Translate

vrijdag 30 augustus 2019

Tummy hugs

G’Day! De eerste week van Masterchef Australia 2019 op de Nederlandse televisie zit erop. De eerste tranen zijn vergoten, de eerste Kleenex tissues verbruikt. Het is en blijft een boeiend en emotioneel programma; dat kan nu al worden beaamd. Ik denk dat ik niet de enige fan was die kippenvel kreeg toen de drie juryleden zich op het bordes van het Masterchef-gebouw vertoonden. Al gaat het in principe niet om hen, het trio kreeg een heldenontvangst. Dat kwam volgens mij ook door de Willy Wonka-broek van Matt! 50 voorgeselecteerde Australiërs en hun entourage meldden zich daar voor een gooi naar de kans op Eeuwige Keukenroem (aanvankelijk typte ik room maar dat zegt alles over mijn spellingschecker).

Ik bedacht mij dat het de laatste keer is dat we dit concept in deze vorm zien. De mannen keren vanwege een contractgeschil namelijk niet terug in 2020, al lijken ze nog wel betrokken bij de eerste selectie. Dat concludeerde ik naar aanleiding van de foto die ik aantrof op de officiële website van EndemolShine Australia. De deadline voor inzendingen voor volgend jaar sloot op 9 augustus jongstleden.

Iedere potentiële kandidaat moet een vragenlijst van zes pagina’s invullen. Je mag een korte introductievideo meesturen maar dat is niet verplicht. Gekozen worden, berust op geluk. Elk jaar zoekt het productieteam iets nieuws of iets anders en je weet maar nooit of dat op jouw sollicitatieformulier staat vermeld. Elk van de geselecteerde kandidaten moet vervolgens eenmalig de eigen ‘signature dish’ achter de schermen bereiden. Zo komt een voorselectie van 50 kandidaten tot stand. In deze fase worden al opnamen gemaakt van ieders privésituatie die tijdens de kennismakingsronde in het echte programma worden vertoond.

En genieten was het, vanaf de eerste minuut. De eerste gast die binnenwandelde, was de winnaar van vorig jaar: Sashi Chelia. Na de finale hing hij zijn baan van gevangenisbewaarder aan de wilgen en stapte een veel vrijer en creatiever leven in. Het viel mij op dat hij strakker en hipper werd. In augustus vorig jaar opende hij zijn eerste pop-up restaurant in Melbourne, genaamd Gaja by Sashi”. Geen fine dining maar een bewuste keus voor streetfood. Hij probeert drie culturen in zijn gerechten tot uiting te brengen: Chinees, Maleis en Indiaas. Sashi komt oorspronkelijk uit Singapore en daar zijn die drie stromingen prominent in de lokale keuken aanwezig. Zijn eerste tijdelijke restaurant bleef 13 weken open en was een sukses. Dit jaar deed hij het in Adelaide.

Iedere kandidaat die zich voor de auditie meldt, brengt de duvel en zijn oude moer mee naar deze kwalificatieronde. Ze maken er een dagje uit van en gelijk hebben ze. Het feit dat je voor de auditie (aanvankelijk typte ik audiëntie, een Freudiaanse vertyping) wordt uitgenodigd, vind ik al bijzonder. Degenen die moeten koken, brengen hun eigen ingrediënten en machines mee en krijgen 60 minuten bereidingstijd. Het kookniveau van de amateurs ligt elk jaar hoger en dit seizoen lijkt daarop geen uitzondering. Na de gong reden ze hun trolley langs een fotogallerij van voormalige winnaars de proefruimte binnen. Blijf dan maar eens kalm. Voor 24 van hen werd het een onvergetelijke dag, voor de rest een dag om snel te vergeten. Sommige afgewezenen besloten ter plekke zich volgend jaar weer op te geven met een beter recept. Het gaat om 15 vrouwen en negen mannen. The Lucky Ones.  

De eerst kandidaat die zich kwalificeerde voor de Top24 van 2019 heet Tim (33). Hij is kookleraar en beheerder van een moestuin op een school voor bijzonder onderwijs. Hij lijkt als twee druppels water op de Britse prins Harry, graaf van Sussex en aanstaande vader van maximaal twee kinderen, vanwege het klimaat… Hij bereidde buikspek met krokant zwoerd, zacht gegaarde appels, puree van selderij en een uitgekiende saus met één deel vleesvocht. Slim, want de smulpaapjuryleden kunnen een goed uitgevoerde versie van dit recept niet weerstaan.

De tweede kandidaat die zich kwalificeerde, heet Jess (28). Ze is groot, luid en grappig, werkzaam in de reisbranche. Vorig jaar onderging ze een operatie waarbij een goedaardige tumor rondom haar schildklier werd verwijderd. Ze ging naar de huisarts vanwege keelpijn. Het bleek te gaan om een ijsbergvan 15 centimeter. Zo beschrijft ze het in een artikel dat ik met één oog las in een Australisch online-tijdschrift. Ik wil immers niets lezen dat ik nog niet wil weten. Jess bereidde een oogstrelende krans van Sint-jakobsschelpen met subtiele groenten en zelfgemaakte kruidenolie. Voor haar precies gegaarde schelpdieren kreeg ze een compliment zo groot als een ijsland!

Kandidaat nummer 3 heet Huda (34) en is afkomstig uit Saoedie-Arabië. (Vorig jaar was er een kandidaat die Hoda heette en ook een hoofddoek droeg.) Ze bereidde een kleurrijke, kennelijk heerlijke köfteschotel waarvoor de jury als een blok viel. Verder weten we nog niet veel van haar maar haar glimlach breekt harten.

En dan hebben we ook nog Kyle-de-pescetariër (29, met hangsnor) die de jury op het verkeerde been zette door te beweren dat hij jacobsschelpen serveerde terwijl het een speciale champignon ‘in de vorm van’ betrof. Ze konden de grap wel waarderen. Zijn verloofde is zwanger van een tweeling en zou weleens kunnen bevallen tijdens dit seizoen als hij lang in de race blijft. We gaan het zien. Kyle’s culinaire droom is een eigen groenterokerij en dat deed wel wat wenkbrauwen fronsen... Vegetariërs deden eerder mee aan de kookwedstrijd maar ze strandden vaak na het bereiden van vleesgerechten. Ik vraag mij af of ik ooit een Masterchef Australia-winnaar zal zien die principeel vegetariër, pescetariër of frutariër is.

Anushka uit Armenië (49) is drie turven hoog en een van de oudere kandidaten. Jurylid George was extra blij met haar: eindelijk iemand in het programma die kleiner is dan hij. Daarentegen reikt ze net tot Matt’s navel. Ze veroverde de harten van de mannen met haar verhaal (gevlucht vanwege de oorlog in haar vaderland) en een traditionele honingtaart, inclusief zelfgemaakt honingraat.

Derek (26), financieel analist, heeft meer weg van voetballer Cristiano Ronaldo als het om spierbundels en haardracht gaat. Hij blies de jury van de sokken met zijn gestoomde dumplings met chiliolie, geleerd van zijn moeder. Kandidaat Steph met opvallende bril (45) deed datzelfde met een niet uit te spreken Indiaas gerecht. Hoe kwam ze aan de inspiratie?, vroeg George. Ze is getrouwd met iemand uit die cultuur.

En dan hebben we nog een kandidaat met een Libanese achtergrond, een brutale Ozzie met een 100% Hollandse achternaam (Boersma), iemand uit Kashmir, een kind van ouders die een Spaans restaurant hebben, een Indonesische en ga zo maar door. Het geeft maar weer eens aan wat een smeltkroes Australië is. Het zijn de persoonlijke verhalen die het programma een extra dimensie verschaffen.

13 kandidaten, gestoken in grijze schorten, moesten voor de tweede keer koken voor zes resterende schorten. Dat je niet kansloos bent, toont Billie McKay aan. Zij was winnares van het zevende seizoen en begon met zo’n schort. Dit jaar is ze een van de mentoren van de huidige amateurs. Het kan verkeren. De enthousiaste Leah (22) sleepte het laatste schort binnen, zeven anderen dropen af. Deze week werd het 250ste exemplaar ervan uitgereikt.

Ik heb al een favoriet: Dee uit Sri Lanka (37). Met haar voortreffelijke chilikrab kwalificeerde ze zich in de tweede ronde. Bij mij deed ze dat al bij haar allereerste glimlacht. Ze heeft namelijk een spleetje tussen haar voortanden en dat maakt haar onweerstaanbaar. Zij was het ook die de eerste officiële kookopdracht won in de officiële Masterchef-keuken, met een curryrecept van haar moeder. De jury vond het Dee-licious!

Masterchef Australia zonder kandidaten met een Aziatische achtergrond is ondenkbaar. Driemaal werd zo gewonnen: door Adam Liaw, Diana Chan en Sashi. Het aantal finalisten met die roots is niet op de vingers van twee handen te tellen. Een van hen treedt dit seizoen -net als Billie- wekelijks op als mentor: Poh Ling Yeow. Deze publiekslieveling werd tweede in het allereerste seizoen (2009).

Ik werd een groot fan van de Aziatische keuken. Je kunt mij er nachtelijks voor wakker maken. Curry laksa, truffel dumplings en hokkien mee in Kuala Lumpur, bak kut teh (ribbetjes in bouillon) elders in Maleisië, som tum (groene papaya), pad thai en kleefrijst met mango in Bangkok, massamancurry elders in Thailand, chili crab en krab met zwarte peper in Singapore, Pho en gevulde pompoen in Phnom Penh, bai sach chrouk (varkensvlees met kokos) in Cambodja, wantan mee in Penang (Maleisië), tijgergarnalen in Myanmar, kip met rijst in Sulawesi, ikan bakar en nasi campur op Bali, noedelsoep en nasi lemak op Java, khao piak sen (rijstmiesoep) in Laos, poloscurry (jonge nangka) in Sri Lanka. Yummm en memorabel. Al veel geproefd, nóg meer te gaan!  

We gingen onlangs weer eens naar het oude-vertrouwde Aziatische restaurant Yahoo, nabij het strand van Campoamor. We waren er al een tijd niet geweest en werden verrast door een nieuw menu. We kwamen er niet meer graag omdat de gerechten niet meer zo op smaak waren, naar onze papillen. Te weinig zout, peper en specerijen ontkracht gerechten uit deze keuken. Niet alles dat voorheen op de kaart stond, is behouden. De kaart biedt echter nog steeds een ruime keuze maar er is nu een tweedeling: uiteenlopend Aziatisch (Thais, Chinees, Mongools, Japans) en uitsluitend Japans (sushi & sashimi).

Wij kozen uit het eerste gedeelte. Samen deelden we een voorgerecht: met  ossenstaart gevulde rolletjes met verse kruiden en een sausje. Verrassend lekker. Als hoofdgerecht koos ik een garnalenschotel met bamboescheuten, ui en champignon. De saus kon ik niet thuisbrengen maar was vingerlikkendlekker, de portie ruim. Elk onderdeel smaakte voortreffelijk, de kruiderij was uitstekend. Bovendien werd het mooi opgediend: in een schaal in de vorm van een grote Triton-schelp.

Mijn liefje bestelde Japanse mie met gevarieerde groenten en dunne plakjes varkensvlees die je kon wegzuigen. Dat klinkt eenvoudig maar was subtiel. Voor haar keuze gold hetzelfde: perfect op smaak gebracht. We vroegen de Chinese eigenaar of hij een nieuwe chef in de keuken had staan. Nee, dus. We snappen niets van die wonderbaarlijke herrijzenis maar zijn er erg blij mee. Wat je noemt tummy hugs. (Dat klinkt stukken beter dan maagknuffels!)


dinsdag 27 augustus 2019

Huis-tuin-en-keuken-ruil?

Een zomer zonder boeken is voor mij ondenkbaar. Voor wie het zich afvraagt: ik heb nog geen reactie gekregen op mijn recente sollicitatie naar de droombaan van Barefoot Bookseller op een tropisch eiland. In de oproep in een Nederlands tijdschrift las ik dat de organisatie vanwege het overweldigend aantal reacties niets zal laten horen aan kansloze kandidaten. Ik vrees dat ik in dat afwerkbakje terechtkwam zonder het te weten... Maar ik houd moed.

Het is geen eenvoudige opgave om een constant gelijkblijvende boekenstapel weg te werken. Een tijdje geleden werd de longlist (13 werken) voor de Man Booker Prize 2019 gepubliceerd, de meest prestigieuze literaire prijs in het Engelstalige gebied. Zoals elk jaar neem ik mij voor enkele werken te lezen. Inmiddels rondde ik ‘The Wall’ en ‘Lost Children Archive’ af. Ik denk niet dat de Muur naar de volgende fase gaat (boeiend maar beperkt thema en nogal steriel qua stijl), het Archief van Valeria Luiselli zou weleens op de shortlist terecht kunnen komen. Die wordt op 3 september bekendgemaakt.

Daarnaast komen er aan de lopende band bestseller zomerboeken uit, zoals van veelschrijvers David Baldacci (‘One Good Deed’), John Grisham (‘The Accomplice’) en James Patterson (‘The 18th Abduction’, van de Women’s Murder Club). Die lezen gemakkelijk en ontspannen weg. Nummer 6 van de Millenium-reeks verscheen zojuist in het Engels: ‘The Girl Who Lived Twice’, van David Lagercrantz. Het zou zijn laatste zijn. 
Vriendin Bernadette raadde mij aan ‘Star of the North’ (J.B. John) te lezen en dat deed ik inmiddels. Het is inderdaad een spannend verhaal dat zich afspeelt in Noord-Korea rond 2010. Een Aziatisch-Amerikaanse studiebol wordt door de CIA gerekruteerd om de banden met Kim’s regime aan te halen. Stiekem gaat ze tevens op zoek naar haar vermiste tweelingzuster; die door de Noordkoreanen zou zijn ontvoerd. Veel in dit boek is gebaseerd op de werkelijkheid, inclusief zaaddrachtprogramma. Een heuse page turner!

Barack Obama maakte deze maand zijn zomerleeslijst bekend. In Esquire begon het artikel daarover met Remember when we had a president who actually reads? Those were the golden days.” Daarop staan o.a. het aangrijpende boek ‘The Nickel Boys/De jongens van Nickel’ van Colson Whitehead (absolute aanrader) en eerder werk van de onlangs overleden Toni Morrison. Als eerbetoon.

En dan zijn er ook nog de ettelijke, aan boeken gerelateerde artikelen en nieuwsbrieven die de moeite van het lezen waard zijn. Enige FOMO -Fear of Missing Out- op het boekenfront is wel aan mij wel besteed!

Illustratie: Tzenko
‘De typische lezer van illegale e-books zou nóóit een boek uit de winkel stelen.’ Dat was de eerste zin van een interessant artikel dat onlangs in De Volkskrant verscheen. Het gaat over keurige boekendieven. Mijn interesse was gewekt. De tweede zin was even sprekend: ‘Maar in boekenclubs en in Facebookgroepen worden ze massaal gedeeld.’ Auteur Emma Curvers vraagt zich af waarom dat gebeurt en wat de precieze omvang van het probleem is. Want dat illegale e-boeken problematisch zijn, was mij al duidelijk.

De auteur beschrijft dat zij een mail van haar leeslustige oma ontvangt met daarin de epub van het recentste boek van Peter Buwalda, getiteld ‘Otmars Zonen’ (het eerste boek van een beoogde literaire drieluik). Buwalda won met zijn debuutroman ‘Bonita Avenue’  vele prijzen dus ik hield een oogje in het zeil. Nu wil het toeval dat ik de papieren versie van zijn tweede boek zelf kocht, direct na verschijnen. Ik was op Vaderlandse bodem en bezocht boekhandel Paagman in Den Haag. Daar voel ik mij altijd als een kind in een snoepwinkel; doorgaans loop ik met tassen vol de deur uit. Als ik er niet zelf ben, vraag ik vrienden vaak iets van Nederlandse bodem voor mij te kopen en mee te brengen. Ik noem ze liefkozend mijn postillons d’amour.

Ik las Buwalda’s boek in één ruk uit maar besteedde er geen blog aan. De auteur is zonder meer een taalvirtuoos, de thema’s in dit boek (familiedrama’s, schandalen, journalistieke coups) zijn interessant en ook zijn humor blijft niet onopgemerkt. Otmars Zonen kent een flink aantal personages en complexe verhaallijnen. Ludwig (voorheen Dolf) Smit en zijn moeder Ulrike, femme fatale Isabelle Orthel en haar dominante grootvader, de geniale zoon Dolf Smit die Beethoven verafgoodt en zelf een grootse pianocarrière volgt, vader Otmar die stiefvader van Ludwig wordt en Johan Tromp  Ludwig’s biologische vader en topman van Shell. Het zal dan ook niet verbazen dat bloedbanden een belangrijke rol spelen. In het boek is sprake van een constant wisselend tijdsbeeld: van een beetje heden naar steeds meer verleden. Het verhaal wist mij mee te slepen maar eerlijk gezegd was er ook iets off...

Ik denk dat het de SM-relatie is die Orthel -onderzoeksjournalist en studievriendin van Dolf aka Ludwig- met de perverse Tromp van het foute oliebedrijf aangaat. Die verhouding vind ik verbijsterend in zijn perversie en lijkt er voor mij met de haren bijgesleept. (Nee, geen woordgrap.) Dat nam niet weg dat ik het boek met plezier aan leesvriend Ben te leen gaf. Al was het maar omdat de plot zich deels afspeelt in Sachalin en een van zijn vrienden daar woont en werkt. Ik ben erg benieuwd naar de rest van Buwalda’s drieluik.

Uitlenen doen we hier dus regelmatig. Er is geen sprake van een officiële leesclub maar veel van mijn vrienden zijn enthousiaste veellezers, net als ik. We praten vaak over boeken en als ik een werk een aanrader vind, deel ik het graag. Dat geldt ook voor digitale boeken. Curvers noemt dat in haar artikel de huis-tuin-en-keuken-ruil.

Ze schrijft vervolgens “Peter Buwalda deed er acht jaar over om Otmars Zonen te schrijven, maar het duurde nog geen twee weken voor het in handen viel van deze gewetenloze bende, die met epubs strooit alsof het Albert Heijn-uitjeszegels zijn. Nou doet Buwalda’s boek het prima (hij verkocht zo’n 20 duizend e-books en 90 duizend papieren exemplaren), maar dat lot treft niet alle auteurs [..]”.

Steeds minder schrijvers in Nederland kunnen namelijk leven van hun werk. Dat komt niet alleen vanwege een krimpende boekenmarkt maar ook door illegale e-boeken. Er blijkt nog steeds geen precies beeld van de omvang van het probleem te bestaan. Zelfs de directeur van het Centraal Boekenhuis durft geen getal te noemen maar denkt dat een schatting van minimaal 50 miljoen oplopend tot circa €100 miljoen -geschat door iemand van Stichting BREIN- aan de hoge kant is. De Auteursbond weet evenmin om hoeveel gederfd inkomen het precies gaat.

Toen de e-readers op de markt verschenen, was er heel weinig aanbod. De prijs van de eerste e-books lag voor de lezer te hoog: op circa 80% van de papieren boekenprijs. De boekenindustrie kwam te laat op gang met goed geprijsde, beveiligde e-boeken. Intussen ontstonden er torrentsites met illegale boeken voor de technologisch geavanceerde lezer. In de loop van de tijd verplaatste het illegaal downloaden zich naar de voorkant van het net. Je kunt USB’s met honderden illegale e-books kopen op Marktplaats en eBay. Het is een illusie te denken dat je digitale boeken afdoende kunt beveiligen tegen piraterij. DRM-beveiliging werd door het lezerspubliek met irritatie ontvangen, het watermerk bleek nauwelijks te beveiligen. De hoop lijkt nu gevestigd op betaalde abonnementsdiensten (Leeslounge, Bookchoice, Kobo Plus, Bookmate, Scribd, Bookbub en vele andere) maar die bieden zelden bestsellers of literatuur-met-hoofdletter L aan.

Curvers kwam in contact met de beheerder van de Facebookgroep Meldpunt E-bookpiraterij. Hij infiltreerde in besloten groepen waar dagelijks honderden boeken worden gedeeld. Je ziet daar gebruikers vanaf 30 tot ongeveer 65 jaar, met name dertigers en veertigers, waarvan driekwart vrouw. Dat is logisch, want deze ‘middengeneratie’ is opgegroeid met internet, toen je makkelijk films en muziek kon downloaden via Napster en The Pirate Bay. Zij doen nu hetzelfde met boeken.

Een medewerker van Stichting BREIN, de organisatie die inbreuk op auteursrecht onderzoekt en beboet, infiltreerde in twee besloten Facebookgroepen. Je kon alleen lid van de groepen worden op uitnodiging. Daarin werden onder 3.000 leden 8.000 illegale e-boeken uitgeruild. 65% van de ondervraagde lezers denkt dat een e-book mag worden gedeeld als ervoor is betaald. Iemand betaalde ooit voor het eerste exemplaar... Tja. Vier beheerders kregen in juli van dit jaar ieder een boete van €6.000 opgelegd en de groepen werden opgeheven. Als die beheerders in de toekomst weer in de fout gaan, kan hun beboeting oplopen tot €10.000, plus €500 extra per illegaal boek.

De oma van Curvers vindt zichzelf geen dief, hoogstens een heler. Mensen die illegale e-books op hun reader hebben, vinden zich niet crimineel. Nederlanders die het doen, zien zichzelf hoogstens als burgerlijk ongehoorzaam. Dat herken ik. Het delen van digitaal boeken vind ik zelf niet per se fout. Een papieren boek leen ik toch ook uit of neem ik van een ander in ontvangst? Er is vaak sprake van een gebrek aan kennis bij mensen die zich eraan schuldig maken. Dat geldt ook voor mij. De regel is dat je een papieren boek mag uitlenen maar niet mag kopiëren en verspreiden. Strict genomen, mag je een e-boek niet uitlenen want dat is precies wat je doet als je het doorgeeft: een extra exemplaar in omloop brengen. Ik mag mijn e-reader wel aan mijn liefje overhandigen zodat ze mijn boeken kan lezen maar mag haar of een leesvriend geen werk doorsturen. Dat klinkt wellicht krom maar het is kaarsrecht! Ik behoor dus ook tot de bende van boekendieven… Curvers vroeg Buwalda om een reactie. He was not amused en dat is begrijpelijk en terecht.


zaterdag 24 augustus 2019

Mis het niet!

Vandaag begint hier de 74ste ‘Vuelta a España’, de Ronde van Spanje. De start is bij ons in de buurt. De renners maken namelijk een rondje om de Salinas van Torrevieja. Nu vinden we die plaats niet bepaald interessant. Dat bedoel ik niet neerbuigend, ruim 85.000 inwoners kozen het als hun thuis. Als we er al komen, is het voor een wandeling over de lange boulevard en om daar een ijsje te eten met uitzicht op de Middellandse Zee. 
De zoutmeren in de buitenwijk van de stad zijn op zich een bezoek waardig, echter niet met duizenden anderen om ons heen.
Slechts eenmaal eerder, toen we nog in Campoamor woonden, trokken we erop uit om de wielrenners te zien rijden op de N-332. In de verte zag ik spaken glinsteren in de zon, vervolgens kwam er een wolk van kleuren op ons af en toen ik met de ogen knipperde, was de meute alweer voorbij. Het idee dat ze de steile heuvel langs ons toenmalige strandje beklommen en van hetzelfde uitzicht genoten als wij, was aardig.

De ronde van Spanje is ruim 3.200 kilometer lang maar is welbeschouwd geen ronde. Er wordt gefietst op 21 trajecten aan de oost- en noordkust van het land, rondom Madrid en in Andorra. Het grootste traject leggen de renners af in bus en vliegtuig en dat vind ik wel nepperig. Wielrennen vind ik sowieso niet de interessantste sport die er is, met die kopman-knechtstructuur al fiets ik zelf graag recreatief. Naar de Ronde van Frankrijk keek ik dit jaar welgeteld 30 minuten. Mijn liefje krijgt uitslag als ze Mollema of Gesink hoort. Torenhoge salarissen en veel woorden maar weinig daden van enige importantie. Deze koers gaan we dus niet aanschouwen. Enkele vrienden in Nederland zouden de koers graag meebeleven, appten ze vanmorgen. De sympathieke Steven Kruijswijk, die goed presteerde in de Tour, zal hier aan de start verschijnen.  

Wat vandaag pas echt feestelijk is, is dat wij van Huize Barefoot elkaar precies dertig jaar en zes maanden geleden leerden kennen. Aaarrgh… waar blijft de tijd?! Ik herinner mij ons eerste avondje uit in Amsterdam goed. We namen een drankje bij Café Schiller, zaten op het terras van L’Opéra, sjansten met de barvrouw van Vive la Vie, dineerden in een Grieks restaurant en namen tenslotte een afzakkertje in Café Américain. We waren degenen die de deur sloten. Een onderhoudende, gemoedelijke en tegelijkertijd spannende avond. Dat smaakte naar meer!

We lieten er geen gras over groeien en spraken af dat ik haar de volgende avond in haar toenmalige woonplaats Dordrecht kwam bezoeken. Overdag moest ik een vriendin in de stad helpen verhuizen en 's avonds ging ik eerst nog met een andere vriendin een hapje eten. Laat stapte ik in de auto en reed naar het zuiden. Zij woonde in een mooie, groene woonwijk maar dat kon ik op dat moment niet waarderen. In het holst van de nacht reed ik rondjes totdat ik er wanhopig van werd. Even mobiel bellen was er niet bij. Toen ik op het punt stond naar eigen huis terug te keren, reed ik plotsklaps het gezochte pleintje op. Na die ontmoetingen was mijn Liefje al de GL, mijn grote lieverd. Dat was nog maar het begin. Ik denk dat we net over de helft zijn, het einde is voorlopig niet in zicht.

We lunchten eerder deze week weer eens bij een van onze favoriete restaurants in de regio (The Fishbowl). We hadden toen al het een en ander te vieren: dat we recent een lekker zomerbuitje kregen, de terrassen zojuist vakkundig waren ontdaan van zand en zout, het pensioengeld vroeg binnen was en we kort ervoor iets voor de eerste keer deden. We missen geen gelegenheid om te vieren, of het nu grote of kleine momenten van geluk zijn.

De noviteit was dat we naar een van de boeien in zee zwommen, honderden meters uit de kust. Mijn liefje raakte er niet over uitgepraat. Dat kun je niet ongestraft bij elk weer- of watertype doen, al zijn we beiden goede zwemmers. Dat kan alleen in een zogenaamd ‘M-zeetje’: geen wind, nauwelijks stroming, een gladde zeespiegel en helder zicht tot op de bodem. Exceptioneel. Zelf crawl ik weleens een eindje richting open water onder mindere omstandigheden maar samen doen we dat nooit. Naarmate we verder uit de kust raakten, verstomde het geluid vanaf het strand meer en meer. We dobberden samen vederlicht in een bubbel van gelukzaligheid. Een mooie ervaring, intiem zelfs.

Afgelopen week was er veel aandacht voor zeezwemmen in de Nederlandse media. Het aantal drenkelingen in de Noordzee neemt jaarlijks toe en het aantal lagere scholen dat zwemmen voor kids op het programmma heeft staan, neemt af. Geen goede trend. Een deskundige verklaarde dat je met zwemdiploma A en B op zak onvoldoende bent geoefend om veilig in zee te zwemmen. Je hebt golven, stromingen, muien en dergelijke, doorgaans zonder zicht onderwater. Dat zijn omstandigheden die zwemmen in zee uitdagender maken. De dag na de bubbel hadden we een rode vlag, de daaropvolgende dag een uiterst verraderlijke zee met korte golven uit alle richtingen en een sterke onderstroom. Het kan verkeren. 

De meeste kinderen in Nederland stoppen met zwemles na het behalen van diploma B. Pas vanaf C zou een kind goed in zee kunnen zwemmen, is het inzicht. Op dat niveau is er namelijk meer aandacht voor zwemtechniek, moeten langere afstanden worden gezwommen en doen kinderen dat gekleed. Pas na het suksesvol afleggen van die zwemtest zijn ze zwemveilig- en vaardig. Als ex-zwemjuf ben ik het daar volledig mee eens. Spaanse kinderen kunnen op het eerste gezicht redelijk goed zwemmen. Ze doen hier ook aan schoolzwemmen en het systeem kent tien soorten diploma’s (die ‘premios’ worden genoemd), van baby’s tot gediplomeerde marathonzwemmers.

Genoeg over zwemmen, terug naar Culiland. Aanstaande maandag (26 augustus) begint het elfde seizoen van mijn favoriete kookprogramma op de Nederlandse tv: Masterchef Australië. De finale vond kort geleden Down Under plaats en nu is het al onze beurt. Joehoe! Van maandag tot en met donderdag te zien op Net5 om 19:30 uur. Het suksesvolle programma wordt in 180 landen uitgezonden, de juryleden zijn wereldsterren, gasten staan te popelen om in het programma op te treden, de winnaar verzekert zich van een plaats temidden van stralende kooksterren. Dat is de essentie van het sukses van dit programma in een regel. 

Het is wel de laatste keer in deze opzet. Juryleden George, Gary en Matt en het Australische 10 Network kwamen niet tot een overeenkomst voor het volgend seizoen. Een specifieke bepaling in het tweejarige contract bleek onoverkomelijk. 
In eerste instantie werd gesuggereerd dat de mannen teveel salaris vroegen; ze zouden ‘geldwolven’ zijn. (Het zou gaan om 9 miljoen Ozzie dollars voor het trio.) Later kwam een genuanceerder beeld naar voren: ze wilden zich niet voor de hele periode vastleggen, wilden tijd vrijhouden voor andere projecten. Dat is hun goed recht. Ik denk dat kanaal 10 een fout maakte... Ze vinden het zelf erg jammer dat ze, na zoveel jaren bomvol sukses, het stokje niet persoonlijk kunnen overdragen aan een nieuwe, wellicht jongere jury en dat vind ook ik een gemiste kans.

Echter, verandering van spijs doet eten. Misschien kunnen we volgend jaar een jury van uitsluitend vrouwen samenstellen? Met Poh Ling Yeow, Maggie Beer en Kelly Wong in de regie? We gaan het zien. Maar eerst gaan we lekker lang genieten van deze jaargang. Mis het niet!


maandag 19 augustus 2019

Van oor tot oor

Vorige week vierde onze Yuda in Bali zijn 12de verjaardag. Hij is de oudste van het stel, degene met de feestelijke udeng op het hoofd. De aanloop naar dat lange-afstandsfeestje verliep niet zonder hobbels. 
Allereerst was er enkele dagen voor die dag op locatie nog geen sprake van een verjaardagsdoos. Het aanstaande feestvarken maakte zich er zorgen om en wij, de afzenders, deden dat met hem. We hadden het ding namelijk zes weken daarvoor vanuit Spanje verstuurd. We hielden echter geen rekening met de festiviteiten die de hindoes van Bali in deze periode hebben: Galungan en Kuningan. Tijdens de eerstgenoemde ceremonie bezoeken de geesten van overleden (voor)ouders het hier en nu. Dat duurt totdat ze het aardse weer verlaten en dat doen ze op Kuningan. Iedere zichzelf respecterende hindoe blijft thuis om de bezoekers te ontvangen met offerandes en gebeden. Alles op het eiland van de goden komt tot stilstand. Ook tante Pos zit dan op haar gat.

Daarbij kwam dat moeder Elsa’s telefoon er enige tijd geleden de brui aan gaf. Het apparaat werkte nog wel maar het scherm was aan gruzellementen en moest naar de reparatie. We hadden gedurende die tijd geen Whatsapp-contact en dat is vervelender dan je denkt. Het is maar iets kleins maar toch speelt zo‘n onderbreking ons parten. We hielden er rekening mee dat er geen foto’s en filmpjes van de verjaardag zouden komen. Kasian. Een dag of twee voor Y Day bleek Elsa weer bereikbaar met een oude telefoon, wachtend op de reparatie van haar nieuwere exemplaar. Ze stuurde een foto van de verjaardagdoos die inmiddels was gearriveerd. De camera van dat oude apparaat was dermate slecht dat ik alleen een lichtbruine schim ontwaarde. 't Is dat ik wist dat het de doos moest zijn...

Groot was de vreugde toen bleek dat het goede mobieltje op de verjaardag weer in de lucht was. Met duidelijke foto’s van de doos, de jarige en zijn hele familie. Joehoe! De gemiddelde verjaardagsdoos heeft één hoofdkado en verder verrassingen, kleding en gebruiksvoorwerpen voor ieder gezinslid. In de loop van de jaren werd dat een gewoonte. Schaf het dan maar weer eens af... Hét kado voor Yuda was dit jaar een drone voor jonkies, zonder camera. Batterijen moest hij zelf kopen; die mogen niet mee in de verzending. Deze vliegende schotel is uitsluitend bedoeld voor kolderieke trucjes in de lucht. Dat leek mij typisch iets voor een 12-jarige jongen als hij. Ik zat er niet ver naast: we zagen een mannetje met een glimlach van oor tot oor. Groter kon niet, dan zouden zijn wangen scheuren!

Zijn moeder appte dat hij tranen in zijn ogen kreeg toen hij het pakpapier van de doos verwijderde. Hij kon niet geloven dat dit zijn kado was… Die reactie kennen we van hem. Hij vroeg ons ooit met natte ogen of zijn eerste fiets ècht voor hem was bestemd. Ik kan mij dat moment nog goed herinneren. Die karaktertrek nam ons alleen maar meer voor hem in. Kado’s geven is vaak leuker dan ze ontvangen, wat mij betreft. Naar verluidt, zaten de batterijen er binnen 15 minuten in, de opnames van een knipperende drone vliegend in huis ontvingen we binnen 30 minuten. Je hoeft jongens van deze leeftijd niets meer te vertellen als het om electronica gaat. Zelfs broer Damai dankte ons hartelijk voor het kado tijdens de daaropvolgende videocall. Dat noem ik rendement!

Diezelfde doos bevatte ook t-shirts die mijn liefje en ik kochten in Pica  tijdens de rondreis door Chili van eerder dit jaar. We bezochten plekken waar miljoenen jaren geleden dinosaurussen rondliepen. Aangezien de jongens, net als zoveel van hun leeftijdgenoten, zijn gefascineerd door deze prehistorische dieren sturen we altijd iets met dat thema op. We kochten de shirts maanden geleden, de drie jongens groeien gestadig door maar de shirts pasten prima. Een pet uit Australië, een drone uit Spanje en kleding uit Chili. Kom er eens om! Mocht Yuda zelf geen wereldreiziger worden (en die kans is groot), dan is er geen man overboord. Sterker nog: het zou de aarde goed doen. Deze generatie gaat daar sowieso bewuster mee om. Hij kan altijd wegdromen bij de souvenirs in zijn eigen museum en de digitale foto’s van onze reizen die we op hun laptop zetten. De wereld, gezien door onze ogen. De hoogtste baas van zijn land heeft trouwens ook een goed punt!

Op de dag van de Indonesische Onafhankelijkheid hield president Joko Widodo alvast zijn troonrede; in oktober wordt hij opnieuw beëdigd. Hij sprak onder andere over het belang van goed onderwijs in het algemeen  en goede beroepsopleidingen in wetenschap en techniek in het bijzonder. Vooral daarmee kan het land minder afhankelijk worden van zijn natuurlijke hulpbronnen, is de gedachte. Human resource development is dus een van de speerpunten voor de komende vijf jaren van zijn regering. Dat worden ook belangrijke jaren voor Yuda die na dit schooljaar naar de middelbare school gaat. Er begint een idee van een vervolgopleiding voor hem te ontstaan maar het is nog wat vroeg daarover te bloggen.

Jokowi had ook een boodschap aan zijn collega-politici en ambtenaren. Waarom zouden zij op buitenlandse zakenreizen gaan met geld van Indonesische belastingbetalers als ze de plekken en gezochte informatie ook op hun smartfoon kunnen opzoeken? Leden van het Huis van Afgevaardigden lagen in de afgelopen jaren regelmatig onder vuur vanwege hun geldverspilling en gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel. Ik vond vooral de foto van de situatie grappig.

Wie ook met een lach op het gezicht poseerde voor de foto, is de 16-jarige Greta Thunberg die bekend werd als de jonge klimaatactiviste. Zij is momenteel onderweg naar New York om daar de ‘Climate Action Summit’ van de Verenigde Naties bij te wonen die op 21-23 september wordt gehouden. Een zogenaamde ‘Youth Summit’ trapt de driedaagse conferentie af dus Thunberg mag daar niet ontbreken. Voor al dat topoverleg en activisme nam ze een jaar vrij van school. Aangezien Greta in Zweden woont en vanwege haar overtuigingen niet wenst te vliegen, was dat een uitdaging. Ik kan deze jongedame met principes en overtuigingen zeer waarderen!

Zij kreeg -met haar vader Svante- een plaats aan boord van zeiljacht Malizia II, bestuurd door de ervaren zeiler Boris Herrmann (38). Hij is met zijn schip in voorbereiding op de Vendee Globe Race 2020 en hoopt volgend jaar geschiedenis te schrijven als de eerste Duitser die solo, non-stop rond de wereld zeilt. Die wereldwaterreis moet in maximaal 163 dagen worden afgerond. Het inleggeld voor elk van de deelnemers is €10.000, de prijzenpot voor de winnaar is €800.000. Bepaald geen slecht rendement.

Malizia vertrok met haar opvarenden vorige week uit Plymouth. Het is de bedoeling dat ze twee weken doen over de oversteek van 3.500 nautische mijlen. Het schip heeft zonnepanelen en hydrogeneratoren aan boord en maakt dus geen gebruik van fossiele brandstof. Tijdens deze reis wordt aandacht gevraagd voor klimaatverandering en wordt onderzoek gedaan naar kooldioxide in het water, de  temperatuur en het zoutgehalte van oceaanwater. Augustus is niet de ideale tijd om over die oceaan te zeilen aangezien het daar orkaanseizoen is. Alhoewel het begin van de reis over woelige baren ging en ze de reis tot dan toe omschreef als kamperen in een achtbaan, was ze niet zeeziek. Nog niet. Op deze live tracker is Team Malizia met Greta te volgen. Ik wens ze een behouden vaart. 


zaterdag 17 augustus 2019

Inburgering 2.0

Een zomer in Spanje is incompleet zonder hondenoverlast. 't Is maar dat je het weet! De kleinste viervoeters hebben vaak de grootste mond; dat noem ik compensatie. (Er zijn tweevoeters met hetzelfde euvel.) Dat geldt zeker voor Thor, de neurotische chihuahua in onze straat. Als iemand langsloopt - klein of groot, mèt of zonder hond: geblaf. Als de rijdende bakker door de straat gaat: meer geblaf. Als vuurwerk wordt ontstoken: ronduit hysterisch geblaf. De bliksemse blaffer doet zijn naam eer aan! En geen baasje dat hem ooit corrigeert... Tja.

Het goede nieuws is dat hij en zijn luidruchtige collega’s wel met hen mee op vakantie mochten. Vandaag wordt wereldwijd namelijk de Dag van de thuisloze dieren gevierd. Nou ja, vieren. In een lokale krant las ik dat 's zomers in de provincie Murcia 3.000 honden per jaar in de steek worden gelaten. Vastgeboden aan een boom in het bos, aan het fietsenrek bij het winkelcentrum of gedumpt naast de vuilnisbak. Zelfs op boten! Vorig jaar zomer werd in de provincie Alicante 35% van alle honden door hun eigenaren in de steek gelaten. Men vermoedt dat het er in heel Spanje meer dan 100.000 per jaar zijn. Zelf zou ik een aantal van die keffers in onze woonwijk graag naar de Melkweg teletransporteren (mijn liefje heeft zelfs snodere plannen). Een huisdier aan de kant van de weg zetten blijft echter barbaars en ronduit egoïstisch als je dat net voor de zomervakantie doet.

Wij werden onlangs door de overburen uitgenodigd voor een hapje en een drankje. Het meeste contact in de straat hebben we in deze tijd met hen, al zijn we beiden tamelijk op onszelf. Zij hebben geen huisdieren, alleen een kleinkind van acht maanden. De kleine heet Marco en is een heuse hartenbreker. De uitnodiging stond voor 20:30 uur, het zijn immers Spanjaarden. Normaliter hebben wij ons avondeten en bordje fruit dan al achter de kiezen. We pasten er in de aanloop naar de avond een mouw aan.

Het zal niemand verbazen dat we met onze vrienden en kennissen vaak over eten praten. Voor de vrouw des huizes brachten we een pakje Nederlandse roomboter mee en voor hem Van Dobben-bitterballen, twee van hun favorieten producten van Vaderlandse bodem. Hun dochter María overhandigden we een bos zonnebloemen. En Marco? Die kreeg zijn eerste zwembroek-met-piraat. Hij gaf een boks als dank.

Beide buren komen oorspronkelijk uit de provincie Extremadura, aan de Portugese grens. Hij serveerde zijn favoriete chorizo uit die streek (volgens hem de beste van heel Spanje), zij haar favoriete plakjes lamsworst. Daarnaast stonden andere soorten droge worst en Spaanse kaas op tafel, van zacht tot pittig. De tortilla was zelfgemaakt. Ik heb nog nooit zo’n mooie, smakelijke variant geproefd. Zacht van binnen... ¡deliciosa! We werden aangespoord de zelfgemaakte appelcrème en pruimenjam uit te proberen. Met een volkoren broodje en een glas Muga-rosé uit 2018 erbij (een van de mooiste roséwijnen van het land) waren alle ingrediënten voor een perfecte avond aanwezig. De belangrijkste maaltijd wordt door de Spanjaarden in de middag genuttigd. 's Avonds eet men nog iets kleins.

Meteoriet boven Barcelona (16-08-2019)
Foto: Massimiliano Passini
We zaten heerlijk buiten, bij heldere lucht. We hebben nauwelijks tot geen luchtverontreiniging dus het zicht op de sterrenhemel is vaak goed. Er zijn in deze tijd van het jaar regelmatig sterrenregens te zien. Als je mazzel hebt, kun je wel één vallende ster per minuut zien. Dit zijn geen echte sterren, het is afval van de komeet Swift-Tuttle. Deze meteorenzwerm (Perseïden) komt de dampkring van de aarde binnen met een snelheid van 60km per seconde. Qua grootte lijken ze heel wat maar in werkelijkheid zijn ze zo klein als een zandkorrel, op hun grootst als een erwt. Dat gebeurt van midden juli tot 24 augustus, het hoogtepunt was eerder deze week te zien.

Weliswaar is het hier niet zo helder als op de Canarische eilanden of in de vele nationale parken die dit land rijk is maar we klagen niet. Ik volgde de baan van de helderste ster aan het firmament. Grapjas Guillermo hield vol dat het om een langzaam voortbewegende satelliet ging maar uiteindelijk gaf hij het op tegen onze sterrenstorm. Hij is een grappige, innemende buurman.

Zij draaiden hun favoriete muziek voor ons, wij mochten nummers aanvragen. Zo leerden wij onder andere Rozalén en haar lied ‘La Puerta Violeta’ kennen en zij Victoría de los Angeles (de Spaanse Maria Callas) en André Hazes. De Amsterdammer zong ‘Kleine jongen’ voor Marco. Dat zong ik zelf eerder voor hem en dat viel in goede aarde. Hij stopte wederom met jengelen, luisterde gebiologeerd naar die vreemde woorden.

Ook mijn liefje deed een flinke duit in het zakje die avond. Ik hoorde haar correcte verledentijdsvervoegingen bezigen en perfecte volzinnen. (Gracías, Duolingo.) We spraken onder andere over kinderen krijgen, voeden en opvoeden. Mijn liefje beschreef de favoriete Nutricia-hapjes van de Hollandse kids. Misschien iets voor Marco? Hij is nu al een moeilijke eter, blieft alleen de borst van zijn mama en niets anders. 

In Spanje krijgen moeders 16 weken betaald zwangerschapverlof, waarvan zes weken direct na de geboorte moeten worden opgenomen. María nam aansluitend enkele maanden onbetaald verlof op (dat kan tot maximaal twaalf maanden). Volgende maand gaat ze weer aan de slag als lerares in het bijzonder onderwijs. Hoe zij en Marco de dagen moeten doorkomen zonder elkaar, is nu de grote vraag. De beide oma’s zullen een deel van de weekopvang voor hun rekening nemen. Spaanse familiebanden zijn hecht, we zien dat dagelijks om ons heen.

We spraken verder over wonen in Madrid, over onze cultuurverschillen en over boeken. Net als wij lezen zij papieren en digitale boeken door elkaar. Ik vertelde dat ik mij dit jaar voornam mijn eerste roman in het Spaans te lezen maar dat het er nog niet van kwam. Wel dat ik laatst met veel plezier het vertaalde boek van Almudena Grandes las, getiteld ‘De patiënten van dokter García’. Ik ben erg geporteerd van het werk van deze Madrileense auteur. ‘Het ijzig hart’, ‘De drie bruiloften van Manolita’, ‘De vijand van mijn vader’ en ‘Kleine helden’: stuk voor stuk zeer aan te bevelen. Onze buren beaamden Grandes grootsheid als schrijfster.

Haar thema’s en hoofdpersonages maken duidelijk aan welke kant van de geschiedenis zij staat als het om de Spaanse burgeroorlog gaat: vóór de Republikeinen, tegen de Franquisten. De overstap naar dictator Franco was daarna gemakkelijk. Guillermo vroeg of wij ooit zijn graf in de Vallei van de gevallenen hadden bezocht. Ik zei naar waarheid: alleen van grote afstand. (We reden er namelijk langs.) Hun antwoord sprak boekdelen: dat is de beste manier”… Elke keer komen we een beetje dichter bij dat gevoelige onderwerp. Tot ik hen op een goed moment durf te vragen naar hun persoonlijke ervaringen uit die tijd.

De volgende dag dankten we hen voor una velada muy agradable, een heel gezellig avondje uit. Zij dankten ons hartelijk voor onze bijdrage. We prijzen ons gelukkig met hen als buren. Diezelfde dag brachten ze me een stapel boeken in het Spaans om mee te beginnen: Navarro, Reverte en een voor mij onbekende auteur Gala. Nu zal ik wel moeten. Vandaag gaan zij naar supermarkt Costablanca, schatkamer van Hollandse producten. Volgende week keren ze naar Madrid terug.


dinsdag 13 augustus 2019

Whale attack en andere griezelverhalen

We gingen vorige week weer eens snorkelen op Cabo de Palos. Het was een van de warmste dagen van de zomer tot nu toe. Niet daar maar hier. Toen we aan het einde van de middag naar huis terugkeerden, tikte de autothermometer onderweg gedurende twee seconden 40 graden Celsius aan. Kun je nagaan!? Net voor onze afslag zagen we aan de andere kant van de rijbaan een kampeerwagen om een lantarenpaal in de middenberm gekruld liggen. Een zwaar ongeval, geen idee of iemand die klap overleefde...  

Normaliter ga ik daar te water aan de Cala del Muerto, de Kreek van de Dood, Dead Man's Cove. Tot nu toe doet de plek zijn naam geen eer aan, wat mij betreft. De eerste keer dat ik daar ging snorkelen, kende ik die naam nog niet. Nu ik het wel weet, weerhoudt die mij niet. Ik vermoed dat de benaming samenhangt met de verraderlijke rotsen onder en boven water. Die rotspartijen hebben vaak verrassingen voor de zwemmer in petto. Daar zag ik onder andere knalrode zeeanemonen, wuivend jong zeegras, kleine roze kwallen, abalonen, grote scholen vis van diverse kleuren en soorten en veel meer. In andere seizoenen worden daar walvissen gespot maar dat deed ik nog niet. 

‘Cala del Muerto’ is ook de titel van een jeugdboek over het weesmeisje Laura Marlin dat naar Cornwall verhuist en daar allerlei avonturen beleeft. De grote vraag in de kinderthriller is: wat is het geheim van Dead Man's Cove? Op de kaap weet ik dat inmiddels. Mijn liefje en ik maakten in 2001 een reisje naar Cornwall, de uiterste westpunt van Engeland. Het gebied staat bloot aan de elementen, op land vind je geen enkele boom. Destijds golfden we daar, liepen we een eeuwenoud kerkje binnen, gingen op zoek naar de legende van het zeemeerminnetje, aten Cornische pastei, bezochten het museum en geboortehuis van Daphne du Maurier en aten verse vis in de Jamaica Inn. Sweet memories.

Op Cabo de Palos zwommen we deze keer in een andere kreek, aan de voet van de vuurtoren. Volgens mij heeft die geen enge naam. Er waren al aardig wat duikers, snorkelaars en zwemmers in het water  maar je zit elkaar daar nooit in de weg. Aan de linkerkant, voorbij het rotsige uitsteeksel, heb je grotten en doorgaans zie je daar iets wat ook het vermelden waard is. Zo trof ik er drie à vier zwemkrabben op zes à zeven meter diepte aan die aan het foerageren waren. De dieren hadden geen scharen van betekenis maar de kleuren vielen direct op: geel en rood met een beetje blauw. Het dier kon zich heel plat maken en zo in een spleet tussen de rotsen verdwijnen om aan mijn gretige blikken te ontkomen. Ze waren razendsnel. In eerste instantie dacht ik aan een spinkrab, gezien hun dunne, lange poten.

Het vermoeden bestond dat er op het web wel een gids van Middellandse zeekrabben zou bestaan; daarin werd ik niet teleurgesteld. Ik trof de rijk geïllustreerde ‘Guide for the Identification of Crab Species Atlantic & Mediterranean’ aan. Deze Crab Watch-gids kwam tot stand met Europese subsidie. Groot was mijn verbazing toen ik de meeste overeenkomsten zag met de Sally Lightfoot-krab (subsoort percnon gibbesi). Deze soort kwam in de Middellandse Zee terecht via boegwater, deze krab is niet inheems. De dieren die ik fotografeerde blijken van een zeer invasieve soort te zijn. Het zijn aanvankelijk herbivoren maar als ze volwassen zijn, voeden ze zich bij voorkeur met zeeegels die je veel aantreft op Cabo de Palos. Leuk om te weten. Een dag niet geleerd, is een dag niet geleefd!

Deze en de lichtvoetige Sally’s die ik voor het eerst ontdekte in 2015 op de Galapagos-eilanden, zijn zogenaamde ‘Googlegangers’ maar toch zijn ze anders. Daar ging het om de subsoort grapsus grapsus die deels onder en deels boven water leeft. Ze zijn groter en nóg kleurrijker. Ik herinner mij vooral de grappige kleine antennes boven de ogen die constant bewogen. Ze worden ook wel rode rotskrabben genoemd, komen voor aan de hele westkust van Noord- en Zuid-Amerika (Stille Oceaan) en op enkele plaatsen aan de Noord-Amerikaanse oostkust (Atlantische Oceaan).

Onlangs werd een 40-jarige zwemster in de Spaanse badplaats La Marina aan de Costa Blanca gebeten door een vis. Vorig jaar werd ik hier in zee gebeten in mijn bovenbeen. Ik riep weliswaar Au” maar dat was meer een reflex dan dat het echt pijnlijk was. De afdruk van een vissenbek stond in mijn vlees. Overigens kan ik daar wel een hapje missen... Tijdens dit zwemseizoen overkwam het mijn liefje. Ook zij riep, ook bij haar was een kringetje van bloed te zien. Elke dag zwemmen er kleine, zilvergrijze vissen met een zwarte stip op hun achterlijf -net voor hun staart- om ons heen. Ze hebben tanden, al zijn ze klein. Ik denk dat zij het opzettelijk doen, zien  of er wat valt te knabbelen. Deze vissoort, de zadelzeebrasem (oblada melanura), is hier thuis. Wij zijn degenen die binnenvallen.

Medio juli kwamen twee jongeren met grote bloedende beten aan hun voeten uit zee. Men vermoedde toen ook dat het om aanvallen van obladas kon gaan maar die zijn niet groot en gevaarlijk genoeg om zwemmers ernstig te verwonden, naar mijn idee. Men dacht ook aan grote pietermannen. Die verstoppen zich echter onder de zandbodem en steken als je erop gaat staan. De wonden van de kids zaten echter aan de bovenkant van de voet.

La Dama de Elche werd dermate hard door de vis gebeten dat het een pees doorbeet. Dat was bepaald geen kleine beet. Gezien de hevige bloeding en de ogenschijnlijke ernst werd ze in een ambulance naar het plaatselijke ziekenhuis gebracht. Ze hoefde echter niet te worden geopereerd. Aan het broddellapje rond haar knie te zien, had ze dat beter wèl kunnen laten doen. Tjonge. Mijn traumatoloog zou de wond mooier hebben gehecht! Voorlopig blijft het een raadsel welke vissoort hieraan schuldig is.

Dat brengt mij bij een andere hoofdverdachte. Afgelopen zaterdagavond keek ik naar een aardige documentaire van de Amerikaanse natuurfilmmaker Tom Mustill (36), genaamd Humpback Whales - A Detective Story. Mustill is een gelauwerde filmer, hij werkte onder andere voor de BBC, met David Attenborough. Hij is vooral geïntrigeerd door het contact tussen mens en dier. Nou, hij kreeg zijn persoonlijke portie! Hij zat op 12 september 2015 met een maatje in een kajak in de baai van Monterey (Californië) toen een springende bultrug van 30 ton op hun bootje landde. Het vaartuig brak doormidden en de walvis trok beide kajakkers mee de diepte in. Ze overleefden het.

Mustill ging op zoek naar het antwoord op de vraag of het per ongeluk of expres gebeurde en dat leverde interessante tv op. Gezien mijn interesse in zeeën en oceanen en de dieren die er huis houden, weet ik aardig wat van (bultrug)walvissen. Ik zag ze met eigen ogen, al was dat nooit zo van dichtbij als Tom deed. Ik ken deze dieren vooral als altruïsche schepselen: ze beschermen eerder dan ze aanvallen. Tussen mensen en haaien opduiken ter bescherming, jonge walviskalveren -zelfs van andere soorten- beschermen tegen aanvallende roofdieren, dat soort dingen. Er zijn dieren die blijven verrassen en fascineren. De walvis is er zo een.  

Hij en zijn kajakmaatje Charlotte bleken een dag te hebben gekozen om het water op te gaan op een plek waar zich op dat moment tevens meer dan 50 bultruggen bevonden. Hij kajakte boven een soort trog die op sommige plekken wel 1.000 meter diep is en waar op die dag een enorme hoeveel krill en ander lekkers voor deze walvissen rondzweefde. Dat kon hij niet weten, het was een samenloop van omstandigheden.

Mustill zocht contact met diverse lokale natuurwetenschappers en enkele toekijkers en filmers op die dag. Zo vroeg hij een beheerder van een wetenschappelijke database met duizenden foto’s van unieke walvislichaamsdelen op zoek te gaan naar zijn ‘Prime Suspect’. Dat lukte. De hoofdverdachte blijkt een 7-jarig mannetje, geboren in Mexicaanse of Centraal Amerikaanse wateren; moeder is ook bekend. De bultrug staat nu in de gegevensbank geregistreerd onder zijn nieuwe naam. Vervolgens toonden nieuwe beelden van het voorval aan dat de ogen van het dier tijdens zijn enorme sprong uit het water steeds verder uit zijn kassen staken en dat hij zijn lichaam op het laatste moment in een onnatuurlijke bocht draaide, waarschijnlijk om meer schade te voorkomen.

Dat niet alle close encounters met walvissen vriendschappelijk verlopen, vertelde cinematograaf Howard Hall. Hij was de eerste in de geschiedenis die parende bultrugwalvissen filmde. Hij kwam wellicht tè dichtbij en kreeg een klap met de staart van het mannetje. De filmer raakte bewusteloos maar zijn onderwatercamera bleef filmen. Beide overleefden de aanvaring. Je ziet een zwaaiende walvispenis van 3.5 meter door het beeld gaan. Daar wil je evenmin mee in aanvaring komen! Mustills documentaire is verder een oproep voor meer bescherming van deze bijzondere dieren. Regelmatig spoelen aan de Amerikaanse westkust dode en zwaar gewonde walvissen aan die hard in aanvaring kwamen met boten en visnetten.

Ik hoop dit epicentrum van walvisspotten en onderzoek in de toekomst nog eens te bezoeken. Mijn liefje zocht alvast de prijs van een retourtje op. Als je grijze walvissen, bultruggen, dolfijnen en zeeleeuwen wilt zien, moet je tussen januari en april naar Zuid-Californië gaan. Die aantekening maakte ik alvast.


zaterdag 10 augustus 2019

Droombaan

Toen ik laatst op het strand stond uit te druipen na de dagelijks verkwikkende zwempartij, zag ik een Spaanse man die met vrouw en twee kinderen onder een parasol lunchte met tortilla, chips en olijven. Voorzichtig haalde hij een zwart tasje uit de grote strandtas. Wat tevoorschijn kwam, leek een GoPro in waterdichte behuizing. Hij stak het apparaat in de lucht voor een familieselfie en sprak tegen het ding: GoPro toma una foto. De kleine camera deed wat de baas vroeg: het nam een foto van het gezelschap. Dat moest de GoPro Remo zijn, een spraakgestuurde versie van de actiecamera. Hij bekeek het resultaat tevreden op het schermpje. Gelukt!

Een goed ding om mee te snorkelen bedacht ik mij, al doet mijn oude Olympus Tough het nog uitstekend. Dan zou ik er wel een GDome-behuizing bij kopen zodat je onder-bovenwateropnames kunt maken; iets waarmee ik graag wil spelen. Of ik zou het ding opdracht geven om te gaan vliegen. Dat kan het nu nog niet maar dat is een kwestie van tijd. Al geruime tijd kijk ik naar handzame drones met de beste camera aan boord. Ook dat speeltje intrigeert mij als amateurfotograaf. De drone is niet meer weg te denken uit natuurseries en zelf zou ik er ook graag mee willen experimenteren. De duurste drone kost tonnen, de goedkoopste circa €20. Eentje voor beginners met een echt goede camera is absoluut betaalbaar maar telkens als ik bedenk hoe dat geld aan serieuzere zaken kan worden uitgegeven, stel ik de aankoop uit. Dat heeft ook te maken met mijn levensfilosofie van consuminderen. Zeg nu zelf: (die) dingen zijn niet nodig om gelukkig te zijn. Je wordt er niet duurzaam happy van.

Het belang van sparen en op je centen letten werd mij vroeg bijgebracht. Als je geen geld had, kon je niets kopen. Op de pof kopen was ondenkbaar en geld lenen onbespreekbaar. Gedurende mijn studietijd had ik altijd bijbaantjes om mij iets extra’s te kunnen veroorloven. In die tijd leerde ik hoe je veel met weinig kunt doen. Groenten en fruit kopen op de markt, andere spullen in de uitverkoop en in tweedehandswinkels. En gewoonweg sparen voor iets bijzonders. Mijn eerste èchte baan (jaren '80 van de vorige eeuw) was intellectueel uitdagend maar qua salaris geen vetpot. Over het salarisniveau van mijn baan die ik als laatste had voordat ik Nederland verliet, was ik al dik tevreden.

Mijn liefje is een paar jaar ouder dan ik. Zij had een goede baan en een eigen huis toen ik haar leerde kennen, zelf huurde ik iets kleins in hartje Amsterdam. Haar salaris was destijds hoger dan het mijne en dat bleef zo tot aan het einde van onze carrières. Toen we gingen samenwonen, verklaarde zij formeel dat we één huishoudknip gingen voeren en alles zouden delen. Letterlijk: alles, gedeeld door twee. Niks ieder een eigen huishoudknip. Kom eens om zulke ruimhartigheid! Zij werd de CFO van de familie en is dat nog steeds. In die functie probeerde ze mij meermalen voor onze financiële administratie te interesseren maar dat was tevergeefs. (En dan te bedenken dat ik ooit -tijdelijk- financial controller was!) Ieder haar hobby's. De banen die we in Londen hadden, legden ons geen windeieren. Onze beide salarissen groeiden daar flink. Uit die tijd stamt de collectie van handgemaakte schoenen, zijden sjaals en bijzondere tassen die nu stof liggen te vergaren. Al waren we niet altijd zuinig, we bleven spaarzaam.

Samen namen we de beslissing om relatief vroeg te stoppen met werken, zij was het die de rekensommen maakte. Hoezo wachten tot we 65 zijn? Als het kan, dan gaan we! Zo hing ik mijn pumps aan de wilgen en verbrandde ik de panty’s ritueel op de Dag van de Arbeid, een maand na mijn 45ste verjaardag. Zij was 54 toen ze stopte en deed dat een jaar eerder dan zij plande. Sinds we rentenieren, draag ik geen portemonnee meer op zak.

Living off the piggy bank & on the wind…. Dat was wat we al jaren ambieerden; vanaf dat moment deden we het. Sindsdien leven we als God in Spanje en reizen we tegen de klippen op. We overwinteren vooral. In 2005-2006 maakten we de eerste en tegelijkertijd langste reis om de wereld (zes maanden). In 2010 verbleven we het langst op één exotische plek (Bali). In 2014-2015 bezochten we de meeste landen in één reisperiode (10). Midden- en Zuid-Amerika, Australië, grote delen van Zuid- en Zuidoost-Azië: als bestemmingen kunnen ze ons bekoren. Reizen is verslavend. Al dat gereis overdenkend, hadden we wellicht meer kunnen spreiden. Maar spijt? Absoluut niet. Er staan nog enkele landen op mijn verlanglijstje al is de tijd van een rustiger reisschema aangebroken.

Eerder deze week publiceerde het CBS dat een ruime meerderheid (58%) van de werknemers in Nederland die in 2018 met pensioen gingen, 65 of 66 jaar is, vijf maanden later dan in het voorgaande jaar. De gemiddelde pensioenleeftijd stijgt daar dus. Onder andere in Noorwegen en Zweden heeft meer dan 20% van alle  arbeidsparticipanten tussen 65-75 jaar echter nog een betaalde baan. Mijn liefje bereikte de pensioengerechtigde leeftijd reeds en ontvangt inmiddels ook AOW-met-strafkorting vanwege haar buitenlandjaren. Zelf moet ik nog enkele jaren geduld hebben. Van rentenieren is al jarenlang geen sprake meer met een rente van nul of zelfs negatief, zoals nu dreigt. Lage rente werd het nieuwe normaal, helaas.

Deze week las ik ook een artikel in de Nederlandse uitgave van Business Insider, over jonge mensen die vroeg met pensioen gaan. Het ging over FIRE ‘Financially Independent, Retire Early’ van mensen van rond de 30. Het gaat bij sommigen niet over het verzamelen van een berg geld maar om het laten groeien van wat ze hebben. Anderen, twee voormalig leraren, wonen zelf op 39m2 in een goedkope woonwijk maar investeren in huizen die ze vervolgens goed verhuren. Een 28-jarige gewezen Corporate Finance-vrouw heeft als blogger een betaalde bijbaan die haar pensioen aanzienlijk aanvult. Anderen verkopen alles en leven als mobiele pensionistas op bescheiden voet verder in een caravan of camper. Dat deden mijn liefje en ik niet maar we genieten net als zij van vrij zijn.

Het is een tamelijk lange en nogal persoonlijke inleiding op het onderwerp van dit blog: de droombaan. Geloof het of niet maar onlangs solliciteerde ik ernaar. Niet omdat het moet maar omdat het kan. En niet in de laatste plaats omdat ik denk aan het profiel te voldoen. Het eerste dat ik dacht toen ik de kop van het artikel bekeek, was: mooie drone-opname! Het gaat over een baan op de Maldives, een eilandengroep (75) in de Indische Oceaan. Toen we in 2016 rondreisden in Sri Lanka overwogen we even om er een uitstapje naar te maken; dat deden we uiteindelijk niet. De Maldives is een van de oorden die wordt bedreigd. Als het oceaanwater nog 2 meter stijgt, verdwijnt de hele groep onder de golven.

Het vijfsterrenresort Soneva Fushi op Baa Atoll opende vorig jaar de deuren. Dat atol wordt gevormd door 105 koraalriffen met een oppervlakte van 263 km2. In dit luxe resort is het bedrijf ‘Ultimate Library’ verantwoordelijk voor het inrichten en beheren van een pop-up boekwinkel. Het bedrijf zoekt een Barefoot Bookseller. Dat deden ze eerder in 2018 en namen toen de jonge Aimee Johnson aan die tot dan toe werkzaam was bij een uitgeverij in Ierland. In een van haar blogs, getiteld ‘Champagne Swimming’ beschrijft ze hoe ze een champagnekurk opduikt vanaf een steiger. Inmiddels staat ze weer met geschoeide voeten in de realiteit. Naar verluidt, solliciteerden duizenden mensen uit alle windstreken, van piepjong tot stokoud. Onder hen bevond zich een persoon uit het persteam van het Witte Huis en een 80-plusser die zichzelf de ‘Beach Poet’ noemt. Nu wordt de actie herhaald voor de opening in oktober 2019.

De boekverkoper-op-blote-voeten moet hotelgasten gedurende drie maanden begeleiden in hun literaire queeste, in de breedste zin van het woord. Je moet niet alleen over boeken kunnen adviseren maar ook schrijf- en leesworkshops organiseren, nieuwsbrieven opstellen, een blog bijhouden, nieuwe ideeën ontwikkelen en de administratie doen. Dingen die ik eerder deed. De verdiensten bestaan uit kost en inwoning. Tot vroeg opstaan om nog even te snorkelen voor ik naar mijn werk ga, ben ik meer dan bereid. Zelf een visje vangen voor mij meegereisde liefje zal ik eveneens zonder morren doen.

Ik schreef over mijn talenkennis, mijn boekenstudie en mijn liefde voor lezen, over relevante werkervaring in mijn loopbaan, mijn jaren in het buitenland als consultant, inwoner en reiziger, over bloggen en mijn blognaam Barefoot on the Beach die ik als een gunstig voorteken zie. Ik permitteerde mij zelfs een grapje in mijn brief ‘the job fits me like a glove, or rather like a flip-flop.’ Mijn leeftijd vermeldde ik niet. Ook vergat ik te melden dat ik de taal van papegaaivissen spreek, de meest voorkomende vissoort rondom dat atol. Ik kreeg nog geen reactie. Het aantal sollicitanten zal wel weer overweldigend zijn maar wie niet waagt, die niet wint. Fingers crossed!Al realiseer ik mij dat ik zonder die droombaan ook al een grote bofkont ben. Wordt hoe dan ook vervolgd.