Afgelopen maandag was een nationale feestdag in Spanje. Men vierde Maria Tenhemelopneming. Zij werd door God voor bewezen diensten bedankt en naar de hemel geteletransporteerd. Beam Me Up, Gotty! Het standbeeld van de Maagd (La Virgen is de beschermheilige van onze woonplaats) werd in processie naar de kust gebracht en daar op een boot gezet. Eerst werd ze van de plaatselijke kerk op de schouders van stevige kerels naar de jachtclub gedragen, daar werd een vroegmis gehouden en vervolgens vond de maritieme processie plaats. Wat een gesjouw met die vrouw! Het zou mij niets verbazen als zij ervan ging zweten. 's Ochtends was het al rond 30 graden Celsius. Op de foto wordt de maagd geflankeerd door onze burgemeester.
Niet dat ik zit te wachten op bedevaarten naar mijn dorp... Over de hele wereld verschenen door de eeuwen heen wenende Mariabeelden ten tonele: in Nederland, Duitsland, Italië, Verenigde Staten, Brazilië, Australië, Filippijnen, Canada en Hongarije, voor zover ik weet. Het trok en trekt een grote schare gelovigen. Goedgelovigen. Zelf denk ik dat die Mariabeelden gingen huilen omdat men kaarsvet op het gelaat smeerde. Als er dan kaarsjes dicht bij het beeld werden gezet, begon het vet te druipen en zo ontstonden haar tranen. Zo, dat is ook weer opgehelderd. Weer een complottheorie minder!
Die dag was er een gezellige chaos op het water. Ook keek ik mijn ogen uit naar de wollige dotjes erboven: prachtige schapenwolken. Leden van de Cloud Appreciation Society -zoals ik- noemen ze cirrocumulus. Een teken dat de luchtvochtigheid toenam. Nou, dat voelden we! Jammer dat ik mijn onderwatercamera niet meebracht naar zee; dan had ik die chaos kunnen vastleggen. Er dobberden waterfietsen – tegenwoordig allemaal met glijbaan, mensen op stand-up-paddle-planken, een- en tweepersoons kayaks en kano´s, snorkelaars met Easybreath-maskers, duikers en langeafstandzwemmers met oranje veiligheidskussens achter zich aan, grote en kleine zeilboten, parasailers in tuigjes hoog boven het water, waterscooters en blote zwemmers als wijzelf. Iedereen ging kris-kras door elkaar. Op een bepaald moment kwam er een volbeladen waterfiets onze kant op. Waar we ook gingen en wat we ook deden, het ding bleef op ons afkomen. Toen ik een van de Spaanse papa’s aan de trappers vroeg waar hij naartoe wilde, zei hij dat het besturen van zo’n fiets niet zo eenvoudig was als het lijkt vanaf de kant. Hij wist niet waar hij heenging. Ik moest lachen. Het was aan ons om weg te zwemmen.
Het is leuk om jaarlijks te constateren dat Spanjaarden enorme watersportliefhebbers zijn en bovendien goed kunnen zwemmen. We zien ze op piepjonge en stokoude leeftijd met ons meezwemmen naar de verderop gelegen boeien. Desalniettemin nam het aantal verdronkenen deze zomer met meer dan 50% toe, ten opzichte van vorig jaar. Tja, als er meer mensen te water gaan, zullen er statistisch ook meer kunnen verdrinken.
De autonome regio van Valencia steekt er met kop en schouders bovenuit maar dat is niet verwonderlijk. Die heeft de langste kustlijn van het land. Aan het strand van Valencia-stad vond vorige maand een spectaculaire redding plaats met behulp van een drone. Het ding wierp een zwemvest naar de uitgeputte bijna-drenkeling van 14 jaar in hoge golven en wist zo een verdrinking te voorkomen. Het gebeurde later ook nog bij een oudere vrouw in nood. Vorig jaar zomer werd in deze regio de eerste proef uitgevoerd. Goede ontwikkeling!
Mijn liefje vertelde mij onlangs dat 40 à 50% van de toezichthouders op het strand, de zogenaamde ‘socorristas’, dit jaar uit Argentinië komt. Ook daarin is een personeelstekort; dat zijn typische studentenbaantjes voor de zomer. Is er dan geen werkloze Spanjaard te porren voor zo’n tijdelijke baan aan het strand? (Spanje heeft ruim 3.000.000 werklozen.) Tja. Op de drukste dag van het zomerseizoen deden die strandwachten een cursus reanimatie op het strand, met een half poppenlichaam als lijdend voorwerp; onder leiding van gekwalificeerde professionals van Ambumar. Deze organisatie levert badmeester-, nooddiensten en dringend en gepland gezondheidsvervoer naar en van onze stranden en die van andere kustplaatsen in de omgeving.
Het aantal SUP-planken nam tijdens de coronapandemie een ware vlucht in Spanje. Mensen konden niet reizen dus verschaften zich een speeltje voor de zomervakantie in eigen land. Mijn liefje stelde al een aantal malen voor dat ik er ook eentje aanschaf maar met een been dat niet goed functioneert, is dat geen goed idee. Die beperking heb ik al enige tijd (sinds de eerste lockdown in 2020.) Artsen bevestigden dat er geen sprake is van artrose in het heupgewricht maar inmiddels wel van chronische aanhechtingspijn. Aan de buitenkant van het heupbot zit de trochanter (een knotsvormige verdikking) die dient als aanhechtingsplaats van pezen van meerdere spieren. Daar zit een ontsteking die een flinke rem zet op mijn mobiliteit. Lopen -maar ook liggen en zitten- is vaak een verzoeking. Dat euvel vergalt mijn levensvreugde bij tijd en wijle. (Voor later deze maand staat een afspraak met een professionele pijnbestrijder gepland.) Om lekker te suppen moet je goed evenwicht weten te houden, met twee pootjes stevig op de plank. Dat zit er nu niet in. Maar als de fysieke klachten voorbij zijn (🤞), ga ik de aankoop van een plank serieus overwegen.
De SUP-cursus deed ik al. Tijdens een rondreis door West-Australië in 2014, onder leiding van Juf Megan. Zij bleek een regionale winnares in deze sport te zijn en was goed maar streng. Zij leerde mij de billen boven de voeten te houden, met gebogen knieën te staan, recht vooruit te kijken, de paddle bij het uiteinde vast te grijpen en lange stroken te maken met een bijna gestrekte arm. Dat leerde ik op een ander type plank en ondere andere omstandigheden dan die hier van toepassing zijn. Leren suppen ging met vallen en opstaan, tot mijn tong op de plank hing. Die instructies zie ik hier overigens heel weinig mensen volgen. Maar menigeen, jong & oud, is lekker aan het spelevaren.
Afgelopen week steeg de temperatuur tot recordhoogte in de regio Valencia. Niet een record van de afgelopen jaren maar een record sinds het Spaanse meteorologische instituut (AEMET) begon te meten. De hoogste temperatuur werd gemeten op een plek in het binnenland. Op meer plaatsen in de regio kwam de temperatuur 's nachts niet onder 30 graden Celsius; gelukkig niet bij ons. Voor dit soort stoomnachten hebben ze in Spanje een speciale naam; die worden ‘Caribische nachten’ genoemd. Dat meldde ik aan vriendin Bernadette die op dat moment aan het laatste traject van haar rondreis door Colombia bezig was: in de Caribische stad Cartagena de Indias. Deze kleurrijke stad staat op de UNESCO-werelderfgoedlijst. Inmiddels is zij terug op het Nederlandse honk. Op haar bagage moet ze nog even wachten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten