De blogtitel klinkt als een Kuifje-album en zo is het ook bedoeld. We
vieren hier deze maand feesten van de patroonsheiligen en andere gedenkwaardigheden. Mijn liefje
en ik wisten niet precies wat er op 9 oktober aan de hand was. Wel wisten we dat
we voor de eerste keer gingen deelnemen aan een regionaal feest in onze eigen woonplaats.
Op dinsdag jongstleden was het ‘Día de la Comunidad Valenciana’. De autonome
regio Valencia vierde dat koning Jaime I en zijn christelijke troepen circa 800 jaar geleden
de Moren (aanduiding voor mensen uit Noord-Afrika) uit de stad Valencia verdreven.
We vroegen onze vrienden Paco & Rolando of ze zin hadden mee te gaan
picknicken op het plaatselijke feestterrein. In eerste instantie wel, in tweede
instantie niet. Op de betreffende ochtend onweerde het en kwam de regen met bakken
uit de lucht. Wij haalden onze regenjassen uit de kast, ons deerde een beetje regen
niet. Bovendien waren we erg nieuwsgierig naar de plaatselijke viering. De
jongens kwamen wel een kopje koffie drinken. Van het een kwam het ander. In
derde instantie besloten ze mee te gaan, in regenjacks van ons.
Op die dag gingen we namelijk versbereide paëlla eten. Bestek, borden,
glazen en alcohol moesten we zelf meebrengen. Bier, frisdrank en water werden gratis
verstrekt door de organisator. Voor het geval dat we zouden lunchen in de
openlucht, bracht ik voor iedereen klapstoelen mee. Op het feestterrein staat
een grote permanente tent die uitkomst biedt als het weer tegenvalt. En dat
deed het aanvankelijk.
Het bestuur van onze woonplaats stelde de basisingrediënten voor paëlla
beschikbaar (vlees en rijst), alsmede hout voor het vuur waarop zou worden
gekookt. Dat alles lag keurig klaar op kleine stapels. Kom er eens om! Deze gemeente
zorgt goed voor zijn burgers. Wij maken inmiddels deel uit van een groep buren met
wie wij maandelijks in een plaatselijke restaurant lunchen. Diezelfde groep
kookt al voor de vierde keer op rij op 9 oktober. Voor ons was dit -zoals
gezegd- de eerste keer. Bijna 40 personen meldden zich aan voor het evenement. Schotse
Robert was die dag de kok, geassisteerd door de Engelse Bill. Deze groep noemt zich
‘Los Tontos’. Dat woord kende ik niet. Het bleek ‘halve gare’ te betekenen.
Britten zijn al eeuwenlang wereldkampioen ironie. Je moet juzelluf inderdaad
niet al serieus nemen. De hoed met opschrift, bewijs dat wij onze bijdrage
leverden aan het goede doel van die dag, zetten ook wij met plezier op.
Al snel vulde de Vuurplaats zich met groepen die verschillende soorten en
maten paëlla bereidden. ‘Onze’ Robert begon met een bodempje mooie olijfolie
waarin een handjevol chorizo werd uitgebakken als basissmaak. Alhoewel dit een
typisch Spaans ingrediënt is, vinden veel Spanjaarden het een gotspe in de
paëlla. Daarna gingen fijn gesneden groenten in zijn pan. Om mij heen kijkend,
zag ik mannen elders handenvol konijnenboutjes, varkensribben, kippenvlerken, lever,
garnalen, octopus, schelpen, mosselen en slakken aan hun pannen toevoegen;
gevolgd door halve of kwart paprika’s. Het kwam mij nogal grof over. Ik kreeg
niet de indruk dat de heren vaak kookten maar net als barbecuen, is paëlla op
hout bereiden 100% mannenwerk.
Daarbij vergeleken, was de bereiding van kok Robert Zwitsers
precisiewerk. De groenten waren fijngesneden. Een man van de groep naast ons,
vroeg zich in een vroeg stadium van koken bezorgd af, of de onze een
vegetarische paëlla werd? Hun pan zat inmiddels te vol met vlees en vis,
constateerde ik bezorgd. Er leek geen plaats meer voor rijst. Wat ik wel aantrekkelijk
vond, waren hun grote artisjokkenharten. (Mmmm, love it.) In onze pan werd het kippenvlees
pas relatief laat toegevoegd. In voorbereiding op deze dag maakte Robert verse,
tigdubbelgetrokken bouillon van botten en merg die na het vlees aan de pan werd
toevoegd. De meeste andere teams zag ik bronwater uit grote plastic flessen op
hun ingrediënten gieten. Dat verschil zouden we gaan proeven!
Op mijn rondgang langs de Spaanse kookteams maakte ik geregeld een
praatje. Zo liep ik burgemeester Ignacio Ramos García tegen het lijf. Dat wist
ik niet, dat werd mij door een collega van hem ingefluisterd. De foto was toen snel
gemaakt. Ik ben immers een blije bewoner
van Pilar met een hart dat enthousiast klopt ter linkerzijde en van het politieke spectrum. Ramos García
is van de PSOE. Zijn politieke partij reserveerde een lange tafel in de
feesttent, tegenover de onze. Rolando werd aangezien voor mijn esposo (echtgenoot)
maar dat mocht de pret niet drukken. Inmiddels liggen hij en ik in scheiding, tot opluchting van Paco en mijn liefje. We blijven echter goede vrienden.
In de volle feesttent zaten ondertussen wel 1.000 mensen, twee rijen dik
aan lange tafels. Schoolklassen, buurtverenigingen, sportclubs, culturele
groepen, zigeuners, gesponsorde meeeters, vrouwengildes en wij. Een bont
gezelschap en een ervaring om U tegen te zeggen. Wat mij opviel, was dat er
geen Noord-Afrikaan was te herkennen. Zou dat zijn omdat ze eeuwen geleden werden
verslagen?
Toen ons gezelschap ging tafelen, zette de assistent van de burgemeester
een bordje van hun paëlla voor mijn neus. Met de groeten van Señor Ignacio. Hoe
aardig is dat?! Zij bereidden een klassieke, goudgele paëlla met groene en rode
paprika die echter onvoldoende was gesalpimenteerd, wat mij betreft. Van de
buren met de overdadig gevulde pan kregen we eveneens een bordje om te proeven;
die vond ik echter te vissig smaken.
Ik proefde die dag dus van drie paëllas; die van ons was zonder meer de lekkerste. Met
een mooie al dente rijstkorrel, subtiel op smaak gebracht, boordevol ingrediënten die goed samengingen. ¡Vivo Roberto! Om die reden bracht ik een bord ‘paëlla de
los Tontos’ naar de burgemeester. We mogen dan halve garen zijn, we weten een uitstekende
paëlla te serveren! Op het buitenterrein wachtten zuid-Amerikaanse inwoners van
Pilar rijendik op hun gratis paëlla, uit een pan van minstens vijf meter
doorsnee. Deze middag had ik niet willen missen. Onze jongens waren eveneens
enthousiast over de sfeer en het eten.
Morgen wordt hier in het hele land ‘Día de la Hispanidad’ gevierd. Op 12
oktober 1492 zette Columbus namelijk voet aan land in wat nu Amerika heet. In
de Verenigde Staten gaan hedentendage stemmen op om deze dag niet meer zo te
noemen. Columbus viel van zijn voetstuk vanwege de vreselijke dingen die
gebeurden met de oorspronkelijke bewoners van het ontdekte continent. Zo
is ‘Columbus Day’ in Los Angeles uit de gratie. Voortaan viert men daar ‘Indigenous
People Day’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten