Translate

woensdag 11 februari 2015

Nunca mas – deel 2

Santiago de Chile is een mooie, interessante stad met veel bezienswaardigheden. Ons comfortabele boutique-hotel staat weliswaar in de buitenwijk Vitacura maar het stadscentrum is met bus en metro goed te bereizen. Ook hier kochten we een reispas voor meer dagen, ook hier hadden we een (lange) wensenlijst: Plaza de Armas, Museo Colonial, Mercado Central, Museo Chileno, Cerro de Cristobal en veel meer. Zelf wilde ik heel graag Museo de la Memoria en La Chascona zien. Eerstgenoemde plek is het museum van de herinnering is de plaats waar mensenrechtenschendingen van de dictatuur van Pinochet zijn vormgegeven, plaats twee is het zelfgebouwde huis van dichter Pablo Neruda in hoofdstad Santiago.

We gingen vroeg met de extra-lange bus op pad, afgewisseld met een rit met de mooie, schone metro, op weg naar bovengenoemd museum. Het is een indrukwekkend gebouw in groen gehuld, in een verzonken plaats. De museumtoegang is gratis, binnen mag niet worden gefotografeerd. Het museum heeft vier verdiepingen, te beginnen met een overzicht op de begane grond van mensenrechtenschendingen over de hele wereld. De volgende verdiepingen hebben uitsluitend betrekking op de misdaden van Pinochet’s militaire junta tegen Chili’s linkse beweging. In 1973 nam generaal Pinochet het heft in eigen handen: de democratisch gekozen marxistische president Salvador Allende werd met veel militair geweld afgezet. De Chileense equivalent van het Torentje werd gebombardeerd, de president pleegde zelfmoord in aanwezigheid van zijn getrouwen nadat hij een inspirerende radiorede voerde.

Daarna volgden 17 jaren van politieke onderdrukking en veel geweld tegen linkse burgers: schrijvers, dichters, journalisten, vakbondsleden, vrouwen van. Het was ten hemel schrijend. In de derde klas van de middelbare school waren er twee klasgenootjes die continu aandacht vroegen voor Chili, de mensenrechtensituatie aldaar en het lot van activist, dichter, protestzanger en professor van Santiago’s technische universiteit Víctor Jara. Hij was een van de slachtoffers van Pinochet’s junta. Hij verdween, werd gemarteld en werd met minstens 40 schoten in zijn lichaam teruggevonden… Toen ik als jonge twintiger naar Amsterdam verhuisde, kwam ik in een pand terecht waar een Amsterdamse samenwoonde met een Chileense vluchteling; een ontzettend leuke en aardige vent. Ik bracht menig avond met hen door.

Mijn liefje en ik liepen ruim twee uur rond in het museum, we klommen hoger en hoger. Op de eerste verdieping ging het vooral over de militaire coup, op de tweede verdieping ging de aandacht naar de slachtoffers van de militaire repressie. Op de bovenste verdieping ging het over de verzoening. In 1990 koos het Chileense volk voor de christen-democratische kandidaat Aylwin, Pinochets tijd was voorbij maar tot mijn grote verbijstering werd hij nooit vervolgd voor de tientallen duizenden schendingen tegen de menselijkheid.

Op de bovenverdieping hield ik het niet droog terwijl ik naar een film keek: op de dag van de verkiezing van Aylwin kwam een groep oudere vrouwen op, gekleed in zwarte rokken en witte blouses met een foto van hun verdwenen geliefden op hun lichaam en spandoek. Een van die vrouwen danste in haar eentje op het groene gras, een witte zakdoek in haar hand. Ik zou dat verkeerd hebben geïnterpreteerd als ik niet op de vorige verdieping had gehoord en gelezen dat vrouwen een eigen manier van geweldloos verzet bedachten. Normaliter dans je als vrouw met je man, geliefde of zoon; in de tijd van de massale verdwijningen dansten vrouwen in hun eentje uit protest tegen de gang van zaken onder Pinochet. Stel je een vol stadion voor ter ere van de democratisch gekozen president van het nieuwe Chili en die oudere vrouw, in haar eentje, op dat jonge gras, met dat witte zakdoekje in haar hand. En ze danst voort en is niet te stoppen. Ik vroeg mijn liefje om haar zakdoek en depte mijn tranen. Toen wij naar de museumwinkel liepen, herkende ik de woorden van het laatste gedicht van Victor Jara op de muur:

Somos cinco mil
en esta pequeña parte de la ciudad.
Somos cinco mil
¿Cuántos seremos en total
en las ciudades y en todo el país?
Solo aquí
diez mil manos siembran
y hacen andar las fábricas.
¡Cuánta humanidad
con hambre, frío, pánico, dolor,
presión moral, terror y locura!

Emotioneel en indrukwekkend.

Na de lunch bezochten we La Chascona. De Chileense dichter Pablo Neruda blijft mij fascineren, ik lees nog steeds in zijn Memoires. Neruda overleed in het jaar dat generaal Pinochet aan de macht kwam. Als lid van de communistische partij zou hij waarschijnlijk door de militaire junta als een van de eersten zijn opgepakt… Hij reisde naar Rusland en China en was daarom in vele Westerse landen niet welkom. Hij moest zijn vaderland verlaten vanwege zijn politieke voorkeur en dat vond hij hartverscheurend moeilijk. Hij hield intens veel van Chili en dat uitte hij in vele gedichten.

Wat ik eveneens aansprekend vind, is zijn diepe verzamelwoede. Neruda verzamelde boeken, kunst, grote en kleine poppen, glas, schepen, porcelein, glazen, stoelen, hout en nog veel meer. Van over de gehele wereld; hij was een zeer bereisd man. Hij had bovendien een immense schelpencollectie die hij schonk aan de Universiteit van Chili. Hij schreef prachtig over schelpen en ook dat schept een band. In dit huis -net als in Valpraíso- was fotografie niet toegestaan maar ik stond muzelluf één foto toe: van een van zijn huisbars. Hij moet een flinke innemer zijn geweest want in al zijn huizen troffen we tenminste twee fraaie huisbars aan. De bar op de foto noemde hij de Bar van de Kapitein. De onderdelen die zijn te zien, komen van overal op de wereld. 

Deze rijke dag sloten mijn liefje en ik af met een zwempartij in de tuin van het hotel en een pisco sour op het terras. Ik ga die cocktail nog missen! Donderdag vliegen we naar Ecuador voor de laatste fase van onze rondreis door Zuid-Amerika. Reizen is verslavend. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten