Vandaag wordt hier Australia Day gevierd al vlagt
Tasmanië niet erg enthousiast. We zijn bijna aan het einde van onze rondreis
door Australië. Mijn liefje en ik verbleven er deze keer twee maanden,
gedurende één maand reisden we rond met vriendin
Bernadette die alweer ruim tien dagen terug in het Vaderland is. We vierden hier
het tienjarig bestaan van onze vriendschap die Down Under begon. Het werd een memorabele
reünie.
Bernadette’s absolute hoogtepunt van deze reis
was oudejaarsavond doorbrengen op steenworp afstand van de Sydney Harbour
Bridge waar we met een uitzonderlijk diner, een spectaculaire show op het water
en fantastisch vuurwerk het nieuwe jaar inluidden. Het stond jarenlang met stip
op de eerste plaats van haar wensenlijst, gedrieën maakten we haar droom waar. Na
terugkeer in Nederland appte ze dagelijks dat ze vaak terugdacht aan de geslaagde
reis. Met foto’s en chats reisde ze nog twee weken met ons mee.
Het hoogtepunt voor mijn liefje was het
meermalige bezoek aan de Bay of Fires (Tasmanië), al was het close finish met
een andere waterpartij. Voor haar is dit tot nu toe het mooiste strand en de
prachtigste zee van haar leven. De kleuren en transparantie van het water zijn moeilijk
te beschrijven, net als het poederwitte zand van 29 kilometer lengte en de rode
rotsen in iedere baai. We deden weg C848 meer keren voor haar -en mijn- plezier
en sloegen onder andere af bij Cosy Corner en Sloop Beach. Voor haar was het
niet altijd de beste zee om in te zwemmen omdat er vaak rips waren,
verraderlijke plekken met sterke stroming waar haar luciferdunne benen niet
tegenop kunnen.
Mijn eigen hoogtepunt van deze reis waren de
dagen op en in het water van de Whitsunday
Islands (Queensland). Zowel het varen op verschillende soorten schepen als de daarmee
verbonden snorkelavonturen maakten het voor mij onvergetelijke uitjes. Sinds wij
met Bernadette op vakantie gaan, zijn zij en ik verstokte snorkelmaatjes. Samen
lijken we dubbel te genieten; dat was in Sulawesi zo en nu weer. We hebben namelijk
patent op schildpadden spotten... Barefoot on the beach, in uitermate goed
gezelschap, ik kan mij niets beters wensen. Thank you, ladies!
Vrienden en familie weten dat wij Australië een
land vinden om vaak te bezoeken. De weidsheid en uitgestrektheid die het gevoel
van vrijheid bevestigt, de vriendelijkheid van de inwoners, de indrukwekkende natuur
en de bijzondere dieren brengen ons al tien jaar naar het einde van de wereld. Nooit
eerder bezochten wij Tasmanië en dat gold ook voor Bernadette. Het moest er dus
een keer van komen. We gingen vol goede moed op pad in een kampeerwagen. De
eerste was geschikt voor zes personen en dat was precies goed voor drie dames
die van ruime slaapplaatsen houden. Na Bernadette’s vertrek wisselden we Winnie
II in voor Vannie I en ook dat pakte goed uit. Als trucker van het gezelschap
genoot ik van de vlam in de pijp. Ik reed de dames vier weken lang met veel
plezier maar vooral veilig rond. Sommigen deden het op de fiets... met al die steile heuvels is dat geen kattepis!
Wat ik echter niet ga missen, zijn de vele dode dieren
die ik langs de Tasmaanse wegen zag; de zogenaamde roadkill. Gisteren zag ik
zelfs een dood Tasmaans duiveltje aan de kant van de weg. Tjongejongejonge, wat
een foutgeëindigde sprongen! Elke 300 meter lag er wel een aan- of overreden
diertje op of langs de weg. Als je
bedenkt dat we in vier weken tijd ruim 2.000 kilometers reden, kun je je het
slagveld voorstellen. Hoeveel wallabieburgers kun je daarvan bereiden? Teveel.
Kasian.
Als foodie betoon ik graag eer aan de culinaire
geneugten van Tasmanië. We waren hier in het juiste seizoen omdat het tijd was
voor verschillende soorten oogst. De lucht is hier überschoon door de
zuidelijke ligging en het ontbreken van enige vorm van vervuilende industrie. Sommigen
beweren dat je hier het schoonste water van de planeet vindt.
Deze zuidelijke eilandstaat is in de hele wereld
bekend om zijn zalm, zeevruchten, kazen (cheddar, brie en camember) en andere
zuivelproducten (romige joghurt), fruit (bessen en
steenvruchten), wijnen-van-het-koele-klimaat en lokaal gebrouwen bier. Cascade is
het beste bier volgens mijn ervaren liefje. Tasmaanse wijnen zijn relatief
duur. Dat komt hoogstwaarschijnlijk doordat de wijnbouw hier kleinschalig is.
De lekkerste rosé was voor mij een jonge wijn van het Milton estate in Swansea, een oninspirerend
dorp dat je verder kunt overslaan, wat mij betreft.
Bij de Sorell
Fruit Farm plukte ik voor het eerst van mijn leven fruit direct van bomen
en struiken, al was het aanvankelijk schoorvoetend. De receptionisten waren
namelijk dermate onvriendelijk dat ik twijfelde of ik het uitstapje wel wilde
afmaken. Voor $16 per persoon mag je fruit plukken. Alhoewel er een lange lijst
vruchten wordt geteelt, was een beperkt assortiment open voor publiek; het
eerste minpunt. Vervolgens wilden wij samen één doos vullen (geen twee) maar
dat mocht niet van de dames aan de balie. Wat een onzin! Ik ging dus met
tegenzin alleen op pad, mijn liefje bij de ingang achterlatend. De ogen van de
opzichters priemden in mijn rug. Ik plukte verser-dan-verse aardbeien, kersen,
kruisbessen aalbessen en pepperberries (?), als enige witte tussen een
buslading Chinezen. Die smaken zal ik niet snel vergeten. Mijn liefje riep na het eten van een lokaal
appeltje uit dat het de knapperigste en sappigste van haar leven was.
De oesters van Bruny Island zijn fantastisch, op
menige plek verorberde ik ze met
Bernadette. Ik at gerechten met verse lokale Sint Jakobsschelpen en met inktvis.
Yumm. Mijn liefje bestelde de lokale fish & chips in menig restaurant. Het
ging niet om de patatten en het deegje werd vaak vakkundig terzijde geschoven.
Alle restaurants ontvingen inmiddels hun Tripadvisor review. De beste vis werd wat
haar betreft bereid in een keuken waar een Aziatische chef de scepter zwaait. Daar
genoten we met Bernadette van haar laatste middagmaal. De oesters en tonijn
sashimi zijn daar heerlijk. We gaan daar dan ook onze laatste lunch doen.
Bij supermarktketens Coles en Woolworth’s deden we
doorgaans onze boodschappen. Ik blijf voorkeur hebben voor Coles, niet in de
laatste plaats omdat het bedrijf de hoofdsponsor is van mijn all time favorite
kookprogramma Masterchef Australië! Ik hoop dit jaar de 2016-serie op de
Nederlandse televisie te kunnen volgen. In een van de vleesschappen van Coles
trof ik twee producten aan van de Engelse tovernaar-chef Heston Blumenthal die
hier sinds kort een eigen restaurant en productlijn heeft: ik spotte runderworstjes
met pepperberries en varkensworstjes met speciale salie. We kochten ze niet, ze
waren te groot voor onze monden. Op de camping aten we dagelijks een
goedgevulde sla. Tijdens dit thuiskoken deed de superkwaliteit olijfolie die we
als gasten kado kregen van Café Sydney goede
dienst. Mijn liefje las overigens in de krant dat er schaarste gaat ontstaan
aan avocado vanwege teveel regen in West-Australië. Tja, daar heeft men kennelijk
momenteel geen last van bosbranden.
Het moge duidelijk zijn: we hadden het hier naar onze zin. Morgen pakken we
onze reistassen en leveren we Vannie I in; ik zal haar missen. Met Jetstar vliegen
we later op de dag naar Melbourne waar we enkele dagen van het mondaine stadse
leven gaan genieten. Van een hotelkamer met luxe matrassen, een badkamer alleen
voor ons tweetjes – zonder muntjesmachine, de stadstram en de metro, het museum,
straatkunst en trendy restaurants.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten