In augustus kregen wij namelijk een voorproefje: mensen uit hetzelfde bergdorp kwamen op een zonovergoten ochtend voor onze deur een kleine strandceremonie uitvoeren. De lucht was blauw, de zon brandde. Op een bepaald moment zag ik vanaf het terras twee oudere vrouwen voor ons tuinhekje drentelen. Toen ik even later opnieuw keek, zag ik dat ze over het hekje waren gestapt en zich in de schaduw van onze bale bengong hadden genesteld. Ik stond op, vertelde mijn liefje wat ik zag gebeuren en liep naar de voorkant van het huis. Dat bleek te laat: meer mensen stapten onze tuin binnen. De Indonesische wet schrijft voor dat een persoon te allen tijde 'permisi' moet vragen om andermans terrein te kunnen betreden.
Ik was in dubio: moest ik die dames en hun aanhang nu gaan vertellen dat ze weg moeten? Ze kwamen kennelijk schuilen voor de koperen ploert. Onze buren bleken resoluter: 'NIET WELKOM. Wegwezen!' Dus probeerden ze het bij ons. Zo'n situatie vond en vind ik ingewikkeld. Ik ben niet opgevoed tot botheid, heb respect voor ouderen en andere culturen. Maar ondertussen zag ik met lede ogen aan dat circa 50 Tirtasarianen ongehinderd onze tuin binnenstapten. En niet alleen oude-van-dagen! Op een bepaald moment liep een clubje jongemannen vrijmoedig richting huis. De brutaalsten hebben de hele wereld, niets menselijks is de Balinees vreemd. Ik floot ze terug. Respect komt van twee kanten. Er viel geen glimlach te bekennen.
Toen mijn liefje aan de woordvoerder uitlegde dat er eerst toestemming moet worden verkregen voordat ook maar iemand kan binnenkomen, draaide hij zich naar zijn mensen om en zei: 'we hebben toestemming'. Dat zei ze niet! Zoveel Bahasa Indonesia begrijp ik al wel. Laat ik het er voorlopig op houden dat het de Balinese manier is van omgaan met kritiek... Ook meldde ze dat er geen plastic in de tuin mocht worden weggegooid en dat het een niet-rokenterrein is. Een aantal rokers liep daarop morrend weg. Uit ervaringen van andere villabewoners concluderen we dat Balinese bergvolkeren die op het strand ceremonieel komen offeren moeilijk te managen zijn. Zelfs de plaatselijke politie treedt niet tegen hen op?!
Op die dag hoorden wij dat ze binnen niet al te lange tijd zouden terugkeren voor hun grote ceremonie. Daar onze ezel zich niet tweemaal aan dezelfde steen stoot, werden deze keer voorzorgsmaatregelen getroffen. Eén vervelende Tirtasari-ervaring vinden wij genoeg voor dit jaar. Van bamboestokken en blauwe sisalzakken maakten we een blauwe afscheiding bovenop de zeewal. Ook de buren plaatsten een afrastering. Vanwege de kleur (blauw) lijkt het net de Balizee, het water achter de barricade. “Misschien laten we de wand wel staan”, opperde ik gekscherend. Al gaf het even een intiem gevoel, na een dag voelde het als opsluiting.
We overleefden de verstoorde nachtrust. Het strand voor de deur lijkt op een slagveld: plastic bekers, etensbakjes, sigarettenverpakkingen, dozen, plastic zakken, slippers, etenswaren. Met de groeten uit Tirtasari. Alleen de Balinese honden lusten er brood van... Die troep mag met de aanstaande hoge golven niet in zee terechtkomen dus het strand wordt thans schoongemaakt. Made, onze 'eco-man' is al 5 uren aan het harken, hij heeft nog even zovele uren te gaan voordat het weer schoon is.