Het is nu tijd voor de PSOE en de eerste stappen van de nieuwe regering
zijn veelbelovend. Zo installeerde Pedro Sanchez elf vrouwen in zijn nieuwe
kabinet, een historisch record. Daar kan premier Rutte nog heel wat van leren.
De vice-president is een vrouw die tevens de
nieuwe functie van Minister van Gelijkheid vervult (Carmen Calvo). Vrouwen
bekleden voorts de functies van Minister van Economie (eurofiel Nadia Calviño),
Minister van Justitie (Dolores Delgado), Minister van Defensie (Margarita
Robles), Minister van Financiën (María Jesús Montero), Minister van
Werkgelegenheid, Migratie en Sociale Zaken (Magdalena Valerio), nieuwe Minister
van Ecologische Transitie (Teresa Ribera), Minister van Onderwijs en Bestuur
(Isabel Celaá), Minister van Gezondheidzorg en Welzijn (Carmen Monton) en nieuwe
Minister van Territoriale Politiek en Openbare Diensten (Meritxell Batet). Slimme
vrouwen die hun sporen verdienden, met veel relevante ervaring. Gelijkheid,
migratie en ecologie, enkele typisch linkse hobby’s, krijgen veel aandacht en
dat lijkt mij een goede zaak. De belasting zal volgend jaar wel omhoog gaan
maar dat moet dan maar…
Waar ik ook op hoop, is dat de nieuwe regering serieuze stappen voorwaarts
gaat zetten als het gaat om de herdenking en verwerking van Spanje’s Franco-verleden.
Iedereen weet dat Francisco Franco een dictator was die in 1939, na de Spaanse
burgeroorlog, de macht greep. Hij overleed in 1975 op hoge leeftijd, als vrij
man. In 1978 werd een nieuwe Spaanse grondwet ingesteld en werd het land officieel
een democratische monarchie.
Tijdens Franco’s dictatuur werden politieke tegenstanders vermoord, vakbondsmensen
en intellectuelen naar heropvoedingskampen gestuurd, baby’s bij ouders weggehaald
en in francistische kinderloze families geplaatst. Er liggen meer dan 100.000
lichamen in ongemarkeerde massa- en oorlogsgraven door het hele land. Hoe is
het mogelijk dat vandaag de dag Spanjaarden overlijden die nog steeds niet weten
wat er destijds met hun geliefden gebeurde? Dat er duizenden kinderen zijn die
niet weten wie hun echte ouders zijn? In een katholiek land als Spanje, mijn
tweede Vaderland? Tja.
Wat wellicht minder bekend is, is dat de Partido Popular, partij van
conservatieve christen-democraten, na de dood van Franco werd opgericht door diens
Minister van Binnenlandse Zaken (Manuel Fraga). Deze -vaak regerende- partij sprak
zich nooit openlijk uit over de gruweldaden die door Franco en zijn fascisten werden
begaan; laat staan dat de partij zich
ervan distancieerde. De Franco-aanhang gaf zich over na diens overlijden en in
ruil daarvoor kreeg men de toezegging dat niemand zou worden vervolgd of veroordeeld
voor gepleegde misdaden. Er zou zelfs niet meer over de periode worden gerept.
In een amnestiewet van 1977 legde een PP-regering officieel vast dat
niemand ter verantwoording kon worden geroepen voor diens daden. Franco’s geschiedenis
verdween in de beginjaren van de prille democratie zelfs geheel onder het
carpet. Daarmee begon het grote zwijgen in Spanje. Dit ongeschreven Pact van Vergeten duurde tot 2000, het
jaar waarin het eerste graf met Franco-slachtoffers werd geopend.
De vorige socialistische regering introduceerde in 2007 de Ley de Memoria Histórica. (Minister-president
Zapatero’s grootvader werd als een van de tienduizenden door Franco’s fascisten
geëxecuteerd.) De doos van Pandora moest open. Hiermee werden de slachtoffers aan
beide zijden van de Spaanse burgeroorlog voor de eerste keer in de 20ste eeuwse
democratie erkend, werd recht gedaan aan de slachtoffers van het Franco-regime
en recht verleend aan hun nabestaanden, en werd het fascistische regime formeel
veroordeeld. De PP stemde destijds tegen de wet, samen met een Catalaanse
linkse partij die de wet niet ver genoeg vond gaan.
In The Guardian las ik onlangs dat vandaag op een festival in Sheffield (Verenigd
Koninkrijk) een Spaanse documentaire wordt vertoond, getiteld ‘El Silencio de
los Otros/The Silence of Others’. Deze film verscheen eerder op het internationale
filmfestival van Berlijn (februari 2018) waar het prijzen won. De bekende Spaanse
broeders Almodóvar waren bij dit project betrokken. Het is een poging om de lange
stilte te doorbreken. De opnames duurden zes jaar en leverden 450 uren film op van
rechtzaken die nabestaanden van slachtoffers van het fascistische regime van
Franco aanspanden in Spanje en Argentinië. Die rechtzaken worden 40 jaar later gevoerd
door kleinkinderen die met de wet van 2007 in de hand opening van graven
afdwingen via de rechter. Rechtzaken duren voort, nieuwe zaken dienen zich aan.
Vergeten worden de slachtoffers nooit.
Ik heb geen idee of de documentaire in roulatie gaat in Spaanse bioscopen
maar ik houd mijn ogen en oren wijd open. Wel bekeek ik de trailer alvast
online. Daarin zie je een oude vrouw langs de kant van een snelweg zitten; een
bosje bloemen is aan de vangrail bevestigd. Onder het asfalt van die snelweg ligt
een geliefde, in een anoniem massagraf. Ontroerend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten