Eerder deze week was het noodweer in dit deel van Spanje. We kregen regenbuien
te verduren die ik alleen ken van Bali. Toen mijn liefje en ik in dat deel van
de wereld woonden, maakten we dit soort tropische buien dagelijks mee in het regenseizoen. Die hielden
een half uur aan en zette de tuin dan geheel onder water maar na een uur was al
dat water alweer in de bodem verdwenen.
Hier hadden we echter een tropische bui die uren aanhield, met
rollend onweer boven onze hoofden. Onze pluviometer zat de volgende ochtend tot
de rand toe vol. Dat betekende dat er tenminste 70 liter water per vierkante
meter viel. Een record, in deze contreien.
We volgden de weerberichten op de Spaanse tv. Er was sprake van ‘Alerta
Roja’ (code Rood), men waarschuwde voor regenval van zelfs 180 liter per
vierkante meter. Afgelopen maandag bleven de schooldeuren hier gesloten, net
als in 87 andere gemeenten in de provincie Alicante.
Onze woonplaats is de zuidelijkst gelegen plek van de provincie Alicante.
Ten zuiden van ons woongebied begint de
provincie Murcia. In die straten lag een dikke laag modder die wegspoelde van
de omliggende velden. Wij wonen in een gebied dat is omgeven door vruchtbare
landbouwgrond. Die mooie, rijke aarde spoelde op wegen en liep straten in. Hier en
daar lag het centimeters dik. De grootste ellende vond plaats in de
provincie Murcia. Het noodweer in Los Alcázares, waar 100 liter regen
per vierkante meter viel, haalde zelfs de voorpagina van het Eindhovens Dagblad
(aldus een Brabander die we hier kennen). In de daaropvolgende dagen schepten sneeuwruimers
de modderlaag weg van de belangrijkste aanvoerwegen. In enkele straten aan
Murciaanse zijde ligt de smurrie er nog.
We kennen hevige regenbuien van de ‘gota fría’ die zich elk jaar rond
deze tijd doet gelden in Spanje. Dit jaar lijken ze van een andere orde, zoals
ook de zomer van een andere orde was. Ik doel met name op de hoge
luchtvochtigheid die maandenlang aanhield. Zelfs nu nog. Voor ons is het dan
ook hoog tijd om te verkassen. Onze Spaanse casita zal tijdens onze afwezigheid
wederom onderdak bieden aan onze vriendinnen uit Zwitserland. Hopelijk krijgen
ze net zo’n mooie winter als vorig jaar.
Volgende week vliegen wij naar Buenos Aires, Argentinië. Het is vier jaar
geleden dat we deze wereldstad voor het eerst bezochten. Toen huurden we voor vijf weken een appartement in een van de leukste woonwijken van de stad. Sinds wij
stopten met werken, gaan we niet op vakantie maar overwinteren we. Als ‘jubiladas’
hebben we immers tijd en die gebruiken we verstandig. We reisden daarna over
land via de Andes naar Chili waar we twee weken verbleven. We streken neer in de
kustplaatsen Valparaíso en Viña del Mar en in de hoofdstad. In Santiago de
Chile bleven we korter dan gepland omdat daar toen een hittegolf heerste.
Kinderen sprongen in de fonteinen van de stad ter verkoeling. Vanuit Santiago vlogen
we door naar Ecuador van waaruit we een cruise maakten naar de
Galapagos-eilanden. Daar leerden we een Chileens stel kennen dat we dit jaar in
hun thuisland gaan bezoeken.
Dit jaar doen we min of meer het omgekeerde: we verblijven enkele
dagen in Buenos Aires (waar we onder andere op zoek gaan naar ons favoriete tapasrestaurant
in de wijk van de tango. Sweet memories). Daarna stappen we aan boord van het cruiseschip
dat ons via Kaap Hoorn, Patagonië en het merendistrict naar de Chileense havenplaats
San António brengt. Daar gaan we van boord. De Kerstdagen en Oud & Nieuw
brengen we door in een appartement met uitzicht op de Andes, in hoofdstad Santiago.
Daar herenigen wij ons met Luz-Maria en Eugénio. Daarna trekken mijn liefje en
ik samen verder over Chileens grondgebied, op eigen gelegenheid en in een huurautootje.
Pakken is doorgaans een fluitje van een cent want we kiezen warme oorden
om de winter in Europa te ontlopen. Over het algemeen zijn onze reistassen niet
zwaarder dan 15 kilo per stuk. Deze keer moeten we er ietsje langer over
nadenken. Van onze vliegmaatschappij mogen we veel kilo’s meenemen dus daar
ligt de uitdaging niet. In Buenos Aires is het thans 24 graden Celsius dus een
korte broek met shirt en teenslippers volstaat.
Het punt is dat we van daaruit in de richting van de zuidpool varen. Op
de boot krijgen we ook nog enkele gala-avonden voor de kiezen. Alhoewel we geen zin
hebben in dit soort opsmuk en verplichtingen, gaan we de kledingvoorschriften niet in de wind slaan. (Nou
ja, ongeveer dan…) Vervolgens gaan we in Chili onder andere op weg
naar de droogste plek ter wereld: de Atacama-woestijn. In San Pedro de Atacama
kunnen de nachtelijke temperaturen 4 à 5 graden zijn. In Santiago de Chile is het nu al 29
graden. We pakken dus warm tegen kou, luchtig tegen hitte en netjes voor feestelijke
avondjes.
Mijn kou-averse liefje schafte onlangs een jack van eiderdons aan dat
opgevouwen zo groot is als een Knirps (kleine paraplu) maar dat slechts 234
gram weegt. Als ik de jas in mijn handen neem, beginnen ze te gloeien. Dat is dus
een, in alle opzichten verstandige aankoop! Wollen mutsen, sjawls en
handschoenen liggen klaar. Verder pakken we kledinglaagjes in. We tellen af, hebben
er heel veel zin an.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten