Translate

donderdag 3 maart 2022

Het PVC-paardje

“Het is een onomfloerst erotisch gerecht: een gehalveerd kwartelei, omsloten door de halfdoorschijnende lippen en een lichtgestoomde Deense blauwe mossel, het nog nét vloeibare eigeel zichtbaar door haar langwerpige opening. [..] We hebben hiervoor een warme krabbenbouillon gedronken uit een ‘flacon’ van twee krabbenpantsers die waterdicht aan elkaar geplakt zijn met bijenwas en genoten vervolgens een sprankelende salade van sappig zoet krabbenvlees in fruitige en romige hazelnotenmelk. Gang vier en de ogen zijn al nat.”

Dit schreef culinair recensent Joël Broekaert onlangs in NRC na zijn bezoek aan het beste restaurant ter wereld: Noma in Kopenhagen. De bofkont was uitgenodigd voor een gratis voorproeverij van het Ocean Menu '22. Voor slechts €630 per persoon mogen mindere goden ervan genieten. (Mijn liefje en ik aten ooit in dit restaurant…) Maar hier wil ik niet naartoe, qua onderwerp. Wij zijn tegenwoordig al blij met ons lokale restaurant The Fish Bowl dat op 1 maart j.l. weer de deuren openzwaaide na een kleine verbouwing en vernieuwing van de kaart. Vissenkom 2.0 zeg maar. Komend weekend gaan wij daar hopelijk zelf weer culinair genieten met vrienden. 

Door de vermaledijde oorlog van Poetin in Oekraïne viel de belangrijke VN-Milieuconferentie van de afgelopen dagen in Nairobi (Kenia) in het water. Het door plastic zwaar vervuilde water... Dit is het verhaal over een wondermateriaal dat wereldprobleem werd. Van grondwatervervuiling tot de verspreiding van microplastics in zeeën en oceanen; plastic afval werd een probleem dat door de wegwerpproducten die werden gebruikt om de coronapandemie te bestrijden, nog eens verergerde. Dat plastic vult oceanen en stortplaatsen. Het zit in ons voedsel en ons drinkwater, in onze lucht en onze lichamen. 

Circa 8 miljard kilo plastic belandt jaarlijks in onze oceanen. 80% van dat plastic komt via land in rivieren terecht en stroomt zo naar open water. Plasticvervuiling groeide in de afgelopen decennia uit tot een ware epidemie in de hele wereld. Als er nu niets wordt gedaan aan de beteugeling, zou het probleem weleens kunnen verdubbelen in 2050. 


Het peeveeceepaardje als cartoonfiguur is een bedenksel van de Nederlandse grafisch ontwerper Maureen van der Hout. Helaas is het gebaseerd op de werkelijkheid. Een zeepaardje dat zich vastklemde aan een plastic oorstokje werd in 2017 gefotografeerd door naturalist Justin Hofman in de wateren rond het eiland Sumbawa (Indonesië). Hij werd daarmee Wildlife Photographer of the Year. 

Op enkele Nederlandse stranden (van noord tot zuid) werden in de afgelopen twee maanden meer zeepaardjes dan ooit aangetroffen; dood en levend. Normaliter komen ze in groten getale in de wateren voor de kust van west-Afrika voor maar deze kwetsbare diertjes trekken steeds noorderlijker vanwege de opwarming van zeeën en oceanen. Nederlandse strandwandelaars kregen het advies altijd een zakje mee te nemen (geen wegwerpplastic!), om de levende kortsnuitzeepaardjes -een beschermde diersoort- op te rapen en naar een opvangcentrum te brengen. Je kunt deze vier centimeter grote paardjes niet zelf terugzetten in zee; ze komen niet door de branding heen. 

In de FD-lijst van Jonge Talenten van 2022 trof ik een groot aantal slimmeriken aan die iets tegen dit plasticprobleem ondernemen. Zo las ik over een start-up die een stevige buis met gaatjes ontwikkelde waar lucht doorheen wordt gepompt. Daarmee ontstaat een luchtbellengordijn onderwater waardoor zwevend en drijvend plastic, groot en miniscuul van formaat, kan worden opgevangen en afgevoerd uit rivieren en kanalen. Vissen en scheepvaart worden er niet door gehinderd. De Nederlandse bedenkers noemen zichzelf The Great Bubble Barrier. Hun eerste installatie ligt bij het Westerdok in Amsterdam. 

De oprichters van Zeefier (twee vrouwen in dezelfde lijst) maken textielverf op basis van zeewier in plaats van synthetische verfstoffen. De Delftse industrieel ontwerper Jerry de Vos ontwikkelde voor zijn proefschrift een handzame, goedkope plasticscanner waarmee consumenten over de hele wereld plasticsoorten gemakkelijk(er) kunnen onderscheiden. Dat is doorgaans een lastige en tijdrovende klus omdat materiaalgegevens vaak ontbreken (vergaan). 

Op veel plekken in de wereld gebeurt scheiden van plastic nog volledig handmatig. Bovendien is dat proces nogal foutgevoelig. Het apparaat van Jerry is uitgerust met zogenaamde nabij-infraroodspectroscopie, een technologie waarvan bekend is dat het in staat is om meer dan 75% van de kunststoffen die in het dagelijks leven worden gebruikt, te categoriseren. Hij ontwikkelde de scanner als een open-sourceproject, waarvan de componenten lokaal kunnen worden ingekocht en geproduceerd. Zo kan iedereen Plastic Hero worden, vooral in lage- en middeninkomenslanden. Door het winnen van de Dyson Award in 2021 kan hij het apparaat nu in (kleine) productie nemen. Van die talenten zijn er 50 jonger dan 35 jaar. Ze krijgen hun brandstof uit frustratie en vernieuwingsdrang. Het plasticprobleem frustreert niet alleen jonge mensen, het is een probleem van ons allemaal.

Deze VN-conferentie, in de wandelgang UNEP50 genoemd omdat de eerste Klimaatconferentie 50 jaar geleden plaatsvond (Stockholm), had tot doel een blueprint te creëren voor een wereldwijd verdrag over plastic. Het gaat om een juridisch bindende afspraak over de productie en het gebruik van plastic voor eenmalig gebruik. Van ontwerp tot productie en circulariteit tot het verminderen, beheren en voorkomen van verspilling. Dit wegwerpplastic, gemaakt van olie en gas, verhoogt de CO2-uitstoot, plundert de oceanen, brengt schade toe aan dieren in het wild en vervuilt de voedselketen. Meer dan 50 landen, waarvan alle 27 van Europa, riepen in eerste instantie tot zo´n verdrag op. 

Een alomvattende circulaire economie-aanpak zou het volume plastic dat in onze oceanen terechtkomt tegen 2040 met meer dan 80% kunnen verminderen. Het zou de productie van nieuw plastic met 55% kunnen verminderen. Het zou overheden tegen 2040 70 miljard dollar kunnen besparen. Het zou de uitstoot van broeikasgassen met 25% kunnen verminderen en 700.000 extra banen kunnen creëren, vooral in de zuidelijke landen van de wereld. Goed streven toch?!

Vorige maand verrasten PepsiCo Inc. en The Coca-Cola Company vriend en vijand door voor het eerst uit te spreken dat ook zij een verdrag willen dat de plasticproductie gaat beteugelen. Hè-hè, eindelijk! Het publiek is al jarenlang aan boord, getuige een IPSOS-enquête uit 2019. Meer dan 70% van de ondervraagden (bijna 20.000 volwassenen uit 28 landen) zei destijds dat de productie van plastic verpakkingen voor eenmalig gebruik verboden zou moeten worden. 

Dat is een doorn in het oog van bedrijven als ExxonMobile, Shell en Dow Chemical. In de aanloop naar deze conferentie zouden ze achter de schermen al lobbyen om alleen de bestrijding van plastic in zeeën en oceanen aan te pakken, niet de productie. Leidend daarbij is de American Chemistry Council (ACC), een machtige groep van in de VS gevestigde olie- en chemische bedrijven. Zij zouden een coalitie van grote bedrijven proberen te smeden om de verdragsdiscussie weg te leiden van productiebeperking. De Europese tegenhanger, Plastics Europe, zou vanuit vestigingsplaats Brussel hetzelfde doen met de, bij de conferentie betrokken overheidsinstanties. Deze kunststofproducenten willen dat de VN-afvaardigingen zich in plaats daarvan concentreren op afvalinzameling, recycling en ontluikende afval-naar-brandstoftechnologieën, gebieden die geen invloed hebben op hun bedrijfvoering. 

Het zijn echter juist de wegwerpplastics als voedselverpakkingen, boodschappentassen en bezorgverpakkingen die de belangrijkste focus van de VN-conferentie zijn. Dit plastic voor eenmalig gebruik is goed voor tenminste 40% van alle productie. Slechts 9% van al het plastic dat wordt geproduceerd, kan worden gerecycled. De rest wordt verbrand, gedumpt op stortplaatsen of achtergelaten in het milieu dat daardoor sterk vervuild raakt.

Afgevaardigden van meer dan 100 landen namen deel aan de conferentie, hetzij in persoon, hetzij virtueel. Vele ogen waren gericht op de input van de Verenigde Staten. President Biden verklaarde vorige maand nog dat het belangrijk is het plasticprobleem vanaf de bron (productie) aan banden te leggen. De VS veroorzaken meer plastic afval per persoon dan enig ander land ter wereld en het is de thuisbasis van enkele van 's werelds grootste fabrikanten van plastic polymeren. (Japan is de op een na grootste plasticverbruiker.) 

De resolutie voor een wereldwijd plasticverdrag werd breed gesteund en aangenomen en daarmee werd geschiedenis geschreven. Eindelijk weer goed nieuws! Later dit jaar zullen vervolgbesprekingen plaatsvinden. Het zal dan waarschijnlijk nog twee jaar duren voordat het ​​verdrag in werking treedt. Maar hoop doet leven. De oproep van de Amerikaanse auteur Chris Armstrong voor een machtige Wereldoceaanautoriteit in zijn laatste boek ‘A Blue New Deal – Why we need a new politics for the ocean’ vindt gehoor bij mij en vele anderen. Er kan geen groene transformatie zijn zonder een blauwe.


1 opmerking: