Vandaag is de kortste dag van het jaar en het begin van de winter (maar daar hebben we hier aan de Costa Blanca nauwelijks weet van). December is bij uitstek de maand van de boekenlijstjes en boekentips. En van lezend op de bank de Kerstvakantie doorbrengen. Met warme chocolademelk.
In de Engelse krant The Guardian deed de boekenredactie het dit jaar anders. Daar vroeg men een groot aantal bekende auteurs wat zij onder de kerstboom zouden willen aantreffen, welke boeken ze zelf met plezier kado zouden doen en waarom. Dat leverde in ieder geval een levendiger lijst op.
Een van de beste resultaten in de Nederlandse boekenbranche werd dit jaar geboekt door het collectief van uitgevers, schrijvers, boekhandelaren en lezers. De voorgenomen verhoging van de BTW op boeken en andere cultuurvormen (van 9 tot 21%) van kabinet-Schoof werd teruggedraaid. Ook ik ondertekende de online-petitie van de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek die meer dan 100.000 keer werd getekend. Dit kabinet noem ik een afbraakkabinet: alles dat goed loopt of goed is voor het land en voor burgers, wordt de nek omgedraaid of wegbezuinigd.
Lezen moet juist worden bevorderd in plaats van afgeremd al heb ik zelf geen aanmoediging nodig. Een dag niet gelezen, is een dag niet geleefd. Wie leest, heeft een goed verhaal, aldus de campagne van de Leescoalitie. Dit is een vereniging van tien partijen: Stichting Lezen, KB Nationale Bibliotheek, Stichting CPNB, Vereniging van Openbare Bibliotheken, Nederlands Letterenfonds, De Taalunie, Literatuurmuseum/Kinderboeken museum, Stichting Lezen & Schrijven, De Schoolschrijver en De Schrijverscentrale. Gezamenlijk streven zij ernaar dat elk kind in Nederland in 2025 met een adequaat leesniveau van school komt en dat alle volwassenen geletterd zijn of daarnaar onderweg zijn.
De man met de zeis was dit jaar ook een vijand. Enkele onvergetelijke schrijvers overleden: Edna O’Brien (haar boek ‘The Country Girls/De buitenmeisjes’ werd in de ban gedaan door de Katholieke Kerk), Tonke Dragt (onder andere ‘Brief voor de koning’), Lisette Lewin (‘Voor bijna alles bang geweest’ en ‘Hart van prikkeldraad’), Paul Aster (‘The New York Trilogy’), Jan Cremer (‘Ik, Jan Cremer’) en wetenschapper Frans de Waal (‘Mama’s laatste knuffel’ en ‘Anders’). Een overlijden is vaak een reden voor hernieuwde belangstelling voor het werk. Alle genoemde boeken kan ik aanbevelen. Goede kerstpresentjes!
De inmiddels 80-jarige Maarten 't Hart ontving de prestigieuze P.C. Hooftprijs. Zijn eerste twee romans, over het afscheid van een streng calvinistische jeugd en de worsteling met seksualiteit, werden nauwelijks verkocht. De Arbeiderspers, de uitgeverij die hij zijn hele werkzame leven trouw bleef, liet hem weten dat hij zijn derde roman –waarin dezelfde thema’s een rol speelden– maar beter in een la van zijn bureau kon laten liggen. Die roman heette ‘Een vlucht regenwulpen’ (1978) en zou hem in één klap beroemd en rijk maken. Ik was een liefhebber van zijn werk, vond het extra leuk dat hij vaak dieren opvoerde in titels en werk. ('t Hart is bioloog qua opleiding.)
Het juryrapport stelt dat 't Hart een omvangrijk en kwalitatief indrukwekkend oeuvre opbouwde dat kritisch, schrijnend, liefdevol, spannend, kwetsbaar en geestig is. ‘Zijn meesterschap blijkt met name uit zijn dialogen, hij heeft een uitstekend oor voor hoe mensen met elkaar praten en hij weet als geen ander dat spreektaal gestileerd moet worden, wil die dialoog in een roman tot leven komen.’ In de Volkskrant werd de laureaat recent geïnterviewd. Hij voelt zich vereerd maar hij heeft liever lezers dan een prijs, hoe prestigieus die ook is. Hij vindt het wel leuk in hetzelfde rijtje van illustere Nederlandse auteurs te staan als Simon Vestdijk, een van zijn literaire helden, en als zijn vriend Maarten Biesheuvel. Deze prijs kwam echter te laat in zijn leven. Hij is nu krakkemikkig en schrijft niet meer. ‘Als ik in de spiegel kijk, zie ik een soort gnoom’. De ongebreidelde leeswoede die hij als jochie ontwikkelde, duurt tot op de dag van vandaag. Hij leest een boek per dag. Kom er eens om!
Rob van Essen (1963) won dit jaar de Libris Literatuurprijs met zijn boek ‘Ik kom hier nog op terug’. Ik kom er niet op terug want ik las het niet uit. Het thema trok mij zeker aan: wat zou je doen als je je leven kon overdoen? Maar zijn schrijfstijl kon mij niet boeien. Dan ben ik geen lezer die koste wat het kost doorgaat. Daar is het leven te kort voor!
‘Het kleedje voor Hitler’ van historicus Bas von Benda-Beckmann (1976) won dit jaar de Libris Geschiedenisprijs en dat vond ik boeiend van begin tot eind. Von Benda-Beckmann stamt hij uit een Duits-Nederlandse familie. Al vroeg in zijn jeugd raakte hij gefascineerd door de Tweede Wereldoorlog. Toen hij dertien was hoorde hij voor het eerst dat zijn oudtante Luise de weduwe was van Hitlers trouwste generaal, Alfred Jodl. Die werd tijdens het Proces van Neurenberg als oorlogsmisdadiger ter dood veroordeeld. Luise’s jongere zus Tini werd eerst partijlid maar kreeg later een relatie met een half-Joodse arts. Ze raakte bevriend met een van de samenzweerders tegen Hitler. Von Benda-Beckmann ging op zoek naar het naziverleden van zijn grootouders en oudooms en -tantes, die de geschiedenis van zeer dichtbij meemaakten.
Wat ik ook bijzonder vond, was de publicatie van een vergeten kort verhaal van de Colombiaanse auteur Gabriel García Márquez. Het is getiteld ‘In augustus zien we elkaar’ en kwam tien jaar na zijn overlijden uit. Hij was een van de grootste auteurs van zijn tijd. Márquez leed al onder ernstig geheugenverlies toen hij dit werk schreef. Hij was niet tevreden, wilde dat het verhaal werd vernietigd maar zijn zonen Rodrigo en Gonzales (de erven) besloten anders. Als het mijn pa zou zijn geweest, zou ik in zijn lijn hebben besloten. Dit boek is geen meesterwerk maar wel iets om in de collectie te hebben als liefhebber.Laatst kwam een ander apart boek voorbij. Het werd geschreven door psychologe en universitair docente Femke Nijboer, getiteld ‘En ze leefden nog kort en gelukkig’. Nijboer besloot na vele lezingen in het land over (on)gezond leven, over te gaan tot de guerillatactiek bij het schrijven van het nieuwe boek. Daarin geeft ze tips over hoe je je lichaam het best grondig kunt verpesten. Maar niet vergeten: de ondertitel luidt ‘Het slechtste zelfhulpboek ooit’. (Aan somige lezers moest worden uitgelegd dat het om satire draait...) Ze bouwde een papieren paard van Troje. Tip 1: poets je tanden nooit. Dat zorgt voor slechte mondhygiëne en dat kan dementie en ontstekingen bevorderen. Tip 2: als je snel wilt sterven, drink dan bier in plaats van wijn. Enzovoort. Leuk weetjes in kersttijd!
Medio dit jaar ontstond ophef onder lezers, recensenten en literatuurcritici van boeken van schrijfster Alice Munro (1931-2024). Munro wordt geprezen als de titaan van het eigentijdse korte verhaal. Haar verhalen zijn doorgaans gebaseerd op intermenselijke relaties. Ze gaan over gewone mensen in kleine steden; vrouwen zijn haar favoriete personages. Ze vond diepe betekenis in de kleine, alledaagse momenten die een leven kunnen maken of breken. Daarom wordt ze ook wel de Canadese Tsjechov genoemd.
In 2009 won zij de prestigieuze Man Booker International Prize die wordt uitgereikt aan de beste niet-Britse auteur in het Engelse taalgebied van dat jaar. Haar boeken werden in 30 talen vertaald. Bekende werken zijn ‘De beer kwam over de berg’ en ‘Levens van meisjes en vrouwen’. In 2013 ontving zij de Nobelprijs voor de Literatuur. Op haar 80ste schreef ze haar laatste verhalenbundel. Munro dementeerde al enkele jaren en overleed in mei van dit jaar.Haar 58-jarige dochter Andrea Robin Skinner publiceerde in juli een open brief en een essay in de Toronto Star. Daarin schreef ze dat ze als 9-jarige werd misbruikt door haar 50-jarige stiefvader (tweede echtgenoot van Munro). Ze vertelde het haar moeder jaren later, haar stiefvader leefde destijds nog. In 2005 deed ze aangifte bij de politie waarna haar stiefvader bekende. Hij werd veroordeeld tot een voorwaardelijke straf en twee jaar proeftijd. Munro verliet haar echtgenoot niet.
Skinner schreef haar moeder een brief nadat Munro als auteur medeleven had betuigd met een verhaalpersonage dat seksueel werd misbruikt door haar stiefvader. In werkelijkheid gebeurde dat nooit. Moeder, geconfronteerd met de waarheid over het misbruik, koos ervoor om bij de misbruiker van haar kind te blijven en hem tot zijn dood te beschermen (Fremlin overleed in 2013). Haar dochter bleef in de kou staan en dat leidde tot een breuk in de relatie.
Monster of mens? De vraag bij veel fans was of ze de boeken van Munro hierna nog wel konden lezen en waarderen. Ook mij als lezer schokte de openbaring. Zij was weliswaar zelf niet de pleger van het misdrijf maar haar dochter van vlees en bloed kon op weinig compassie rekenen. Haar romanfiguren ervoeren meer mededogen. Maar om dan het gehele oeuvre van een goede auteur in de vuilnisbak te kieperen, gaat mij te ver.
Een boekenblog van Barefoot is niet compleet zonder vogelboek. Ik vond het e-boek van de Brit Simon Barnes, getiteld ‘The Meaning of Birds’, recent in mijn Inbox. Het is een rijk geïllustreerd boek over de geschiedenis van vogels en de relatie met de mens door de jaren heen en op verschillende continenten. Het bestaat uit 15 korte hoofdstukken met prachtige illustraties. Hoe vliegen ze, wat kunnen ze zien, waarom zingen ze en waar leven ze. De auteur stelt “een vogel is de plek waar hij leeft. Hij eet de plek. Hij maakt het geluid van de plek. Het zien van een vogel geeft jou, de waarnemende mens, een begrip van de plek waar je je bevindt. Vogels... definiëren de plek waar ze leven voor de menselijke waarnemer.”
Dit boek is tegelijkertijd ook het trieste relaas van menselijke consumptie, van milieudegradatie en de weigering om het dierenleven en de natuurlijke wereld meer te respecteren. Dit leidde tot de achteruitgang -in sommige gevallen zelfs uitsterving- van een flink aantal vogelsoorten. Barnes wijst echter ook op de soorten die in verval raakten maar inmiddels in populatiegrootte toenemen en zelfs broedparen vormen.
Je vindt ook nog wat boekentips in de illustraties. (Die zijn van Leleh Kovacs maar die heb ik bewerkt.) Voor ieder wat wils en allemaal aanraders, wat mij betreft. Een strik er omheen en plezier gegarandeerd. Voor gever èn ontvanger! Als je deze dagen echter groots wilt uitpakken, geef je de allerlaatste e-reader kado. Dan zou ik kiezen voor de Kindle Paperwhite (editie 2024) of de Kobo Libra Colour. E-boeken zijn ook beter voor de natuur. Een Volkskrant-lezer rekende onlangs uit dat van de 58 beste boeken van 2024 die de redactie aanwees, er 49 ook als e-boek zijn te krijgen. Dat scheelt €663,54 op de aanschaf, bijna de helft voordeliger. Dus ook goed voor de portemonnee.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten