Het weerzien met Ketut was goed al was hij uitgeput. Tot de laatste dag had hij keihard gewerkt aan boord van het cruiseschip Regent Seven Seas. Hij vertelde ons dat hij het zwaar had gehad. Niet in de laatste plaats vanwege zijn Filippijnse supervisor die kennelijk niet veel ophad met Balinezen. Hij moest tenminste 12 uur per dag schoonmaken, doorgaans in de de personeelscabines. Hij werd van hot naar her gecommandeerd. En ’s nachts gingen de lampen nooit uit. Zijn verhaal deed mij sterk aan Assepoester denken...
Hij was ook moe omdat hij nauwelijks had geslapen tijdens de eerste vliegreis van zijn leven. Ik zag het de avond voor zijn vertrek op de weerkaart: er kwam een orkaan het gebied binnen waar hij overheen moest vliegen. Zijn gehele vlucht ging inderdaad gepaard met turbulentie. Kasian!
Ketut ging acht maanden geleden weg als jonge vent maar er kwam een man terug. Dat was mijn eerste indruk. De ervaring aan boord, weg van zijn gezin en familie, maakte hem volwassener al herken ik nog veel van de jongensachtige Ketut. Zijn glimlach kan nog net zo ontwapend zijn. Hij draagt zijn haar tamelijk kort. Hij kocht voor $5 een tondeuse die hij op zichzelf en collega’s toepaste. Hij werd de huiskapper en verdiende zo wat geld bij. Zijn supervisor moest als enige $10 per beurt betalen... Zijn gezicht is ook voller geworden; dat komt door het Westerse voedsel dat aan boord werd bereid. Pasta’s kon hij niet waarderen, hij prefereerde broodjes (pinda)kaas en fruit.
Yudha ontving de eerste kussen van zijn vader en dat was heel terecht: hij maakte het meeste kabaal toen we Ketut na lang wachten eindelijk de terminal zagen uitkomen. Zijn blikken dwaalden echter snel naar Damai die hij gretig van Elsa overnam en langdurig, innig omhelsde. Het viel zowel mijn liefje als mij op dat zij er het bekaaidst van iedereen vanaf kwam. Het blijven Balinezen: blijken van genegenheid in het openbaar zijn zelfs onder jonge partners 'not done'.
De eerste reisverhalen hoorden wij reeds aan. Griezelverhalen eerst: zijn cabine lag onder de waterspiegel. Zo hoorde hij in Alaska 's nachts de ijsschotsen tegen de boot stoten. En hij vertelde over de 'man overboord'-oefening. Een willekeurige crew member werd uitgekozen, moest met een zwemvest aan van een hoogte van 10 meter in het water springen en daar wachten en hopen op een goede afloop. Ketut, die niet kan zwemmen, vertelde dat hij zich voor de selectie zo klein mogelijk had gemaakt.
Hawaii was 'net als Bali: zeer zonnig maar overal afval'. Hij had nog nooit zoveel bedelaars gezien als in Mexico. Ook daar overal afval. (De man is goed getraind bij ons!) Sydney vond hij mooi, Vancouver vond hij extreem schoon. Hij keek daar zijn ogen uit naar electrische trams en de vele containers voor het scheiden van afval. Tot zijn verrassing was er zelfs voor sigarettenpeukjes een separate bin om de 50 meter.
Mijn liefje en ik namen beide een kadootjes uit Alaska in ontvangst: kleurrijke thermosbekers met opschrift, voor warme en koude dranken.
Vandaag keren we terug naar de luchthaven van Denpasar. We vertrekken nu zelf, zonder delegatie. Ik heb er zin in al ben ik niet in topvorm: in de afgelopen dagen ontwikkelde een eerdere oorsmeerprop in mijn linkeroor zich tot een acute oorontsteking. Tjonge, ik wist niet dat zoiets zo verrekte pijnlijk kan doen! Mijn linker gezichtshelft is beurs en gezwollen, alleen al een blik van mijn liefje op mijn oor doet mij krimpen van de pijn, mijn klieren in de hals zijn opgezet, vocht loopt uit mijn oor, ik verneem slechts het pulseren en bonken van mijn oor. Hoe ik die bacterie opliep? Geen idee. Misschien wel bij het uitspuiten van mijn oor...
Zaterdagochtend jongstleden ging ik terug naar de oorarts die weer magische verrichtingen deed aan haar stalen kaptafel: bij een vlam ontsmette ze een naald met wattop die vervolgens in een flesje ontsmettingsmiddel werd gedoopt waarmee mijn binnenoor werden aangestipt. Ze sloot mijn linkeroor voorlopig af met een steriele dot watten en gaf mij een tas vol verantwoorde medicijnen mee die ik nu braaf slik. De pijnscheuten door mijn oor willen nog niet wijken, de druk in mijn middenoor is nog hoog, ik kan nog niet kauwen zonder pijn. Kortom: ik vrees het landen - al wil ik nu juist dat onderdeel niet missen. Ketut drukte mij op het hart bij aankomst een Spaanse specialist naar mijn oor te laten kijken. “Just to be on the safe side...” Hij klinkt als een Westerse jongen.
Ook mijn liefje lijdt: ze moet haar kleine vriendje(s) voor lange tijd missen en dat is geen sinecure. Meer foto's van de ontvangst en de beide mannetjes zijn te zien in de lopende reportage.
We hebben een lange reis voor de boeg in de A380. Mijn volgende blog komt uit Spanje – Leo Dovente. Tot dan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten