In voorbereiding op het passeren van de koopakte bij de notaris, ontdekte
onze zaakwaarnemer Antonio in februari van dit jaar dat de afmetingen van ons
nieuwe huis niet overeenkwamen met de gegevens in het zogenaamde ‘Registro de
Propiedad’ van de gemeente, het Eigendomsregister. Vanuit de lucht zag hij een
aanbouw aan de achterzijde van het huis -door mijn liefje en ik ‘De Caravan’ of
‘De Oranjerie’ genoemd- die niet stond geregistreerd.
Het aparte is dat wij met de vorige huiseigenaren William & Lynn in
een plaatselijk parkje aan het bowlen waren toen het telefoontje met die
bevinding kwam. Ik zag aan Bill‘s steeds roder wordende hoofd en zijn lichaamshouding
dat er iets niet in orde was maar wist op dat moment niet dat het iets
gemeenschappelijk betrof. Niet veel later vertelde Antonio ons wat hij had
geconstateerd en ondernomen. Wij wisten niet beter dan dat meer dan tien jaar
geleden een bouwvergunning was aangevraagd en verkregen voor de uitbreiding van
het huis. We zijn niet de enige in de straat met een dergelijke aanbouw.
Kon het passeren van de akte bij de notaris nu wel doorgaan? Moest de
verkoop überhaupt doorgaan indien er sprake zou zijn van illegale aanbouw? Geen
van de partijen had behoefte aan gedoe. Zij hadden al hun meubilair reeds
verkocht of op de boot gezet en onze verhuisdozen stonden reeds in hun huis.
Bovendien hadden wij ons huis verkocht…
Antonio vond ook uit dat er in onze nieuwe woonwijk een Vereniging van Huiseigenaren
bestaat; niet zo’n formele als die in Campoamor, deze houdt geen
jaarvergaderingen. Wel is er een president die Fernando bleek te heten en in
Murcia woont. Hij werd gebeld. Als het de betrokken partijen lukte, moest hij met
terugwerkende kracht namens de
vereniging een verklaring ondertekenen over het akkoord van die aanbouw. Dat
lukte niet. Wel kwam -op kosten van de Britse eigenaren- een architect de eetkamer
bekijken en opmeten.
In het koopcontract werd vervolgens alles in detail beschreven; het huis kent
twee verschillende afmetingen: een met en een zonder aanbouw. Het reservepotje voor
het regelen van de kwestie wordt benoemd, net als het werk van de architect. Er
was op de dag voorafgaande aan het notarisbezoek en de dag zelf nog veel
overleg, ook met de notaris. De akte kon uiteindelijk passeren. Mijn liefje en
ik werden formeel eigenaren van een huis met zonder aanbouw. Wij zouden rond de
zomer zelf contact zoeken met president Fernando om de zaak te finaliseren.
Dat eerste contact vond in juli plaats, via een Spaanse mail. Fernando
spreekt alleen zijn moerstaal. Daarin schreef ik dat we hem graag wilden spreken
om de ampliación formeel te regelen. Hij schreef één zin terug: in augustus zou
hij naar zijn vakantiehuis in onze woonwijk komen. Ik stuurde hem daarop ons
telefoonnummer toe zodat hij ons na aankomst kon bellen. Op 10 augustus had ik
nog niets van hem gehoord. Ik stuurde wederom een mail met de vraag wanneer we
konden afspreken. Rond één uur op 12 augustus, was zijn antwoord. Geen aanhef,
geen groet, niets. Zijn adres stond in het Betreft-vak.
Fernando was kennelijk een man van weinig woorden. Zou het een nukkige,
arrogante Spanjaard zijn? Organisatietalenten als mijn liefje en ik zijn,
vroegen we Antonio tijdig om raad. Die stuurde ons een Spaanse voorbeeld-verklaring;
met Fernando moesten we tot iets vergelijkbaars komen. Dat voorbeeld gebruikte
ik vervolgens om met de gegevens uit het officiële koopcontract een Spaanse verklaring
op te stellen, met één doel: zijn handtekening. Het document brandde in mijn
mapje toen we naar onze afspraak liepen.
Fernando bleek een benaderbare persoon met pretogen te zijn, al was dat
niet het eerste dat mij opviel toen ik hem de hand schudde. Een man met een
snor, roker, binnensmonds pratend (zoals
vele Murcianen doen), in sportbroek en -shirt van een marathon, op badslippers, met
een klassieke primrose yellow Fiat 500 op de oprit. Als woordvoerster van de
familie ging ik tactisch naast hem zitten. Zijn eerste vraag was of we een
groot of een klein probleem kwamen bespreken. Vanzelfsprekend zei ik ‘pequeno’
(klein); ik wilde de kwestie niet groter maken dan het was.
We kletsten wat om het ijs te breken. Na mijn toelichting en beschrijving
van de aanbouw, legde hij uit dat we helemaal geen probleem hebben. Hij was als
president door de vorige eigenaar benaderd voor die aanbouw. Zolang je geen
muren verandert of plaatst, heb je zelfs geen bouwvergunning nodig. Voor die
achterkamer waren bestaande muren gebruikt, de aluminium schuifpui en het dak
waren demontabel. Hij toonde ons zijn eigen overkappingen en aanbouw; daar was
onze Oranjerie niets bij. Van illegale bouw was dus geen sprake en dat was belangrijk om te weten.
Tijdens het gesprek bleef ik de verklaring echter onder zijn neus duwen. Zonder
zijn handtekening zou ik niet weggaan. Af en toe legde ik mijn hand op zijn
arm; zoiets werkt bij Spanjaarden. Hij lachte op enig moment mijn zorg weg: “die handtekening
krijg je van mij”. De afspraak had het beoogde resultaat. Op ons verzoek kwam hij de aanbouw
nog even met eigen ogen bekijken. Fernando keerde inmiddels naar Murcia terug, zijn vakantie zit erop. Gisterenochtend belde hij: “Met de president”... dat intimideerde niet (meer), Hij gaf mij, zoals afgesproken, het fiscale nummer van de vereniging (CIF) door waarmee ons certificado compleet is.
Met deze verklaring gaat administrateur Antonio de exacte gegevens van ons
huis in het betreffende register vastleggen. Daarna gaan we weer naar de
notaris om een bijgewerkt eigendomsbewijs te ontvangen. No pasa nada, het komt
goed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten