Translate

vrijdag 29 januari 2010

Melaspasin

Wat een dag! De inwijdingsceremonie voor ons huis en de huistempel zou vandaag van 8 uur 's ochtends tot 12 uur 's middags duren. De dag was gekozen vanwege volle maan. Het is bij deze ceremonie gebruikelijk dat alle familieleden van het personeel daarbij aanwezig zijn. Onze tuinman, beveiligingsman en kokkie brachten hun kinderen dan ook mee. Wij hadden echter ook enkele buren en hun personeel uitgenodigd.

De eerste personen en hun offermandjes kwamen rond 7:30 uur in een volgeladen truck onze oprijlaan oprijden. Het huis en de tuin werden aangekleed met offerandes. Er kwamen symbolen aan de poort, aan de voordeur, de eettafel in de kamer werd beladen met creatieve fruittorens, de levende kip, de eend en het biggetje werden in de tuin geïntroduceerd en nog veel meer. En we legden de jongste Balineesjes te rusten in onze slaapkamer.

Om elf uur wachtten we nog steeds op de komst van de heilige man. Het deed mij een beetje denken als Sinterklaas in kindertijd. De goede man bleek een eerdere ceremonie te begeleiden die uitliep. Iedereen had dus al gegeten en gedronken toen hij arriveerde. Iedereen letterlijk, sommigen ook nog figuurlijk... De vroege lunch bestond uit een goed gevulde puntzak met pittige nasi campur en een flesje water, van de warung om de hoek. Zo profiteert iedereen mee. Dat hapje was culinair gesproken niet het hoogtepunt van de dag. Dat was zonder enige twijfel de 'babi guling', het aan het spit gegrilde, krokante speenvarken. Het varken dat druipend onze oprijlaan opkwam, bleek echter zo speen niet meer. Het verklaarde de kosten van het ceremonie-onderdeel. We waren op voorhand gewaarschuwd: “laat het dier vooral niet je huis binnen... je krijgt het vet niet meer uit de -roomwitte- vloer”. De carport was dan ook de plek waar de lekkernij werd neergelegd, op een op voorhand gereedstaande kartonnen doos. Een gewaarschuwd mens telt immers voor twee.
Ook het varken werd ceremonieel aangekleed en kreeg als klap op de vuurpijl een portie witte rijst in kokosnootblad in het achtereind gestoken. Dat moet een beetje hebben gevoeld als ikzelf in mijn sarong... Het zweet stond direct na douchen al op mijn bovenlip, bij het omwikkelen van de doek. Eerder kregen mijn liefje en ik een tip van Elsa, onze kokkie: als je de sarong om je lichaam vouwt, moet je met de benen wijd gaan staan. Zo heb je nog enigszins loopruimte. Desalniettemin voelde ik mij een misplaatste geisha. Maar ja, alles voor het goede doel.

Toen de holy man arriveerde, bleek hij een aardige man met een kekke bril te zijn. Hij begon voortvarend: na instudering van onze voornamen, konden de gebeden tot de goden beginnen. Het was een warme dag en van de weeromstuit had ik 's ochtends vergeten zonnecrème te smeren. Dat heb ik geweten! Ik zit dit nu dan ook te typen met een knalrood hoofd, pijnlijke wallen en konen. Als ik rare dingen uitsla, komt dat ongetwijfeld door de zonnesteek die ik vandaag opliep.

Het werd een authentieke, traditionele ceremonie. De grootmoeder van tuinman Ketut was de vrouw die namens de heilige man veel ceremoniële taken verrichtte. Ze is een jaar of 70, met een getaand gezicht en één tand in haar mond. Zij was de gehele dag kwiek in de weer. Ik had met haar te doen als ze weer eens opkrabbelde van het lange gehurkt zitten en gebukt staan. Bovendien voelde ik letterlijk met haar mee: het was vooral aan mij om ons Westerse familietje te vertegenwoordigen tijdens deze Balinese ceremonie. Mijn liefje is dan weliswaar behoorlijk fit maar langdurig hurken, offerandes op het hoofd dragen, in de volle zon meebidden, drie keer hameren op de 23 pilaren op het terrein (met de hamer uit mijn vaders oude gereedschapskist!), knabbelen aan het krokante korstje van het varken, liet zij -terecht- aan de jongste van de familie over. Sommige onderdelen waren niet eenvoudig maar ik werd vaak geholpen door Ketut, de schat van een echtgenoot van Elsa. Mijn oksels klotsten en mijn kebaja werd drijfnat.

Zo werd het half drie. Ons huis, de tuin en de omliggende gebouwen zijn nu ritueel gereinigd en gezegend. Morgen breken hier nieuwe tijden aan. We weten inmiddels ook welke god hier huist al kan ik de Balinese naam niet reproduceren. Ik weet wel dat 'hij' iets te maken heeft met vers vruchtensap, juwelen en vuur. Voortaan zullen wij eenmaal per jaar als bewoners en personeel een eend moeten offeren... (Het was sowieso goed dat er vandaag niemand van de Partij voor de Dieren aanwezig was.)
De organisatoren van de dag en onze personeelsleden gingen met zakken vol offerandes huiswaarts. Het zij ze van harte gegund. Wij zijn heel tevreden met de ervaring als aandenken. Voorlopig heb ik een lopende diashow van onze Melaspasin op mijn blog staan. Nu eerst lekker slapen en morgen fris weer op.