Translate

zaterdag 12 augustus 2023

Golf op golf

We hebben hier weer een hittegolf. Die zijn nog wel te tellen op de vingers van twee handen maar ik doe even geen moeite. Daar is het te warm voor. De hitte is een ongeduldige toerist. De zon is nog niet op of die is er al!  (Niet van muzelluf maar van Arnon Grunberg, in zijn laatste boek over vluchtelingen.) Eerder deze week werd het in de Valenciaanse hoofdstad (Valencia) 44 graden Celsius. Dat is een record sinds men daar in de 19de eeuw begon met metingen. Ook mijn woonplaats bereikte een record: 36,3 graden Celsius. 

Het is flink hommeles in grote delen van Europa. Noord, oost, zuid. Of het zijn recordtemperaturen, extreme droogtes en bosbranden, of giga-overstromingen. De rest van de wereld wordt evenmin gespaard. Sommigen noemen 2023 al een rampjaar qua schade door klimaatverandeirng... Die schade loopt dit jaar al in de miljarden euro's. Ik las een artikel over wie die schade dan zou moeten gaan  betalen. Er moet een discussie op gang komen tussen verzekeraars en overheden. Er moet een nieuw model van schadevergoeding worden ontwikkeld, aldus deskundigen. Ik vrees dat het ons voorland is op dit continent en elders. 

De einder van het lokale strand kleurde op een ochtend lichtoranje, van het Saharazand dat met de hitte meekwam en uiteindelijk neerstreek. In de Spaanse krant Levante las ik dat er eerder cesium en beryllium van kernproeven werden gevonden in die Sahara-waas die neersloeg op Spaanse bodem. Ze troffen het aan in sneeuw dat ze namen uit de Pyreneeën. Ook in Zwitserland en Frankrijk. Radio-actieve deeltjes? Het moet toch niet gekker worden! 

Er wordt door menig deskundige verkondigd dat Spanje op termijn het klimaat van Noord-Afrika krijgt en dat het noorden van Europa 'het nieuwe zuiden' wordt qua reisbestemming. Men is in Spanje ook al drukdoende met het kopen van vakantiehuizen in koelere delen van het land, bijvoorbeeld in het noordelijker gelegen Galicië. Wel aan de kust. Een vakantie zonder zee en zwemmen is geen vakantie voor de gemiddelde Spanjaard.

Toen ik afgelopen donderdagavond naar buiten stapte om het terras klaar te maken voor de nacht, voelde ik een warme wind die ik nog nooit zo had ervaren. Het was vreemd maar eigenlijk ook wel weldadig. (Het was gelukkig niet luchtvochtig.) Die enorme hitte -typisch Noord-Afrikaans- verwonderde mij. Ik liet het gevoel goed op mij inwerken... Het is extra memorabel als ik iets voor het eerst van mijn leven voel. Wij zaten sinds die middag met alle deuren en ramen gesloten; aanvankelijk nog zonder airco aan. Muziekje, glaasje erbij, knabbeltje, mooi boek. Goed te doen. 

Als je gedurende de dag van buiten naar binnen kwam, voelde dat goed. Echt goed. Alsof je een koelkast binnenstapte. We keken elkaar verrast aan: wellicht toch een goed geïsoleerd huis?! Onze woning stamt uit de tijd rond de eeuwwisseling; die van de 21ste. Destijds was de bouwstijl van Spanje zeker nog niet om over naar huis te schrijven. (Toen stond ons ‘huis’ al niet meer in Nederland.) Eensteens muren, niet de hoogste kwaliteit bouwmaterialen. Het gebeurt nog steeds. Spaanse huizen uit die tijd zijn per saldo gehorig en Spanjaarden luidruchtig. Ziedaar tevens een recept voor geluidsoverlast. 

Wij, twee onder één kap, brachten na de aankoop in 2017 direct een flinke laag geluidsisolatie aan op de scheidingswand beneden en boven en dat scheelt een flinke slok op een borrel. Onze Spaanse buren zijn zeker niet de luidruchtigste van de straat maar de lijzige stem van buurman Jésus niet horen is de investering dubbel en dwars waard. (Contactgeluid op tegels blijf je echter door alles heen horen, zij het minder.) Maar overal is wat: goede vrienden van ons die hier een vrijstaande bungalow bewonen op een groot grondstuk met zwembad, kunnen zich storen aan het geluid van de warmtepomp van hun Oekraïnse buren.  

Maar in tijden als deze blijkt maar weer hoe goed we de oriëntatie van onze casa kozen. Dat levert het grootste voordeel op in hitte. Een huis moet hier op het zuidoosten liggen, wat ons betreft. Wij zweren erbij. Dan heb je een mooie, vrolijke ochtendzon in huis en juist schaduw en relatieve koelte in de middag en avond. Kies nooit een andere ligging in een land met een (sub)tropisch klimaat! Je kunt je tegen hitte weren en alle rolluiken neerlaten -zoals hier alle Spaanse buren doen- maar leven als een mol is voor mij, lichtaanbidder, geen optie. 

Buiten hebben we schaduw van de grote stoute jongensboom, de gele bougainville en citroenboom in eigen tuin, plus de grote boom voor ons huis aan straatzijde. Personeel van de plantsoenendienst kwam deze week snoeien (deels). Wij boden ieder van hen een verkoelend drankje aan en vroegen of ze hun werk deze keer kort wilde houden. Dat werkte, we willen voorlopig zo veel mogelijk natuurlijke schaduw. 

We zwemmen doorgaans in de ochtend in zee maar een aantal keren deze week was dat een uitdaging. Eén dag hadden we een rode vlag (zwemmen verboden), twee dagen een gele vlag (zwemmen toegestaan maar oppassen voor onderstroom en hoge golven). Op die dagen vond ik later onder de douche het zeegras op plekken waar het licht niet komt.

Bij een van deze zwemuitjes werden we vergezeld door een grote groep kleine sternen die zich tegoeddeden aan vis. Ze lieten zich met ingetrokken vleugels als bommen in het water vallen, op enkele meters afstand van ons. Dat schijnt samen te hangen met opkomend water. Op een aantal groenevlagdagen hadden we last van kwallen. Het gaat om de spiegeleikwal (cotylorhiza tuberculata). Een mooie, vind ik, al houd ik afstand. Geen nieuwe soort maar wel een tamelijk nieuw fenomeen in dit deel van de Middellandse Zee. Ik zag piepkleintjes en joekels om ons heen dobberen. Ik las dat ze 40cm in doorsnee kunnen worden. Niet giftig voor de mens maar je kunt wel een allergische reactie krijgen als je met hun prikcellen in aanvaring komt. Een jongen die met mij uit zee stapte, had een nare grote plek op zijn rechterteen. Kwallenbeet. 

In de Mar Menor, de grootste binnenzee van Europa -op steenworp afstand van onze woonplaats- in buurprovincie Murcia, komt deze kwal al jarenlang voor in het water. Op de blog van de Spaanse Isabel die ik volg, zag ik een zeebodem vol met deze kwallensoort. De broederschap van de vissers van Mar Menor heeft steun aangevraagd. Men vreest dat 90% van hun boten failliet gaan zonder hulp. Maar ja, wie wil nog vis eten uit die, door jarenlange illegale lozingen van de mijnindustrie en de landbouw, vervuilde binnenzee? Deze bijzondere plas loopt op zijn laatste benen. 

In La Verdad las ik over het protest dat bewoners hadden aangetekend tegen het weglaten van kwallennetten dit zomerseizoen. In juni zag het ernaar uit dat er een grote aanwas van deze kwallensoort was in de kleine binnenzee. Bewoners vroegen om netten om badgasten te beschermen, lokale horeca probeerde zo hun zomerseizoen nog enigszins te redden. Die toestemming is echter geen provinciale maar een nationale aangelegenheid. Het Spaanse ministerie van Costas y Medio Marino gaat daarover. Men vroeg aan het begin van deze zomer dus kwallennetten aan voor de stranden langs de Mar Menor, de al tientallen jaren lang gemaltraiteerde binnenzee, en kreeg tot nu toe nul op het rekest. 

Dat is niet alleen het gevolg van paarse krokodillen die je hier eveneens ziet rondzwemmen. Een belangrijk argument van natuurbeschermingsorganisaties is dat een kwallennet gevaar oplevert voor zeepaardjes en andere bijzondere zeediersoorten die daar leven. (Zouden ze er nog ronddobberen, in die sneue plas?) Die beschermde diersoorten kunnen in de netten verstrikt raken en sterven. En kleine kwallen die aanvankelijk door de netten zwemmen, kunnen het gebied niet meer verlaten als ze eenmaal groter zijn gegroeid. Dan is zo’n net een grens die ze niet kunnen passeren. 

Dat is de realiteit waarin we leven... We worden gedwongen -als we het al niet uit onszelf vinden- om de natuurlijke leefwereld te beschermen tegen de schadelijke invloed van ons, de vervuilende  homo sapiens. De egoïstische diersoort die in de afgelopen eeuw de klimaatverandering veroorzaakte waar we nu zoveel last van hebben. Tja. 

Foto: Getty Images
Waar ik deze week ook van moest bijkomen, was de uitschakeling van de Oranje Leeuwinnen op het WK voetbal in Nieuw-Zeeland en Australië. Gisterenochtend zat ik om 3 uur weer klaar om de wedstrijd tegen de Spaanse vrouwen live te aanschouwen. De geschorste verdediger Van de Donk zat in dekbedjas op de tribune. Ik pufte bij de gedachte. Dat contrast kon niet groter zijn.

In de eerste helft kwamen onze meiden niet aan hun eigen spel toe maar ik gaf de moed niet op. Verdedigster Stefanie van der Gragt was de vrouw van de wedstrijd. Eerst veroorzaakte ze een penalty door een ongelukkige handsball in het strafschopgebied (die door de Spaanse tegenstander werd benut), tien minuten later in extra tijd scoorde deze gelegenheidsspits de gelijkmaker. Ze krulde de bal prachtig in de lage linkerhoek. Met haar voet, een unicum; doorgaans kopt de langste vrouw van het elftal ze erin. Het mocht niet baten. We werden uitgeschakeld door La Roja. Al biggelden er tranen bij Oranje (niet bij mij), het beste team won. De oranje gloed wordt hier vervangen door het felrode. Van der Gragt stopt na dit toernooi met haar professionele voetbalcarrière.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten