Op één na alle huizen waarin ik in de afgelopen 20 jaren woonde, hadden een tuin maar tot dusver werd tuinieren geen hobby. Ik hield mij wel graag bezig met de vormgeving en invulling van een tuin. Bovendien stelde ik jarenlang met groot plezier boeketten uit eigen tuin samen. Sinds wij een tuin in Bali hebben, houd ik mij actief bezig met tuinieren. De tuin werd in december 2009 aangelegd dus die is nu bijna 1 jaar oud. Ik zou het niet geloven als ik er niet met mijn neus bovenop sta. Alle tuinmuren zijn bijna volledig begroeid. De (lava)grond is hier dermate vruchtbaar en het weer zodanig groeizaam dat alles overal groeit en bloeit.
Een goede tuinman is en blijft onontbeerlijk. Onze eerste tuinman was een ware hulk: een beresterke, goedlachse vent die fysiek ongeschikt bleek voor de functie. Vanwege zijn omvang kon hij zich namelijk niet klein genoeg maken om onkruid te wieden achter struiken en bomen. Op zijn hurken zitten, hield hij niet lang vol; in tegenstelling tot de meerderheid van de Balinese mannen. Hij besloot zelf beveiligingsman te worden bij een nieuw geopend benzinestation. Nummer 2 was een jongeman van 19; net van school zonder werkervaring. Daar wij vertrouwen hebben in de jeugd, gaven we hem een kans het tuinmannenvak te leren. Hij verzuchtte dagelijks dat hij het warm had, dat hij moe werd van het werk. Hij zat liever achter het huis in de schaduw te sms'en met zijn toenmalige vriendinnetje. Toen die hem verliet, doofde zijn (toch al schamele) licht. Onze wegen scheidden in de proeftijd. Met de komst van tuinman 3, Putu Arsana, veranderde ons leven ten goede: deze aardige, fitte man hoeven we niet te instrueren. Hij is energiek en deskundig, gaat zijn eigen gang, komt met suggesties en toont initiatief. Hij houdt van de tuin en van alles wat daarin staat. Wij vinden hem een lot uit de loterij en dat laten we hem regelmatig weten. Na zijn aantreden werd tuinieren ook voor mij leuk. Bijna dagelijks werk ik nu mee in de tuin. Putu doet het zware werk, wij het lichte. Zo maak ik bloembedden en borders onkruidvrij en bedenk ik tuinprojecten.
Momenteel zijn we gezamenlijk druk met het verplaatsen van bloemen, planten, struiken en bomen die vanwege groei in de verdrukking kwamen of oorspronkelijk niet goed waren geplaatst. Sinds ik als vrijwilliger in de bieb van Lovina werk, heb ik toegang tot lokale tuingidsen. Goed voor de tuin, goed voor mijn Bahasa Indonesia.
Ik zocht uit wat de benodigde hoeveelheid water en zonneschijn is voor elke soort in eigen tuin (circa 100). Al maanden zijn mijn liefje en ik aan het stekken: met stam in water om wortel te trekken, met stam zonder wortel direct in de vruchtbare grond, uit zaaddozen, uit knol, bol en pit en door vermeerdering. Op deze manier kweekten wij mini-palmbomen, -pauwenbloembomen, zoete tamarindebomen en typisch lokale schaduwbomen. Eerst in de 'puskesmas' (de kraamkamer van bamboe; zie foto) die steeds voller wordt en na betoonde groeicapaciteit in de grote tuin. Daarna volgden de favoriete bloemen: ixora's en hibiscussen.
Zoals ik een enthousiaste beginneling ben, zo is mijn liefje een ervaren krek. Zij is vele hoofdstukken verder in Het Grote Boek voor Tuinkabouters: zij bekwaamde zich inmiddels in Balinees enten, believe it or not?! Dat is zoiets als 5-sterrensudoku maar dan met groene vingers. Enten gebeurt met kokosnootvezels die met rijke aarde tot een huls worden gevormd; daarin wordt een te enten stam gewikkeld. Deze inheemse techniek heet 'kepung'. Het pakketje moet regelmatig worden bewaterd. Ik zie met belangstelling naar het resultaat uit.
In onze tuin vinden veel meer kleine wonderen plaats. Stop vandaag een zaadje in de grond en over twee weken zie je een stammetje stoer de kop opsteken. Zat er gisteren nog geen wortel aan een tak, volgende week kun je de eerste uitstulping zien. Om over fruitpitten maar te zwijgen. De eerste papaya's, uit pit gekweekt, zijn zichbaar. Ook avocado- en bekulbomen (groene appeltjes) zijn thans in de maak. Tropisch tuinieren (b)lijkt zo eenvoudig...
De Jalan Nelly is al maanden een tropische verrassing maar sinds enkele weken liggen ook borders langs het pad dat van het bordes naar de zeewal loopt. Zo maakten we een bloembed met jasmijnplanten die overal in de tuinen stonden maar nergens goed groeiden. Deze tere, witte bloemen staan nu in bloei en als de wind vanaf de zee waait, komt een zoet aroma de woonkamer binnen. Ook de lolipops of kaarsbloemen deden het niet goed in de tuin terwijl ze in andermans tuin en in de Botanische Tuin van Bedugul vol in bloei stonden. 'Wat te doen?' Ik las dat ze in de volle zon moeten staan en een redelijke hoeveelheid water nodig hebben. Putu maakte een centraal gelegen bloembed bij de bale bengong en daar werden ze tesamen in de grond gezet. Ik zie nu al dat het werkt.
Een bloembed vol met de (19!) hibiscusvarianten uit eigen tuin is in voorbereiding. Dat perk wordt het epicentrum van de bloementuin.
Op de traditionele markt van Bedugul kochten we onlangs nieuwe aanwinsten: blauwe lavendel, blauwe boluien, lampepoetsers, een kefir limoenboom en vele kruidenplanten in pot: dille, dragon, peterselie, mint, citroenbasilicum en heel veel koriander. De kruiden werden in de nieuw aangelegde kruidentuin terzijde van het gastenhuis geplaatst. Paulus de B. mag trots op ons zijn.