Translate

donderdag 3 maart 2016

Terug naar de kust

Er wordt flink gefröbeld in huize Barefoot! De droge schelpenberg schreeuwt om verwerking, graag haal ik de zee in huis. In de afgelopen maanden raapte ik van alles op van de stranden die we tijdens onze rondreis door Australasia aandeden. Van Whitehaven Beach (Queensland) dat we in december met Bernadette bezochten, bracht ik een hoopje zand mee. Dat zandstrand is samengesteld uit silicakristallen, het kleeft als poedersuiker aan de voeten en knispert als je erop loopt. De zandlaag knapte onder mijn gewicht. Barefoot on Whiteheaven Beach was een onvergetelijke ervaring. Naar verluidt, is dit het witste zand ter wereld. Het staat in een piepklein potje met Australische vlagsticker in mijn vitrinekast.

Beauty is in the eye of the shellholder...
Het rapen begon pas goed tijdens de rondreis door Tasmanië. Gedroogd strandspinifex, kelpwortels, eikapsels, gedroogde zeesterren, droge sponzen in verschillende kleuren en vormen en grote (dode) schelpen. Ik was uiterst content. De South Pacific Ocean, ook wel de Tasmanzee genoemd, is onstuimig dus je vind hier vooral dikke schelpen; ze moeten tegen een stootje kunnen. Ik raap schelpen met levende weekdieren erin wel op maar die worden netjes in zee teruggeplaatst.
In Sri Lanka, aan de Indische Oceaan, vond ik vooral dunnere schelpen. Hier raapte ik fraaie zeesponzen en verschillende soorten dood koraal. Een van de interessantste strandvondsten was een plastic waaier -als een accordeon- waar elke holte was gevuld met levende jonge oesters. Ik trof het ding aan op het strand tegenover Pigeon Island, aan de oostkust van Sri Lanka. Die dag stonden er hoge golven en ik denk dat het systeem daardoor losraakte (links bovenin de fotocollage). Aan die kust wordt op oesterparels gedoken. Het waren jonge oesterschelpen, ze hadden nog een tijd te gaan dus ik legde het gevaarte terug in het water.

Overigens vond gisteren 800 kilometer ten zuidwesten van het Indonesische eiland Sumatra een aardbeving plaats op 10 kilometer diepte. De beving was aanvankelijk geschat op 8.3 op de schaal van Richter maar werd later terug geschaald naar 7.9. Nog steeds geen kattenpis. De schok werd gevoeld in Singapore en Kuala Lumpur. Naar verluidt, brak paniek uit in Indonesië. Er kwamen officiële tsunamiwaarschuwingen voor de archipel en voor West-Australië maar over Sri Lanka werd niet gerept. Dit eiland ligt weliswaar niet aan de Ring van Vuur maar toch zeker in de buurt, omgeven door uitsluitend water. Als je op de kaart kijkt, zie je dat het dichter bij het epicentrum van de beving ligt dan de westkust Down Under. Kasian. De waarschuwingen werden twee uur later ingetrokken. Volgens Heronimus Guru (wat een naam!), de vice-COO van het National Meteorological Agency "there are some who have died". Ik vraag mij af hoe lang hij nog vice zal zijn met zulke onnauwkeurige mededelingen. Een mensenleven meer of minder maakt kennelijk niet uit. Tja.  

Gedurende mijn leven als schelpenverzamelaar ontwikkelde ik een voorkeur voor pecten en kauri’s. Pecten zijn dubbelkleppige schelpen, kauri’s zijn behuizingen van zeeslakken die in vele culturen als munt werden gebruikt. Mijn liefje werd in de loop van de tijd eveneens een volleerd raapster. Haar hand is de meest gefotografeerde in de familie. Ik zag haar tijdens de reis regelmatig denken… ‘Alweer geraapt? En we hebben er al zoveel in en om het Spaanse honk’. Tja. Met een deel van de vondsten ging ik creatief aan de slag. In een doe-het-zelf-winkel kocht ik een kleine boor met fijne boorkop om gaatjes in de schelpen te boren en mijn solidaire liefje sprokkelde hout op een van haar Fitbit-wandelingen over het bospad van Las Colinas. De 10.000 stappen worden dagelijks gezet, soms vergezel ik haar. Het werden stoere en verfijnde schelpenmobiles voor op het terras en elders.

Gisteren wandelden we met 26 graden Celsius in t-shirt langs de Mar Menor, de kleine binnenzee op steenworp afstand van ons huis. San Pedro del Pinatar is een veel bezocht dorp dat bekend staat om zijn baño de lodo (natuurlijke modderbaden). Het dorp wordt momenteel klaargestoomd voor de grote stroom Spaanse toeristen die hier jaarlijks de paasvakantie komen doorbrengen. De houten vlonders naar de baden werden opgeschilderd, net als de houten bankjes aan de wandelboulevard. Er wachtte ons nog een verrassing. Ook de Molino de Quintín die aan het begin van de Paseo Maritimo staat, is geheel gerestaureerd. De molen was voor ons vertrek nog in bedenkelijke staat: het houten dak was deels ingestort, de wieken waren afgebroken of verdwenen, de verf bladerde af, het stucwerk was hier en daar kapot. De molen die nog over een werkend mechanisme beschikt, staat er nu keurig bij! Drie kilometer verderop, ook aan de Paseo Maritimo, staat de tweede plaatselijke molen, Molino de Calcetera, wachtend op zijn restauratie.

Wij lunchten bij La Venezuela, dat wij De Tonnetjes noemen omdat je op het terras op krukken rondom oude wijnvaten zit. We namen er menig vriend mee naartoe. Het buitenterras was nog niet open dus wij besloten binnen aan de zeevruchtenbar te gaan zitten. De gambas blancas waren om te zoenen zo vers... ze werden die ochtend uit de Mar Menor gevist. In de Spaanse krant La Verdad las ik dat deze week aan de universiteit van Murcia het internationale symposium Eurolag 2016 plaatsvindt over het wel en wee van kustlagunes, rondom de Middellandse Zee. Wetenschappers uit de zinkende lagune van Venetië zijn van de partij en de Nederlandse professor dr Herbert Hummel van het NIOZ is een van de key note-sprekers van het congres. Men praat over experimenten die men in de lagunes doet, over de gevolgen van toerisme en klimaatverandering op die (soms fragiele) ecosystemen. Wij koesteren ‘onze’ Salinas en Mar Menor.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten