Het stipje aan de horizon dat we in januari van dit jaar 2026 noemde, nadert nu snel. Dit is de 1.843ste blog sinds mijn bezigheid als (oltskool) blogger, de een na laatste van het jaar. De volgende is de eindejaarsblog, mijn terugblik op afgelopen jaar.
Laatst kocht ik vier nieuwe placemats. Daarop staat een kinderversie van de wereldkaart, met de opmerkelijkste dieren van elk continent. Dat zette mij aan het denken over een blog met het onderwerp ‘waar zou ik nu willen zijn’? Enkele dagen later zaten mijn liefje en ik aan het ontbijt toen zij zei dat ze op dat moment in Belize zou willen zijn. Het verbaasde mij dat zij elders wilde zijn. Doorgaans heeft ze het thuis dermate naar haar zin (of waar dan ook) dat ze niet mijmert over elders zijn. Later bleek dat Ketut (de vader van het Balinese gezin) daar een stop maakte met zijn cruiseboot. Haar opmerking sloot goed aan op mijn gedachten. Van mij, rusteloze ziel, is zoiets te verwachten. Ik zou altijd wel elders willen zijn... Zij wist niet dat ik in de achtergrond werkte aan een blog met dat thema. Dat hebben wij vaak, een soort telepathatische connectie.
De reis naar Belize was tijdens jaarovergang 2006-2007, als onderdeel van een rondreis door Centraal Amerika. We reisden in het spoor van de Maya’s. Dat was een hoog ontwikkeld volk dat lange tijd heerste in Meso-Amerika. Zij stonden bekend om hun complexe kalenders, astronomische kennis, hiërogliefenschrift en imposante piramides en andere bouwwerken. We reisden ook door Honduras, Guatemala en Mexico. Een boeiende en fotogenieke rondreis in groepsverband. Reizen is verslavend...
We waren daar niet alleen voor de bijzondere architectuur, er is in dat deel van de wereld veel meer te beleven! (Het reisprogramma was afwisselend.) Zo stond er ook een zeil- en snorkeltrip gepland in het kristalheldere water van de Caribische Zee. Ons verblijf in Belize was inderdaad memorabel. We kwamen aan op een eiland voor de kust, ‘Caye Caulker’ genaamd. We voeren er van het vasteland met een kleine ferry naartoe. Er stonden veelkleurige houten huisjes direct aan het water en er hing daar een hippiesfeer. Het eilandje is omgeven door een barrièrerif, het op een na grootste van de wereld (Great Barrier Reef van Australië is het grootst). De Franse natuurvorser Jacques Cousteau noemde het ooit een van de mooiste onderwaterwerelden op aarde.
We voeren uit op een zeilboot met rasta-bemanning, op weg naar Shark Ray Alley. Onderwater was het inderdaad prachtig: diverse soorten roggen, onder andere de spectaculaire gevlekte adelaarsrog. Wow, dat dier leek op een groot vliegend tapijt! Als snorkelaars bewonderden we haaien, grote scholen tropische vissen en zacht en hard koraal in verschillende kleuren en vormen. Een van de bootsmannen was tevens de kok aan boord. Voor de lunch dook hij grote vleugelhoorns op (een dikke bruine schelp met roze binnenkant), haalde de grote slakken eruit en bereidde daarmee een maaltijd. Ik geloof dat het ceviche was. Verser kon niet! De grote meeuwen die om de boot cirkelden, aten uit de hand van de bemanning. We stapten later die middag op tijd weer aan de wal, voordat het onweer losbarstte. We verbleven in eenvoudige accommodatie op het strand maar de herinnering is er een om niet te vergeten.
Zelf zou ik nu het liefst paraderen met pinguïns. Ik vind ze goed passen bij deze tijd van het jaar. Het zijn zulke koddige en ontroerende dieren! Er valt veel bijzonders over hen te vertellen. Dat ze op land weliswaar waggelen maar onder water vooruit schieten als Oekraïense drones! Dat doet deze diersoort overigens al 60 miljoen jaar lang. Ze leven in grote kolonies maar blijven hun leven lang bij dezelfde partner. Het vrouwtje legt het ei (de eieren) maar samen voeden ze het kuiken op. Pinguïns maken enorme herrie met elkaar. Hun keelgeluid lijkt op dat van een balkende ezel. Het geluidsniveau van een pinguïnkolonie, die uit honderdduizenden exemplaren kan bestaan, kan overeenkomen met 80 decibel, vergelijkbaar met het lawaai van een heel drukke snelweg.
Natuurfotograaf Frans Lanting (1951) werd verliefd op deze huppelfluppels, net als vele anderen en ik. In zijn fotogallerij vind je de tientallen wereldberoemde pinguïnfoto’s die je -met of zonder account- kunt downloaden en gebruiken; als je zijn copyright maar respecteert. De foto’s die hij van pinguïns maakte, maken nog steeds een belangrijk deel uit van zijn portfolio. Lanting is nog steeds actief, las ik op zijn website. Voor 2026 staat er onder andere een reis naar Alaska op zijn programma. Je kunt een week met hem op pad om bruine beren te zien en te fotograferen.
Ik denk dat mijn liefde voor deze dieren veel vroeger ontvlamde maar dat die weer opleefde door de Franse film ‘Mars van de pinguïns’ uit 2005. Toen had ik ze al met eigen ogen gezien in het zuiden van Zuid-Afrika (1998). Ik herinner mij dat ik, op grote afstand, zwarte stipjes zag bewegen over een strand dat zo wit was als een damasten tafelkleed. Aanvankelijk had ik niet door dat het pinguïns waren. Ik dacht dat het iets anders was dus het duurde even voordat het kwartje viel. Destijds bestond de digitale camera nog niet dus ik nam verweggiestan foto’s met een analoog toestel. Sneue stipjes...
Pinguïns leven op het Zuidelijk Halfrond en daar is het op veel afgelegen plekken goed toeven, al neemt de kwaliteit van hun habitat zelfs af door klimaatverandering. We bezochten in de loop der tijd veel van de leefomgevingen van pinguïns. Galapagoseilanden, zuidkust van Zuid-Amerika (Chileens en Argentijns Patagonië en noordelijk Chili), zuidkust van Australië en van Nieuw-Zeeland.
Eind 2018 maakten we een cruise rondom Zuid-Amerika met de Holland Amerika Lijn en op dat traject was ook een stop ingepland op de Falklandeilanden. Ik verheugde mij erop. Dit is een afgelegen stukje Brits grondgebied in de Zuidelijke Oceaan. In 1982 viel de Argentijnse militaire junta deze kleine eilandengroep binnen. Zij claimden dat het Argentijns grondgebied was. De junta kampte destijds met grote impopulariteit en een slechte economie. Een ‘snelle overwinning’ (waar hoorde ik dat laatst weer?) zou het volk verenigen, was de gedachte. De Argentijnen gingen er -ten onrechte- van uit dat de Britten de wapens niet zouden opnemen. Zo ontstond de Falklandsoorlog die 72 dagen duurde en vele honderden slachtoffers eiste. De Britten behielden hun overzeese gebied. De nederlaag luidde de neergang van de Argentijnse junta in, de populariteit van Margaret Thatcher steeg juist sky high.
Wij hadden mazzel op de dag dat we daar aan wal stapten. Het was er weliswaar koud maar droog en af en toe zonnig. De lokalo’s met wie wij spraken, noemden het -spottend zoals alleen Engelsen dat kunnen- hun zomer in één dag. Mijn liefje kocht daar een paar zelfgebreide marinowollen wanten met pinguïns op de rug. Ik kocht coasters met alle soorten pinguïns en vogels die daar voorkomen.
In een busje maakten we een rondreis over het hoofdeiland (12km2) en zagen enkele pinguïnkolonies op de stranden en in de duinen. (Pinguïns leven in holen omwille van de beschutting.) Met een kleine boot bezochten we vervolgens een belendend eiland waar het ‘Monumento Los Pinguïnos’ staat. Dat maakt deel uit van Chileens Antarctica.
We zagen die dag verschillende soorten: Magelhaen-, gentoo- en keizerspinguïns met enkele kuikens (te herkennen aan het bruine dons). Vanaf het postkantoor op het hoofdeiland stuurden we onszelf een pinguïn-ansichtkaart maar die kwam helaas nooit aan op ons Spaanse adres. Gelukkig hebben we de (vele) foto’s nog!
Vandaag organiseren we hier een snertlunch voor de buren. Mijn liefje begon gisteren met het bereiden van de erwtensoep en die staat vandaag als een huis. We gaan lekker buitenzitten met onze wintertruien aan, de lepel rechtop in de goedgevulde soep. Roggebrood met Zeeuws spek mogen niet ontbreken. Ook leuk!





Geen opmerkingen:
Een reactie posten