door hun incompetentie niet het vermogen juiste conclusies te trekken of goede keuzes te maken. Ze vinden zich beter dan ze in werkelijkheid zijn. Dat noemden de wetenschappers illusory superiority. Het onderzoeksrapport kreeg in de loop van de jaren een soort cultstatus, iets dat de opstellers nooit hadden verwacht.

Het aangehaalde artikel is van de Britse natuurkundige en wetenschapsjournalist Chris Lee die aan de Universiteit van Twente werkt en zijn beheersing van de Nederlandse taal in dit stuk kritisch onder de loupe neemt. Hij vindt dat hij het best aardig doet voor een buitenlander maar “everywhere around [him], [he] find[s] signs that [his] Dutch is terrible”. Saillant detail is dat de heren Dunning en Kruger in 2000 de satirische Ig Nobelprijs voor Psychologie ontvingen “for their modest report”.

Het was dus druk op Mount Stupid. En dan dat voortdurende gevloek en getier tijdens de kooksessies in het programma. De geslachtsdelen vlogen de kijker om de oren. Een kandidaat uit Groningen maakte het wel heel bont, een gastchef sprak hem in eigen keuken op diens taal aan. De juryleden waren vaak eveneens verre van opbouwend in hun beoordelingen. Een gemiste kans. Bij beide mannen constateerde ik bovendien een taaltik: werkelijk alle ingrediënten en gerechten die ze moeten proeven krijgen een verkleinwoord. “Een zoetje, een zuurtje, krokantje, een gerechtje, visje, sausje”… Pffff. Het is om simpel van te worden.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten