Translate

dinsdag 27 januari 2009

De klankschaal

Er staat sinds enkele weken een klankschaal in ons Spaanse huis... Die stond er anderhalf jaar geleden ook maar toen was de schaal nog niet van ons. In september 2007 waren Nelly en Diederik weer bij ons op bezoek. Dat bezoek viel vaak samen met hun beider verjaardagen. Dat was min of meer traditie geworden: kadootjes uitpakken onder de Spaanse zon!
Nelly kreeg op haar 47ste verjaardag een klankschaal van Diederik kado. Hij wist haar jaarlijks zeer te verrassen met zijn kadoos. Vooraf was het een gegis van jewelste; dat was onderdeel van Nelly's grote voorpret. Dat jaar was het echter anders want ze wist het zeker: “ik krijg een klankschaal kado”.

Klankschalen zijn afkomstig uit de Tibetaans boeddhistische gebieden in de Himalaya. 'Ze worden gebruikt als eetkommen, offerschalen, slaginstrumenten, relaxatie-ondersteunende geluidsbronnen [..].' Aldus Wikipedia. Nelly's klankschaal had dus al een flinke reis gemaakt voordat'ie in haar handen terechtkwam.

Deze klankschaal is van metaal en is ongeveer 20 centimeter in doorsnee. Door de schaal aan te raken met een houten slagstok, ontstaat er geluid. Als je tegen de schaal tikt, werkt het als gong. Als je de stok rondom de schaal beweegt, ontstaat er een dieper geluid dat gaat rondzingen. Dan ontstaan er 'lagen' in de klanken. Je kunt het geluid beïnvloeden door de schaal op verschillende manieren vast te houden: op de platte hand of op de vingerstoppen.
Nelly's klankschaal heeft van zichzelf een mooie klankkleur maar het vergt enige oefening om die tevoorschijn te brengen. En dat deed Nelly. Elke dag, vol overtuiging en heel geconcentreerd!

Diederik wist ons te vertellen dat je een klankschaal ook kunt gebruiken als alternatieve therapie voor diepe ontspanning, zowel lichamelijk als geestelijk. Als je de klankschaal op het lichaam plaatst, kunnen de trillingen van het geluid spanningen losmaken. Ook dát werd dagelijks op Nelly uitgeprobeerd. Al had zij er maar een béétje baat bij!

Mijn liefje, de minst spirituele van het gezelschap (zelf zou ze zeggen: “de minst zweverige”...), vroeg na enkele dagen om enige clementie: of de schaal heel af en toe even kon worden weggezet.
Uitgerekend zíj kreeg Nelly's klankschaal als nalatenschap overhandigd, toen wij op 8 januari 2009 in sociëteit De Maas afscheid van Nelly namen. Diederik had de klankschaal die middag op indringende wijze gebruikt om -zonder woorden- voor de laatste keer aandacht te vragen voor Nelly's hier en nu. De overhandiging die daarop volgde, was een ontroerend gebaar, met woorden die ontroerden: “voor jullie huis in Bali...”

Nelly's klankschaal staat nu te wachten tot hij naar Bali mag verhuizen. Net als wij. Ik kijk elke dag naar de schaal en soms gebruik ik 'm even. Deze week toverde de aanblik van de schaal voor het eerst een glimlach op mijn gezicht. Ik dacht: “typisch Nelly om die schaal voor mijn liefje te bestemmen”. Ik zag het gebaar als Nelly's laatste (liefdevolle) knipoog naar haar.

Het eerste voorwerp voor ons huis in Bali is dus geïdentificeerd. De defintieve plek voor Nelly's klankschaal zal met zorg worden gekozen. De schaal zal goed passen in Balinese sfeer! We hebben veel ideeën maar niets is nog concreet. Om daarin meer helderheid te verschaffen, begon ik aan een soort gefreubeld model van het huis. In karton uitgevoerd. Het woord 'model' moet hier wel met een korrel zout worden genomen... Toen ik hierover onlangs aan de telefoon iets zei tegen een vriendin, vroeg zij mij wat de schaal was: “1:100?” Ik schoot in de lach. Ik vond het eigenlijk best een toepasselijke opmerking: schaal, klankschaal... Maar zó exact pak ik het nu ook weer niet aan! Bovendien is mijn knutselkamer eenvoudigweg te klein voor een model op dergelijke schaal.
Voor dit doel heb ik twee ongeschonden, zilverkleurige Prada-schoenendozen uitgevouwen, in de gewenste vorm geduwd en vastgelijmd. Die kartonnen constructie beeldt in eerste instantie de begane grond en het terras uit. De meeste tijd zullen wij gaan doorbrengen op het overkapte terras van het huis. Daar moeten dus de comfortabelste meubels komen: een ruime teakhouten lees- annex eettafel met tenminste zes stoelen waarop lang kan worden 'nagetafeld'. De eerste verdieping kan er -indien gewenst- echter zó bovenop worden geplaatst (ik heb namelijk nog een deksel over).

Het is de bedoeling zo wat te experimenteren met soorten meubels, met vormen en kleurencombinaties zodat wij een concreter idee krijgen van hoe ons huis eruit gaat zien en waar we straks naar op zoek willen als we weer ter plekke zijn. Zoiets als een 'Moodboard', zoals interieurontwerpers ze gebruiken. Het was een op het eerste gezicht leuk idee dat ik in Bali had opgevat maar daarvoor moet je wel in de mood zijn... Het ontbreekt mij momenteel echter aan zin en energie.



woensdag 21 januari 2009

Sisters

Terwijl Nelly en ik in november 2008 in Spanje afscheid namen van elkaar, zei mijn intuïtie dat dit weleens de laatste keer kon zijn dat wij elkaar in levende lijve vasthielden. Dat gevoel bleef toen onuitgesproken. Wij hadden elkaar deze keer opgelegd dat er niet mocht worden gehuild. Ik beschreef dit intuïtieve gevoel aan Diederik, Nelly's echtgenoot, na terugkeer in Nederland. Hij vertelde mij dat Nelly dat net zo had gevoeld.

Er zullen ongetwijfeld mensen zijn die zich afvragen waarom ik dan toch naar Bali afreisde. Ik begrijp die vraag wel. Het eenvoudige antwoord is dat wij in de afgelopen drie jaren, de jaren waarin Nelly ongeneeslijk ziek was, aan een reislustig leven waren begonnen. Wij waren gestopt met werken om onze droom na te leven: verre reizen maken, verre oorden aanschouwen. Ik wilde 'het andere' met eigen ogen zien. Het was en is een diep gekoesterde wens. Wij waren in de afgelopen jaren niet continu op reis maar wel regelmatig en langdurig.

De recentste reis ging naar de Indonesische archipel omdat het huis, dat in Bali voor ons wordt gebouwd, oorspronkelijk in diezelfde novembermaand zou worden opgeleverd. Door omstandigheden was de bouw echter vertraagd maar wij besloten toch te gaan; de tickets waren immers geboekt, er was lokaal nog veel uit te zoeken en bovendien ontvluchtten wij de Europese wintermaanden maar al te graag.
Volgens het reisschema zouden wij tot begin april 2009 in Bali blijven. Zo zouden wij in ieder geval een deel van de (vertraagde) bouw van ons huis op de voet kunnen volgen. De oplevering vindt volgens het herziene schema nu in juli 2009 plaats. Ik hield Nelly regelmatig op de hoogte met foto's en verhalen van de Balinese belevenissen.

Toen wij de beslissing namen naar Nederland terug te keren, was Nelly nog in leven maar ik landde toch te laat in Nederland om haar nog in haar lieve blauwe ogen te kijken. Dat zal ik zelf moeten verwerken.
Er is geen sprake van spijt. Dingen zijn gelopen zoals ze zijn gelopen. Het verdriet is om het gemis, om haar afwezigheid die zo moeilijk is voor te stellen. Iemand zei mij op het afscheid dat ik nog tranen had 'in te halen'... Tranen die degenen die in Nelly's laatste weken dichtbij waren, al in ruime mate hadden geplengd.
Alhoewel er niets kan worden ingehaald, zou die persoon zomaar gelijk kunnen krijgen; momenteel krijg ik van alles een dikke keel en natte ogen: de inauguratie van Barack Obama, de grand old lady Aretha Franklin die daar zong (al vond ik het niet zo best meer), een computervirus die mij hindert, natuur, foto's, muziekjes, een omhelzing van mijn liefje...

In Bali hadden wij een kundige kokkin genaamd Putu. Van 21 of 22 jaar oud. Dat is niet voor iedere Balinees even duidelijk. Putu's eigenlijke naam is Elsa. Zij is van huis uit moslima. Het is een bijzondere jongedame: leergierig, ambitieus, initiatiefrijk, eerlijk. Zij werd verliefd op Ketut die het hindoeïsme aanhangt, zoals de meerderheid van de Balinezen. Elsa en Ketut kregen na veel overleg met het hoofd van het geloof en het hoofd van het dorp toestemming met elkaar te trouwen. Zij bekeerde zich tot zijn geloof en nam volgens de Balinese cultuur een nieuwe voornaam aan.
Ook echtgenoot Ketut leerden wij kennen als een aardige, capabele jongeman. Wij hebben het plan opgevat hem aan te stellen als onze tuinman en chauffeur als ons huis later in het jaar wordt opgeleverd. Dat is inmiddels met hem en Elsa besproken. Ieder van ons is er blij mee. Ketut is thans werkeloos, zoals veel van zijn Balinese vrienden.

Wij vertelden Elsa-alias-Putu enkele dagen voor ons vertrek dat wij overhaast naar Nederland teruggingen voor Nelly. Ik had haar eerder een foto van Nelly laten zien en toegelicht dat deze leuke vrouw mijn beste vriendin was. “Like a sister..?”, vroeg Elsa. “Yes, like a sister”. Dat begreep zij direct. Voor Balinezen zijn familiebanden allerbelangrijkst. Zo jong als zij was, zij was zeer begaan met de situatie: ook zij vond het naar dat wij om deze reden vervroegd weggingen maar zij vond het ook voor zichzelf erg dat wij vertrokken. We hadden het immers goed met elkaar: zij zorgde perfect voor ons en wij ondersteunden haar en haar gezinnetje; op onze manier.

In de Balinese cultuur zijn mannen 'king'. Vrouwen komen op de tweede plaats al houden zij doorgaans het gezin, de eigen en aangetrouwde familie draaiende. Ze plegen vaak roofbouw op zichzelf, vooral als ze ook nog een baby of peuter moeten voeden.
Op de opmerking van mijn kant dat Balinese vrouwen dan toch zeker 'queen' zijn, werd flink gegiecheld. Ik zag Elsa denken: “die Hollandse begrijpt er ook niets van”.
Ons was er veel aan gelegen die daadkrachtige, ondernemende Elsa zo goed mogelijk te helpen. Een van de dingen die ik voor vertrek regelde, was het aanmaken van een email account voor haar (en haar echtgenoot) zodat wij in ieder geval contact konden blijven houden. We spraken af dat wij elkaar eenmaal per maand zullen berichten. Een Internet-sessie kost lokaal ongeveer € 0,12 dus dat is zelfs voor Balinezen te overzien maar we wilden hen niet op onkosten jagen.

Deze week kwam het eerste bericht van Elsa binnen. Hoe het met ons is en dat ze ons mist. “And how about Brigitte? Is she okay now? Not thinking about her friend?”
Het goede nieuws is dat Ketut voorlopig een baan heeft als tuinman-in-opleiding! Zo kan ook hij een steentje bijdragen aan het onderhoud van zijn gezin en zijn familie. We kregen via diezelfde mail 100 kusjes van zoon Yudha; een prachtig ventje. We gaan hen binnenkort vanuit Spanje een stapel vrolijke familiekiekjes toezenden - uit betere tijden.


zaterdag 17 januari 2009

Onze eeuwige vriendschapsboom

Vanmorgen kreeg ik de volgende herinneringsboodschap op mijn scherm:

Hello Briggie! Your Tree 'Onze eeuwige vriendschapsboom' has 2 months today.

Op 18 november 2008, de dag dat wij in Bali aankwamen, vond ik namelijk een wel heel bijzonder bericht in mijn inbox. Het was afkomstig van 'Pulchinella' die schreef:

'Mijn grote wens is dat jullie nog een keer afreizen naar Niger om in het hartbos te dwalen op zoek naar onze boom en daar onze namen in krassen.'

Wij kregen een vriendschapsboom kado. Dit mooie, symbolische kado was afkomstig van mijn vriendin Nelly die op 2 januari 2009 op 48-jarige leeftijd overleed. Het was een kado zoals zij er wel vaker een kon geven. Memorabel en zeer toepasselijk. Er zijn er veel om mij te herinneren.

Deze gift was een Adansonia Digitata. In gewone mensentaal is dat een baobab ofwel apenbroodboom. Volgens een Afrikaanse legende heeft de duivel, kort nadat de goden de Baobab hadden gecreëerd, de boom uit de grond gerukt om hem vervolgens ondersteboven met zijn takken in de grond en met de wortels omhoog in de aarde terug te planten. Je begrijpt het als je er een ziet. De baobabs kunnen erg oud worden. Sommige exemplaren bereiken leeftijden van meer dan 1000 jaar.
Dit initiatief is van Tree-Nation. Deze organisatie heeft als goed doel om 8 miljoen bomen te planten in Niger. In de vorm van een reuzenhart. Met de slogan: “1 Planet - 1 Heart - 8 Million Trees”.
Niger ligt ten zuiden van de Sahara; in Afrika. De verwachting is dat het planten van bomen op grote schaal ervoor zal zorgen dat de productiviteit van het land toeneemt en dat de grond hierdoor nieuw leven wordt ingeblazen. Het is dus hulp aan mensen èn aan de natuur!

Nelly wist dat ik de baobab een van de mooiste bomen ter wereld vind. Ik had haar namelijk verteld over de honderden kilometers die wij in 2006 hadden omgereden om de oudste baobab bij de plaats Derby in het Westen van Australië te bezoeken. Het ging om een grote, holle baobab die in de jaren '90 van de 19e eeuw als gevangenis voor Aboriginals zou zijn gebruikt door de blanken (zie foto).

Mijn vriendinnetje was ook zeer begaan met de natuur en met inheemse volkeren. Terwijl ik begin vorig jaar in Australië rondreisde in een campervan belde zij om te vertellen dat wij niet meer over Aboriginals mochten spreken maar over 'Aborigines'. Nelly hield dat allemaal bij. Dat telefoongesprek vond plaats op 12 februari 2008 en die dag staat inmiddels in de geschiedenis van Australië te boek als 'Sorry Day'. Een historisch moment dat wij bewust met elkaar (mee)beleefden.

Ik heb Nelly niet beloofd dat wij direct naar Niger zullen afreizen maar ik heb haar wel gezegd dat onze vriendschapsboom op het reislijstje van mijn liefje en mij staat.

“Testament”

En als ik doodga, huil maar niet
Ik ben niet echt dood
Moet je weten
't Is maar een lichaam
Dat ik achterliet
Dood ben ik pas
Als jij me bent vergeten

En als ik doodga, treur maar niet
Ik ben niet echt weg
Moet je weten
Het is de heimwee
Die ik achterliet
Dood ben ik pas
Als jij die bent vergeten

En als ik doodga, huil maar niet
Ik ben niet echt dood
Moet je weten
't Is het verlangen
Dat ik achterliet
Dood ben ik pas
Als jij dat bent vergeten

Dood ben ik pas
Als jij mij bent vergeten

Bram Vermeulen

Ik kreeg het gedicht in de afgelopen week toegestuurd van een lieve vriendin. Ik vind het troostrijk. Ik kan Nelly immers nooit vergeten?! Ook de toekomstige berichten over de groei van onze vriendschapsboom gaan mij daarbij zeker helpen...


zaterdag 10 januari 2009

In Memoriam: Nelly

Onze kennismaking begon lang geleden in een studentenhuis aan de Oude Delft. Ik wilde graag een kamer in het huis waar Nelly al bleek te wonen en daarvoor moest ik aan een instemmingsronde meedoen. Aan het einde van de avond werd gestemd en de persoon met de meeste stemmen kreeg de kamer. Dat viel mij te beurt... maar zónder de stem van Nelly! Ik kwam terecht in de kleinste, donkerste kamer aan de steeg. Mijn hol bleek recht tegenover Nelly's riante tuinkamer te liggen. Tijdens mijn eerste corvee hernieuwde ik het contact met mijn notoire 'overbuuf'. Ik wilde wel eens weten hoe het zat met haar stem! En wat bleek? In deze ronde was ook een vriendje van haar in de race aan wie zij haar stem had gegeven. Dat bleek Nelly ten voeten uit te zijn: trouw aan haar vrienden en dat zou ik nog vaak zelf gaan ervaren. Na het corvee serveerde ik mijn vermaarde Franse uiensoep aan haar en zo begon de vriendschap alsnog goed. Ze werd mijn beste vriendin.

We werden tamelijk onafscheidelijk al hadden we ieder onze eigen bezigheden. Nelly werkte als voltijd juf op school, ik studeerde en was actief in het Delftse Vrouwenhuis. Ik ging weleens met Nelly mee naar haar klas om haar aan het werk te zien en te helpen bij het opvrolijken van het lokaal. Zij was een juf met een groot hart. Ze hield van haar kinderen maar ook van de moeders van de kids.

We kookten vaak samen. Nelly kon goed improviseren maar de mosselavond was toch ons culinaire hoogtepunt. Ik zal de lange wijsvinger van Nelly die het laatste druppie saus uit het kommetje veegt, nooit vergeten. Ze pikte de lekkerste stukjes uit de sla en mijn bord was zelfs aan de andere kant van de tafel niet veilig voor haar geoefende vingers. Dat alles hoorde net zo bij Nelly als de spijkerbroek die ze het liefst droeg, de gympen waarop ze liep, het rode autootje waarin ze reed. En niet te vergeten de Theo en Thea-tandjes waarmee we samen sketches opvoerden: wij waren het die het hardst om onszelf moesten lachen. Zingen, dansen... we deden het graag. Maar we deelden ook serieuzere ervaringen: onze jeugdjaren, familieperikelen, verliefdheden.

Nelly vertelde mij over Diederik. Ze had hem gezien in de keramiekbus en ze wist direct: hij was het, hem wilde ze! Maar hij bleek niet eenvoudig te veroveren en dat was Nelly tot dan toe niet gewend. Want wie kon haar iets weigeren als je in die levenslustige, grote, blauwe ogen keek?! Als Diederik belde, was ze in de zevende hemel en als hij eens niet belde, was ze niet in haar hum. Maar Nelly hield vol -dat kon ze toen al goed-, gooide haar charmes in de strijd en overwon.
Het werd een bijzondere relatie, met Diederik als Nelly's beschermer. Dat deed hij doorgaans op heel eigen wijze. Zo plaatste hij eens een nepspin op de muur zodat Nelly -die heel bang was voor spinnen- aan het beeld van het beest kon wennen. Die spin is altijd meeverhuisd en zit nog steeds in een hoekje van hun huis. Het is een aanpak die Diederik typeert: eigenzinnig maar doordacht. Precies zoals Nelly het nodig had. Ze voelde zich geborgen in zijn armen.

Nelly ging gebukt onder haar flaporen dus op een dag waren haar 'chippies' aan de beurt. De chirurg had haar verteld dat de ingreep op haar leeftijd pijnlijk zou zijn maar dat hield haar niet tegen. En daar lag ze: met een witte tulband om het hoofd, haar donkere haarlokken als een fonteintje erbovenuit en die intens blauwe ogen eronder... Het beeld werd gecompleteerd met een lange breinaald die ze gebruikte om de jeuk rond de hechtingen van haar nieuwe oren te beteugelen! Nadat de tulband af mocht, ging ze naar de beste kapper van Delft om zich een korte coupe aan te meten.
Dat was het begin van Nelly's metamorfose. Ze was als herboren met haar nieuwe oren! Niet veel later liep ze als trots model op de catwalk, met de fraaiste kapsels de mooiste kleding te showen. Zij is die kapper tot op de dag van vandaag trouw gebleven.

Nelly was inmiddels uit het onderwijs gestapt uit behoefte zichzelf professioneel verder te ontplooien. Haar eerste stappen als verkoper waren niet gemakkelijk maar ze was een doorzetter. Nelly was een goede sales-vrouw, oprecht en tegelijk commercieel, vol toewijding aan de zaak en een harde werker bovendien. En tuurlijk, ze was ook weleens gestresst en geprikkeld, haar bordje lag immers altijd vol. Ze had ambities te over.
Toen Nelly de baan bij het nieuw op te zetten Call Center van De Bank kreeg aangeboden, nam haar carrière een grote vlucht. Hier was ze qua rol helemaal op haar plaats: ze was de baas, mocht nieuwe business ontwikkelen, met een zelf te vormen team. Ik bezocht haar daar op een middag en zag haar bezig. Ik was zó trots op haar: het zachtje rupsje van weleer was uitgegroeid tot een prachtige vlinder! Ze ontpopte zich tot stimulerende coach voor haar mensen en ze sloot warme vrouwenvriendschappen tijdens haar banktijd waarop ik weleens een beetje jaloers was.

Toen mijn liefje en ik twintig jaar geleden gingen samenwonen, was Nelly -met Diederik- de eerste die bij ons kwam dineren. Wij werden haar 'meisjes'. Ik kan een lange lijst met andere primeurs opsommen: Nelly kwam voorrijden in een stretch-limo voor een avondje uit toen ik dan eindelijk was afgestudeerd en de eerste rit in mijn cabrio was met Nelly. Zij was de eerste die met ons ging varen op de nieuwe zeilboot na deze te hebben gedoopt met champagne. Een van mijn leukste foto's samen is van een boot vol slingers en confetti en wij feestend op de boeg.

Nelly was de eerste die mijn verjaardag kwam vieren toen we net in Engeland woonden. En als ik naar Nederland kwam, mocht ik niet binnenstappen zonder een pot picalilly. Ik maakte er een sport van telkens nieuwe smaken en uitvoeringen voor haar te vinden. Nelly was ook de eerste die de caravan kwam inzegenen met een magnum champagne en de eerste logee in ons huis in Spanje. Dat alles typeerde haar zo: altijd aandacht voor haar vrienden, oprecht meegenietend!

En toen kwam die inktzwarte dag van Nelly's diagnose. Enkele maanden ervoor was ze tijdens een koud, nat weekend bij ons in de caravan in Groningen komen logeren. Mijn liefje was toentertijd snipverkouden en Nelly belde haar na enkele dagen op met de woorden: 'bedankt, je hebt mij flink aangestoken'. Maar het was geen verkoudheid en het zou ook niet meer overgaan... Op het moment dat het doembericht werd uitgesproken, waren wij aan de andere kant van de wereld. Er kwam in de nacht erop een ongelofelijk zwaar onweer over. De grond trilde ervan. Het immense gedonder en gebliksem was een afspiegeling van het verdriet en de boosheid die ik voelde. Toen ik later eens in al mijn wanhoop tegen haar riep: 'waarom jij?!', antwoordde zij: 'waarom een ander?!' Ze meende dit.

Toen Nelly mij later belde met het goede bericht dat de chemotherapie aansloeg, vielen mijn liefje en ik elkaar huilend in de armen in de campervan waarin wij op dat moment reisden. We hosten door de bus die met vier wielen tegelijk van de grond kwam. Toen ik haar zei 'dat nu die rotlong er nog uitmoest', sprak ze mij bestraffend toe: dat mocht ik niet zeggen. 'Haar longen waren prachtige organen.' Zo was ze.
Ik herinner mij het telefoongesprek dat ik met Diederik voerde nadat Nelly's zieke long dan toch was verwijderd: de verbazing dat zij de dag erna al in bed de krant lag te lezen, met beide armen omhoog.?! Een held is iemand die respect afdwingt door grootse daden. Nelly deed dat.

En Diederik was Nelly's held, in hoofdletters. Wat hij voor zijn Snoepiedondersteen deed: medische tijdschriften uitpluizen, Internet afstruinen, experimenten ontdekken, medicijnen opsporen, artsen in binnen- en buitenland aanschrijven, suggesties doen aan de behandelende arts en niet te vergeten: Nelly moed inspreken... met zijn gevleugelde 'stapje-voor-stapje'. Maar hij deed ook de boodschappen, leerde koken volgens Houtsmuller en was er altijd om voor haar te zorgen en haar te verzorgen, 24 uur per dag.
Diederik had veel koosnaampjes voor zijn Nelly en Nelly 'spaarde' ze. Zelf was zij ook goed met woorden, zowel gesproken als geschreven. Ze was vaak Nelliaans creatief en cheeky. Toen de keelarts eens aan haar vroeg: 'hoe lang heeft u nog?' antwoordde ze: 'de hele middag, hoor'.
Ze werd een begenadigd schrijfster op haar weblog. Of ze nu reporter was voor 'Women on Top' of haar verdriet en eenzaamheid in woorden vatte: altijd was het treffend, vaak ontroerend. Ze voelde zich soms eenzaam op het zware pad dat zij moest gaan maar ze was nooit alleen. Ik weet dat Nelly in haar leven vele harten heeft beroerd. En wat je geeft, dat krijg je terug. Zij was iemand om veel van te houden.

Elk jaar sinds 2005, wanneer Marti en ik van lange, verre reizen terugkwamen voor een verblijf in Nederland, was er 'Nelly-dag': een dag met zorg en aandacht, speciaal voor haar. Als het mooi weer was, kwam zij met Diederik naar Kijkduin en als het weer tegenzat, togen wij naar Rotterdam. Ik deed mijn uiterste best om gezond en lekker voor Nelly te koken want mijn liefde voor haar bleef óók door de maag gaan. In de afgelopen jaren beleefden wij vele gezamenlijke 'Nelly-weken' in Spanje. Zelfs nog afgelopen november. Weken vol zoete en zilte herinneringen. Erasmus schreef het: 'niets droogt sneller dan een traan' maar de liefde voor elkaar zal niet voorbijgaan.

Ik zou een boek kunnen schrijven over mijn bijzondere vriendin: hoe ze haar angsten uit haar jeugd de baas werd, haar fysieke ongemakken te lijf ging, hoe zij aan zichzelf sleutelde om een betere manager te worden, zich inzette voor haar familie en de leukste tante was, hoe zij de trouwste vriendin bleef, hoe ontzagwekkend zij met haar ziekte omging... Nelly was een prachtig mens. Authentiek. Ontroerend. Trouw. Moedig. Intens. Creatief. En vooral dapper, heel dapper.

Wij hebben vaak afscheid van elkaar genomen. Geen van beiden was er goed in. Vandaag is ons afscheid dan toch definitief. Het komt veel te vroeg. Lieve Nelly, maatje van mij, ik dank je met heel mijn hart voor de vriendschap die je mij hebt geschonken. Al zullen toekomstige primeurs nooit meer dezelfden zijn, jij zult er altijd deel van uitmaken. Want de mooiste kamer in mijn hart is voor jou...

Op donderdag 8 januari 2009 nam ik (met deze tekst) afscheid van Nelly. 
Wij zijn inmiddels naar Spanje teruggekeerd.


vrijdag 2 januari 2009

Nelly

Zojuist hebben wij het trieste bericht gekregen dat Nelly, mijn beste vriendin sinds vele jaren, is overleden. “Niets droogt sneller dan een traan”, schreef Erasmus. Maar wat zullen er nog veel vloeien om het verlies van dit mooie mens...

Wij zullen op dinsdag 6 januari vroeg in de ochtend in Nederland aankomen. Op tijd om voor de laatste keer afscheid van haar te nemen.














donderdag 1 januari 2009

Nieuwjaar

Voor de meeste mensen zal 2009 goed zijn begonnen.
Wij hebben de beslissing genomen om Bali te verlaten en zo snel mogelijk naar Nederland terug te keren om bij onze lieve vriendin Nelly en haar Diederik te zijn. Ik kan nu alleen de hoop uitspreken dat het snel genoeg zal zijn.
Desalniettemin wensen wij eenieder het allerbeste voor het nieuwe jaar.