Translate

zondag 27 februari 2011

De bitterballenbokaal

Het Nabije en Midden-Oosten brandt en ik blog over bitterballen in Bali... Tja. De Storm of Change stak er op: voor meer vrijheid en economische vooruitgang, tegen sociale tweedeling, zelfverrijking door de leiders, nepotisme, corruptie en verlammende bureaucratie. Ik hoop dat er acceptabele alternatieven zijn; ik gun de Arabische bevolking betere tijden.

Samen met mijn liefje ging ik hier recent een leuke maar ambitieuze weddenschap aan met Theo, Marja en hun dochter Zoë: wie van ons kan de lekkerste bitterbal vervaardigen. We zaten een avondje met de voeten in het zand in restaurant 'Starlight' dat de Hollandse lekkernij op de kaart had staan. Er zijn hier meer restaurants die een poging doen maar tot nu toe vond ik geen bal goed genoeg voor een eervolle vermelding op mijn blog.

Dat gold zeker ook voor die avond. De rundvleesballen waren tamelijk groot en vierkant uitgevallen maar wat mij betreft is en blijft een bitterbal klein en rond. Deze bal had ook last van ongewenste elasticiteit (zoals je kauwgom uit je mond trek). Deze vleesbal leek daarin meer op een afgekoelde kaasbal. Bovendien behoren bitterballen loeiheet te zijn als ze worden geserveerd. Iedereen herinnert zich een weleens verbrande tong.

Genoemd drietal gaat binnenkort naar het zuiden van Bali verhuizen om dochterlief in de gelegenheid te stellen naar een uitstekende internationale middelbare school te gaan. Gaat ze dan behoren tot het contingent middelbare schoolleerlingen dat het kofschip ziet als het zusterschip van de Titanic? (Een uitspraak van oud-leraar en professioneel mopperkont Maarten van Rossum waarom ik moest lachen.)

Ik ging eerder een weddenschap aan met Zoë over het aantal koala’s en kangoeroes dat zij volgens mij zou gaan zien op hun recente reis door Zuid-Australië. Ik verloor jammerlijk en als tegenprestatie werd Zoë’s verzoek ingewilligd: ik zou lasagna voor haar en haar ouders maken. Zelf vond ik het een geslaagde versie maar tijdens het recente avondje uit bleek mijn huisgemaakte lasagna in de categorie 'lekker maar minder lekker dan die van .... ' te vallen. Pubers van tegenwoordig zijn net zo hard als die van vroeger.
Dus de recente weddenschap is in vele opzichten gewaagd. Vier vrouwen zullen ieder een eigen variant inbrengen; Theo doet dat niet. Hij is de enige die proeft en oordeelt. Zij zijn in het voordeel qua aantal, mijn liefje en ik zijn in het voordeel omdat de avond op ons terras zal plaatsvinden. Onze bitterballen hoeven dus niet te reizen. Tevens hebben wij ons opgeworpen als opsteller van de spelregels voor het proeven en oordelen en... wie schrijft die blijft.

Het evenement zal plaatsvinden nadat Elsa naar onze keuken is teruggekeerd. Een onpartijdig iemand moet immers het blind proeven mogelijk maken anders gaan Theo, Marja en Zoë ongetwijfeld hun eigen ballen bevoordelen tijdens de puntentoekenning. We zijn het gezamenlijk eens geworden over de prijs waarom gaat worden gestreden: een bokaal van enig aanzien. We namen nóg een beslissing: het wordt een wisselbokaal. Je weet maar nooit wanneer en waar we elkaar weer voor een volgende weddenschap zullen treffen. Bovendien houdt dit de verliezende participant hoopvol voor de toekomst.

Ik heb al zitten broeden op een recept; vanzelfsprekend raadpleegde ik internet. Het moet namelijk een recept zijn waarvan ik alle ingrediënten in lokale winkels kan vinden. De kalfsbitterbal is daarmee onhaalbaar omdat kalfsvlees hier niet is te vinden. De koe is een heilig dier in Hindoeland Bali en kleine koetjes zijn nóg bijzonderder.
Ik maakte mijn keuze inmiddels en ben mij thans mentaal aan het voorbereiden. In huis wordt overigens mondjesmaat over het onderwerp gerept. Ieder van ons wil winnen, de strijd barstte los. Mijn liefje bewaart haar geheime electronische recept ergens waar ik het niet zou kunnen vinden. (Dacht ze.) In 10 seconden vond ik het document maar -cross my heart- ik keek niet naar de inhoud. Betul-betul. Er zijn grenzen aan oneerlijkheid. Binnenkort gaan we onze respectieve recepten in strict gescheiden pannetjes uitproberen.

Geloof het of niet maar in het zuiden van Bali worden bitterballen ambachtelijk vervaardigd onder de naam 'Nengah’s Dutch Snacks'. Voor de ongelovige Thomas voeg ik hier de link toe. Nengah is getrouwd met Hollander Theo (een andere, welteverstaan) en maakt een verdraaid goede bal, al vind ik haar minder bedreven dan Hofleverancier Van Dobben.
Op de site vind je een lijst van restaurants waar Nengah’s bitterbal is te verkrijgen. Na enig empirisch onderzoek bleken haar ballen ook verkijgbaar bij bar 'Triple 9' in Lovina. Ze smaakten mij persoonlijk goed genoeg om kortstondig te overwegen een diepvriesportie mee naar huis te nemen en die volgende maand valselijk als mijn eigen eindproduct te presenteren. Onder morele zelfdruk deed ik het niet. Als Zoë erachter komt zal haar eeuwigdurende toorn over mij komen. Zoveel is winnen mij nu ook weer niet waard. Wordt vervolgd.

donderdag 24 februari 2011

Catch 22

Ik hoor niet bij een land... ik hoor bij een liefje. Al 22 jaren!

zaterdag 19 februari 2011

Geland

Na een voorspoedige vliegreis kwamen we veilig op het Noord-Balinese honk aan. Als je met Singapore Airlines vliegt, kom je -op fatsoenlijke rust na in mijn geval- werkelijk niets te kort. In de wachtrij op de Londense runway spraken we geruime tijd met stewardess 'Sum' die zich dicht bij onze zitplaatsen ophield. Wij zaten in een rustig hoekje op het bovendek en zij zat ingesnoerd tegenover ons. Zij is een leuke Maleise en op de vraag waarom ze niet bij de maatschappij van haar eigen land werkt, gaf ze in eerste instantie als antwoord: “currency”. In Singapore verdient ze namelijk tweemaal zoveel als in Maleisië. Bovendien word je als stewardess bij Malaysian pas na 3 of 5 jaar op internationale vluchten ingezet. Singapore is namelijk te klein voor binnenlandse vluchten. De hoofdstad Singapore bestrijkt immers het gehele land. We vertelden haar dat we zeer tevreden, vaste klanten zijn. De piloten zijn communicatief vaardig en supercool en als passagier word je heel goed verzorgd door het attente cabinepersoneel. Er is een keuzemenu en de 3-gangenmaaltijden zijn smakelijk. Daarbij kunt je zoveel drankjes vragen of halen als je wilt en op enig moment wordt een grote mand met snacks klaargezet waaruit je naar believen kunt pakken. Er zijn recente films en muziek ten overvloed.

Eenmaal geland, zag ik van de terugreis over de heuvelrug bar weinig. In de auto vocht ik tegen de slaap: mijn nek zwaaide af en toe zo hard naar voren en achteren dat het kraakte. Mijn liefje gaf zich achterin ook af en toe over aan de onvermijdelijke slaap.
Gisteren, de middag van aankomst, hadden we nog energie om in het zuiden boodschappen te doen bij Carrefour. Aanvankelijk dacht ik dat we ons daarvoor wellicht te moe zouden voelen na een reis van circa 16 uur maar er was energie voldoende voor een rondje door de grote winkel. We gaan de komende weken namelijk zelf koken en dan is het wel een goed idee lekkers in te slaan dat we in het noorden niet kunnen kopen. Bepaalde verse vis en vers vlees gingen dan ook mee in de koeltassen die chauffeur Putu op verzoek van huis had meegebracht. We aten een hapje dat slechts hoefde te worden opgewarmd. Na het journaal en DWDD vonden we het welletjes, we hadden ons best gedaan. We doken samen met slaappil het bed in.

De ochtend erna werd ik om 8 uur wakker. Ik kan mij niet herinneren dat ik mij gedurende de nacht één keer in bed had omgedraaid! Ik sliep als een baby, voelde geen opvliegers (!) en stond zeer fris op. Tuinman Putu had toen al ongemerkt stof gezogen in het zwembad. Het was een goed begin van een prachtige dag. De zee was indigo blauw en rolde richting strand, de branding ruiste zacht, de tuin was übergroen, bekende en nieuwe vogels kwetteren, grote vlinders vlogen voorbij, het zwembad lonkte spiegelend. De teenslippers gleden aan mijn voeten, korte broeken en t-shirts lagen schoon en gestreken in de kast. Het nieuwe badpak gedraagt zich uitermate goed in het water. Inmiddels heb ik een vlinderpatroon om mijn rug staan. Ondanks de dikke laag zonnecrème heb ik ook een kop als een boei...

Over boeien gesproken: de eerste Hindoe-ceremonie is een feit. Op het strand voor onze tuinwal ligt thans een fraaie prauw. Gisteren had ik al een alternatieve tent met mensen erin gezien. Je moet je er niet al te veel van voorstellen: vier bamboestokken met een plastic zeil erboven. Op het strand ligt veel aangespoeld hout dus ik dacht even dat het een Balinese strandjuttersfamilie is die in de komende dagen veel zwaar werk heeft te verzetten en voor zichzelf een rustplek heeft georganiseerd.
Dat alles blijkt bij nader inzien waar maar de nieuwe motor van de vissersboot werd tevens ceremonieel ingewijd. De goden moeten immers gunstig worden gestemd.

Vanmiddag gingen we op kraamvisite bij Elsa. Wat is de nieuwe baby een dot! Hij lijkt op Yudha. Hij is beeldschoon, weegt inmiddels 3 kilo en is 48 centimeter lang. Bovendien heeft hij veel haar, een echte neus -in tegenstelling tot zijn grote broer die slechts een soort knoopje in het midden van zijn gezicht heeft- en een roze huid... Wellicht door het innige contact met ons?! Grappen over de postbode worden niet gemaakt want ook die persoon is gekleurd. Opmerkelijk is het evengoed.

Van zijn Hindoeïstische grootvader kreeg de baby een geknoopt polsbandje dat hem tegen kwade invloeden moet beschermen. Hij ligt in een Fiep Westendorp-pak dat hij van tante Bernadette kreeg. Elsa, die nog steeds bleek oogt, vertelde dat de barenspijn om 5 uur 's ochtends begon, dat zij om 8 uur in het ziekenhuis aankwam en om 11:15 uur van de nieuwe baby beviel. Hij kwam eerst met zijn billen, een zogenoemde stuitbevalling. Ik maakte een uitgebreide(re) fotoreportage die ik naar Ketut mailde; hij had immers nog geen foto's van de baby gezien. Volgende week gaan we weer bij hen op bezoek. Mijn liefje haalde haar hart op tijdens het weerzien met kleine vriend Yudha. Zijn broertje noemen wij voortaan ons kleinste vriendje. We zijn goed geland.

dinsdag 15 februari 2011

Travelling birds

Zo voel ik mij thans: een trekvogel. Vlieg met mij mee... ik ver-trek. Morgenochtend vliegen mijn liefje en ik naar Londen. De dag erna zullen we de reis naar Bali voortzetten. We doen de vlucht oostwaarts weer in etappes; dat bevalt goed. Net als vliegen met de imposante A380. Londen Heathrow is sinds 2005 het vliegveld waarop onze lange-afstandsreizen beginnen. Vanaf die luchthaven vertrekken alle grote vliegmaatschappijen en bovendien is op de Engelse markt veel meer concurrentie waardoor vliegticketprijzen aantrekkelijker zijn dan in Spanje of Nederland.
De vijf weken in Spanje vlogen om. We liepen beiden een fikse verkoudheid op die bijna over is. Het weerzien met enkele van onze vrienden was hartverwarmend. We zijn weer bijgepraat. De nieuwe Belgische bakker-op-loopafstand blijkt een kassukses: inmiddels sta je als klant dagelijks in de rij. De zon was weldadig, de Spaanse tapas en schaaldieren smaakten mij goed, evenals de tongstrelende nieuwe oogst van Marques de Cáceres. Ik zal dat alles voor even moeten missen.

Vlakbij de Londense luchthaven boekten wij een hotelkamer voor één nacht. We gaan genieten van een middag en avond in de Britse hoofdstad. Er liggen veel van mijn voetstappen in deze metropool daar mijn werk zich er enkele jaren afspeelde. Het voelt dus nog steeds een beetje als 'thuiskomen'. Er is momenteel een boeiende expositie in het Natural History Museum over seksueel dierengedrag ('Sexual Nature') die ik als dierenvriend graag wil zien en er is een overzichtstentoonstelling van beroemde dierenfotografen. Ook een schot in de roos. Bovendien vind je veel goede restaurants in de buurt van South Kensington dus het zal gemakkelijk zijn het nuttige met het aangename te verenigen.

Zodra wij permanent op het Spaanse honk zijn teruggekeerd, zullen we aan een kleine verbouwing in de huiskamer en een upgrade van de keuken beginnen. Het plan ligt klaar, de klus is doorgesproken met de klusjesman. In de afgelopen weken onderzocht ik tevens de wi-fi-mogelijkheden in en om het huis. Er vestigden zich in onze afwezigheid vele aanbieders van draadloze internetdiensten in de omgeving. Ook aan de Costa Blanca gaat de vooruitgang door, ondanks de financiële crisis. Ik las overigens dat het Spaanse bruto nationaal product ietsepietsje steeg in het vierde kwartaal van 2010. Dat is goed nieuws.

Wat ook goed nieuws is uit Bali, is dat Elsa beviel van een jongetje. Over drie maanden krijgt hij zijn naam, geheel volgens Balinees gebruik. Moeder en baby maken het goed. Voorlopig blijf ze thuis om hem te verzorgen. Zij vond 1 week zwangerschapsverlof meer dan voldoende, wij niet. De huishouding blijven we dus even zelf doen, maaltijden zullen een beetje van onszelf en een beetje uit Lovina komen.
Trotse vader Ketut meldde zich bij ons via mail. Iedere Balinees zal met hem verguld zijn dat ook het tweede kind van het mannelijk geslacht is. Aan jongens wordt in de Hindoeïstische cultuur meer waarde toegekend dan aan meisjes. Elsa vindt dat -net als ik- volstrekte onzin; zij wilde dan ook graag een meisje.
Ketut is minder gelukkig met zijn werk. Na vier maanden heeft hij het nog niet naar zijn zin aan boord van het cruiseschip Regent Seven Seas. De maaltijden vindt hij onverteerbaar. Hij schreef dat hij zich in leven houdt met boterhammen, melk en fruit. Ik erger mij plaatsvervangend aan het feit dat het Amerikaanse management geen oosterse maaltijden laat bereiden voor het overwegend aziatische personeel. Hij schreef mij dat hij er sterk naar verlangt begin juli van boord te gaan. Momenteel cruist hij in de wateren rondom de Britse Maagdeneilanden. Lekker warm en mooi groen. “Just like Bali.”

We zijn klaar voor de terugkeer naar Bali. De koffer is gepakt. Er zitten slechts 2 kledingstukken in en toch is die vol. Ra-ra? Jawel, kadootjes en koffiecups. En homoapatische producten van Dr Vogel; tegen 'oleadas', voor diepe nachtrust.
We trekken de deur achter ons dicht en gaan. Zo’n vertrek is vele malen zorgelozer dan weggaan uit een villa met personeel in Noord-Bali!

Ik verheug mij op het dagelijkse leven in de tropische zon. Een Zweeds oncologieteam onderzocht en stelde vast dat mensen die regelmatig vitamine D opdoen (zon) langer leven. Ik heb veel zin om weer in het eigen semi-Olympische zwembad te liggen, in mijn nieuwe Butterfly-pak. Naar verluid doet tuinman Putu heel goed werk: het zwemwater is nog steeds glashelder. Dat is een prestatie van formaat in het tropische regenseizoen. Tot over een paar dagen, bloggend vanuit Noord-Bali (leo dovente).



zaterdag 12 februari 2011

Life in a day

Toen ik drie jaar geleden besloot te gaan bloggen, dacht ik niet lang na over een blogtitel. Ik koos voor 'A day in the life...' omdat ik via mijn weblog impressies wilde geven van dagen uit het leven van een reislustige Hollandse. Dat werd dan ook mijn ondertitel. Voorafgaand aan dat besluit vroeg ik mij lange tijd af of ik het wel moest doen. “Wie zit er in godensnaam te wachten op mijn geblog?” Omdat ik nu eenmaal reislustig ben, hadden de blogs in eerste instantie een communicatieve functie. Het is een uitstekend medium om familie, vrienden en kennissen op de hoogte te houden van mijn (en ons) reilen en zeilen terwijl ik weg ben. Maar bloggen werd in de loop der tijd een steeds serieuzere bezigheid. Zo voel ik mij thans verantwoordelijk voor tijdige en onderhoudende blogs. Soms voelt deze hobby aan als werk.

Op 24 juli 2010 stuurden duizenden mensen van over de hele wereld video's over hun leven naar YouTube. Zij werkten zo mee aan een historisch cinematografisch experiment: een film over één enkele dag op aarde. Waar dan ook. De film, die werd gemaakt door producent Ridley Scott (niet de minste!), ging onlangs in première en ruim 25 miljoen mensen bekeken het eindproduct inmiddels online.
De inzendingen van een handjevol Nederlanders werden opgenomen in deze internationale film: een krantenjongen met zijn tas, een meisje in een hangmat, een man die zijn nieuwe camera uittestte en per ongeluk een prachtige opname schoot van een vliegtuig dat voor de volle maan vloog en een lerares die aan de camera toevertrouwde wat haar grote levensangst is: verlaten te worden door haar partner om sex...
Het filmteam had haar fragment uit duizenden inzendingen gekozen. Waarom? Ik weet het niet. Misschien wel omdat het zo’n intiem moment was? Wellicht is haar angst universeler dan menigeen wil toegeven. De vrouw werd door de Nederlandse TV geïnterviewd en vroeg zich achteraf hardop af wat nu precies de relevantie is van haar zelfgefilmde biecht. Voor spijt is het nu te laat maar ze zat er monter bij.

Welnu, in dat kader het volgende. Als je al bijna een jaar lang 50 jaar bent, krijg je als persoon van het vrouwelijke geslacht te maken met pieken en dalen in de hormonenhuishouding. HH maar er valt weinig te lachen, wat mij betreft. Deskundigen noemen dit 'de overgang' en dat is het. Zodanig zelfs dat ik eerder geneigd ben het 'de neergang' te noemen... Zelf heb ik geen last van ongewenst rode konen of rode vlekken in de hals. Ook staat het zweet niet op mijn bovenlip, zoals bij een vriendin die mij dat recent mededeelde. Het enige zweet dat op mijn bovenlip ontstaat, is wanneer ik onkruid wied in de tropische tuin op Bali. Iets waaraan ik volgende week weer hoop te beginnen. Ik las dat sterk gekruide gerechten opvliegers kunnen uitlokken. Ik kan Elsa toch moeilijk vragen voortaan voor mij Hollandse stamppotten te bereiden?!

In mijn geval jagen vooral 's nachts hittegolven door het lichaam. Die hitte blijft echter binnen, die uit zich niet in transpiratie; een bevreemdend gevoel dat mij wakker houdt. Ik heb mij laten vertellen dat er vrouwen zijn die helemaal geen nachtrust meer kennen door al dat lichamelijke gedoe. Ze komen 's ochtends hondsmoe uit bed, hebben geen energie om naar hun werk te gaan of aan gezins- of sociaal leven deel te nemen. Hun leven raakt compleet ontwricht. Het vrouwenlichaam schreeuwt om hormonen dus hormoonpreparaten slikken is het enige dat baat, met mogelijk kwalijke gevolgen. Geen optie dus.
Mijn liefje, die ouder is dan ik en daarom mijn toestand als een déjà-vu ervaart, adviseerde mij de opvliegers niet te weerstaan. Sterker nog: ze stelde dat ik ze moet omarmen. Ik keek haar meewarig aan. “Is dat alles qua advies?!” Ik weet dat het geen zin heeft je ertegen te verzetten. Verstand en de overgang komen met de jaren.

Toch zou er iets tegen moeten kunnen worden gedaan. Enkele weken geleden hoorde ik een wetenschapper uit de medische wereld verklaren dat menselijke onsterfelijkheid in 20 jaar een feit zal zijn. Als men dit daadwerkelijk kan bewerkstelligen, heb ik nog een ander verzoek.
Als je als -jonge- vrouw op enig moment serieus besluit geen nageslacht te gaan voortbrengen, zou je een knop in je lichaam moeten kunnen omzetten. Daarmee komt dan allereerst de maandstonde tot een einde. Dat scheelt al een flinke slok op een borrel. Ik rekende uit dat een vrouw grofweg tussen de 3 en 4 jaar van haar leven voltijd menstrueert. Als ik terugdenk aan al die weken lichamelijk ongemak en discomfort, 'de ongelukjes' en de daarmee samengaande genante momenten, de kosten van hygiënische middelen... Om nog maar te zwijgen over de psychische schade aan derden door eigen stemmingswisselingen. Veelgevraagd aan iemand die zich niet wenst voort te planten! Dientengevolge zouden we dan ook geen overgang hoeven doormaken. Zo’n keuze lijkt mij dan ook niets teveel gevraagd. Als die dag toch eens zou komen.

dinsdag 8 februari 2011

Lang leve de vetverbranders!

De vaste bloglezer herinnert zich waarschijnlijk dat mijn liefje extreem allergisch is voor schaal- en schelpdieren. Dit euvel brengt met zich dat schaal- en schelpdieren thuis niet in maaltijden worden verwerkt. Dergelijke gerechten nuttig ik uitsluitend buitenshuis. Vertoevend aan de Spaanse kust is dat geen enkel probleem: in alle restaurants staan gamba’s, langoustines, mosselen en dergelijke op de kaart. Ik ben dol op alles (in en) uit de zee al zijn haaievinnen en bepaalde soorten tonijn taboe. We eten zeedieren die niet met uitsterven wordt bedreigd maar gekweekte varianten laten wij ook links liggen. Dan maar niet. Nog beter is het geen dieren te eten; ik weet het... Waarom ik niet vegetarisch eet? Een pijnlijke vraag voor een dierenvriend, met een nog pijnlijker antwoord: omdat ik erg geniet van een stukje vis of vlees. Tijdens een aantal jonge jaren was ik vegetariër maar ik wil op dat vlak geen geheelonthouder (meer) zijn. Wel houden wij ons wekelijks aan tenminste één diervrije maaltijddag.

In de afgelopen dagen hadden wij zeer onderhoudend bezoek uit Nederland en het werden dan ook in alle opzichten zonnige dagen. De zon stond letterlijk hoog aan de hemel; zonnecrème was al die dagen hard nodig. Desalniettemin keerde Bernadette met een brillegezicht huiswaarts. Zij houdt van zon, zee en schaal- en schelpdieren. Alhoewel ik het nooit een probleem vind in mijn eentje van dergelijke zeevruchten te genieten, is het leuker dat samen te doen. Gedeelde pret is immers dubbele pret.
Na een fikse wandeling stonden we het onszelf toe ons met een hapje en een drankje te verwennen. We aten elke dag met genoegen onze portie vetverbranders.
In de überSpaanse badplaats La Ribera kozen wij onder andere superverse gambas rojas (rode garnalen) als lunchgerecht en in universiteitsstad Murcia kwamen mejillones con salsa verde (mosselen met groene saus) op tafel. Heerlijk! We liepen dagelijks stijf van de knoflook rond maar niemand had er last van, zelfs mijn liefje niet die zich bediende van patatas bravas en inktvisringen; ook die tapas worden met ettelijke tenen bereid. Knoflook wordt hier nu eenmaal in alles verwerkt. Een glaasje rosé uit Rioja en Navarra of een bokaal tinto de verano (rode zomerse, een soort koude glühwijn) maakten de lunch compleet.

Dit rondje door de provincies Alicante en Murcia was interessant. De boulevard in de kustplaats Torrevieja wordt momenteel deels gerenoveerd en er worden palmbomen bijgeplaatst. Langs de binnenhaven van de stad Alicante worden bijzondere gebouwen en traditionele vissershuisjes opgeknapt en is het aantal ligplaatsen voor boten uitgebreid. De binnenstad van Murcia was deels autovrij gemaakt en overzichtelijker geworden. Het hoogtepunt was voor mij echter het betreden van het casino van Murcia. Al vele jaren was het gebouw aan de calle Trapería, vlakbij de grote kathedraal, gesloten vanwege grootschalige renovatie. Elk afgelopen jaar -behalve in 2010- stond ik tevergeefs hoopvol op de stoep, popelend om het nieuwe interieur van het gebouw met eigen ogen te zien. Tot nu.

Na de verbouwing mag het monumentale pand zich koninklijk noemen, ‘El Real Casino de Murcia’. Het gebouw is een mengelmoes van stijlen en sferen: moors, castilliaans, neo-barrok, neo-klassiek, rococo. Je vindt er tevens kristallen koepels, beschilderde plafonds, parketvloeren met ingewikkelde patronen, enorme kroonluchters, art déco-lampen, allegorische schilderijen en andere kunstuitingen. Vooral de Arabische patio vind ik prachtig. Je waant je in het voorkamertje van het Alhambra van Granada in de zuidelijke provincie Andalucía. Op de tegels rondom staat weliswaar dat niets groter is dan Allah maar architect Pedro Cordán Martínez en decorateur Manuel Castanos mogen zich ook scheppers van formaat noemen. De Engelse bibliotheek, de balzaal en de blauwe patio zijn tevens een bezoek waard. Tijdens onze excursie waren enkele ontzagwekkende (soms zelfs afschrikwekkende) heiligenbeelden te zien die zullen worden gebruikt in de processies tijdens de semana santa van Murcia, de heilige week rondom Pasen. Voor de meeste katholieke Spanjaarden is dit waarschijnlijk de belangrijkste week van het jaar. We maakten er velen mee maar dit jaar zullen we het spektakel missen.

Mijn liefje en ik moeten het thans helaas weer zonder gezelschap stellen al liet Bernadette ons achter met veel leesvoer: de Volkskrant mét Meulendijks-puzzel en enkele opiniebladen. Volgende week gaan onder andere de nieuwe romans van Herman Koch ‘Zomerhuis met zwembad’ en Yann Martel ‘Beatrice en Vergilius’ mee in de koffer naar Bali. Plus een nieuw Arena-sportbadzwempak, genaamd Butterfly (“for the feminin look”), één maatje kleiner... ¡Viva los mariscos!



woensdag 2 februari 2011

Kleine wereld

Eind deze week krijgen we bezoek van vriendin Bernadette. Wij ontmoetten haar vijf jaar geleden op Fraser Island, het grootste zandeiland ter wereld. Zij was bezig aan een wereldreis van een jaar die bijna was afgerond, mijn liefje en ik begonnen net aan onze wereldreis van een half jaar. Ik herinner mij nog goed hoe wij elkaar ontmoetten. We staken met een ferry vanaf de oostkust van Australië over naar Fraser Island en stapten daar in een speciale truck die was toegerust om op een zandeiland te rijden. Mijn liefje en ik stapten in een reeds vollopende bus, verwachtend in een uitsluitend Engelssprekend gezelschap terecht te komen. Het bleek een gevarieerd reisgezelschap: jong en oud, mannen en vrouwen, Duitsers, Zwitsers, Britten, Hollanders en Australiërs. Mensen op wereldreis, huwelijksreis, gap year. Eenmaal gezeten, moest iedereen zich kort introduceren. In Bernadette’s uitstekende Engels meende ik een Nederlands accent te horen doorklinken. Dat bleek te kloppen. Het verbaast mij nooit: medelanders tref je overal ter wereld aan. Die vliegende Hollanders maken de grote aardbol tot een kleine wereld.

De rondreis op Fraser Island werd om een aantal redenen memorabel: voor het eerst van mijn leven zag ik dingo’s in het wild, gingen Australiërs de zee in terwijl ik haaien in de branding zag zwemmen, wandelde ik tegen bewegende duinen op. Niet alleen ontmoetten wij Bernadette, ook de kiem voor een vriendschap met de Australische Claire en July werd daar gelegd. Eenmaal terug op het Australische vasteland gingen onze wegen uiteen. Bernadette maakte haar wereldreis af en ging in Nederland aan de slag in een nieuwe baan. Enkele weken later bezochten wij Claire en July in hun huis in Sydney en dat bleek een bijzonder hartelijk weerzien (dat inmiddels werd herhaald).

Zes maanden later zagen wij Bernadette terug in Nederland. Ze zocht ons op toen wij in Kijkduin kampeerden en vele gezellige ontmoetingen volgden. Zij en ik zijn tamelijk gelijkgestemd. We houden allebei van lezen, van lekker eten, van een goed glas wijn en van muziek. We zijn beiden ambitieus, competitief, goed van de tongriem gesneden en ondernemend. Zij heeft een aansprekend gevoel voor humor en haar hart zit absoluut op de goede plek. Bernadette was bij ons in Bali toen ik het trieste bericht kreeg van Nelly’s overlijden. Dat schiep een extra band.
Ze komt ons dus binnenkort aan de Costa Blanca bezoeken en alle partijen kijken ernaar uit. Het goede nieuws is ook dat het weer hier in de komende dagen sterk verbetert: tijdens haar bezoek wordt voorspeld dat het hier rond 20 graden Celsius wordt. We gaan van de zon genieten, wandelen, lekker eten en vooral bijpraten.

Afgelopen weekend was het hier zonnig, zacht weer dus mijn liefje en ik gingen erop uit. We zegen rond de lunch neer bij restaurant Mediterranéo, gelegen aan het strand van El Mojón. Daar eet ik tot nu toe de lekkerste 'almejas à la marinara': schelpen in dubbel getrokken visbouillon; Yummie! Het gemeentebestuur van dit typisch Spaanse kustdorp investeerde circa € 1.5 miljoen om de plaatselijke kustlijn en het wandelende duingebied in natuurlijke staat te restaureren. Er kwamen teakhouten wandelpaden waarvan de wandelaar niet wordt geacht af te wijken. Overal zag ik jonge aanplant van bijzondere duingewassen. Het gebied is bovendien een vogelwalhalla.

Toen we na de lunch een lange strandwandeling maakten, zag ik grote en kleine bollen van zeegras liggen in de branding. Ik vond het een mooi gezicht. De bollen deden mij sterk denken aan de 'boulders' die ik aantrof in de kustplaats Moeraki op het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland. Maori’s geloven dat het resten zijn van het lichaam van een voorvader die een kano aanvoerde die vervolgens verging. Volgens wetenschappers zijn de bollen het gevolg van erosie. Sommigen stralen van binnenuit. Ze lijken sprekend op hun Spaanse collega’s. Met recht een kleine wereld.