Translate

donderdag 16 januari 2025

Een bijzonder jaar

We zijn alweer ruim twee weken gevorderd in het nieuwe jaar. Halverwege de 'challenges' van Dry January en Veganuary. De tijd vliedt! 2024 vond ik als getal mooi omdat daarin het cijfer 24 zit. Dat is al jaren mijn ‘lucky number’. Mijn liefje en ik ontmoetten elkaar op de 24ste van maand X, zij is geboren op de 12de van een maand en ik ook. Dat neemt niet weg dat we nog nooit een klapper hebben gemaakt met een lot dat eindigde op 24. Vorig jaar vielen we geregeld in de prijzen die soms leken op te lopen dus we hoopten dat er iets groots in het verschiet lag. Deze maand was het weer een laag bedrag maar we blijven winnen!

Ionica Smeets, wiskundige, wetenschapsjournaliste en columniste bij de Volkskrant, schrijft vaak boeiende verhalen over wetenschap en met name over bijzondere getallen. Zij studeerde af in Technische Wiskunde aan de TU Delft en is nu tevens hoogleraar Science Communication aan de Universiteit Leiden. Een dergelijk interessant verslag deed ze over het jaar waarin we nu zijn beland: 2025. Je moet wel een getallenfreak(je) zijn om het bijzondere ervan te zien.

  • Dit jaar, zo leerde zij mij, is een kwadraat-jaartal, ofwel (1+2+3+4+5+6+7+8+9)2. Als je alle getallen tussen de haakjes bij elkaar optelt, kom je op het getal 45. Als je dat vervolgens in het kwadraat uitrekent (45x45), kom je op het eindgetal 2025. Ik, liefhebber van puzzelen, vond het een leuk weetje. De meeste mensen maken maar ééns in hun leven een kwadraat-jaartal mee. De volgende is in 2116. 
  • 2025 is opgebouwd uit de priemfactoren 3 en 5: 3⁴×52. Het kan ook geschreven worden als (3²×5)² of (9×5)² = 45². Wiskunde op zijn best. (Een priemfactor is een factor van een getal dat ook een priemgetal is. Een priemgetal is een geheel getal groter dan 1 dat alleen deelbaar is door 1 en zichzelf.) 
  • De som van de cijfers van 2025 is 2+0+2+5 = 9. En jawel, 2025 is volledig deelbaar door 9. Dat is een eigenschap die alleen de ‘cool kids’ onder de getallen hebben. 
  • Als je de kubussen van de getallen 1 tot en met 9 optelt, geeft dat precies 2025. 1³+2³+3³+ … +9³ = 2025. Mind blowing, nietwaar?
  • Dit jaartal is werkelijk een alleskunner. Het is een perfect kwadraat in de reeks 1-4-9-16-25-36- (etc.) = 2025.

Ook mijn liefje -sudokugenie- startte dit jaar een nieuw project. Sinds 1 januari houdt zij dagelijks bij hoeveel eerder de zon hier opkomt en hoeveel later die ondergaat. Toen we vorig jaar bouwactiviteiten voor ons huis kregen, vroegen we ons af of we minder directe zonneschijn op ons terras en in de woonkamer zouden krijgen. Dat blijkt nauwelijks het geval. Op de laagste stand van de zon (21 december) scheelde het -door een van de solariums aan de overkant- ongeveer 8 minuten zonlicht. Dat wil zeggen dat de zonneschijn acht minuten eerder uit ons huis verdween aan het einde van de dag dan voorheen. (’s Morgens hebben we totaal geen verschil; vanwege onze oriëntatie -zuid-oost- ervaren we geen enkele last). 

De uitdrukking ‘de dagen lengen’ is in dit deel van de wereld (Zuid-Europa) voorlopig van toepassing op de avond. (Overigens praten wij hier niet per se over daglicht maar liever over zonlicht). Hoe dan ook, er komt hier iedere dag een minuut daglicht bij aan het einde van de middag. De zon gaat dus telkens een fractie later onder. Gisteren (15 januari) kwam er voor het eerst ook een minuutje bij aan het begin van de dag. Dit is dé tijd voor foto’s van het blauwe uur (speciaal licht vóór zonsopgang) en van het gouden uur (net voor zonsondergang). Prachtig! Zij is lekker bezig, net als ik. 

Vriendin Bernadette stuurde onlangs een hilarisch artikel door uit NRC, getiteld ‘Hallo 65-plussers!’. Dat was duidelijk aan onszelf gericht. Zowel zij als ik zullen dit jaar die vermeldenswaardige leeftijd bereiken. We kunnen niet geloven dat we zelf al zozeer heen zijn. Ik voel mij vaak 40 van binnen maar de biologische leeftijd liegt niet. Als ik soms krakkemikkig ben vanwege een fysieke hapering, herinner ik mij die weer. Bernadette gaat niet gebukt onder enige klacht -knock on wood- en dat wens ik haar nog vele jaren toe. Hoeveel precies?, zou Ionica Smeets vragen... 

Het toegezonden artikel verscheen in de rubriek ‘Japke-d denkt mee’ (alleen die titel al) en werd geschreven door Japke-d. Bouwma die sinds 2012 voor deze krant schrijft. Ook zij had iets bijzonders te melden over het jaar 2025. Dit jaar zal voor het eerst sinds 1900 het aantal 65-plussers in Nederland groter zijn dan het aantal 20-minners. Het aandeel 80-plussers van 5% in 2024 zal naar meer dan 10% stijgen in 2050. Zij las dat in een CBS-rapport. ‘De grijze golf waarop we ons al zolang voorbereiden, gaat ons nu echt overspoelen’. Aldus de columniste. Zelf vindt zij dat totaal geen reden voor paniek. ‘Het lijkt mij juist heerlijk om met z’n allen naar het einde te snurken.’

Maar het meest hilarische gedeelte barstte daarna los. Ze gaf 16 tips aan 65-plussers die mij regelmatig deden schateren van het lachen. Hieronder een kleine greep uit haar rubriek (niet integraal overgenomen). 

Tip3: tijdens een praatje over een overledene moet de besproken persoon  aantoonbaar door minimaal twee gesprekspartner zijn gekend. Voor elke opmerking over een heupoperatie, staarbehandeling of knieprothese moet minimaal één vraag worden gesteld aan de jongere gesprekspartner.

Tip4: reken af bij de gewone kassa. De zelfscan is verboden, met je getreuzel. Houd je pas gereed. Dus niet eindeloos die tas open en ‘waar is die pas toch’, terwijl er een rij staat. 

Tip8: verbeter je Engels. [..] Je hoeft geen ‘save the day’, ‘sacrificen’ en ‘challengen’ te gaan zeggen maar ‘Joej Jork’ kan écht niet meer. 

Tip10: voer je scootmobiel op. Zes kilometer per uur is écht te langzaam op het fietspad. Plak papieren pijlen met ‘vooruit’ en ‘achteruit’ naast de juiste knoppen, zodat je je niet vergist. 

Tip11: draag een helm en een lichtgevend vest. Altijd. Ook binnenshuis. [..] En vergeet ze niet als je naar buiten gaat.

Tip12: maakt een keuze: was het vroeger nou beter, of niet? Als je voortdurend zegt “in de eurlog hadden we geen havermelk”, “vroeger kregen we hooguit één sinaasappel, met Kerst” [..] dan kun je niet óók zeggen: “in mijn tijd was alles beter”. 

Tip 14: houd te allen tijde rechts. Op de roltrap, de snelweg, [de traplift!] en in het gangpad van de supermarkt. Reis niet in de spits en sta op voor andere bejaarden in het openbaar vervoer. Nu er zoveel 80-plussers zijn, ben jij geregeld de jongste in de coupé! 

Tip15: Autorijden? Liever niet. Maar als het niet anders kan: eerst KIJKEN voor je achteruitrijdt. En op de snelweg 100 rijden.

Tip16: stop met klagen over je pensioen. Jij hebt er tenminste nog een.

‘Viel mee, toch? Dat dacht ik’. Aldus deze montere 50-plusser.

Ik moest er weer om lachen toen ik dit zat te typen. Rake typeringen, heel herkenbaar. Ik kan mij er ook aan ergeren (😉). Een dag niet om jezelf gelachen, is een dag niet geleefd. En dat lichtgevende vestje past ons allemaal.

 

zaterdag 11 januari 2025

Sommige Nederlanders blikten naar het oosten

Dit wordt de eerste longread van 2025! Er was veel ophef in de aanloop naar de openstelling van het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging, het digitale archief dat wordt beheerd door het Nationaal Archief in Den Haag. Die ophef is er nog steeds en zal nog wel even aanhouden. Ik volg de berichtgeving over dit onderwerp op de voet; als liefhebber van geschiedenis en als speurneus. 

CABR is het grootste en meest beladen oorlogsarchief in Nederland. De volledige openstelling stond gepland voor 1 januari 2025 maar werd uitgesteld. De Autoriteit Persoonsgegevens maakte bezwaar uit privacy-overwegingen. Het zou nog in leven zijnde getuigen en nabestaanden van daders kunnen schenden. 

De minister van OCW (zijn naam is Eppo) besloot daarop dat de namen in het archief wel openbaar mochten worden maar de bijbehorende dossiers niet. Een besluit dat tot nóg meer ophef leidde in de afgelopen dagen. Critici van deze besluiten menen dat de Autoriteit en het ministerie onterecht het individuele boven het maatschappelijke belang stelden. De bekende historicus Ad van Liempt, schrijver van vele boeken over verraad, jodenjacht, verzetshelden en collaborateurs, vindt het ook een gemiste kans. 

Medewerkers van project ‘Oorlog voor de rechter’ werkten vijf jaar aan de digitalisering van dit archief. Iedere week werden (en worden) circa 150.000 pagina’s handmatig gescand. De verwachting is dat men nog tot 2027 bezig zal zijn met de afronding. Dat men afgelopen week ook nog 25.000 namen uit de lijst met vermeende collaborateurs verwijderde, is evenmin positief. We hebben nu te maken met een krakkemikkig archief-op-een-kier. Ik ben voor volledige openstelling, zonder voorbehoud. 80 jaar na de oorlog (!) moet Nederland ook dit aspect van zijn onverkwikkelijke oorlogsverleden maar eens onder ogen zien. En wellicht zeg ik het ten overvloede maar als nazaat ben je niet verantwoordelijk voor de wandaden van je (voor)ouders. 

Direct na de Tweede Wereldoorlog werden dossiers van 425.000 Nederlanders aangelegd. Van collaborateurs, daders en verdachten. Leden van de NSB, verraders van ondergedoken Joden en verzetsmensen, Nederlandse SS-ers en Nederlanders in vrijwillige Duitse krijgsdienst. Een half miljoen dossiers in kaartenbakken en dossierdozen; 38 miljoen pagina’s. Achter elkaar gelegd wel 32km lang. 

Toen ik vorig jaar het Holocaust-museum in Amsterdam bezocht, hing daar de zwart-wit foto van een Nederlands gezin. Vader, moeder, kinderen; misschien ook nog een oma of tante erbij. Ieder van hen met opgeheven rechter arm (nazi-/NSB-groet) de binnenrollende Duitse bezetter begroetend. Geen prettig beeld maar het staat in mijn geheugen gegrift. 

Dit onderdeel van de Nederlandse geschiedenis is echter niet zwart-wit. Er wordt weliswaar gesproken over goede en foute Nederlanders maar er zijn veel grijstinten in dit verhaal. Dat stelt historicus en medewerker van het NIOD (Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie, Holocaust en Genocidestudies) Ewoud Kieft.

Eén verhaal bleef mij altijd bij in dit verband. Dat van de joodse Ans van Dijk (1905-1948). Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd zij verraadster van 200 joden en hun helpers, 133 van hen werden daardoor vermoord in vernietigingskampen of kwamen om in concentratiekampen. Van Dijk werd collaborateur van Bureau Joodsche Zaken van de Sicherheitsdienst (SD) in Amsterdam. 

Door de anti-Joodse maatregelen van de bezetter verloor Van Dijk in november 1941 haar ‘Joodse onderneming’ (dameshoedenwinkel). Vanaf dat moment leidde ze een illegaal leven: ze handelde in goederen uit Joodse inboedels en verzorgde onderduikadressen voor joden. Zelf droeg ze geen jodenster, bemachtigde een vals persoonsbewijs en verfde haar haar. In 1943 werd zij zelf verraden op haar onderduikadres. 

Ze werd voor een -schier onmogelijke- keuze gesteld: zelf op transport naar een vernietigingskamp in de Oost of samenwerken met de Duitse bezetter (verrader worden). Ze koos voor het laatste. Van slachtoffer werd zij dader. Ze werd onder andere als cel-spion ingezet. Na de bevrijding werd ze gearresteerd (juni 1945). Haar zaak begon in februari 1947 voor het Bijzonder Gerechtshof in Amsterdam. Ze toonde veel berouw maar dat mocht niet baten. Zij is de enige vrouw die ter dood werd veroordeeld en daadwerkelijk werd geëxecuteerd. Van Dijk was lesbisch. Deskundigen menen dat dit aspect en het jood-onvriendelijke klimaat in het Nederland van toen in haar nadeel werkten. 

In het gedigitaliseerde CABR-archief vind je feitelijke rechtzaken en veroordelingen maar ook verdenkingen, individuele bekentenissen en verklaringen van omstanders. Slechts 15% van de daders in de Tweede Wereldoorlog verscheen voor de rechter of een tribunaal en werd veroordeeld. 

In de eerste weken na de bevrijding werden honderdduizenden mensen opgepakt en geïnterneerd onder verdenking van collaboratie met de Duitse bezetter. Het was van groot belang dat zo snel mogelijk werd uitgezocht wie van deze mensen moest worden veroordeeld, en wie onterecht vastzat. Verdachten werden verhoord en getuigenissen werden afgenomen. Ander bewijsmateriaal werd onder enorme tijdsdruk, in chaotische omstandigheden en met te weinig middelen en personeel, verzameld. 

‘Hoe vind je de waarheid over daders en slachtoffers in een archief dat werd samengesteld voor rechtszaken, vol tegenstrijdige verklaringen, getuigenissen en beschuldigingen? Kunnen we op basis van dit archief wel concluderen wie ‘fout’ was en wie niet? Of hebben we straks meer vragen dan antwoorden?’ Aldus Kieft tijdens een recente lezing. 

Onlangs voerde ik een gesprek met Britse vriend Pat over goed en fout in oorlogstijd. Hij is minstens zo geïnteresseerd in geschiedenis en de Tweede Wereldoorlog als ik maar hij heeft een andere ervaring: zijn Vaderland werd nooit bezet. Als naoorlogse kreeg ik verhalen over de oorlog met de paplepel ingegoten. Een collaborateur was een fout mens, zo iemand maakte een verkeerde keuze. Punt uit. Pat was daarover minder uitgesproken. We weten toch niet waarom iemand tot zo’n daad kwam? Misschien kon hij of zij niet anders? Moeten we niet eerst alle feiten kennen? Dat is zo maar er waren zoveel anderen die destijds geen foute keuze maakten. Collaboratie is en blijft een foute daad, wat mij betreft. We gingen in goede harmonie uiteen. ‘We agreed to disagree’. 

Ik ken verhalen over Nederlandse (jonge)mannen die tijdens de oorlog door de Duitse bezetter werden opgeroepen voor de ‘Arbeitseinsatz’. Mannen uit door Duitsland bezette gebieden werden gedwongen om in de oorlogseconomie van de nazi’s te gaan werken, ter vervanging van Duitsers die als soldaten aan het front dienden. Mijn vader en die van mijn liefje negeerden die oproep(en) en doken onder. Voor hen was gedwongen tewerkstelling bij de vijand geen optie. Er deden wilde verhalen de ronde, onder andere dat hij met een rietje in de mond onder water in de slootrand lag. Geen idee hoe feitelijk dat was.   

Anderen besloten wel aan de oproep van de Duitse bezetter gehoor te geven of meldden zich vrijwillig aan; met uiteenlopende drijfveren. De omstandigheden in Nederland leken voor sommigen uitzichtloos waardoor zij hun heil zochten in het buitenland. Weer anderen werden lid van de Nationaal Socialistische Beweging (NSB) en kozen expliciet voor een toekomst in Oost-Europa. 

Waren deze Nederlanders ‘pioniers’ die de toekomst van Nederland in het Oosten voor ogen hadden? Waren zij resolute nationaal-socialisten die een plek zochten in het nieuwe Europa? Zagen ze geen andere uitweg? Of waren zij gewoonweg gelukzoekers en opportunisten? Collaboratie als daad is nooit goed te praten, vind ik. 

Ik las en lees veel over de Tweede Wereldoorlog. Over de kolonisatie van het Oosten werd weinig geschreven maar wel door historicus David Barnouw (1949). Er bestaan ook dossiers in het Nationaal Archief en bij het NIOD. 

Van de Nederlandsche Oost-Compagnie had ik zelf niet eerder gehoord. De NOC N.V. werd opgericht in juni 1942. Een maand later werd de organisatie officieel vermeld in de Nederlandsche Staatscourant. In de statuten stond ook het doel vermeld. Volgens artikel 2.1. was dat ‘het verrichten van werkzaamheden van elken aard op economisch gebied in de gebieden in het Oosten van Europa’. Dit doel, de kolonisatie door Germaanse pioniers uit Nederland, paste in de nazipolitiek van verovering van Lebensraum en de germanisering van die gebieden.  

Het NOC had alleen het recht om Nederlandse boeren en handwerkers daarheen uit te zenden. Zij moesten vakbekwaam en gezond zijn, moesten beschikken over ‘een pioniersgeest, verantwoordelijkheidsgevoel en de wil om vooruit te komen’. (Aldus de wervingsfolder.) De organisatie werd gefinancierd door De Nederlandsche Bank en de Nederlandse Staat (!), maar ook de stadsraden van Amsterdam en Rotterdam leverden een financiële bijdrage. M.M. Rost van Tonningen, plaatsvervangend leider van de NSB en toenmalig directeur van de Nederlandsche Bank, werd door Seys-Inquart aangesteld als president. 

Duitsland vocht volgens diezelfde Seys-Inquart, Reichskomissar van de nazi’s in Nederland, voor het behoud van de Europese beschaving. (Dat horen we nu ook uit menig rechts-extreem keeltje...) Hij riep: ‘Nederlanders, blikt naar het oosten’ en benadrukte dat Nederlanders al 800 jaar naar het oosten trokken. Dat zij als broedervolk ook voorstander waren om daar de Europese cultuur te verdedigen. Zo konden ze meebouwen aan de toekomst van hun kinderen. De NOC zond Nederlanders uit naar verschillende landen. De plaatsen waar ze terechtkwamen, waren Riga (Letland), Rowno en Zhytomyr (Oekraïne) en Wilna (Litouwen). De Nederlanders die naar die oorden vertrokken, waren voornamelijk afkomstig uit Noord- en Zuid-Holland; ongeveer 50% van het totaal aantal uitgezondenen. 

Men werd in principe voor zes maanden uitgezonden, NOC had de mogelijkheid die arbeidsduur te verlengen. De persone in kwestie hadden de keuze tussen een werkweek van 48, 60 of 72 uur. Aan hen werden veel toezeggingen gedaan. Ze zouden voor hun afreis worden getraind, zouden salaris X ontvangen voor hun diensten in het Oosten en ter plaatse over voldoende voedsel (bereid door Nederlandse koks) en kleding beschikken. Huisvesting was gratis en in vaste gebouwen en barakken. Dat pakte voor menigeen slechter uit. Vaak kregen ze ook niet de baan die hen was toegezegd. Deze en andere tekortkomingen bij de NOC zorgden ervoor dat de aanmeldingen niet al te hoog opliepen. Van de drie miljoen die men verwachtte, zijn er uiteindelijk tussen 1942 en 1944 1.661 Nederlanders uitgezonden. 

Met het oprukken van de Russen tegen het einde van de oorlog kwam de NOC onder druk te staan. In december 1944 werd Rost van Tonningen door NSB-leider Mussert ontslagen. Na de bevrijding van Nederland door de geallieerden werd de NOC geliquideerd. Rost van Tonningen werd na de oorlog opgepakt en opgesloten in de gevangenis van Scheveningen. Hij wachtte zijn veroordeling niet af, pleegde daar zelfmoord. Deze NSB-er staat wel op de indexlijst in het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging maar hij heeft geen dossiers. (Hoezo niet?!) Zijn echtgenote Florrie, bekend als de ‘zwarte weduwe’, werd na de oorlog onder curatele geplaatst en haar drie zonen onder toeziend voogdij. Tot haar dood ontving zij een weduwepensioen van de Nederlandse Staat. Zij verdedigde het nationaalsocialistische gedachtegoed tot het einde van haar leven. Zij overleed in 2007. 

Kwalijke types, onfrisse organisaties, dubieuze activiteiten, onverkwikkelijke verhalen. Foute boel.

De tv-documentaire 'De oorlog die nooit ophoudt' van Lex Runderkamp (NPO) is  indringend maar zeer het bekijken waard. Hij besteedde vijf jaar aan het volgen van personen die het archief indoken. Het werden drie verhalen over verzet, verraad en vervolging. Luister en kijk vooral naar het verhaal van de familie van Stephanie Biesheuvel.    

maandag 6 januari 2025

Caspar, Melchior en Balthasar

Mijn liefje en ik wonen in een land met een rijke traditie. Nu denk ik dat elk land bol staat van de tradities dus dat maakt het nog niet bijzonder. Zo kent mijn Vaderland onder andere karbietschieten en vreugdevuren als tradities maar die hebben mij nooit kunnen boeien. 

Tradities zijn ook onderhevig aan verandering. Zwarte Piet is eveneens traditie maar als kinderen van kleur daar aanstoot aan nemen, maak je van deze kindervriend gewoon een schoorsteenpiet. 

6 januari is in Spanje een nationale feestdag. Eentje die van origine rooms-katholiek is. Het is de dag van Driekoningen. Caspar, Melchior en Balthasar waren volgens de overlevering wijzen uit het oosten die offers kwamen brengen aan baby Jezus van Nazareth. In apocriefe geschriften en legenden kregen deze oriëntaalse magiërs een naam. Zij werden geïdentificeerd als Melchior, koning van Nubië en Arabië (bracht goud mee); Balthasar, koning van Gondolië en Saba (van de mirre); Caspar, koning van Tharsis en van het eiland Egryscilla (van de wierook). Zij zouden de drie takken van het menselijk geslacht vertegenwoordigen. 

Wij gingen op de avond van 5 januari (dat gebeurt door het hele land) voor het eerst naar de optocht in de eigen woonplaats. Zo’n stoet van praalwagens wordt in het Spaans ‘cabalgata’ genoemd. Het zou mij niets verbazen als het Nederlandse woord kabaal daarvan is afgeleid. Want dat het pokkenherrie met zich meebrengt, is een gegeven. Zelfs een vereiste. Spanjaarden zijn in hun sas als er keiharde muziek wordt gespeeld of gedraaid.

Dat dit niet bij iedereen in de smaak valt, zag ik ook. Er stond een minder enthousiast jochie langs de route bij wie zijn moeder de beide oren afdekte, terwijl papa het schuw ogende kind in zijn armen hield. Ik moest denken aan de geluidsarme Sinterklaasvieringen die opgang maken in Nederland. Kinderen die een stoornis hebben op het autismespectrum kunnen er kennelijk een prikkelarme Sinterklaasavond vieren. In een afgesloten ruimte, zonder muziek en zonder rondspringende pieten. 

De Driekoningenoptocht is vooral bestemd voor de kinderen in Spanje. Het is ook de dag dat zij kadootjes krijgen. Op weg naar het beginpunt van de optocht zagen we al menig volwassene met een grote ingepakte doos onder de arm over straat gaan. 

Dus geen goud, wierook en mirre maar keiharde muziek (uit zware boxen achter oude maar glimmend gepoetste auto’s), bonte dansgezelschappen van heinde en ver, trommelaars en huizenhoge poppen. Een  carnavalsoptocht ziet er waarschijnlijk hetzelfde uit. 

De stoet werd afgesloten met de drie koningen op een hoge troon. Wel ieder met een nepolifant voor hun neus. In stad Orihuela zou, naar verluidt, een levende kameel door de straten gaan met een koning tussen zijn bulten. De echte afsluiter was hier de man van STV, het bedrijf van straatvegers en vuilophalers. Hij liep als eenpersoonsdweilorkest achter de stoet aan. (We wonen in een goed geoliede gemeente!)

Mijn liefje maakte video’s voor de twee kleintjes in Bali, ik maakte foto’s voor het webalbum (hiernaast). Het begin van een nieuw kalenderjaar begint vaak ingetogen en dat zie je aan de foto's. Het was in de afgelopen dagen regelmatig zonnig dus blauwe luchten zijn er wel maar het voelt soms alsof zo'n nieuw jaar, een nieuwe leven weer even op gang moet komen. 

Een van de mooiste momenten was omkijken en zien dat een Oekraïens jochie met zijn eigen mobiele telefoon opnamen maakte met een glimlach van oor tot oor op zijn mooie gezichtje. Dat ontroerde mij. Hij was daar met zijn moeder en oma. Ik geef ze geen ongelijk dat ze hun gemaltraiteerde, platgeschoten land verlieten. Oorlogsgebied is geen plek voor kinderen, zeker niet. Dat geldt ook voor de Palestijnse kids in de Gaza-strook... 

Het is hier gewoonte om op Driekoningen (vandaag) roscón de reyes te eten. Dat is een ronde Driekoningentaart, een soort grote donut met een gat in het midden. De rand is versierd met gekonfijt fruit en er zit slagroom of crème tussen als vulling. En niet te vergeten (het hoogtepunt): een verrassing binnenin. Als je de boon treft in het stukje taart dat je krijgt aangereikt, moet je de taart betalen maar als je het kadootje vindt, ben je de koning(in) van de dag. Wij kochten een kleine roscón en mijn liefje was the lucky one. Zij had een kleine, keramische koning in haar stukje cake. De bofkont. De gouden kroon die erbij hoort, hangt nu om de berenlamp in de woonkamer. 

Hierna is het tijd om de kerstboom af te tuigen en op te ruimen. Het is vandaag echter druilerig buiten dus dat stel ik uit. Vanavond komen vrienden de rijkgevulde erwtensoep eten -met roggebrood en spek- die mijn liefje met veel liefde en toewijding bereidde. Ook een mooie traditie. Dit is wel het seizoen van slow cooking en slow living. Morgen treedt het gewone leven hier weer aan. 


donderdag 2 januari 2025

Tot aan de dood en terug

Het is vandaag 16 jaar geleden dat mijn vriendin Nelly overleed, op 48-jarige leeftijd aan de gevolgen van uitgezaaide longkanker. 

Mijn liefje en ik verbleven destijds in Bali. Nelly en Diederik waren kort daarvoor nog bij ons in Spanje komen logeren. Toen wisten we beiden, zonder dat uit te spreken, dat het de laatste keer was dat we elkaar in levende lijve zouden zien en vasthouden. Toen we daar uiteen gingen, beloofden we elkaar niet te huilen; dat afscheid was al moeilijk genoeg.

Nelly belde nog één keer langeafstand voordat ze eeuwig zou gaan slapen. Dat wist ik op het moment van dat gesprek nog niet al voelde ik dat wel toen ik de telefoon neerlegde... Met oceanen tussen ons in huilden we die keer liters zoute tranen. Dat laatste gesprek tussen ons staat in mijn geheugen gegrift. De  mededeling over haar overlijden kort daarna sloeg mij volledig uit het lood, ondanks al die voorgevoelens. 

Ik las ooit ergens dat lederschildpadden elk uur ruim zeven liter ‘tranen’ moeten plengen om zo hun bloed minder zout te houden dan het zeewater waarin ze zwemmen. Hun zoutklieren zitten in de kop, vooral rond de ogen. Die klieren transporteren het zout uit de bloedbaan naar de traanbuizen (ongeveer dezelfde functie als nieren bij ons). Nelly zou een dergelijk weetje hebben gewaardeerd.

Sinds haar dood blog ik elk jaar op deze dag over haar om stil te staan bij het gemis. Bij voorkeur met een toepasselijk gedicht. Opdat zij niet wordt vergeten. 

 

Als ik nog één keer

Nog één dag mag

Zou ik teruggaan

Naar momenten

Die ik mij nu al

Niet meer herinner

 

En ik zou blijven

Zoals ik toen was

En jij zal blijven

Wie je nooit

Bent geworden

En we zullen zijn

Wat we nooit meer

Hebben kunnen zijn

Voor altijd

 

Kay van der Vleuten (1993)

 

De titel van deze blog is de titel van de poëziebundel van Van der Vleuten die in 2023 verscheen. Die gaat over het verliezen van een ander en van jezelf. Voor haar is rouw liefde die verder reikt dan het leven.


dinsdag 31 december 2024

Wat is een mens zonder herinneringen?

In voorgaande jaren schreef ik op deze dag een lange eindejaarsblog waarin ik reflecteerde op gebeurtenissen in Nederland, Spanje en de wereld. Het ging dan over journalistiek die betekenis voor mij had als geïnteresseerde Europeaan en wereldburger. Politiek, buitenland, natuur en cultuur; dat zijn vaak terugkerende thema’s. In de meeste blogs knoop ik het heden bij voorkeur aan iets uit het (eigen) verleden. Zo combineer ik het algemene met het persoonlijke. Dit jaar besloot ik het anders aan te pakken. Dit wordt op zich wel een longread maar die werd voorafgegaan door een serie kortere blogs rond die thema’s.

Ook van de redactie van de Volkskrant ontving ik een terugblik op belangrijke gebeurtenissen in de wereld, met een link naar mij persoonlijk als abonnee. Mediabedrijven weten door technische innovaties steeds meer van hun klanten. De meeste dingen weet ik als lezer al wel over muzelluf maar een aantal wetenswaardigheden ook niet. Zo was op mijn leeskaart te zien dat ik behoor tot de top 0,49% trouwste Volkskrant-lezers. Geen idee wat trouw is, overigens; daar kwam geen uitleg over. Afgelopen jaar las ik circa 4.000 artikelen in de digitale krant. Ik ben een vroege vogel volgens de krant. Dat klopt, de krant lezen behoort tot mijn ochtendrituelen. ('s Middags is het doorgaans tijd voor een boek.) Ik nam dit jaar 2.700.000 woorden tot mij, dat staat gelijk aan ruim 5.000 A4'tjes. 

Mijn top3 meest gelezen thema’s bestond uit de columns van de dag, zoals die van Sander Schimmelpenninck, Sylvia Witteman en Paulien Cornelisse. De 60-jarige Witteman stapt per 1 januari over naar het Parool; een laatste stap in haar journalistieke carrière. Voor die Amsterdamse krant wordt ze de opvolgster van Simon Carmiggelt. De 48-jarige Cornelisse wordt thans behandeld voor kanker. Ook in de columns die ze over ziekenhuisbezoeken en behandelingen schrijft, blijft ze een heel eigen toon aanslaan. 

Thema’s twee en drie waren buitenland en politiek. 90 dagen op rij maakte ik de favoriete puzzel, genaamd 'Spelwijze'. Al (bijna) drie maanden op rij genie... Joehoe! Het meestgelezen artikel op mijn verjaardag werd genoemd. Over hoe vaak per week je idealiter moet douchen. (Oninteressant, wat mij betreft.) Heb je iets aan deze wetenschap? Nee. Desalniettemin vond ik het een lezenswaardige eindejaarsbrief. 

De mooiste terugblik van deze krant vond ik afgelopen weekend het uitgebreide artikel met de 24 beste wetenschapsbeelden van 2024, geduid door experts. Prachtige foto’s en verhelderende verhalen van wetenschappers. 

Ook Gemini, de kunstmatig intelligente genius van Google Fotos, deed mee aan een terugblik. Men zorgde ervoor dat er geen herinnering verloren ging. (Dagelijks worden er zes miljard digitale foto’s naar dit platform geupload. We schieten wat af met elkaar!) Ik kreeg dagelijks jaaroverzichten met een ander thema. Hoeveel glimlachen ik in 2024 fotografeerde (duizenden), wie en wat mijn favoriete objecten waren (mijn liefje, vogels), hoeveel en welke taartjes en desserts we aten (teveel), wat ik deed op dag X maar dan 1, 2, 10, 20 jaar geleden. 

In één opzicht was dit voor mijn liefje en mij geen goed jaar. Onze vrienden Ben, Ger en Guus overleden. Ik krijg weer natte ogen als ik dit typ. Van deze drie was Guus de oudste vriend, in leeftijd en vriendschapsjaren. Hem leerde ik kennen via Dini, een studievriendin van mijn liefje. Ik viel als een blok voor hem; erudiet, belangstellend, eerlijk, lief, humorvol, reiziger en wereldburger. Ger kwam in ons leven toen we naar Kijkduin verhuisden. Daar werd hij onze buurman, met wie we lief en leed deelden. Hij haatte het dat we naar Engeland verkasten (2001). Mijn liefje en hij hielden regelmatig huisvrouwenoverleg tot -bijna- het einde van zijn leven. Ben leerden we kennen in Spanje. We stonden in de rij bij Mercadona met iemand die zijn vrouw Joan bleek te zijn. De rest is geschiedenis. Ik mis onze gesprekken over boeken. Mooie vriendschappen. (Het werkt ietwat verzachtend dat we Ger en Guus bezochten toen we afgelopen augustus in Nederland waren.) Mijn leuke, gastvrije en creatieve schoonzus Ineke (partner van mijn liefje's oudste broer) overleed eveneens, aan de gevolgen van COPD. 

Wat is een mens zonder herinneringen? In de ondergelopen regio Valencia doen instanties er momenteel alles aan om doorweekte foto’s van slachtoffers te redden die beschadigd raakten door DANA. Na deze dodelijke watersnoodramp werd het project ‘Salvem les Fotos opgezet. Vijf regionale universiteiten sloegen de handen ineen en proberen familieherinneringen van getroffenen te herstellen. Er zijn inmiddels meer dan 80.000 foto’s van modder ontdaan en weer toonbaar gemaakt. (In sommige gevallen kan dit herstelproject jaren gaan duren.) 

In de afgelopen weken had ik veel inspiratie; soms werkte ik aan 3 à 4 blogs tegelijk. Dat schroefde het totaal aantal blogs van dit jaar flink op. Vorig jaar blogde ik in totaal 81 keer, het laagste aantal in 16 jaar. Nu zegt dat niet alles want met meer longreads blog je meer maar dat type productiviteit houd ik niet bij en Google (Blogger) evenmin. Het goede nieuws van dit jaar is dat ik boven het laagterecord uitkwam (86). Bloggen is en blijft een belangrijke hobby voor mij. Ik kan er veel creativiteit in kwijt. Het is de ideale mix van schrijven en illustreren.   

Er is één nieuwsfeit dat ik hier expliciet wil vermelden. Ik vind het een boodschap van hoop. De Maleisische overheid gaf opdracht na tien jaar weer te gaan zoeken naar het mysterieus verdwenen vliegtuig MH370. Het ministerie van Transport en het bedrijf Ocean Infinity zetten de laatste puntjes nu op de i. Het schip gaat beginnen 2025 zoeken in een nieuw gebied van circa 15.000 km2 in de zuidelijke Indische Oceaan. Het schip zal vanuit West-Australië vertrekken. Wij reisden daar rond in maart 2014 toen dit vliegtuig met 239 passagiers en crew van de radar verdween. Sindsdien houdt mij dat bezig; ik blogde er jaarlijks wel een keer over. Het nieuwe zoekcontract heeft een looptijd van 18 maanden en is op basis van ‘no cure, no pay’. (Als het vliegtuig wordt gevonden, incasseert het bedrijf $70 miljoen.) Fingers crossed! 

Ik kijk ook uit naar een aantal nieuwe boekpublicaties volgend jaar. Er staan nieuwe romans van (onder andere) Abdelkader Benali, Nescio, Jan Siebeling, Isabel Allende, Marcel Möring, Geert Mak, Peter Buwalda (hopelijk!), Han Kang, Bernhard Schlink, Chimamanda Ngozi Adichie, Wally Lamb en Ken Follett op de rol. Nieuwe essays van Zadie Smith en Tommy Wieringa. Memoires van Bill Gates, Lionel Ritchie, Julian Barnes en Jacinda Ardern. Nieuwe thrillers van Stephen King, David Baldacci en James Patterson (hoe kan het anders?!). Non-fictie van Roxane van Iperen, Hugh Sebag-Montefiore en Irvin D. Yalom. Lichtpuntjes in sombere tijden. 

Daar zijn we dan, op de allerlaatste dag van 2024. Mijn liefje en ik zijn nooit grote fans geweest van de viering van Oudejaarsavond. Dat waren we individueel niet voordat we elkaar leerden kennen en we werden het daarna niet als stel. Ik heb zelf niet per se warme herinneringen aan deze avonden in mijn kindertijd. Mijn oudere zussen hadden altijd vriendjes die dan op de armleuning van hun stoel zaten; wachtend op de klokslagen en de zoenen. Een huis vol, gezellig maar niet voor iedereen in de kamer. Als nakomertje zat ik liever elders in mijn eentje, wachtend tot het gedoe voorbij was. Ik voelde mij al vroeg in mijn leven anders dan de rest... 


In de 35 jaar die mijn liefje en ik nu samen zijn, kijken we echter terug op veel bijzondere Oudejaarsavondjes en laatste avondmaals. Wij werden overwinteraars in warmere delen van de wereld. Neem bijvoorbeeld die met vriendin Bernadette in Café Sydney (2015), met zicht op de fameuse Harbour Bridge en het Opera House. We waren daar voor de viering van ons eerste lustrum. (Wij ontmoetten elkaar tien jaar eerder Down Under.) Dat bijzondere avondje uit moest wel maanden van tevoren worden geregeld. Mijn liefje zette de wekker om 2 uur 's nachts om als eerste te kunnen reserveren. Het werd een magische avond.

Of neem die keer in Mexico. We waren in Acapulco (2004) en dansten die avond de blaren op onze voeten op de geïmproveerde dansvloer, met vreemde mannen die traditionele sombreros droegen. Klokslag 12 uur vlogen de sombreros de lucht in. De champagne vloeide rijkelijk. 

Of de laatste avond in Uluru, het rode hart van Australië (2005). We waren in november begonnen aan een wereldreis en reden drie maanden rond in het land, in een kampeerwagen. Die avond gingen we uit in de woestijn, dinerend onder de sterren. Na het dessert doofden alle lichten en vertelde een sterrenkundige wat we zagen aan het firmament. Dat was overweldigend (er was nul lichtvervuiling). We luisterden naar een lokale didgeridoo-speler wiens muziek mij de kriebels over mijn rug deed lopen. Het indringende geluid van eeuwen Aboriginal-geschiedenis viel samen met de immense stilte van die plek.

In Kenia (2002) brachten we oudejaarsavond door in een hotel pal aan de Indische Oceaan. We zaten in de zwoele avond onder een eeuwenoude boom die met lampjes was versierd. De champagne die we om middernacht dronken, was echter lauw en de man die ons bediende, had zijn deodorant die dag niet gebruikt. Onvergetelijk om de foute redenen. We kwamen net terug van een geweldige safari in nationaal park Masai Mara waar we de Big 5 zagen. Daar verbleven we in een prachtige, cozy lodge. (Dat was een betere plek geweest om het jaar uit te luiden.) 

Een andere jaarwisseling met dezelfde Bernadette was in onze toenmalige villa in Noord-Bali. Zij was de eerste die er kwam logeren (2009). Het huis was eerder dat jaar opgeleverd maar wij liepen vertraging op omdat mijn liefje die zomer in een Spaans ziekenhuis werd geopereerd aan kanker. In november schuifelde zij van vliegveld naar vliegveld om op bestemming aan te komen. Elsa bereidde op oudejaarsavond een feestmaal, inclusief gele rijst (geluksbrenger). Naar goede hindoetraditie. Bernadette bracht Chinese lantaarns mee die we aanstaken en oplieten vanaf de rand van de net aangelegde tropische tuin. Mijn lampion wilde maar niet opstijgen en zakte op het zwarte lavazand in elkaar. 

Toen we voor de eerste keer overwinterden in Buenos Aires (2014), waar we enkele weken een appartement huurden in een leuke woonwijk van deze boeiende wereldstad, brachten we de laatste avond door in een klein maar fijn buurtrestaurant waar de kok de sterren van de hemel kookte. Met hem dronken we daarna champagne op straat, temidden van veel geknetter van rotjes en vuurpijlen (typisch Zuid-Amerikaans maar de Spanjaarden kunnen er ook wat van). 

Maar de jaarovergang met de Balinese jongetjes in pyjama mag hier evenmin ontbreken (2012). Moeder Elsa was bang om die avond alleen thuis te zijn met haar kids. Zij had een insluiper gehad en er waren inbraken in ander huizen in de straat dus ze voelde zich onveilig. We nodigden haar, Yuda en Damai uit voor een Oudejaars Pyjama Party aan de Balizee. Wij realiseerden ons op dat moment niet dat zij geen nachtkleding hadden. Elsa kocht slaappakjes voor eenieder. De jongetjes sliepen als roosjes lang voordat de klok 12 uur sloeg. De volgende ochtend wekten ze ons met een kussengevecht. 

En dan ook deze nog: het etentje bij onze vriendin Luz-Maria in haar appartement in Santiago de Chile (2018). We ontmoetten haar jaren eerder op een schip tijdens een reis langs de Galapagos-eilanden (Ecuador, 2015). We bleven al die jaren in contact en zijn dat tot op de dag van vandaag. De laatste keer dat we de jaarwisseling in Spanje vierden met buurhondje Chili en haar Deense ouders (2022). De vorige oudejaarsavond in Bogotá (Colombia, 2023) waar we op het allerlaatste moment in een trendy restaurant het allerlaatste tafeltje van de avond bemachtigden.

Sweet memories... 

Ik wil zeker niet dramatisch klinken maar als het vanavond mijn tijd zou zijn, weet dan dat ik daar vrede mee heb. Ik zag en deed zoveel moois in mijn leven, ontmoette zoveel leuke mensen van over de hele wereld. 

Dit jaar zal onze Oudejaarsavond minder mondain zijn maar niet per se minder internationaal. We gaan met Engelse, Zwitserse en Deense vrienden, buren en kennissen naar een lokaal restaurant dat door een Duitser wordt beheerd, om daar het jaar uit te luiden. Geen speciaal feestmenu maar kiezen à la carte. Voor ons is dat geen probleem, wij zijn niet van de (ongeschreven) regels. Wel is er live-muziek dus de voetjes kunnen van de vloer. Mijn liefje en ik garanderen echter niet dat we het uithouden tot middernacht... Die 12 druiven -een typisch Spaanse Oudejaarstraditie- smaken morgen ook nog goed. 

Ik dank jou hartelijk voor het lezen van mijn blogs en hoop dat je je volgend jaar weer meldt. Ook jou wens ik een gezellige jaarwisseling toe. En pas op voor het vuurwerk. 


vrijdag 27 december 2024

Vrede in de aarde!

Wereldwijd gaat er jaarlijks tussen USD $1.4 en 3.3 biljoen dollars (een getal met 12 nullen) publiek geld naar activiteiten die schadelijk zijn voor de natuur, zoals mijnbouw, olie- en gaswinning, visserij en veeteelt. Hoeveel goeds kun je daarmee doen voor de aarde?! 

Dat las ik in een recent verschenen rapport van de Verenigde Naties. Een van de conclusies die je daarin aantreft, is dat 147 landen het eens werden over het feit dat er een radicale koerswijziging nodig is om de biodiversiteit te redden. Dat vond ik een open deur en nogal gemakkelijk. Wie kan het daar nu mee oneens zijn?! Dit VN-rapport heeft betrekking op een van de 17 Millenniumdoelen; in dit geval nummer 15: leven op het land. Men streeft ernaar het leven van planten en dieren in de wereld te bevorderen. Door het herstellen van terrestrische ecosystemen (op het land en in de bodem), het duurzaam beheren van bossen, het bestrijden van woestijnvorming, het stoppen en terugdraaien van landdegradatie en het stoppen van biodiversiteitsverlies. 

De ecosystemen van de aarde zijn van vitaal belang voor het voortbestaan ​​van het menselijk leven. De wereld van nu kampt echter met een drievoudige crisis: klimaatverandering, vervuiling en verlies aan biodiversiteit. In de natuur hangt alles met alles samen. Bij een hittegolf in de Beringstraat en de Golf van Alaska (klimaatverandering) stierf plankton. Het gevolg was dat vissen en kreeftjes minder te eten hadden. Verderop in de voedselketen leden zeevogels honger. Door die ene hittegolf (ze zijn vaker te verwachten) stierven 4.000.000 zeekoeten; de helft van de lokale populatie. Dit is slechts één voorbeeld van het verlies van biodiversiteit. Deskundigen waarschuwen voor het afsterven van hotspots van biodiversiteit, zoals koraalriffen en het Amazonegebied. Bestaande beschermingsmaatregelen schieten bijna overal tekort. 

Deze biodiversiteitshotspots beslaan slechts 2.3% van het landoppervlak van de aarde. 44% van alle planten ter wereld en 35% van alle gewervelde landdieren leeft in deze regio's. Om te worden geclassificeerd als biodiversiteitshotspot moet een regio beschikken over minstens 1.500 endemische plantensoorten en 70% van hun oorspronkelijke natuurlijke vegetatie hebben verloren (meestal als gevolg van menselijke activiteit). Er zijn wereldwijd 36 erkende biodiversiteits hotspots; dat zijn de bruingekleurde gebieden op deze kaart. Er zijn 142 landen in de wereld onder wiens jurisdictie deze hotspots vallen. 

De Andes Mountains Tropical Hotspot is 's werelds meest diverse hotspot. Circa eenzesde van alle plantensoorten ter wereld leeft in deze regio. De gehele archipel van Nieuw-Zeeland is een andere hotspot. Het leven is daar zo geïsoleerd geëvolueerd dat daar vele soorten leven die nergens anders voorkomen. Meer dan 90% van de insecten en 80% van de vaatplanten zijn endemisch voor deze regio. 

Ontbossing en klimaatverandering hebben ook de Himalayas tot een biodiversiteitshotspot gemaakt. In deze regio liggen de hoogste bergen ter wereld. Je vindt er 7.000 plantensoorten en 500 soorten fauna. Veel plant- en diersoorten worden er bedreigd, zijn zeldzaam of sterven uit. Hier tref je dieren aan die alleen daar voorkomen; denk aan de reuzenpanda, de wilde waterbuffel en de zwarthalskraanvogel (foto), de enige alpenkraanvogel ter wereld.  

De Mediterranean Basin Hotspot is eveneens een biodiverse en cultureel rijk gebied.  Deze hotspot strekt zich uit van de Kaapverdische eilanden in het westen tot Jordanië en Turkije in het oosten, en herbergt meer dan 25.000 plantensoorten, een van de belangrijkste gebieden op aarde voor endemische planten. Snelle economische ontwikkeling, een groeiende bevolking en 32% van de internationale toeristen ter wereld zorgen voor ongekende druk op de natuurlijke habitats rondom de Middellandse Zee, verergerd door een gebrek aan effectieve plannings- en beheersystemen.  

Stel je bijeneters (foto), grotsalamanders, gekko's, makaken, libellen en pelikanen voor, allemaal levend in één regio. Sommige daarvan vind je nergens anders op aarde. Aangezien dit gebied in het hart van de drie Afrikaans-Euraziatische vliegroutes ligt, zijn miljoenen trekvogels afhankelijk van deze regio om hun enorme jaarlijkse migraties te voltooien. De van oorsprong Spaanse organisatie Birdlife (nu Birdlife International) is een van de leidende organisaties die lokale natuurbehoudsprojecten begeleid, veelal uitgevoerd door lokale gemeenschappen. Ik voel mij bevoorrecht dat ik heb kunnen rondreizen (en leven) in enkele van deze bijzondere regio’s.   

Een van de radicale beslissingen die we zouden moeten nemen volgens biodiversiteitsexperts, is stoppen met overheidssubsidies geven aan sectoren die bijdragen aan de achteruitgang en vernietiging van de natuur. Daarnaast moet er meer geld naar natuurbehoud en de rekening van de werkelijke kosten van milieuschade moet worden betaald door bedrijven die verantwoordelijk zijn voor die milieuschade. Laat de vervuilers toch betalen! Wie kan hier nu tegen zijn?!

Er was één wereldburger, eentje met vleugels, die zich van al die achteruitgang niets aantrok afgelopen jaar. Ze heet Wisdom en is een albatros. Ze woont op het onbewoonde atol Midway, middenin de Stille Oceaan. Ze werd voor het eerste geringd in de jaren '50 van de vorige eeuw; men schat haar leeftijd op 74 jaar. Welnu, die ouwe taaie legde vorige maand weer een ei. Haar laatste kuiken kwam uit de dop in 2021. Men schat in dat ze minstens drie partners overleefde en dat ze in al die jaren 30 eieren legde. Deze vogelsoort vormt doorgaans een paar voor het leven maar het is ook een feit dat de gemiddelde Laysan-albatros ongeveer 30 jaar oud wordt. Dus zij ging weer op vrijersvoeten, vond een nieuwe boyfriend en dat klikte. Wetenschappers berekenden dat Wisdom tijdens haar leven ruim 5.000.000km aflegde op zee. Wat een wereldreizigster! 

En ter afsluiting hierbij nog mijn eigen positieve eindejaarstip voor meer biodiversiteit. Voor Kerst deden mijn liefje en ik onszelf een stukje boerenland kado. Net als vele anderen maken we ons zorgen over het verlies van biodiversiteit in Nederland (maar ook elders). Tweederde van het Nederlandse grondoppervlak is landbouwgrond; de huidige vorm van landbouw gaat ten koste van planten en dieren. Het Nederland van nu kampt met een drievoudige crisis: klimaatverandering, vervuiling en verlies aan biodiversiteit. Kabinet Schoof gaat die problemen niet oplossen; in tegendeel. 

In dit afbraakkabinet zit de meest incompetente minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur ooit. (De 40-jarige Wiersma is lid van BBB en was voorheen lobbyiste voor Big Agro.) Het ontbreekt haar aan visie en duidelijke plannen om de crises in de landbouw effectief te bestrijden. Ze werd onlangs ook nog verkozen tot ‘liegebeest’ van het jaar door Stichting Wakker Dier. Tja.

Dan moeten bezorgde burgers zelf maar actie ondernemen. Via de coöperatie Land van Ons kochten we landbouwgrond om daaraan een betere bestemming te geven. In korte tijd kreeg men al 3.5 miljoen vierkante meter boerenland (350ha) in eigendom. (Voor de goede orde: Nederland heeft meer dan 2 miljoen hectaren 'agrarisch terrein' volgens het CBS.) Direct na aankoop van een perceel maakt een team van lokale vrijwilligers een beheerplan voor herstel van biodiversiteit en landschap. Het gaat om maatregelen als de aanleg van heggen, poelen en akkerranden en het planten  van inheemse bloemen. Een ander team gaat op zoek naar een biologische boer als pachter omdat die geen bestrijdingsmiddelen en kunstmest gebruikt. Dit gebeurt al in bijna alle Nederlandse provincies (er staat een kaart op hun website). Zo kunnen vlinders, vogels en bijen terugkomen en kunnen boeren gezond eten verbouwen. Win-win. Wie is hier nou niet voor?!


woensdag 25 december 2024

dinsdag 24 december 2024

Selamat Natal

Rond de feestdagen ook aandacht besteden aan onze familie in Bali behoort tot mijn stichtelijke gedachten. Zo verbind ik West & Oost op postzegelformaat. Kerst is de tijd van reflectie op het jaar dat bijna achter ons ligt. Zij zijn als hindoes religieuzer dan wij. Kerstmis is een feest van vrede maar ik realiseer mij dat het bijbelse kerstverhaal niet alleen over vrede ging. Jozef en de zwangere Maria gingen op weg naar Bethlehem en die tocht was op zich al geen pretje. Toen het kerstkind was geboren, werd het bedreigd. Herodus stuurde troepen om de kleine boreling, de pasgeboren koning der Joden, te vinden en te doden. De halve bevolking van die stad werd uitgemoord...

Over vrede valt ook nu weinig positiefs te melden. Onlangs was er een laffe aanslag op een kerstmarkt in Duitsland. Met onschuldige doden en honderden gewonden. Er woedden vreselijke oorlogen afgelopen jaar. En dan roept de nieuwe topman van de Navo, onze nationale ex Mark Rutte, ook nog op ons mentaal voor te bereiden op oorlog. Onze mindset moet in oorlogsstand worden gezet. Maar hoop op vrede blijft bestaan, wat mij betreft. Hoop doet leven.

Dit jaar blogde ik minder over 'onze' Balinezen dan in voorgaande jaren maar ze houden ons nog wekelijks bezig. Dat gezin op 14.000km afstand zit in onze harten verankerd. Dat geldt meer voor de kids dan voor de ouders maar zonder hun pa & ma zou het daar een sneue boel zijn. Elsa is een goede moeder, pa is streng maar rechtvaardig. Zij verzorgt, hij zorgt voor hen. Ze zijn traditioneel maar niet conservatief.

Pa Ketut vloog eerder deze maand naar Miami. Aanvankelijk vertelde hij dat hij naar Spanje zou afreizen om daar aan boord van zijn werkgever te stappen. Dat vond ik vreemd, gezien de tijd van het jaar. Er wordt in wintertijd niet voor de lol gevaren op de Middellandse Zee. Met echtgenote Elsa vloog hij naar Jakarta (Java) om een inreisvisum te regelen. Ze waren twee dagen toerist in eigen land. Florida bleek de nieuwe bestemming.

Hij stapte aan boord van het nieuwste cruiseschip van zijn werkgever. Alles glom hem tegemoet, als ik zijn woorden mag geloven. De Regent Seven Seas Grandeur maakte vorig jaar haar maiden trip. Ondertussen begon het bedrijf aan de bouw van alweer een nieuwer schip, de Regent Seas Prestige. Dit zal het toppunt van luxe worden. Alhoewel een groot deel van de wereld zich zorgen maakt over de vervuilende uitstoot van dergelijke schepen bouwt het Amerikaanse bedrijf (eigendom van een Noors conglomeraat) verder aan hun Armada. De Prestige zal in 2026 te water worden gelaten. Een volgend te bouwen schip staat alweer op de rol; dat zal in 2029 gaan varen.

Dit soort projecten zal met president Trump aan het roer niet verminderen, vermoed ik. He loves fossile fuel! Er stond een gloedvolle aankondiging van de Prestige te lezen op de website. De teksten gaan allemaal over hoe ultraluxueus het zal worden voor de toekomstige 850 gasten aan boord. Niets over zuinige en schone motoren, niks over een verminderde CO2-voetafdruk of over technische innovaties aan boord. Trumps recent voorgestelde kandidaat voor de baan van Energy Secretary (een fracking-magnaat) is van mening dat fossiele brandstoffen deugdzaam zijn. Zij zouden de sleutel zijn voor het wereldwijd oplossen van armoede. Tja. Die gekke Amerikanen! 

Aan werknemer Ketut valt niets te verwijten. Hij is geboren en getogen in Noord-Bali waar geen droog brood valt te verdienen, zeker niet voor een gezin met vier schoolgaande kinderen. Dus hij zorgt al varend voor zijn gezin (en andere familieleden). Voor de thuisblijvers was zijn vertrek aan de ene kant een feestje maar aan de andere kant ook niet. 

De oudere jongens in het gezin, Yuda & Damai, lijden als pubers minder onder het vertrek van hun vader dan hun jongere broertje en zusje. Zij hebben inmiddels hun eigen leven, vermaken zich uitstekend met hun schoolvrienden, gaan er vaak samen op uit, genieten van minder huisregels en meer vrijheid als pa weer vaart. Nu ze goede apps en internetverbindingen hebben en ze -wekelijks zo niet dagelijks- in contact kunnen blijven met hun vader, is het afscheid dragelijk voor alle partijen. 

We zagen Yuda op een foto onlangs fröbelen met een klasgenoot. Ze maakten een eigen, kleine kerstboom van allerlei materialen. Op zijn goede middelbare school, waar ook Damai zit, vieren ze alle feestdagen van alle religies met elkaar; katholiek, hindoe, moslim. Op het eiland van de goden groeien de kerstrozen in het wild. Oorspronkelijk komt deze plant uit Centraal en Zuid-Amerika. Ik keek mijn ogen uit toen ik ze in de heuvels van Noord-Bali zag bloeien.  

Damai had onlangs een excursie met school. Ze gingen naar de Trans Studio in hoofdstad Denpasar, een themapark met educatieve inslag. De naam dekt de lading van die studio niet. Hij kwam als zichzelf terug. Hoewel... Hij was trots dat hij geen angst had gevoeld bij sommige uitdagende attracties (door snelheid en hoogte). Dat is leuk aan dit 14-jarige ventje: hij schroomt niet zijn angsten met ons te delen. Mijn liefje en ik zijn al geruime tijd de fun-sponsoren van de kids. De basiszaken worden inmiddels gedragen door de ouders, wij financieren de uitstapjes en andere extra's. (Meer, indien nodig.) Zij hebben nu kerstvakantie, of de ‘mid term break’ zoals zij het noemen. Ze zitten immers op een drietalige school (Bahasa Bali, Bahasa Indonesia, Engels.)

De kleintjes Varen & Santya missen 'bapak' meer. Ook zij raakten gewend aan zijn tijdelijke afwezigheid. Door de oudere jongens wordt regelmatig bijgesprongen in de opvoeding van de jonkies. (Elsa is een werkende moeder.) In de afgelopen dagen werden de jongste twee ziek. Het begon met Varen. Zijn koorts liep op tot 39.4°C dus dat was zorgwekkend. Elsa ging naar een lokaal gezondheidscentrum en daar nam men een bloedtest af. Bij de buren in hun straat was dengue (knokkelkoorts) geconstateerd, een virus dat wordt overgedragen door muggen die overdag steken. Het buurhuis werd drastisch onder handen genomen om de boosdoeners, de gelekoortsmug en de Aziatische tijgermug, te verdrijven. We ontvingen een filmpje van een huis in een dikke wolk bestrijdingsmiddelen. Ik moest hoesten bij het bekijken! 

Daarna werd Santi ziek. Was het dan toch iets anders? Elsa zocht contact met ons via Whatsapp. Konden wij kinderparacetamol verschaffen? Ze had meer vertrouwen in medicijnen -om de koorts omlaag te krijgen- uit ons land (Spanje of Nederland) dan in lokale middelen. In voorgaande jaren, als we rond december afreisden naar Bali om bij hen te zijn, brachten we niet alleen reistassen vol kadootjes mee, daar zat ook altijd een ruime voorraad medicijnen bij. 

Dit jaar zullen we hen -wederom- niet bezoeken maar medicijnen sturen, dat doen we wel. Mijn liefje toog naar de farmácia en kwam met lege handen terug. In Spanje verschaft men jonge kinderen uitsluitend medicijnen in vloeibare vorm. Flesjes met druppels gaan wij echter niet versturen; dat is kansloos. Daarom vroegen we een vriendin in Nederland om namens ons kinderparacetamol te kopen en de doosjes van daaruit naar Bali te versturen. Ze  had toch niets te doen en tante Pos is in Spanje nogal onbetrouwbaar, vooral tijdens de feestdagen. Vanuit Nederland vliegt er (bijna) dagelijks een vliegtuig naar het eiland van de goden. De pillen zijn inmiddels onderweg.

Varens bloedtest vertoonde wel symptomen van dengue maar de officiële diagnose werd niet gesteld. Santi knapte op na een paar dagen kippensoep eten, op advies van mijn liefje. De jongste vierde onlangs haar vijfde verjaardag. We zongen haar toe, gelardeerd met kusjes in de lucht. Wij waren in 2019 in het lokale gezondheidscentrum aanwezig toen ze werd geboren. Een mooie baby, ze leek als twee druppels water op haar broers. Trotse Elsa meldde dat het feestvarkentje dit semester de nummer 2 van haar kleuterklas werd. Zij zitten eveneens op een privé-school. Formeel bestaan er geen openbare kleuterscholen in Indonesië. Kinderen zijn pas vanaf hun zevende levensjaar officieel leerplichtig. De oudste jongens gingen ook naar de peuter- en kleuterschool en dat legde hen geen windeieren. 

Santi's goede score is opmerkelijk want ze is tenminste één jaar jonger dan de rest van haar groep. Zij wilde niet op haar beurt wachten toen haar (een jaar oudere) broertje Varen naar de kleuterschool ging. Op haar verjaardag had ze een schooloptreden, Varen deed ook mee. Iets hindoe-ceremonieels op het strand, bij het dolfijnenstandbeeld van Lovina. Ze keek serieus in de camera, was geheel opgepimpt voor het optreden. Inmiddels zijn beide jonkies weer helemaal gezond. 

Ook een landelijke politieke actie baarde daar onlangs opzien. De nieuwe president van Indonesië, (ex-generaal) Prabowo Subianto, deed een voorstel in het parlement om een ​​einde te maken aan rechtstreekse lokale verkiezingen. Dat zou kunnen betekenen dat hindoe-provincie Bali niet meer de eigen gouverneur uit eigen gelederen mag kiezen. Daar zal men niet blij mee zijn! Bali is de enige hindoe-provincies in een overwegend moslimland. Dat voorstel grijpt terug op een -nog niet heel lang vervlogen- autoritair tijdperk waarin dit soort maatregelen schering en inslag was. Dit vormt een bedreiging voor de met moeite verworven democratische hervormingen van de afgelopen jaren. 

Sinds 2005 worden in Indonesië rechtstreekse verkiezingen gehouden voor regionale en lokale leiders, zoals gouverneurs, regenten en burgemeesters. Ze maken deel uit van de hervormingen die werden doorgevoerd na de val van Soeharto in 1998, de langdurig heersende autoritaire president van Indonesië. Prabowo's argument nu is dat het benoemen in plaats van kiezen van regionale en lokale leiders veel goedkoper zou zijn. Ja, die waren en zijn kostbaar maar het financiële dient het daar altijd te verliezen van democratische overwegingen. De politieke partijen in zijn brede coalitie lijken dit voorstel echter te steunen. Politieke tegenstanders en rechtsgeleerden hopen dat de president zijn voorstel heroverweegt.

Toen een vorige Indonesische president iets dergelijks voorstelde, brak een revolte uit onder de bevolking. De toenmalige president trok zijn voorstel in, onder grote maatschappelijke druk. (Dat is ook democratie!) Laten we hopen dat het deze keer vooral vreedzaam  verloopt. 

Ik wens Elsa, Ketut, Yuda, Damai, Varen, Santia en alle andere mensen die we daar kennen vredige Kerstdagen toe.

En jou ook.