We zijn er, dit is alweer de derde dag! De reis
ernaar toe was lang voor mijn gevoel, niet in de laatste plaats omdat de vlucht
vanuit Kuala Lumpur langer duurde dan we dachten. Dat lag aan ons: we dachten dat het van
daaruit een uur vliegen was naar onze huidige bestemming maar we hielden geen rekening met het
tijdverschil tussen Maleisië en Sri Lanka. Het laatste traject betrof een
vliegreis van ruim 3.5 uur - met veel turbulentie. Mijn liefje pestte mij met
mijn eigen uitspraak dat reizen verslavend is… Op zo’n moment denk ik inderdaad
dat verwegreizen veel inspanning vergt. We kwamen in onze beleving om 5 uur ’s
ochtends aan maar lokaal was het 10 uur ’s avonds. En natuurlijk hadden we weer
een akkefietje bij de douane, alleen was ik het deze keer niet. Mijn liefje had
kennelijk een foutje gemaakt in haar visumaanvraag: ze moest langs vier
loketten met stuurse ambtenaren voordat ze in het land werd toegelaten. Mijn entree was deze keer ‘smooth as a baby bottom’.
De
eerste indruk van dit nieuw te bereizen land deed mij sterk denken aan onze
allereerste aankomst in Bali: druk bewegende mannetjes op het vliegveld, overal
bordjes met familienamen die werden afgehaald, drukkende warmte, veel verkeer, niet
teveel verlichting. Die indruk werd versterkt op de weg naar ons hotel: tamelijk
donkere straten, kleine winkels met uithangborden in alle vormen en maten, tuk-tuks
en brommers links en rechts passerend.
Het
bleek Francis te zijn die ons opwachtte en die voor de komende weken onze
lokale chauffeur en gids zal zijn. Van zijn reisorganisatie ontvingen wij als
cadeau een mooie fles rode wijn van Amerikaanse origine. We houden die voor aanstaande
barre tijden, alhoewel het erg meevalt wat we aan alcohol kunnen krijgen in
restaurants en bars en de prijzen die men ervoor vraagt. We gaan echter door het
hele eiland: van west naar noord, via centraal, naar oost en zuid. Niet alle
delen van Sri Lanka zijn toeristisch. Mijn liefje moest even bijschakelen: in
2014 nam ze zich voor niet meer naar arme delen van de wereld te reizen en hier
zat ze nu in Negombo?! Ze zette de knop om, gelukkig.
Francis
is een gelovige Sri Lankaan van katholieke huize. Het eiland ten grootte van
Nederland en België tesamen met 20 miljoen inwoners, kreeg eeuwen geleden achtereenvolgend
te maken met kolonisatie van de Portugezen, Nederlanders en Britten. De
Portugezen zette de katholieke toon, de Nederlanders waren toentertijd vooral
protestants en de Britten introduceerden de Anglicaanse kerk. (Naast een
heleboel andere dingen maar daarover later meer.) Het was zondag dus we
bezochtten een katholieke kerk en ik was geraakt door de diepe devotie van jong
& oud. Ik zag netjes geklede en goed gekapte pubers diepe buigingen maken,
jonge vrouwen en dames van middelbare leeftijd met voiles en mannen die hun
handen tegen een glazen ruit met daarachter de Here in Houtsnede drukken
en kruizen slaan. Wat dat betreft blijven de overeenkomsten met het
gelovige hindoe-Bali aan.
Dat
was nadat we een ronde deden door het vissersdorp Negombo, ten noorden van het
vliegveld en de hoofdstad Colombo. We zouden het op aandringen van de chauffeur
een dagje rustig aandoen maar dat was eigenlijk onzin want we werden vroeg
wakker en ontbeten bij het ochtendkrieken; met tropisch fruit en een
eitje-op-lokale-wijze met eigen zwarte peper en een kopje Ceylonthee. We
bezochten de zondagsmarkt, de vismarkt, het kanaal van 7 kilometer lengte dat door
de Nederlanders werd aangelegd, de haven met zeewaardige vissersschepen die
weken aaneengesloten op diepzeevis vissen, de Nederlandse poort uit 1678 die
standhoudt en tegenwoordig recht tegenover de ingang van de gevangenis van
Negombo ligt.
Voor
de lunch nuttigden we onze eerste Sri Lankaase curry. Joehoe! Ik keek uit naar
de handgemaakte curries. Het verhaal is immers dat Sri Lanka op mijn netvlies
kwam door een kookprogramma dat ik in 2011 gedurende drie maanden in Australië
wekelijks volgde. De betreffende chef heet Peter Kuruvita, is Sri Lankaan van
geboorte maar emigreerde Down Under. Ik zat wekelijks geboeid voor de televisie
omdat hij kookte terwijl hij door zijn geboorteland reisde. Daar ontstond de
interesse, het is zijn 'schuld' dat we hier zijn.
Tot 2009 werd het land geteisterd door een heftige burgeroorlog die
maakte dat je het noordelijke deel van het land niet kon bezoeken; wij gaan dat
wel doen. Vooral de paalzittende vissers die je in het uiterste zuiden van het
eiland aantreft -als je geluk hebt-, bleven op mijn netvlies steken. Naar hen gaan
we later op de rondreis op zoek.
Zelf
koos ik voor de lokaale aangeprezen pittige krabcurry en mijn liefje durfde een
kip- met verse mangocurry aan, niet kruidig voor haar. Sinds de chemo kunnen
haar mondpapillen en haar lippen niet meer tegen pittig eten. De handgemaakte groenten-
en vers fruitchutney en het groenepeperpapje maakten het een uitdagend gerecht.
Ik wen er graag aan!
Gisteren
zetten we 15.000 stappen op Sri Lankaanse bodem; de Fitbitch is happy. De
zonsondergang was omgeven door wolken maar kleurrijk. Onze eerste stop was in
een ruime hotelkamer met prinsessenbed en inloopdouche, met zicht op zee,
tussen twee Chinese families. ‘s Avonds waren ze lekker rustig maar ’s ochtends
stonden ze vroeg op. Het aantal Chinese toeristen is ook in Sri Lanka gigantisch.
Het huidige fotoalbum vult gestadig, het hotel heeft goede wifi. De start is
goed. Vandaag gaat het echte reisprogramma beginnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten