Translate

vrijdag 30 oktober 2015

Hello, Goodbye (part 2)

Deze week las ik op Flipboard een interessant artikel over 7 scary airline seat patents. Zowel Boeing als Airbus maar ook prijsvechter RyanAir zijn druk aan het onderzoeken en vastleggen hoe we in de toekomst door de lucht reizen. De meeste scenario’s zijn niet om naar uit te kijken, wat mij betreft. Boeing vroeg patent aan op het upright sleeping system, een systeem voor rechtop slapen. Het betreft een stoel die is voorzien van een uitklapbaar kussen waarop de passagier zijn of haar hoofd legt. De rugleuning kan niet meer naar achteren, in plaats daarvan moet het lichaam naar voren om in ruststand te komen. Dat kussen heeft een uitsparing voor het gezicht (dat nog wel), een tweede kussen waar de borst tegen kan rusten. Voor iemand die nu al niet kan slapen in een vliegtuig is dit horreur. Het goede nieuws is dat je nog een stoel hebt… Lees vooral verder.

Vliegtuigbouwer Airbus vroeg zowel patent aan op de saddle seat als op de dubbeldekkerindeling. De zadelzitting is precies wat het zegt: het is niet meer dan een opklapbaar fietszadel. In dit geval heb je een minimale rugleuning en geen hoofdsteun. In de toekomstige vliegende dubbeldekker zijn twee stoelrijen boven elkaar gevestigd en moet je met een trap naar de bovenste zitlaag. Ik hoop dat dit geen configuraties voor lange-afstandsvluchten zijn. Het goede nieuws in het artikel is dat het voorstel van Michael O'Leary, CEO van Ryanair om passagiers in een soort hang-zitstoel als haringen in een ton te vervoeren, het niet haalde. Voorlopig. Pffff.

Hoe lang blijft reizen nog verslavend?!

De afgelopen dagen stonden bij ons grotendeels in het teken van vertrek. In zo’n week voor de afreis heerst er altijd een hectische sfeer in hoofd en huis. Niet alleen moeten de reistassen verstandig worden gevuld (er gaan veel kadootjes mee voor de kids), ook het huis moet winterklaar worden gemaakt. In de afgelopen dagen sopten we de binnenboel, maakten we de vriezer en koelkast schoon en leeg, draaiden we wasjes en werd het terras bovendien ontmanteld.

Eerder deze week vierden we ook een aankomst. Karel & Milou, ouders van onze vriendin Joan, maken een cruise langs de Middellandse Zee. Ze wilden tevens een stop maken in Cartagena, op minder dan een uur rijden van ons huis. Mijn liefje en ik werden uitgenodigd hen daar wederom te ontmoeten. Aanvankelijk was het plan om met ons allen in een Spaans restaurant in de binnenstad te gaan lunchen maar het pakte anders -lees: veel leuker- uit. Zij nodigden ons namelijk uit aan boord van het Amerikaanse cruiseschip om daar met hen te lunchen.

Nu wil het toeval dat het cruisemaatschappij Regent Seven Seas is. De regelmatige lezer herinnert zich wellicht dat dit de maatschappij is waarbij onze vriend Ketut uit Bali tot voor kort werkte! Toen we de stad naderden, torenden drie witte pijpen boven de haven uit; het was druk aan de cruiseterminal. Dit is de beste tijd om de Middellandse Zee te verkennen. 

Het mooiste schip was echter de Regent, wiens royale R van veraf was te zien. Op instigatie van mijn liefje reden we tot aan het schip, waar een parkeerhaven aan de kade ligt, afgezet met een hek. Op enig moment schoof dat grote hek open om iemand te laten passeren. Dat was voor haar reden chauffeuse Joan naar binnen te dirigeren, onder het motto: de brutaalsten hebben de hele wereld. Het parkeren is daar namelijk uitsluitend voor eigenaren die een boot in de haven hebben liggen. Joan belde met haar pa om onze aankomst te melden, Karel zat bellend op zijn balkon aan stuurboord. Na controle van de paspoortgegevens kregen we een persoonlijke badge en mochten we het schip betreden. We stapten in de lift naar het bovendek, namen een kijkje in de suite van onze gastheer en –vrouw en bekeken de overige faciliteiten van het luxe cruiseschip. Vervolgens daalden we af naar dek 6 waar zich een van de restaurants bevindt. Vooral Amerikaanse passagiers cruisen met Regent. Volgens Karel was de gemiddelde leeftijd aan boord 80 jaar… Ben, onze eigenste benjamin, bestempelde de entourage tot Rimpel City.

Ik herkende veel Indonesiërs in de bediening. Aan één van hen vroeg mijn liefje waar hij vandaan kwam. Bali, was het antwoord. De ene bleek uit Singaraja te komen, de andere uit Karangasem. We stapten subiet over van Engels naar Bahasa Indonesia. Ik vertelde hen dat wij een Balinees kennen die twee jaar aan boord van dit schip werkte. Ik sprak Ketuts volledige naam op z’n Nederlands uit maar dat deed kennelijk geen lampje branden. Totdat mijn liefje de foto toonde van onze hereniging in de haven van Valencia. Sudi!” riepen zij in koor. De mannen zijn van Bali, de vrouw komt uit Jakarta. Leuke koppies. De foto appten we door aan Ketut die blij verrast reageerde. Nu blijkt dat Karel & Milou volgend jaar ook nog eens gaan cruisen met de Vikingen, Ketuts nieuwe werkgever. Toeval bestaat niet. We genoten van goed gezelschap en een heerlijke lunch.

Het is zover: we vertrekken binnenkort naar Bali waar we beginnen aan onze overwintering onder de tropische zon. We blijven minstens vier maanden weg. Deze keer vertrek ik met gemengde gevoelens, vanwege de toestand van mijn moeder. Net als in 2012 reizen we eerst naar Barcelona om van daaruit de volgende dag door te vliegen naar Singapore. Op reisbestemming Denpasar komen we nóg een dag later aan. Leo Dovente. Daar pak ik de blogdraad graag weer op.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten