Met mijn hoogbejaarde moeder gaat het comme ci
comme ça. Ze kwam tijdelijk in een verzorgingstehuis
terecht met zorgprofiel x maar zij ging in de afgelopen weken fysiek verder achteruit.
Binnenkort wordt een nieuwe zorgindicatie bepaald. Ze heeft inmiddels permanent
intensieve zorg nodig dus haar indicatie zal worden verhoogd. Op basis daarvan
zal een ander tehuis voor haar worden gezocht. De zorginstelling waarin ze
thans verblijft, functioneert op christelijke grondslag. Alhoewel noch mijn
moeder, noch mijn zussen en ik religieus zijn, waarderen we de zorg en aandacht
van deze organisatie. Mensen laten daar nog hun hart spreken dus we hopen dat
ze in een van hun tehuizen kan blijven.
Mijn moeder zit weliswaar in een goed tehuis maar
niet op de juiste afdeling en dat zien alle betrokkenen; zijzelf in de eerste plaats.
Afgelopen weekend zei ze tegen mijn zussen dat ze zit tussen “knet-ter-gek-ke mensen” (de nadruk komt van haar). Zij
kwam tijdelijk terecht op de afdeling met zwaar demente bejaarden met wie geen
conversatie mogelijk is; dat constateerde ik zelf toen ik haar in maart bezocht.
Die personen leven grotendeels in hun eigen wereld, maken nauwelijks of geen
contact met anderen. Mijn moeder is (nog?) niet in die situatie en ze heeft er last
van. Wij wensen haar het allerbeste toe, onder andere huisgenoten met wie ze
een praatje kan maken!
De afgelopen weken waren niet gemakkelijk voor
mijn zussen. Mijn moeder moppert regelmatig op hen, terwijl de meisjes doen wat
ze kunnen. Zelfs meer: een van hen heeft een drukke baan en is bovendien herstellend
van een serieuze operatie, de ander heeft geen baan, wel tijd maar weer geen
eigen vervoer. Ook zij moet zichzelf in acht nemen. Een narrige moeder bezoeken
is dan ook niet gemakkelijk. Zelf woon ik op 2.000 kilometer afstand dus ook
dat schiet niet op.
De verzoenende momenten worden thans door boze
buien overschaduwd. Mijn zussen krijgen regelmatig een spreekwoordelijke draai
om hun oren. Als mijn zussen voorstellen iets te ondernemen, worden ze
terechtgewezen, als ze aan mijn moeder vragen of ze hun wekelijkse bezoeken op
prijs stelt, worden ze afgesnauwd. Wekelijks worden ze voortijdig naar huis gestuurd.
Goede bedoelingen worden gewantrouwd of verkeerd uitgelegd, hoe ze ook hun best
doen. Verzorger Jan van het tehuis meldde dat zij tegen hem eveneens
onhebbelijk gedrag begint te vertonen.
Dit is een belangrijke week voor mijn moeder en
ons. Allereerst omdat voor haar een nieuwe rolstoel wordt aangemeten. We hopen dat
ze binnenkort beter zal zitten, dat dit bijdraagt aan haar welzijn en zal
leiden tot iets meer inschikkelijkheid…
Vorige week werd zij fysiek onderzocht, als
onderdeel van de nieuwe zorgindicatiestelling. Deze week krijgt zij bezoek van
een psycholoog die haar geestelijke gezondheid zal beoordelen. Graag zou ik op
zo’n moment een vlieg aan de wand zijn, stiekem meeluisterend naar de vragen
van de psycholoog en de antwoorden van mijn moeder. Niemand van de familie mag bij
dat gesprek aanwezig zijn; naar verluidt voorkomt men zo dat de ondervraagde door
naasten wordt beïnvloed. Ze is dus geheel aan zichzelf overgeleverd. De
uitkomst van dat gesprek bepaalt niet alleen haar geestelijke gesteldheid maar ook
de zorginstelling waar ze (definitief) terechtkomt.
Mijn zussen pepten hun moeder op eigen wijze op: “je moet wel je best doen; jouw gedrag bepaalt waar je hierna terechtkomt.” (No pressure, mam.) Ze namen ook
nog quizvragen met haar door… de minister-president van Nederland heet Rutte en
het is nu lente. Af en toe lachen we onze zorgen weg tijdens een skypesessie. Ik
weet zeker dat mijn moeder haar uiterste best zal doen, zich van haar aardigste
kant zal laten zien en haar krantenkennis tentoon zal spreiden, vooropgesteld
dat het tehuis haar geen kalmeringspil toedient!
Als familie hebben we op een later moment
gelegenheid de vragen, antwoorden en conclusies te lezen in het verslag. Eventueel
kunnen we bezwaar aantekenen. Daarna is het wachten op de zorgindicatie en de
implicaties die dat heeft. Misschien krijgen we te maken met een wachtlijst? Wellicht
krijgt mijn moeder een eigen kamer die ruimte biedt aan meer persoonlijke
spullen uit haar voormalige woning; dat zou prettig voor haar zijn. Dat tehuis wordt
letterlijk het laatste station in haar leven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten