Translate

dinsdag 4 maart 2014

Boy-o-boy, Bremer Bay

Drie weken geleden ontmoetten wij twee Australische mannen (en hun echtgenotes) tijdens een wijnexcursie in Margaret River. We praatten met elkaar over wijn en nog veel meer. Onder andere walvissen kijken aan de Australische kust. Zij vertelden ons vervolgens dat ze in de lokale krant hadden gelezen over orka’s in Bremer Bay, niet zo ver verwijderd van Margaret River. Ik kon mijn oren niet geloven. Het was tamelijk vroeg voor killer whales in deze contreien, naar mijn weten.

We vroegen hen in welke krant ze erover hadden gelezen. Dat wisten ze niet meer maar waarschijnlijk was het de West Australia. Wij gingen de volgende dag naar het plaatselijke VVV en vroegen de mevrouw aan de balie om het voor ons uit te zoeken. Wij hadden al op internet gesurft maar niets gevonden. Ook de informatiedame kon ons daarover niets vertellen. Als het waar was, ware wij linea recta naar Bremer Bay geracet. Killer Whales (orka’s) met eigen ogen zien is een grote wens van mij. We lieten het bericht voor wat het was en reisden langzaam verder.

Gisteren kwamen wij aan in Bremer Bay. We gingen allereerst naar de ‘General Store’ voor enkele huishoudelijke aankopen. We duwden de voordeur open toen mijn oog viel op een papiertje op de ruit: “als je zin hebt in een expeditie naar orka’s in de Baai van Bremer, neem dan contact op met Dave”. Plus een telefoonnummer. Onze Spaanse en Nederlandse telefoons (van Vodafone) hebben geen bereik alhier. Wij vroegen de mensen van het caravanpark om voor ons contact met Dave op te nemen en hem te vragen of we de volgende dag mee konden met de expeditie. Zijn telefoon stond op het antwoordapparaat maar de boodschap werd ingesproken. 

Wij vonden uit dat de crew van deze Research-expeditie in een motel naast ons caravanpark verblijft. ’s Avonds gingen we naar het bijbehorende restaurant om Dave in persoon te treffen. We laten niets aan het toeval over! 

Aan de muur van de bar hing het betreffende krantenartikel. Er gebeurt van alles in de Bremer Bay Canyon. Dave is Dave Riggs, een filmmaker uit Esperance die al acht jaar een bepaalde plek in dit deel van de Zuidelijke Oceaan onderzoekt en de dieren daar filmt. Er zijn namelijk interessante dingen aan de hand. Het dorp Bremer Bay wil er niet te veel ruchtbaarheid aan geven; men wil geen massatoerisme. Dit gaat vooral over conservatie van een bijzonder gebied in zee.

In het restaurant hoorden we dat we de volgende dag als passagiers waren ingeboekt. Joehoe! We voelen ons grote bofkonten. Het is immers een onderzoeksexpeditie die doorgaans geen toeristen aan boord neemt. De camera’s werden opgeladen, de anti-zeeziektepillen werden voor de dag gehaald, de wekker werd gezet. Vanmorgen om 6 uur stonden we op ons gemak op. Om 7 uur gaven wij acte de presence bij de schipper van een grote Research-boot aan de jetty van Bremer Bay. 

De zon scheen, het zag eruit als een rustig dagje op het grote water. Nog zes andere passagiers gingen mee op de boot: de meerderheid Australiërs en naast ons nog een Duitse vrouw. Ik verbaasde mij over de goede zeebenen van alle Australische passagiers; zij schrijven dat toe aan hun ervaring als zeevissers.

Het gebied dat we bezochten, ligt ongeveer 75 kilometer ten zuiden van de kust. Dat is dus op volle zee... De deining was behoorlijk, de zon verdween achter laaghangende wolken die we bijna konden aanraken, we kregen zelfs een regenbui. De Duitse werd binnen één uur heel erg zeeziek en diende de trip liggend op het dek uit. Mij overkwam niets van dat al maar ik nam dan ook goede voorzorgsmaatregelen. De golven waren tenminste drie meter hoog. Wel zat ik stokstijf op mijn plek en verroerde mij nauwelijks. Dat is aan de foto’s te zien: ze zijn van tamelijk ver weg. Zeebenen zal ik nooit krijgen: mijn evenwicht is ver te zoeken aan boord van een boot. Het was mijn liefje die een broodje en thee haalde, hangend aan de stangen.

De fascinatie van Riggs ontstond toen een grote witte haai met happen uit het lichaam dood aanspoelde op een plaatselijk strand. Wie of wat was de schuldige? Zo’n haai heeft maar één natuurlijke vijand (naast de mens) en dat is een orka. Acht jaar geleden ging hij op onderzoek uit. Riggs is een man met een missie en veel passie. Hij maakt met een mariene bioloog momenteel een documentaire over het fenomeen voor ABC, de Australische BBC. Ik wist een ding: waar vogels zijn op volle zee, daar wordt gejaagd. Dat was dan ook een belangrijk ijkpunt. De Australische wetenschapper stond continu op het bovendek, op de uitkijk, met een extreem goede camera en de grootst denkbare lens. Hij zal ons enkele van zijn foto’s van vandaag toesturen. Ik verheug mij op die platen.

Er blijken momenteel tenminste 150 orka’s in de baai en vandaag zagen wij er circa 50. Tenminste één moeder met haar kalf is afkomstig van Antarctica. Dat is volgens de deskundigen te zien aan de kleur van de witte vlekken op de huid. Ik was geroerd toen ik die bijzondere dolfijnen (want dat zijn het!) met eigen ogen zag en ik deed een wens voor de komende 25 jaar. Ook zag ik vandaag enkele albatrossen. Gevederde vriendjes fotograferen gaat mij beter af. 

Mijn liefje als ik zijn erg tevreden over de dag. Het enige afzien was de kou. Zelfs met vijf lagen kleding had ik nog kippevel. Kun je nagaan hoe een Antarctica-reis (die op het wensenlijstje staat) zal aanvoelen. Mijn wereld schommelt nog steeds maar de wangen gloeien. We zullen vannacht heerlijk slapen. Morgen trekken we verder oostwaarts en daarna richting Golden Outback.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten