We zijn al twee maanden wekelijks aan het videoappen met de jongens Yuda & Damai in Bali. Sinds de covid-19-pandemie gaan zij nog steeds niet naar de middelbare respectievelijk de lagere school dus ons initiatief dient vooral ter leering ende vermaeck van hen. Het is overigens ook een leuk tijdverdrijf voor ons.
We maken ons zorgen om de leerachterstand die ze oplopen. Dat was een reden om wekelijks met hen te gaan communiceren, in plaats van eenmaal per maand. Aanvankelijk vroegen we de jochies een Engelstalige presentatie van 5 minuten over een onderwerp naar keuze voor te bereiden maar we schakelden snel over naar een quiz die uit onze koker komt. Ze zeggen dat leuker te vinden dus dat blijven we voorlopig doen. De quiz gaat over dieren, werelddelen, Bali, Europa, voetbalteams, ingrediënten van schotels die ze met ons aten, zeeën en oceanen, lokale artiesten en persoonlijke vragen (wat betekent jouw voornaam in Engels, Damai, hoe oud ben ik?). We leren er zelf ook van!
Die quiz heeft altijd tenminste één rekenopdracht voor ieder van hen. Het is een vak waarin ze allebei niet uitblinken en dat is waarschijnlijk de understatement van deze week… Onze jongens blijken geen Einsteins maar we houden daarom niet minder van hen. Ik weet niet precies hoe kinderen op de lagere scholen in Indonesië leren rekenen maar ik zie wekelijks vooral lange vingers door het camerabeeld vliegen. Waarna doorgaans een fout antwoord volgt.
In het Westen leerden wij op jonge leeftijd hoofdrekenen. Ik herinner mij dat ik voor de klas stond en tafels tot 10 uit het hoofd moest opzeggen… 2 x 8 = 16, 3 x 7 = 21, 5 x 9 = 45. Dat stampen kreeg wellicht geen goede naam maar ik ben blij dat we dat moesten doen. Tot vandaag de dag is hoofdrekenen daarom geen enkel probleem. Als een leerling het goed deed, kreeg hij of zij een kadootje van de juf of meester. Ik kan mij niet herinneren ooit één som op mijn vingers te hebben gedaan. Ook in Nederland leert men op lagere scholen tegenwoordig op een andere manier rekenen dan wij destijds deden. Daar gaat het nu over aanvullen, splitsen en ‘het rekenmuurtje’. Niks mis mee, als je het maar zo goed leert dat je er je hele leven plezier van hebt.
Damai lijkt vooral moeite te hebben met min-sommen, ook op papier. Yuda kan nog steeds geen rijtjes uit zijn hoofd opzeggen. Mental arithmatic is dus niet hun methode. Dat intrigeerde mij. Net als die vliegende vingers. Ik dook in de materie en stuitte op de zogenaamde ‘two-hands four-fingers methodology’ die in mening Aziatisch land wordt gebezigd. Dat is namelijk wat onze jongens doen. Een TedEd-filmpje op YouTube bracht verder inzicht. Het is een ingenieuze manier van tellen!
Elke vinger heeft drie kootjes die in dit systeem secties worden genoemd. De duim –die geen vinger is- wordt als pointer voor elk bestaand kootje gebruikt. Zo kun je dus op één hand rekenen tot 12. Ik realiseerde mij op dat moment dat je rijtjes kunt leren door over de drie kootjes van je vinger te strijken. 1 x 3 = 3, 2 x 3 = 6 en zo voort.
In betere tijden kregen onze jongens beiden bijles in rekenen maar nu de nood aan de man is, wordt het schaarse inkomen in Bali logischerwijs besteed aan prangender zaken. Er moeten nu zes monden worden gevoed. Bovendien helpt Ketut zijn oude moeder in de heuvels van Lovina en andere familieleden in de buurt, waar hij kan. De meeste Balinese gezinnen besteden de weinige roepiahs die zij hebben tevens aan de vele hindoeïstische ceremonies wanneer die zich voordoen. Pa Ketut is een gelovige hindoe en houdt zich braaf aan de voorschriften van zijn religie.
‘Geloof is opium voor het volk’. Mijn ongelovige liefje en ik zijn ervan overtuigd dat Karl Marx een punt had met zijn uitspraak. Die is op de aanname gestoeld dat gelovigen zich in hun aardse lot schikken omdat ze geloven dat hun beloning komt in het hiernamaals. In het geval van Hindoes gaat het om reïncarnatie. In hun levensopvatting wordt de mens geboren, sterft en komt vervolgens terug in een nieuw lichaam. Dat gaat zo lang door totdat een toestand van verlichting is bereikt en er geen noodzaak tot reïncarnatie meer bestaat. Wij zijn verre van Marxisten maar hebben ons altijd verbijsterd over de pakken geld die hindoes in Bali besteden aan de ceremonies die hun geloof voorschrijft. Ze hebben sowieso weinig en veel daarvan gaat naar de tempel of de priester.
Het aardse leven op Bali werd veel belabberder door corona. Het wegvallen van massatoerisme op het eiland van de Goden legde een enorme armoede bloot. De overgrote meerderheid van de Balinezen werd in de loop van de tijd volledig afhankelijk van dat toerisme. Nu de reizigers wegblijven (voor buitenlanders blijven de grenzen in ieder geval tot eind 2020 gesloten), begint het nijpend te worden. Voedsel dat normaliter wordt verbouwd voor grote hotels en internationale ketens, ligt in de bloedhete zon te rotten op de velden.
We staan het gezin zo goed als mogelijk bij al doen de beide ouders zelf ook hun uiterste best om inkomen te genereren en de kinderen goed te onderhouden. Elsa begon een online winkeltje naast haar baan als huishoudster in een verhuurvilla. Ketut, die van een Amerikaans cruiseschip terugkeerde en geen vast werk heeft, doet regelmatig klussen op het land en daarbuiten. Hij is erg handig en maakte voor zijn eigen -uitdijende- gezin een fraaie houten tafel met stoelen. Inmiddels kreeg hij opdracht om dat meubilair ook voor derden te maken. Ze doen wat ze kunnen. Desalniettemin vroeg Yuda ons onlangs of we konden bijspringen.
Volgende maand mogen de jongens wellicht weer naar school. Daarvoor hebben hij en zijn broer nieuwe schoenen nodig. Schoolgaande kinderen dragen in Indonesië een uniform en degelijk schoeisel. Op de middelbare school zijn zwarte schoenen verplicht, op de lagere school zijn de kids iets vrijer in hun keuze. Konden wij een handje helpen? Wij deden dat met plezier. De boys toonden zich verguld met hun nieuwe, stoere stappers. De voeten van de 13-jarige Yuda zijn nu al groter dan de mijne. Nu maar hopen dat de schooldeuren inderdaad weldra openzwaaien voor de knullen. Ik gun hen dat samenzijn en die scholing zo!
Er was in de afgelopen dagen veel gedoe in andere delen van de Indonesische archipel. Traangas en waterkanonnen werden in Jakarta ingezet tegen duizenden vooral jonge demonstranten die in verzet kwamen tegen een omstreden nieuwe arbeidswet. President Joko Widodo en zijn regering jasten vorige week een nieuwe wet door het parlement… Naar verluidt, was het versnellen van dit wetsvoorstel tijdens de lockdown nodig om in de tweede helft van dit jaar investeringen aan te trekken om de verliezen door diezelfde lockdown te compenseren. Deze nieuwe Omnibuswet moet ervoor zorgen dat er in de nabije toekomst meer wordt geïnvesteerd in de economie van het geteisterde land en moet een gunstiger vestigingsklimaat scheppen voor bedrijven. Je zou zeggen: niks mis mee maar het gaat over de ruggen van de meeste bewoners van het land.
Foto: ANP |
Brown Lives Matter Too, Mister President!
Bestaande restricties op outsourcing zullen wegvallen, net als een limiet op het aantal expat-werknemers per bedrijf. De landsgrenzen zwaaien wijd open voor internationale bedrijven. En bedrijvigheid laat zich niet langer beperken door milieubeperkingen. In de praktijk zal dit bijvoorbeeld betekenen dat een bedrijf dat milieuschade of bosbranden veroorzaakt, veel moeilijker aansprakelijk kan worden gesteld. Palmoliebedrijven waren vóór deze wet nog verplicht om 20% van hun landconcessies te reserveren voor kleinschalige boeren die voorheen landeigenaar waren, zodat zij en hun gezinnen tussen de palmolieplantages nog enigszins in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Ook die verplichting wordt afgeschaft.
Volgens critici laat Jokowi zijn oor met name hangen naar buurland en mogelijke investeerder China. De Indonesische Kamer van Koophandel en de Industrie bejubelden de nieuwe wet. Internationale vakbonden (waaronder Mondiaal FNV), mensenrechten- en milieu-organisaties veroordeelden dit regeringsinitiatief echter.
De Indonesische Minister van Economische Zaken probeerde de gemoederen te bedaren door te zeggen dat er geen salarisverlagingen komen. Maar niemand kan voorzien hoe deze nieuwe wet in de praktijk en op termijn uitpakt. De vrees is dat het de positie van lokale gemeenschappen zal afzwakken. De grootste islamitische organisatie van het land keerde zich eveneens tegen de nieuwe wet. Al zes Indonesische gouverneurs vroegen Jokowi de wet terug te draaien vanwege sociale ongewenstheid en onrust. Tja.
Dit en lang thuiszitten gaat onze Balinese vriendjes niet helpen, vrees ik... Kasian.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten