Het is vandaag Internationale Vrouwendag. Anno
2016 is het tijd voor een vrouwelijke president van de Verenigde Staten van
Amerika. Het zal niemand verbazen als ik schrijf dat ik voorstander ben van
Hillary Clinton als president. Ik herinner mij dat mijn vriendin Nelly, haar Diederik,
mijn liefje en ik, acht jaar geleden in Spanje voor de buis zaten en keken naar
de Amerikaanse presidentverkiezingen waarin Barack Obama het met Joe Biden opnam
tegen John McCain en Sarah Palin. Mijn hemel, wat vond ik Palin verschrikkelijk…
Nelly, mijn liefje en ik waren ervan overtuigd
dat Obama zou winnen en daarmee de eerste zwarte president in de geschiedenis
van het land zou worden. Diederik twijfelde daaraan. We hielden een onderlinge poll
die mijn liefje won. Als prijs mocht zij bepalen in welk restaurant we de
eerstvolgende keer zouden gaan lunchen. (Nelly bepaalde het uiteindelijk.) De
rest is geschiedenis, ook wat betreft mijn vriendschap met Nelly; het zou de
laatste keer zijn dat we samen waren. Ze overleed in januari 2009.
Ik haal nog maar eens enkele strofen uit een liedtekst
van de gerespecteerde Nederlandse feministe Joke Smit (1933) uit de
mottenbollen. Smit volgde het Christelijk Gymnasium, ging Frans studeren, was
na haar studie journaliste en wetenschappelijk medewerkster. Ze schreef
ettelijke artikelen vanuit feministisch perspectief, stond aan de wieg van de
tweede feministische golf in Nederland. Smit schreef de tekst in 1981,
hetzelfde jaar waarin ze overleed. Het is toevallig maar ze werd net zo oud
als Nelly. Beide getalenteerde en betrokken vrouwen hadden nog zoveel willen en kunnen doen!
Er is
een land waar vrouwen willen wonen
Waar onrecht niet als een natuurgegeven wordt beschouwd
Waar dienstbaarheid niet toevalt aan een sekse
En niet vanzelf een man de leiding houdt
Waar moeder niet hetzelfde is als huisvrouw
Waar steeds opnieuw wordt nagegaan wie zwak zijn en wie sterk
Waar allen zorgen voor wie hulp behoeven
En ’t brood verdienen met maar vijf uur werk.
Er is een land waar mannen willen wonen
Waar jongens van de plicht tot flink en stoer doen, zijn bevrijd
Waar niemand wint ten koste van een ander
En man-zijn ook betekent zorgzaamheid
Waar angst en rouw niet weggemoffeld worden
Waar mannen zonder baan niet denken dat ze minder zijn
Waar vrouw en man elkaar niet hoeven haten
Maar eindelijk bondgenoten kunnen zijn.
Waar onrecht niet als een natuurgegeven wordt beschouwd
Waar dienstbaarheid niet toevalt aan een sekse
En niet vanzelf een man de leiding houdt
Waar moeder niet hetzelfde is als huisvrouw
Waar steeds opnieuw wordt nagegaan wie zwak zijn en wie sterk
Waar allen zorgen voor wie hulp behoeven
En ’t brood verdienen met maar vijf uur werk.
Er is een land waar mannen willen wonen
Waar jongens van de plicht tot flink en stoer doen, zijn bevrijd
Waar niemand wint ten koste van een ander
En man-zijn ook betekent zorgzaamheid
Waar angst en rouw niet weggemoffeld worden
Waar mannen zonder baan niet denken dat ze minder zijn
Waar vrouw en man elkaar niet hoeven haten
Maar eindelijk bondgenoten kunnen zijn.
Ik ga ervan uit dat de 68-jarige Clinton
afstevent op de Democratische nominatie. Dienstbaarheid, moeder, huisvrouw,
zwak, vijf-urige werkdag: het zijn begrippen die niet passen bij Hillary. Niks shoppen met dochterlief en oppassen op haar enige kleinkind. Ik
zou niet (meer) in haar schoenen willen staan al kan ik mij voorstellen dat je gaat
voor de overwinning als je zo dicht bij het -wellicht voor haar- hoogst
haalbare komt. Ik vrees dat de eindstrijd zal gaan tussen haar en Donald Trump.
Bondgenoten zullen die twee niet worden; deskundigen verwachten een dirty campaign.
Momenteel lees ik het boek ‘TrumpNation: the Art of Being The Donald’ van Timothy O’Brien dat
in oktober 2015 verscheen. De titel is een knipoog naar Trump’s eigen bestseller
‘The Art of the Deal’ (2004). O‘Brien is een gelauwerd journalist die werkte
bij de New York Times en de Huffington Post. Hij volgde Trump gedurende tien
jaar en schreef het boek “that
launched a $5 billion lawsuit. For anyone terrified of what life might be like
under President Trump, this biography offers a probing account of the man
behind the hype.” Aldus de eerste bladzijde van de biografie.
Toen
het boek verscheen, klaagde Trump hem aan voor het feit dat O’Brien hem miljonair
noemde; dat was smaad in de ogen van The Donald. Hij hield namelijk bij hoog en
bij laag vol dat hij miljardair was. Moet je je voorstellen?! De rechter stelde Trump in het ongelijk.
Stoer en vol bravoure, winnen ten koste van een
ander, vrouwen zijn er om te behagen, mannen zonder baan zijn losers. De wereld
van Joke Smit kan niet verder afstaan van die van Trump. Over de top, lomp en controversieel is hij opdat de pers over hem schrijft. Een publiciteitsjunk.
Zijn vocabulaire is heel beperkt: het gaat over winnen en verliezen, doing
great and doing bad en om geweldige en verachtelijke mensen. Het is Logica van
de Korte Bocht aldus Michael Persson in een artikel in de Volkskrant.
Donald John Trump wordt in 1946 geboren met een gouden
lepel in zijn mond: vader Fred was projectontwikkelaar voor, tijdens en na de
Tweede Wereldoorlog en werd daarmee miljonair. Als jonge vent stapt hij in de
voetsporen van zijn vader maar snel ontwikkelt hij een andere stijl: die van bravoure
en van glitter & glamour. Hij bouwt een indrukwekkend portfolio op van onroerend
goed (Trump Tower, Plaza Hotel, casino’s in Atlantic City, Trump International
Hotel, Trump Air, boten, golfbanen, penthouses en nog veel meer) uitsluitend met
geleend geld. Hij vindt zichzelf geweldig, is van mening dat de Trumps genetisch
boven de rest uitsteken, ziet neer op minder bedeelden, is machtshongerig, neemt
onverantwoorde risico’s met andermans geld, liegt over zijn vermogen, maakt zakenvijanden
en is is xenofoob, heeft diep respect voor de bankensector (die hem hielp toen
bankroet dreigde) en zo kan ik nog wel even doorgaan. Op geen enkel moment in
het boek zie ik het goede van de man. Zo’n monomaan figuur kan toch geen
president worden?! I am ready for Hillary, al is ook zij niet onomstreden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten