Translate

maandag 10 november 2025

Bye, bye Gruslandia

We zijn terug op het Spaanse honk en kijken terug op een mooi en leuk uitje naar de autonome regio Extremadura. Daar lagen nog niet veel van onze voetstappen maar daarin is nu verandering gekomen. Als de kraanvogels uit het Hoge Noorden niet daar  naartoe zouden zijn gevlogen, had ik deze regio nu niet gekozen als bestemming. 

Het is een van de armere regio’s van Spanje, zeer groot, dunbevolkt en tamelijk ongerept, met veel land, landerijen en landbouw (olijven en druiven, bijvoorbeeld). In grote delen van de regio vind je nog oude steen- en kurkeiken. Daar scharrelen de zwartpootbiggen rond die zich voeden met de eikels van die bomen en uiteindelijk als ‘jamon ibérico de bellota’ op je bord belanden. Wij aten in het eerste hotel het lekkerste bordje ham dat we ooit proefden. Er zijn prachtige (middeleeuwse) steden te bezoeken maar die houden we voor een volgend bezoek: Badajoz, Cáceres, Trujillo en Plasencia blijven voorlopig op het reiswensenlijstje staan. 

Vóór ons vertrek naar Extremadura belde ik met iemand van het klooster van Guadelupe in de provincie Cáceres. Of we, als groep van twee, een kaartje moesten reserveren voor ons geplande bezoek? Dat was niet nodig. Bij aankomst konden we die kopen. We zouden dan tevens een tijdslot ontvangen. Zo verliep het. Vanwege het relatief vroege tijdstip van aankomen, konden we goed parkeren in een dwarsstraat van het dorp. 

Guadelupe telt minder dan 2.200 inwoners (telling van 2021). Het vormde zich rond het 14de eeuwse klooster van Santa María. Het verhaal gaat dat een herder daar een beeld van de maagd Maria vond langs de rivier de Guadelupe. Voor haar werd ter plekke een altaar opgericht. Dat groeide uit tot een kapel en zij tot de patroonheilige van de regio. Langzaam maar zeker werd Guadelupe een steeds belangrijker pelgrimsoord. De toenmalige Castiliaanse koning droeg een belangrijke zege over de moslims -het was de tijd van de Reconquista- op aan Onze-Lieve-Vrouwe-van-Guadelupe en door dit koninklijke patronaat breidde de faam van deze plek zich verder uit. De kapel werd een kerk en ernaast werd een klooster gebouwd. De Hiëronymieten, een besloten katholieke kluizenaarsorde uit de 14de eeuw met nauwe banden met de toenmalige Spaanse en Portugese vorstenhuizen, namen het klooster in gebruik en zetten de verdere stappen op weg naar een religieus bolwerk. De rest is geschiedenis. Hedentendage is het UNESCO Werelderfgoed. Er kwamen die zaterdagochtend meer toeristen op af dan er bewoners zijn. We hoorden geen enkele andere taal dan Spaans. 

Mijn liefje en ik maakten deel uit van de 11:40-groep, uitsluitend bestaande uit Spanjaarden op leeftijd. Dat schrijft de vrouw die de ouderenkorting op haar entreebewijs in dankbaarheid aanvaardde. De Spaanse gids was een goede vertelster. 

Nog nooit in mijn leven heb ik zo’n indrukwekkend, imposant klooster van binnen gezien. Het kent verschillende bouwstijlen (mudejar, barok, rococo, gotiek), is enorm groot (ruim 1ha) en spreidt een immense rijkdom en creativiteit tentoon. Binnen de muren van het klooster vind je een borduurwerkmuseum, een museum van boeken (grote van 1.700kg per stuk en kleine, zeer rijk versierd) en het museum van beeldende en schilderkunst dat originele werken van El Greco en Goya heeft. Er mocht in het klooster en de kerk niet worden gefotografeerd maar dat zag ik te laat. Toen waren deze foto's al geschoten. Geniet ervan. 

Er is tevens een zaal van de Zeven Sterke Vrouwen (!) en een speciale Mariakamer waar zich de reliekschrijn bevindt. 
De kamer met die sterke vrouwen uit de Bijbel, Maria, Sara, Esther, Jaél, Deborah, Judith en Ruth, wordt 'Camarín' genoemd; een woord dat ik niet kende. Het blijkt te gaan om een  kleedkamer maar dat klinkt nogal ongebruikelijk voor wat hier is te zien. Het is een grote achthoekige ruimte die blinkt van het goud. Het wordt wel 'het voorportaal van de hemel' genoemd. In de laatstgenoemde vertrekken van het klooster werden we rondgeleid door een Franciscaner monnik. Voor de ingang van het klooster staat een beeld van Franciscus van Assisi (oprichter van deze orde), al had hij niets met het ontstaan van dit klooster te maken. Wel hadden de beide ordes de verering van Maria gemeen. 

In de kleine Mariakamer die je tegemoet straalt, staat een cederhouten beeld van de Zwarte Madonna op een troon. De monnik pakte een zilveren amulet van de maagd in zijn ene hand en een poetsdoek in zijn andere. De eerste vrijwilligers stapten naar voren. Wij bleken de enige atheïste en agnoste te zijn in een menigte diepgelovigen. Zij kusten bijna allen het portret van de maagd, sommige in volledige devotie: met gesloten ogen en zelfs soms een traan. Wij niet. Yakkiebah, zeker niet. (Ik ben net hersteld van corona of griep...) Van dit evenement maakte ik nu eens geen foto. Te intiem, wat mij betreft. 

Over intimiteit gesproken, Extremadura is ook een walhalla voor vogelaars. Er zijn daar circa 300 vogelsoorten te spotten; daarenboven nog eens bijna 200 trekvogels in deze tijd van het jaar. 

Ongeveer 75% van het gebied in deze regio wordt omschreven als Belangrijk Vogelgebied van Spanje. Er is dus altijd wat te zien. Alhoewel wij vooral kwamen voor de migrerende kraanvogels, was er te allen tijde veel reuring in de lucht. We zagen ooievaars op hun nest - alleen of als paar (helaas niet de zwarte), hoorden bijna overal gefluit van zangvogels, zagen grote en kleine ibissen en reigers in bijna elk veld of poeltje dat we voorbij reden, reden onder electriciteitsmasten door waar drie vale gieren zaten uit te rusten van de jacht, zagen een meeuw in het stuwmeer van Alange een te grote vis verorberen. Dagelijks cirkelden arenden, buizerds, valken en gieren boven onze hoofden. De blauwe eksters waren niet op de vingers van vier handen te tellen. 

En wat zagen we veel kraanvogels (grus grus) tijdens dit uitje! Dat kwam vooral omdat we voor hen opstonden en op hen wachtten. Kraanvogels bij zonsopgang het water verlatend, kraanvogels bij zonsondergang naar het water, kraanvogels overdag foerangerend in de recent geoogste rijstvelden, kraanvogels die van veld naar veld vlogen. In grote en kleine groepen. Dat was hun dagschema. Wij volgden dat ritme op de voet. Als je iets wilt zien, moet je wat ondernemen. 

Mijn liefje vond het opvallend dat er zo weinig enthousiasme lijkt te bestaan voor deze vogels bij de inwoners van Extremadura. Toen we vorig jaar naar de lagune van Gallocanta afreisden (autonome regio Aragón) leek bijna het hele leven er in het teken te staan van de grus grus. Hotels en pensions die ernaar waren vernoemd, muurschilderingen van de vogels, bordjes en koffiekopjes met hun afbeelding, boekjes, posters, magneten, beeldhouwwerken in individuele tuinen. Het kon niet op. Als we Extremaduro's nu vroegen naar uitkijkposten of bijzondere velden, leken mensen soms zelfs te schrikken. Er was geen poster of vogelmagneet te vinden. Het drama van de vogelgriep onder migrerende kraanvogels in en rond de lagune is nu onbeschrijflijk groot. Er zouden al meer dan 900 dode dieren zijn geruimd; en je dan te beseffen dat het migratieseizoen nog maar net is begonnen. Tja. 

Op de ochtend van ons vertrek reden we nog één keer naar het veldje waar we ze ontdekten op het laatste adres. Ze stonden er weer, nu dichterbij dan ooit. Joehoe! Ik zag mijn kans schoon. Er waren zelfs jonkies in de groep. Terwijl ik de auto aan de kant van de (smalle) weg parkeerde, het portier zachtjes sloot en met mijn telelens rustig naar de overkant van de weg stapte om te gaan fotograferen, vlogen ze op. Er werd volop getrompettert: de vijand nadert. Ze vlogen op met de ochtendzon op hun grote lichamen. Een mooi gezicht. Het is misschien wel mijn dierbaarste shot van dit uitje. Je vindt het complete fotoalbum hier. Dit was bij nader inzien een toepasselijk afscheid van Gruslandia.

En voor de regelmatige lezer: we stuurden in de afgelopen dagen een paar geluidsopnamen in voor het nieuwe buitenlandproject van 'Vroege Vogels'. Eind 2025/begin 2026 wordt er een nieuw programma gemaakt met alle inzendingen van luisteraars in het buitenland. Dat deed ik in 2023 voor de eerste keer. Er werd enthousiast op de inzendingen van dit jaar gereageerd dus ik vermoed dat het project doorgaat. Wordt vervolgd. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten