Translate

donderdag 28 november 2024

Vier-en-der-tig-dui-zend ♫

Ra-ra, wie zong dit lied?

15 mooie meiden in een boerenschuur
46 zieltjes voor het vagevuur
2 fanfares en een hoempapa
1 begrafenis met koffie na
4 papieren vliegers aan een heel lang touw
En 34 duizend, 34 duizend, 34 duizend voor jou

Het juiste antwoord is: de Nederlandse cabaretier, zanger en dichter Toon Hermans (1916-2000). Hij schreef ‘24 rozen voor jou’ zelf en zong het voor het eerst in 1967. Hij was een heuse troubadour van het volk. Toen hij overleed, legden fans boeketten met 24 rozen op zijn kist. Ik maakte er mijn eigen variant van en neurie het sindsdien dagelijks. Geen vierentwintig maar vierendertigduizend kraanvogels voor mij! 

Mijn liefje en ik keren binnenkort terug naar de lagune van Gallocanta, een enclave met een uniek ecosysteem in Europa. Daar zijn momenteel tenminste 34.112 kraanvogels te bewonderen. (En meer onderweg.) Joehoe! Het aantal wordt wekelijks vermeld op de website van het Centro de Interpretacion. Kenners noemen dit niet voor niets een ornithologisch paradijs. 

Het is niet zo dat ik, als oudere jongere, nog een bucket list hanteer. Zo’n lijst die je coûte que coûte wilt afvinken. Wel heb ik nog een wensenlijst. Het verschil tussen de ene en de andere lijst is dat het heilige moeten. Die is verdwenen. Maar als iets kan, is het mooi en als het niet gebeurt is dat oké. Ik heb overigens nog best een lange wensenlijst: het noorderlicht zien met eigen ogen, rondreizen in Turkije (rijke Euraziatische geschiedenis en cultuur), een cruise langs de eilanden in de Pacific, varen over de Amazone in Brazilië, snorkelen in Raja Ampat (Papua Nieuw-Guinea).

Mijn allerlaatste reis heb ik ook al bedacht. Ik zou graag willen dat mijn resten worden uitgestrooid in de wateren van Palau, een onafhankelijke eilandenstaat in Micronesië (Stille Oceaan). Ik ontdekte die plek in een interview met de Nederlandse wetenschapper Geerat Vermeij (1946) in 2002 in de Volkskrant Het was ten tijde van de publicatie van zijn boek ‘Schelpen en beschaving’. Als paleobioloog bestudeerde hij de complexiteit van schelpfossielen van honderden miljoenen jaren geleden. Als schelpenliefhebber las ik zijn boek in een ruk uit. Vermeij noemde snorkelen in Palau destijds de mooiste onderwaterervaring van zijn leven. 

De blinde Vermeij is een van de belangrijkste natuuronderzoekers ter wereld. Hij werd geboren in Nederland maar emigreerde als jonge wetenschapper naar de VS. Aan de hand van zijn ziende vrouw snorkelde hij voor onderzoek over koraalriffen in de hele wereld en voelde wat zij zag. Vorig jaar publiceerde deze emeritus-hoogleraar nog een boek, getiteld ‘The Evolution of Power: A New Understanding of the History of Life’. Hij wist niet dat hij nog een boek ‘in zich had’. Het werd een erudiet werk dat tot nadenken stemt. Homo Sapiens is het eerste ‘organisme’ dat de krachten van de natuur wist te modificeren. Het menselijk monopolie over de biosfeer is inmiddels een voldongen feit. De mens is echter gevaarlijk dicht bij het vernietigen van de hele aerobe biosfeer gekomen.

Palau dus. Mijn overlijdensverzekering, door mijn vader afgesloten in een ver verleden, dekt de kosten van deze uitvaart. In mijn geval geen begrafenis met koffie na en geen 34.000 rozen op mijn kist. Als mijn liefje mij overleeft, moet ze wel een verre reis ondernemen om op die plek te komen; hemelsbreed ruim 13.000km. Via Seoul of een andere Aziatische stad naar Kotor, de hoofdstad van die eilandstaat. Of via Australië en dan pal naar het noorden doorvliegen. Ze kan ook besluiten te gaan cruisen in die wateren en mij dan 1,2,3 in Godsnaam overboord gooien. Ze kan dat ook doen in de Middellandse Zee. Te voet, zonder een meter te vliegen. Goed voor het milieu, mijn uitstrooiing waarschijnlijk niet. Daar ga ik tegen die tijd niet meer over. 

Maar zover is het nog niet. In december krijg ik mijn eerste privé-pensioenuitkering, zes maanden voordat ik 65 jaar wordt. In 2005 stopten mijn liefje en ik met werken. De CFO van de familie had berekend dat het kon. We gingen rentenieren (niet met pensioen). In het Spaans maakt men dit onderscheid ook. Je bent ‘jubilada’ als je als vrouw voor de pensioengerechtigde leeftijd stopt met werken en ‘pensionista’ als je stop na je 65ste. Sinds 2005 ontving ik geen persoonlijk inkomen. We leefden van onze spaarpot en daar kwam later het privé- en staatspensioen van mijn (oudere) liefje bij. 

Inmddels zijn we 20 jaar verder. Vroeg stoppen met werken verveelde ons geen moment. Voor ons, workaholics, wachtte geen zwart gat. We trokken immers samen de wijde wereld in. De weg ergens naartoe was minstens zo belangrijk als de bestemming. Sindsdien vinkten we veel van onze wensenlijst af. Een groot kado, in menig opzicht. Je hoort regelmatig dat mensen met pensioen gaan en dan binnen een jaar dood neervallen of van alles gaan mankeren. Dat bleef ons grotendeels bespaard. We hebben onze mankementen maar tijdens onze roerige reisjaren waren we in staat er met volle teugen van te genieten. Kom er eens om! 

Daaraan voegen we nu een bescheiden binnenlands reisje toe. Het is ook leuk om toerist in eigen land te zijn. Zeker in zo'n groot en boeiend land als Spanje. We keren terug naar de autonome regio Aragón (zie septemberblogs) om de grote groep gevederde vrienden te zien die migreerden uit het Hoge Noorden van Europa en daar in duizendtallen neerstreken. Deze keer trakteer ik! De kraanvogels kunnen we van alle kanten en van dichterbij gaan bewonderen via een aantal observatiepunten die om de lagune heen liggen. 

Als we mazzel hebben, slaan we zelfs drie vliegen in één klap. We rijden ook door een gebied met herfstkleuren èn maken kennis met El Cid. De eerste keer dat ik op deze Castiliaanse veldheer stuitte, was tijdens de lessen Frans op de middelbare school. De Franse schrijver Pierre Corneille schreef een tragikomisch toneelstuk over ‘Le Cid’, een ridder uit de 11de eeuw die streed tegen de overheersing door de Moren op Spaans grondgebied. Verplichte kost op een katholiek college.

Het verhaal speelt zich af tijdens de Middeleeuwen, ten tijde van de (Re)conquista, die ongeveer 800 jaar duurde. Enkele christelijke koninkrijken op het Iberisch Schiereiland probeerden met militair geweld de islamitische moren uit het land te verdrijven. Vanaf de 8ste eeuw behoorden het huidige Spanje en Portugal tot Al-Andalus, onderdeel van het kalifaat van de Omajjaden die Damascus als hoofstad hadden. Later werd Córdoba -als emiraat- de nieuwe hoofdstad. 

El Cids echte naam was Rodrigo Díaz de Vivar. Hij vocht dan weer mee met de christenen, dan weer met de moslims. Alles draaide om macht, die van zijn opdrachtgever en die van hemzelf. Geen jongen om ruzie mee te krijgen. De moren vestigden zich in hoofdstad Zaragoza van het huidige Aragón, waar nog veel gebouwen in Mudejar-stijl zijn te bezichtigen. 

Ons hotel bevindt zich in de historische stad Daroca dat in de 8ste eeuw werd gesticht door Arabieren uit Jemen; zij noemden het Calat-Darawca. Een eeuw later was het een van de belangrijkste medina’s van Al-Andalus. El Cid onderwierp de vestingsstad in de 11de eeuw namens koning Alfonso I van Aragón. De ridder schijnt ooit in het ziekenhuis van dit stadje te hebben gelegen. Het heeft vandaag de dag nog steeds een te bezoeken moslim- en joodse wijk. Genoeg om te bezichtigen!

In de omgeving van het hotel en de lagune loopt een route die ‘El Anillo del Cid’ wordt genoemd, de Ring van El Cid. Die loopt door een ruig, bergachtig gebied met veel geschiedenis en van grote culinaire waarde vanwege de vele truffels en de eeuwenoude olijfbomen.

Hopelijk is er weer veel te bloggen bij terugkeer. ¡Hasta luego!


zaterdag 23 november 2024

Culi-fans

Onlangs stuurde vriendin Bernadette een lezenswaardig FD-artikel door over de betekenis van de Spaanse keuken, voor het land zelf en de wijde wereld. Er staan meer Spaanse dan Franse of Italiaanse restaurants in de lijst van 50 beste ter wereld. Onder de tien beste chefs ter wereld staan vijf Spanjaarden. Wat verklaart dat gastronomische succes? 

De wereldberoemde ex-chef van El Bulli, Ferran Adrià, wiens restaurant in het verleden vijf keer werd verkozen tot beste ter wereld, komt in dat artikel uitgebreid aan het woord. Zijn restaurant kreeg jaarlijks 2 miljoen aanvragen uit de hele wereld maar er was maar plaats voor 8.000 culinaire gasten. (Twee van onze Nederlandse vrienden dineerden er.) 

Wat leuk is om te vermelden in deze context, is dat mijn liefje en ik in de jaren '90 verbleven in Hacienda Benazuza, een hotel in de buurt van Sevilla (Sanlúcar el Mayor). Het was ooit een traditionele boerderij in Arabische stijl uit de tiende eeuw, die onder andere diende als rustplaats voor de Spaanse koning Ferdinand. De boerderij werd omgebouwd tot luxehotel met een prachtige binnenplaats en een weelderige tuin met zwembad (nog steeds met Arabische sferen). Daar bleken twee mannen in de keuken te staan die de sterren van de hemel kookten: Ferrán en Albert Adrià. Destijds kenden we hen nog niet van naam. Alleen al het ontbijt was te mooi en apart om op te eten. Op die plek begon hun reis naar El Bulli, de rest is geschiedenis. 

Chef Ferrán Adrià, geboren in Andalusië maar groots geworden in Catalonië, gebruikte in El Bulli typisch Spaanse gerechten maar serveerde ze in een unieke, gedeconstrueerde vorm. Traditionele gerechten waren lang heilig in Spanje, totdat men zag wat radicale veranderingen veroorzaakten. Toen gingen meer chefs wijzigingen aanbrengen. In 2011 nam Adrià de beslissing zijn succesvolle restaurant te sluiten. Voortaan wilde hij zijn energie steken in de verdere ontwikkeling van de Spaanse keuken.

De chef kan zijn moederland zonder problemen in één woord vangen met ‘gastronomia’, de sociale hartslag van dit land. De kookkunst groeide er in korte tijd uit tot een kurk waarop de economie mede drijft. Uit een KPMG-onderzoek uit 2019 kwam naar voren dat 33% van het Spaans bruto nationaal product direct of indirect aan gastronomie is te danken. In 2023 namen analisten van adviesbureau McKinsey de Spaanse toprestaurants onder de loep. Die bleken goed voor een jaaromzet van 8.6 miljard. 

Spanje kende jarenlang een wettelijke verplichting voor ieder restaurant om een dagmenu van €10 aan te bieden. Die verplichting bestaat niet meer maar goedkope dagmenu’s kun je nog overal vinden. Met onze Engelse lunchclub gaan we maandelijks voor een driegangenmenu; we zitten inmiddels gemiddeld op een bedrag van €15. Dat eten belangrijk is, is echter nog geen antwoord op de vraag waardoor Spanje tot de culinaire wereldtop ging behoren. 

Mijn nieuwe vaderland heeft veel te danken aan de geografische ligging; die garandeert een rijke oogst aan gevarieerde producten. Druivensoorten en olijven groeien goed in de kurkdroge maar ook bloedhete delen van dit land, aubergines en courgettes gedijen juist in het koele noordwesten. De lange kustlijn, gepositioneerd aan de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee, brengt een grote variëteit aan vis en zeevruchten met zich mee. En vanuit Noord-Afrika, waar de twee Spaanse enclaves Ceuta en Melilla liggen, komen kruiden en specerijen de Spaanse keuken binnen. Elke Spaanse regio heeft iets toe te voegen op gastronomisch gebied. 

Er worden in dit artikel nog twee andere chefs belicht. De ene is Carme Ruscalleda (1952) die wel de beste vrouwelijke chefkok ter wereld wordt genoemd. Met haar drie restaurants verwierf zij in de loop van de tijd zeven Michelin-sterren en daarmee werd zij de meest onderscheiden vrouwelijke chef ter wereld. Haar eerste restaurant stond in Catalonië, haar tweede in Japan (een exacte replica van restaurant nr 1), haar derde restaurant bevindt zich in Barcelona; dat is genaamd ‘Moments’. Haar zoon Raúl neemt daar steeds meer de leiding over. 

David Muñoz (1980) is een van de Spaanse sterrenchefs van nu. Hij draagt al drie jaar achtereen de titel van beste kok ter wereld. Adrià gaat met regelmaat eten in het Madrileense restaurant en geniet van de passie voor koken die hij in elk gerecht herkent. En van het feit dat Muñoz zo constant is in het verrassen. Deze jonge chef is altijd bezig met rebelleren tegen de regels van de gastronomie. 

Het toeval wil dat ik laatst op een parkeerplaats van een Spaanse supermarkt zat te wachten op mijn liefje toen mijn oog viel op een levensgrote billboard aan de andere kant van de straat. Daar was te lezen dat een Amerikaans  hamburgerrestaurant twee nieuwe recepten van Dabiz Muñoz op de kaart zette. Daar moest ik het mijne van weten. Wij gingen er een avondje uit en bestelden de kipburger. Die bleek heel krokant en mals, goed gekruid, leuk aangekleed en geserveerd op een briochebroodje. Het was voor ons beiden teveel om op te eten. Ik vond het niet voor herhaling vatbaar, mijn liefje twijfelt nog... Overigens ziet Ferran Adrià de volgende gastronomische revolutie niet uit Europa komen. Hij zet zijn kaarten op Mexico of Thailand.

Dat is een mooi bruggetje naar het volgende onderwerp. Nat Thaipun, met Thaise roots, was dit jaar de winnares van Masterchef Australia. Ze was mijn favoriete kandidate. Ze schitterde door haar creativiteit, was een ster in de opmaak van een bord. Niet alles ging goed maar ze was terecht de beste van alle amateurkoks. Ze kreeg van de jury vaak te horen dat ze al een chef-kok was. Na de finale zocht ik op het web naar waar deze bijzondere 29-jarige uithing en waarmee ze bezig was. Ik vond slechts onbeduidende snippertjes... Waar was ze ondergedoken?! 

Het bleek dat ze haar naam veranderde. Ze noemt zich nu Nat Wolf. Zij won 250.000 Ozzie dollars en die gaat ze deels gebruiken om rond de wereld te reizen en nieuwe smaken en gerechten te ontdekken. Iemand naar mijn hart. 

Het was Bernadette die mij Nats website-link stuurde. Daarop kun je rondneuzen en haar videos bekijken. Ze ging eerst naar Seoul, de hoofdstad van Zuid-Korea. Daar ging ze aan de slag met koken voor nieuwe vrienden, naar de lokale markt gaan, leren van straatverkopers en werken in een sterrenrestaurant. Dat gebeurde in Evett, het restaurant van eigenaar-chef Joseph Lidgerwood. Hij trekt de natuur in om zijn eigen sojasaus en -pasta te maken. Van sikhye (zoete rijstpunch) maakt hij onder andere een sorbet met groene theesiroop, die wordt gegarneerd met handgeplukte mieren voor een vleugje zure smaak. Evett's menu staat bol van de inventieve gerechten die door de chef werden bedacht, met seizoensgebonden producten van Korea. Nat is inmiddels terug in Australië. Ze begon aan een eigen docu-serie, genaamd ‘For Now: Culinary Journeys with Nat Wolf’. We gaan nog veel met haar beleven. 

Vorig jaar werd Masterchef Australia op tv direct gevolgd door Dessert Masters; de internationale bakwedstrijd 2.0 met juryleden Melissa Leong en de eigenzinnige Frans-Zwitserse banketbakker Amaury Guichon. Na afloop van het eerste seizoen werd aangekondigd dat er een tweede zou volgen in 2024. Twee oude bekenden uit een eerdere jaargang van Masterchef Australia, Emilia Jackson (deelneemster in 2014) en Reece Highnell (deelnemer in 2018), maken daar hun opwachting als koekenbakker. Er doen ook twee bekende chefs mee: de Brit Darren Purchese en de Italiaan Donato Toce (beide gastchefs in MCA). 

Er was echter niets te zien op NET5 en ik zag ook geen vooraankondiging. Daarom besloot ik een mail te sturen naar de klantenservice van zender KIJK. Binnen twee dagen ontving ik een antwoord. Men had de nieuwe serie Dessert Masters niet op tijd uit Australië ontvangen om die direct achter Masterchef Australia uit te zenden. Nu wordt er een gaatje gezocht in de programmering van begin volgend jaar. Zo houden wij als culi-fans nog een toetje tegoed.

Vanavond begint op NPO2 de eerste aflevering die Yvette van Boven maakte als stagiaire in de koninklijke keuken. Het programma is getiteld ‘Oranje Van Boven – De keukens van de koning’. Ze schreef een sollicitatie brief met een goed plan aan de verantwoordelijke dienst, op mooi papier en met een echte postzegel op de envelop. Ze mocht komen en liep er een jaar mee. Hoe dat is gegaan, gaan we zien in zes afleveringen. Elke zaterdag om 19:15 uur dus ook geschikt voor de kleintjes!  

Afgelopen woensdag stond er een leuk interview met haar in de Volkskrant. Onder leiding van Sjoert Klein Schiphorst, hofmaarschalk van Zijne Majesteit de Koning, werd een mooi stageprogramma voor haar samengesteld. Het Departement Hofmaarschalk van de Dienst Koninklijk Huis verzorgt alles wat te maken heeft met de gastvrijheid en de verzorging van de mensen in de paleizen en woon- en werkverblijven van het Koninklijk Huis. Voor de logistiek van alle evenementen en officiële ontvangsten (200 à 250 per jaar) is er het Bureau Evenementen, eveneens onderdeel van dat departement. Daar draaide Van Boven onder andere mee met een strak georganiseerd staatsbanket en probeerde ze 19de-eeuwse koninklijke recepten uit. Het was hard werken maar daar is ze niet vies van. De begeleidende foto van prinses Yvette is gemaakt door haar echtgenoot Oof Verschuren. (De koninklijke diadeem schonk ik haar.) 

Het programma gaat over synchroon serveren, treintjes in de keuken, lakeienles, hapjessessies, conversatiestukken op tafel, het leven van een koninklijk zilverbewaarder, stickers op stoelpoten, saamhorigheid op de werkvloer. Yvette’s gevoel voor humor zal het extra leuk maken!


dinsdag 19 november 2024

Multo-radiale samenleving

Wat een aanfluiting was de Haagse politiek, en met name het gedrag van leden van kabinet-Schoof, in de afgelopen week. Deze regering struikelt van crisis naar crisis. Er schijnt ook groot gebrek aan fatsoen te heersen in die gelederen. Dat is slecht voor Nederland! 

Zondag jongstleden was het NPO-programma ‘Van Kooten en De Bie: Vijftig jaar Simplisties Verbond’ te zien op de Nederlandse tv. Ik had die avond veel ‘Oh ja!’-momenten. Het was een compilatie van enkele van de onovertroffen typetjes van Kees van Kooten en Wim de Bie. Daarmee bracht de VPRO een ode aan deze twee genieën. Op 28 oktober 1974 richtten zij het Simplisties Verbond op in een suf zaaltje in het Amsterdamse hotel Krasnapolsky. De mattenklopper werd hun symbool vanwege het oer-Hollandse, degelijke, propere, reinigende karakter, én vanwege de grafisch simpele, maar ongemeen krachtige vorm. Later deze maand begint de tiendelige serie ‘Toen werd nu’ over dit tweetal; vijf uitzendingen dit jaar, vijf in het voorjaar van 2025. 

Koot & Bie maakten spraakmakende programma’s waarin ze onvergetelijke types neerzetten. Wie herinnert ze, of kent ze, niet?! De vieze man (Van Kooten), meneer Foppe (De Bie, tragi-komische man), de geilneef (Van Kooten, het is weer zomer!), Walter de Rochebrune (De Bie als kluizenaar), Jet en Koosje Veenendaal (samen, zussen uit het Gooi), O. den Beste (De Bie als ex-leraar Duits), De Positivoos (samen, gristelijk popduo), zwerver Dirk (De Bie, biertje!), Carla en Frank van Putten (samen, moeder en zoon), wethouder Hekking (Van Kooten), professor Akkermans (Van Kooten, altijd genoemd!), Arie en Gé Temmes (samen, brompotbroers), Koos Koets (Van Kooten, oudere jongere), Bert en Dien Meibos (samen, oprichters van de Gerrit Braks-fanclub). En honderden meer.

Zij waren de tv-helden van mijn adolescentie. Mooie Meneren! Ze leerden mij kritisch kijken naar mijzelf, mijn land en de medelanders. Ze leerden mij de betekenis van grimlachen. Ik vond ze geweldig vanaf de eerste keer dat ik ze zag en hoorde. Hun woordenspel sloeg aan bij mij. Ik denk ook dat ze mijn gevoel voor ironie hebben aangewakkerd: A zeggen maar B bedoelen. Zowel mijn liefje als ik bleef voor hun programma thuis, zo bleek nadat we elkaar leerden kennen eind jaren '80. Vanaf dat moment keken we samen verder, dat maakte de ervaring nóg leuker. Ik durf te zeggen dat we er vaak voor thuisbleven.

Koot en Bie presenteerden in 1980 De Tegenpartij van Tedje van Es en F. Jacobse, twee ‘vrije jongens’ uit Den Haag. Als antwoord op het ‘hete hangtaboe’ van de multiculturele samenleving bepleitten zij een ‘multo-radiale samenleving’. Geïnspireerd door een neef uit Zuid-Afrika, waar ‘alle buitenlanders hun eigen thuisland hebben’, ontwikkelde ordeleider Van Es een plan om bevolkingsgroepen te spreiden over het land. 

Grieken naar de Waddeneilanden: de provincie Grieksel. Tunesiërs en Marokkanen naar Friesland en Groningen: Tunesingen. Turken naar Drenthe (vanwege de schapen): Turkenburg. Veluwe voor de Molukkers: Molluwe. Surinamers naar het warme zuiden: Surin. Arabieren naar Brarabant. Italianen naar Overijssel, naar Littel Italie. Alle witte Nederlanders naar de Randstad: Blankstad, dat voor de rest van het land alleen met een pasje toegankelijk was. Het voordeel was dat je op vakantie kon gaan in eigen land. Alles onder het motto: maak van alle buitenlanders binnenlanders en van alle bange burgers vrije jongens.

Briljante tv. Jacobse en Van Es trokken discriminatie en racisme in het absurde. Daarmee legden ze in feite de apartheid bloot die ten grondslag lag aan het multiculturalisme. Het klassieke racisme meent dat andere etnische groepen achterlijk zijn. De eigen cultuur is beter, beschaafder dan die van de ander. 

Koot & Bie waren in alles hun tijd ver vooruit. Ze voelden haarfijn aan wat er speelde in de maatschappij en maakten er satire van. Onderbuikgevoel, gender, privacy, oorlog, populisme, taalverloedering, racisme. ‘Samen voor ons eigen’. De thema’s van toen zijn de thema’s van nu. In alle verkiezingsfilmpjes van de PVV, die zichzelf graag afficheert als de hedendaagse tegenpartij, wordt gesteld dat zij opkomen voor Nederland. ‘Nederland voor de Nederlanders’. 

In een essay van 2009 in het cultureel-literair tijdschrift De Gids las ik in dit verband dat de vraag naar de ware Nederlander leidt naar ‘de paradox van de fundering van de natie’. Wat was er eerder: Nederland of de Nederlanders? Waren er Nederlanders voordat Nederland bestond of ging de stichting van Nederland vooraf aan het bestaan van Nederlanders? Was er sprake van een spontane consensus onder de bevolking of kwam er een autoritaire wetgever aan te pas? De Vader des Vaderlands (Willem van Oranje) kan per definitie geen kind van het vaderland zijn. Nederland werd dus kennelijk gesticht door een niet-Nederlander. Iedere migrant herinnert ons aan dit ‘allochtone’ karakter van Nederland. DNA-onderzoek uit botten toonde jaren geleden aan dat Nederland in de pre-historie al één grote smeltkroes van volkeren was. Maar tolerantie lijkt niet meer in onze genen te zitten... Tja.

In dat essay las ik verder dat de mythe van het Sociaal Contract (!), die veronderstelt dat het volk aanwezig was bij de eigen geboorte, verhult dat ‘het volk’ gaandeweg ontstond nadat een enkeling of een groep gelijkgestemden had bepaald aan welke kwalificaties een volwaardig Nederlands staatsburger moest voldoen. Ze konden de norm zo formuleren dat deze gaandeweg ruimte bood aan steeds meer groepen. Maar de buitengeslotenen behielden altijd een achterstand. 

Ik moest terugdenken aan een uitspraak van de allochtoon Máxima Zorreguieta tijdens haar inburgering in 2007. Zij zei dat dé Nederlander niet bestaat. (Ze zei dit overigens niet letterlijk. Wel dat ze ‘dé Nederlandse identiteit niet had gevonden’.) De gewraakte uitspraak lag zeer gevoelig in een periode waarin nationaliteit en nationale identiteit onder een vergrootglas lagen. De Nederlandse politiek werd op dat moment gekenmerkt door hevige debatten over migratie en integratie, aangezwengeld door Geert Wilders en zijn PVV. Onze latere koningin zag het echter goed. In de behandeling van migranten blijkt de beschaafde Nederlander achterlijker dan achterlijk, terwijl de achterlijke migrant van de weeromstuit Nederlandser dan Nederlands lijkt. 

Herinner je je ‘groentenist’ Blok en klant Mehmed Pamuk? (Twee andere typetjes van Koot & Bie.) Blok sprak zijn klant toe in een dom brabbeltaaltje. ‘Izzegoed, apies (aardappels), de appel zit vol beesies (vitaminen)’. Pamuk, daarentegen, sprak hypercorrect Nederlands: hij vervoegde zich bij de zuivelhandel voor lammetjespap. Hilarisch en wrang tegelijkertijd. Satire op zijn best! 

Nationalisten willen de ander zonder hun anders-zijn. Dit wijst erop dat er tussen alle schijnbaar gelijkwaardige groepen één groep is wiens normen en waarden heimelijk de dienst uitmaken. Alle Nederlanders zijn gelijk, maar sommige Nederlanders zijn gelijker dan anderen. Dat is het Gat van Nederland, de kloof van de domheid die Nederland splijt, de bron van alle spanningen. Toen en nu. 

De tragiek is ook dat de Nederlanders die zich onder het motto ‘Nederland voor de Nederlanders’ verzetten tegen migranten, vechten tegen hun eigen spiegelbeeld: beide groepen wonen in dezelfde achterstandsbuurten, hebben eenzelfde lage opleiding en inkomen, omhelzen dezelfde normen en waarden. 

Ook het essay in De Gids is vandaag de dag nog relevant. De geschiedenis blijft zich herhalen en dat is pijnlijk.


donderdag 14 november 2024

Passie voor vogels

Ik kan momenteel geen nieuwsbrief openen of radioprogramma luisteren of het gaat over de vogeltrek, het seizoensgebonden natuurfenomeen (voorjaar/najaar) dat veel mensen interesseert en fascineert en voor sommige wetenschappers hun professie is. De afbeelding hierboven geeft de vogeltrekroutes van de kraanvogels aan. 

Onlangs hoorde ik tijdens mijn favoriete programma ‘Vroege Vogels’ op zondagochtend een vogeltrekdeskundige vertellen over een ontdekking die wetenschappers recent deden. Een gezenderde zilverplevier was op extreme hoogte (ruim 3km boven zeeniveeau) tijdens een non-stop migratievlucht uit de lucht gegrepen door een slechtvalk. Men vond de volgband van de trekvogel op 200m afstand van het nest van de jager. Dr Michiel Boom publiceerde deze bevindingen vorige maand in het tijdschrijft Ecology. Informatie over predatierisico tijdens de trekvlucht ontbreekt grotendeels, met name wat betreft de hoogte waarop migranten risico lopen. Tot dan toe vond men geen bewijs dat er zo hoog wordt gejaagd. Dit nieuws haalde zelfs de New York Times die het artikel de kop gaf ‘A Feathered Murder Mystery at 10,000 Feet’. 

Toen ik vorige week nog niet veel mocht lezen vanwege een oogoperatie, luisterde ik naar de Vogelspotcast van Arjan Dwarshuis en zijn jeugdvriend Gisbert van Baalen. Dwarshuis is de bekendste vogelaar van Nederland, denk ik. Dit is doorgaans een grappig team dat vooral jonge mensen inspireert de natuur in te trekken. Ze zijn dus goed bezig. Dwarshuis is de allesweter en vaak de pestkop, Van Baalen de nitwit en zijn gewillige slachtoffer. Van Baalen kon voor aanvang nog geen mus van een duif onderscheiden maar inmiddels fluit ook hij een aardig vogeldeuntje mee. 

In een van die podcasts vertelde Dwarshuis over de vogeltrek in de herfst. Een relatief kleine waadvogel als de drieteenstrandloper (a), die hier ook jaarlijks aan de plaatselijke kust neerstrijkt op weg naar Afrika, kan wel tot op 8km hoogte vliegen! Dat is maar iets lager dan de gemiddelde cruisehoogte van een vliegtuig. Ze broeden in de Arctische Cirkel en gaan op weg naar hun overwinteringsplek in het diepe Zuiden. Dat is een tocht van circa 10.000km. Het kleine dier moet enorm veel vleugelslagen maken om onderweg niet te bezwijken en die weg van duizenden kilometers succesvol af te leggen. Daarbij komt veel warmte vrij dus het vermoeden is dat deze vogels grote hoogte kiezen om die warmte goed kwijt te raken en niet aan oververhitting te bezwijken. Het vermoeden was ook dat ze zo hoog vliegen omdat ze zo hopen daar niet te worden aangevallen en opgepeuzeld door roofvogels. Dat laatste kan nu worden ontkracht. Een roofvogel als de slechtvalk, een zeer sterke jager, jaagt wel degelijk op grote hoogte.

Op de fotocollage zijn (b), (c) en (d) respectievelijk een zilverplevier, een bontbekplevier en een kleine plevier. Allemaal waad- en trekvogels die werden gespot in het najaar, op het eigen strand. Mijn liefje noemt deze plek onze kleine Goudkust. 

Laatst stond er een informatief artikel in de Volkskrant over de allereerste vogelaars van Nederland. Vogelen doen we er pas 100 jaar. In het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam is tot eind september 2025 de tentoonstelling ‘Passie voor vogels’ te bezichtigen. Dat gaat over de zeven Nederlandse mannen die met deze bezigheid begonnen. Er is plek ingeruimd voor één vrouw: freule Cécile Goekoop-De Jong van Beek en Donk (1866-1944). Ze was geen vogelaar, wel schrijfster en feministe. 

Eind 19de eeuw stoorde haar het gebruik van vogelveren voor hoedjes en andere damesmode. Daarom richtte ze samen met haar zus Elsa de ‘Bond ter bestrijding eener gruwelmode’ op (1892). Zeven jaar later ontstond hieruit de Nederlandsche Vereeniging tot Bescherming van Vogels, de hedendaagse Vogelbescherming. De eerste leden waren vrouwen die zich inzetten tegen dierenmoord. En met succes! In 1912 kwam de Vogelwet tot stand, waarmee Nederland het eerste Europese land werd waar in principe alle –uitzonderingen daargelaten– in het wild levende vogels een beschermde status kregen. De vrouw met het geweer zou Coco Chanel zijn.

Het idee om aandacht te besteden aan de vogelaars van het eerste uur kwam van de Nederlandse Ornithologische Unie (NOU), een vereniging voor amateurs en professionele vogelonderzoekers -eveneens 100 jaar oud- die zich tot doel stelt ‘de interactie en kennisoverdracht tussen beide groepen te bevorderen’. Een van die vroege vogelaars stelde dat vogels kijken van alle sporten de meest wetenschappelijke, en van alle wetenschappen de meest sportieve sport is. 

Waarschijnlijk hadden die eerste vogelaars geen idee dat ze aan het pionieren waren. Ze moesten het doen met veel beperktere middelen dan tegenwoordig. Bij het artikel stond een foto van een oud zeepbakje dat door Willem Bierman werd gebruikt voor het bijeenhouden van aantekeningen in het veld. De zelfvervaardigde camera van vogelaar Frans Kooijmans woog 16.5kg. Het ding werd ‘het kanon’ genoemd. De Tweede Wereldoorlog leverde hem iets bijzonders op: uit het vizier van een oude Duitse tank wist hij twee lenzen te slopen die een aanzienlijke verbetering voor zijn eigen kanon betekenden.

De verzamelwoede van Bernard van Dooren resulteerde in 102 sigarendoosjes vol met (leeggeblazen) eieren. Nu is deze verzamelpraktijk verboden. 
Uit hun notities over de vogeltrek blijkt het inzicht over dit intrigerende fenomeen te groeien. ‘Het bleek dat vogels de halve wereld over vliegen tijdens hun trek. Voordien dachten mensen nog dat een koekoek 's winters veranderde in een sperwer, of dat zwaluwen overwinterden in de modderbodems van sloten en ander water.’ Op de illustratie hiernaast is de voorzittershamer van de Club van Vogelkundigen te zien, uit 1941.

Elke hedendaagse vogelaar staat op de schouders van deze oude reuzen. Plus een reuzin! 

Mijn liefje en ik reden in september naar de lagune van Gallocanta om daar migrerende kraanvogels te zien. Het is een plek waar duizenden vogels in dit seizoen neerstrijken. We waren destijds helaas te vroeg. Er zijn grofweg drie migratieroutes. De kraanvogels uit Scandinavië (Noorwegen, Zweden, delen van Finland), Centraal-Europa (Duitsland, Polen, Tsjechië) en de Baltische Staten (Letland, Litouwen, West-Estland) gebruiken de West-Europese vliegroute. Die voert hen naar de overwinteringsgebieden in Frankrijk en Spanje. Gallocanta ligt op die route. De route van de terugreis naar de broedgebieden in het voorjaar verschilt nauwelijks van de heenreis. De vogels gebruiken heen en terug dezelfde tussenstops. (Gallocanta is gearceerd op de kaart bovenin.) 

Inmiddels streken daar al ruim 11.000 kraanvogels neer. We hadden ons voorgenomen ze te gaan zien als ze in voldoende aantallen waren gearriveerd en als de wegen ernaartoe sneeuwvrij waren. (De lagune ligt op meer dan 1.100m hoogte dus het kan er sneeuwen.)

Ik kon mij verheugen op de excursie die rondom de lagune wordt aangeboden; er is er eentje in de ochtend en een in de namiddag. Dat betekent dat er verschillende soorten lichtinval zijn. Joehoe! Het recente noodweer door de DANA gooide echter roet in het eten. De route die we zouden volgen, is nu moeilijk begaanbaar door de vernielingen die het kolkende water in dat gebied aanbracht. Als we ongehinderd naar Gallocanta willen rijden, moeten we omrijden en dat trekt ons niet per se. Er is immers ook al sneeuw gevallen. We gaan zien wat er de komende maanden gebeurt.

Het is niet zo dat ik nog nooit van mijn leven kraanvogels zag. Toen we in 2005 na vroegpensionering aan onze wereldreis begonnen, zagen we er twee in het natuurpark Kakadu (Northern Territory) van Australië. De exemplaren op de foto behoren tot de brolkraanvogels; de Ozzies noemen ze daarom ‘brollos’. We hebben tot maart 2025 om ze in groten getale in Spanje te zien.


zaterdag 9 november 2024

De wonden likken

Boy oh boy, wat zaten de peilingen ernaast en wat een waardeloze verkiezingsuitslag! Maar het Amerikaanse volk heeft gesproken en koos een elitaire autocraat met xenofobe trekken. Een man met een radicaal kapitalistische agenda en veel dubieuze types om zich heen.

Donald Trump won deze presidentsverkiezing echter overtuigend, dat moet hem en zijn campagneteam worden nagegeven. Ik las terug wat ik blogde na zijn verkiezing in november 2016. Dat was vergelijkbaar. In de aanloop ervan: wensdenken dat er eindelijk een vrouwelijke president in Amerika aan het roer zou komen. Achteraf: een plaatje van de huilende Miss Liberty. Kamala was klaar om het te doen, Amerika was niet klaar voor een presidente van kleur. 

Een vriend stuurde op de ochtend na de uitslag een Whatsapp met de blazende Trump en het gedoofde vrijheidsbeeld. Hij vond de uitslag ‘een klotezooi’, net als ik. De politici die hedentendage met name verantwoordelijk zijn voor deze zooi in de wereld zijn Poetin (Rusland), Xi (China), Netanyahu (Israël), Milei (Argentinië), Modi (India) en Kim Jung Un (Noord-Korea) maar ook dichter bij huis zijn ze gemakkelijk te vinden. Neem Orbán (Hongarije), Meloni (Italië) en Wilders (NL). Daar voegt Trump zich nu -weer- bij. Het is mij nogal een rijtje illustere niet-deugmensen... Vrienden voor het leven!  

Mijn eigen vriend trok de -in mijn ogen terechte- vergelijking met de jaren '30 van de vorige eeuw. Mussolini, Stalin, Hitler en Franco; enge extreem-rechtse mannen die elkaar jaren later weer vonden op dezelfde inktzwarte bladzijde van de wereldgeschiedenis. Wie deze duistere tekenen aan de wand niet ziet, is naïef of (nóg erger:) onverschillig. 

Het interesseerde de Trump-gezinde Amerikanen kennelijk geen bal. Het lijkt hen vooral te gaan om geld (economie). Nu kun je niet zonder en hoe meer geld hoe gemakkelijker het leven maar de VS zijn bij uitstek het land van de financiële transacties: als jij iets doet voor mij, doe ik iets voor jou. Het lijkt daar minder of niet te gaan om principes, omgangsvormen, normen en waarden. 

Het lichtpuntje van Kamala Harris zelf was achteraf dat je in het donker de sterren beter ziet. Tja. De Democraten hebben een lange weg van soul searching te gaan. Hun boodschap komt niet meer aan bij de kiezer. Dat geldt voor (sociaal) democraten in de hele wereld. Een wereld die weer een ruk naar rechts maakt. Net als toen...

Mijn liefje droomde de nacht na de verkiezingsuitslag dat Trump werd doodgeschoten en ik droomde dat wij samen in zee zwommen toen er achter mijn rug een witte haai opdook. Zij sommeerde mij onder te duiken. Dat deed ik. Daarna schrok ik wakker en bleef lang klaarwakker. Ik heb mij voorgenomen mij meer te distanciëren van alles dat komen gaat nadat de 47ste president is geïnaugureerd in januari 2025. 

Voor nu lik ik mijn wonden. Ooit las ik ergens ‘Licking your wounds will not stop the bleeding but applying pressure will.’ Niet-Republikeinen in de VS hebben twee maanden de tijd om na te denken over hoe die druk het best kan worden opgevoerd. Ik weet een ding zeker: mensen scharen zich niet automatisch achter het idee van een democratie. Wel achter democratie die hun leven verbetert. 

De situatie na de natuurramp in Spanje is eveneens een open wond. Niet alleen lijkt men niet precies te weten hoeveel mensen nog worden vermist (er verschijnen nauwelijks aantallen in de media), het wordt steeds duidelijker hoezeer de verantwoordelijke bestuurders van de Partido Popular (PP) in de Generalitat Valenciana ernstig hebben gefaald. Het is wel mijn regio maar niet mijn regering. Te weinig aandacht was er voor de eerste signalen, te laat werd er gereageerd op het weeralarm, ze logen achteraf en schoven de schuld onterecht af op enkele staatinstituties (AEMET en de landelijke regering in Madrid). Vooral de kop van de regiopresident, Carlos Mazón, moet rollen; ldus artikelen in de krant El País en andere media. 

Wat ook erg is, is dat er een milieuramp dreigt in het zwaarst getroffen deel van de regio Valencia. 107 afvalwaterzuiveringsinstallaties, ongeveer de helft van alle installaties, zijn letterlijk begraven onder de modder. De drinkwatervoorziening voor burgers is inmiddels grotendeels hersteld maar de waterdruk laat hier en daar te wensen over. Bij ruim 80% van de 850.000 bewoners van de 69 getroffen gemeenten die het hardst zijn getroffen, komt weer water uit de kraan.

Zonder deze zuiveringsinstallaties wordt stedelijk rioolwater nu rechtstreeks geloosd in de rivieren Júcar en Turia (twee van de boosdoeners van deze ramp). Ook de installaties van fabrieken in de omgeving van Valencia-stad zijn vernield; zij moeten nu ook rechtstreeks in de rivieren lozen. Er stromen dus miljoenen liters ‘grijs’ water naar het laagste punt, ofwel naar de kust en daarna in de Middellandse Zee. Alles dat door het kolkende water werd meegesleurd ligt op de stranden van Valencia-stad tot aan die van kustplaats Denia. Ook dode paarden, schapen, pluimvee en varkens. Nu nog vermiste personen zijn waarschijnlijk ook in zee terechtgekomen, vermoedt men.

Wat eveneens problematisch is, is dat de reeds afgevoerde modder in de ondergrond gaat stollen hetgeen de afvoer van water uit die gemeenten zal bemoeilijken. Bovendien zijn bovengrondse waterleidingen in het gebied ernstig beschadigd geraakt waardoor er veel lekkages ontstonden. Daar zorgt voor die lage waterdruk. De ondergrondse leidingen schijnen in orde te zijn. Er is echter een groot tekort aan loodgieters dus nu rekruteert men een leger van loodgieters uit heel Spanje. 

In het gebied rondom de lagune van Albufera, een waardevol moerasland, wordt de beroemde paëllarijst verbouwd; dat is het belangrijkste geïrrigeerde gewas in die omgeving. Deze rijstvelden, die circa 15.000 van de 2.1000ha bestrijken en een van de belangrijkste economische pijlers van de regio zijn, raakten ook ernstig vervuild. De lagune ligt vol met giftig afval: autobrandstoffen, koel- en remvloeistoffen en dozen vol met medicijnen. Spanjaarden vrezen nu dat ze vanwege deze vervuiling de komende 50 jaar vergiftigde rijst zullen moeten eten... 

De vogels in de lagune van Albufera, een Natura2000-gebied dat tot voor kort symbool stond voor de biodiversiteit van Spanje, staan pikkend tussen de aangespoelde auto’s, containers, plastic speelgoed en ander materiaal. Overigens zijn de nieuwe grenzen van dit natuurgebied nog steeds niet goed te zien. 

En dan nog iets over mijn oogoperatie die afgelopen week plaatsvond. Ik moest mij vroeg melden, zat daarna twee uur in summier ondergoed (met papieren wikkeldoek) in de wachtruimte voor de operatiekamer te bevriezen. Toen mijn tanden begonnen te klapperen, sloeg een verpleegster mij een extra deken om. De jonge verpleger die de infuuscanule moest plaatsen, was onzeker, heel aardig maar wel een prutser. Nadat hij mijn rechterhand had verramponeerd, bracht zijn ervaren collega het ding in drie seconden op de rug van mijn linkerhand in. Ik begrijp dat iedereen moet leren maar ik ben op zo’n moment liever geen proefkonijn. Zo zat ik daar (als jongste), in mijn eigen bubbel, op een aftelrijtje met anderen terwijl stemmige Spaanse muziek door de ruimte schalde. Daar begon het vele oogdruppelen en andere voorbereidingen voor de ingreep. Totdat het mijn beurt was. 

Deze operatie was interessant en -inderdaad- een fluitje van een cent. Het gaat om een medische ingreep die men faco-emulsificatie noemt, met behulp van een robot. Die robot, een kast op wieltjes ter grootte van een klein mens, heeft speciaal LED-licht waardoor de chirurg extra scherp ziet, extra dunne mesjes voor incisies in het hoornvlies, automatische vloeistof en luchttoevoer, zendt ultrasone trillingen uit waardoor de te verwijderen lens verpulvert, een afzuigfunctie die de oude lens verwijdert. (De oogbal bleef zitten.) De chirurg kan de robot aansturen met een knop of voetpedaal. Dit type operatie is een veilige en minimaal invasieve procedure met een laag risico op complicaties. Aldus de folder. 

Ik kreeg een groene sluier over mijn hoofd (die kleur zou rustgevend werken?!) zodra ik op de operatietafel lag. Barefoot in nikab... Het luik voor mijn te opereren oog werd geopend maar zelf zag ik alleen diffuus licht in de verte. 

Horen deed ik echter alles. De chirurg, mijn eigen dokter Joaquin, communiceerde met de robot die elke volgende fase aankondigde. Tussen die processtappen door zei een vrouwelijke robotstem telkens ‘Continuamos’, laten we doorgaan. Zo kon ik de ingreep toch min of meer volgen. De OK-verpleegster bracht naderhand een oogkap en -lap aan voor mijn oog. Met dat afplaksel rolde ik naar de verkoeverkamer. Voor de volgende dag stond het eerste consult met de arts gepland. 

De avond na de operatie vond op NET5 de finale plaats van Masterchef Australia 2024; een geweldige jaargang. Elke episode gaat doorgaans gepaard met veel emotie. De doos Kleenex staat dan ook standaard op de bank, tussen ons in. Mijn favoriete kandidate Nat bereikte de finale van dit leukste kookprogramma aller tijden maar huilen was deze keer een dingetje. Ik wilde niet dat mijn nieuwe lens uit mijn oog dreef. Nat Thaipun won overtuigend. Joehoe! 

Toen de ‘tapa’ in het ziekenhuis van mijn oog werd verwijderd, zag ik eerst scheel. Meteen daarna begon er een tl-buis in mijn oog te flikkeren. Volgens de arts was dat alles normaal. De kunstlens is van Bausch + Lomb; het garantiebewijs kreeg ik mee naar huis. Deze lens heeft ‘een doorlopend 360° vierkant randontwerp’. Ik heb nu dus zelfs een oog in mijn achterhoofd. Nou jij weer! Deze lens maakt alles wat witter of lichter. Het geflikker is inmiddels gestopt. Ik druppel mij suf en hoop zo infecties te vermijden. Lezen zoals ik dat doe, wordt nog even afgeraden. Podcasts en plaatjes kijken (vogelboeken, reismagazines) bieden soelaas. Mijn oog en zicht worden elke dag beter.


maandag 4 november 2024

Democratie in het Wildste Westen

Dit wordt weer een longread. Je had waarschijnlijk niet anders verwacht. De regelmatige lezer weet dat ik geen politicologe ben maar wel zeer geïnteresseerd in binnen- en buitenlandse politiek. Hoe kun je het als blogger niet zijn in deze gepolitiseerde en gepolariseerde tijden?

De Amerikaanse presidentverkiezing staat voor de deur en die gaat deze keer werkelijk ergens over. Kiest men voor doom & gloom of voor optimisme? Voor verdere ontwrichting en een heksenjacht op politieke vijanden of voor samenwerking en uitvoering van een plan? Voor een veroordeelde crimineel of iemand die dit soort types haar leven lang bestreed? (Laat ook even op je inwerken dat veroordeelde personen in veel Amerikaanse staten niet mogen stemmen...) 

Die veroordeelde crimineel werd door tenminste 20 vrouwen beschuldigd van seksueel misbruik en vorig jaar in New York nog schuldig bevonden aan dat misdrijf. Deze man haalde het vorige week tijdens een rally in zijn hoofd om te zeggen dat hij vrouwen wil beschermen, of zij het nu willen of niet. Het laatste deel van die zin is mogelijk nóg enger dan het eerste deel... 

Zelf zou ik het wel weten: Kamala Harris. ‘Boss Lady’, zoals comédienne Maya  Rudolph haar noemt in de vriendelijke persiflages op Saturday Night Live. (Die moet je bekijken op YouTube. Hilarisch. Harris is haar grootste fan en andersom!)  Niet alleen omdat Harris dan de eerste vrouwelijke president van de VS gaat worden en ook nog eens de eerste presidente van kleur zal zijn. Hoe mooi zou dat zijn?! Als zij gaat winnen, zal dat voor een deel te danken zijn aan de vrouwen die stiekem op haar stemden, zonder dat hun Trump-aanbiddende mannen dat wisten. Dat stiekeme stemmen was een suggestie van actrice Julia Roberts (als voice over). “What happens in the booth, stays in the booth”...

Maar het gaat om veel meer en dat zou iedere rechtgeaarde Europeaan of wereldburger moeten boeien. Over het toekomstig bondgenootschap tussen de VS en Europa, de machtsverhoudingen in de wijde wereld, het functioneren van de NAVO, de aanpak van het conflict in het Midden-Oosten, de veroordeling van machtswellustelingen als Poetin, de afloop van de oorlog in Oekraïne. Dat gaat ons allemaal aan.   

Er zijn circa 244 miljoen Amerikanen gerechtigd om morgen te gaan stemmen. Het is onduidelijk hoeveel stemmers zich hebben geregistreerd en dus hoeveel mensen daadwerkelijk naar het stembureau gaan. Iemand die wil stemmen, moet zich vooraf registeren. Dat is niet in elke staat even gemakkelijk; soms wordt dat proces tegengewerkt. Dit wordt ‘voter suppression’ genoemd, stemonderdrukking. Personen uit de Afrikaans-Amerikaanse gemeenschap overkomt dat het vaakst.  

Een verkiezing in Amerika verloopt anders dan in menig ander Westers land. Een Amerikaanse kiezer kiest niet rechtstreeks voor een presidentskandidaat maar op een kiesman of -vrouw van een politieke partij in zijn of haar staat. (Voor het gemak houd ik één term aan: kiesman.) De bewoner van het Witte Huis wordt dus niet bepaald door een volksstemming maar door de stemmen van het kiescollege. 

Hoe groter een staat, hoe meer kiesmannen die heeft. De grootste staat Californië heeft bijvoorbeeld 54 kiesmannen, dunbevolkte staten hebben er minimaal 2 (plus 1). Er zijn in totaal 538 kiesmannen. Die personen vormen met elkaar het kiescollege. De leden van het kiescollege kiezen vervolgens de president. Om deze presidentsverkiezing te winnen, moeten tenminste 270 kiesmannen zich achter één kandidaat scharen. De meeste presidentsverkiezingen in de wereld worden gehouden volgens de meerderheidsregel, ofwel: de meeste stemmen gelden. Die regel wordt met name toegepast in Europa en Afrika maar dus niet in Noord-Amerika. 

Het huidige Amerikaanse kiesstelsel is het resultaat van een compromis dat in de 18de eeuw werd gesloten. Men verwierp een verkiezing ‘by the people’ en koos voor een politieke oplossing: senatoren en afgevaardigden konden die keuze beter maken, vonden de bestuurders van toen.

Dit kiessysteem is al jarenlang aan kritiek onderhevig, het wordt zelfs ondemocratisch genoemd. Dat heeft alles te maken met het principe van the-winner-takes-all. Op twee staten na (Maine en Nebraska) krijgt de presidentskandidaat die in een staat met een ‘gewone meerderheid’ wint (50% van de stemmen plus 1) álle kiesmannen van die staat achter zich. De ‘boventallige’ stemmen tellen dan niet meer mee. Zo kan het gebeuren dat de presidentskandidaat die landelijk de meeste stemmen krijgt, niet de meeste kiesmannen achter zich krijgt en zo alsnog de verkiezing verliest. Dat gebeurde in de VS in de afgelopen 20 jaar tweemaal in het nadeel van de Democraten. Denk aan Hillary Clinton die acht jaar geleden met drie miljoen meer stemmen dan Trump de ‘popular vote’ won maar het presidentschap aan haar neus voorbij zag gaan.  

Het Amerikaanse kiesstelsel kent nóg iets opmerkelijks. Als beide kandidaten 269 kiesmannen achter zich krijgen, dan zal het Huis van Afgevaardigden (nu met een Republikeinse meerderheid) de president kiezen en de Senaat (met Democraten in de meerderheid) de vice-president. De kandidaten gaan dit jaar nek-aan-nek. Dat zou voor Harris dus funest kunnen uitpakken maar zover is het nog niet. 

Het gaat morgen dus bloedstollend spannend worden, vooral in de zeven staten die als ‘swing states’ worden bestempeld. Daar kan de winst tot op het allerlaatste moment de ene of de andere kant op rollen. Geen van de kandidaten heeft daar een duidelijke meerderheid. Rode staten op deze kaart zijn nu in Republikeinse handen, blauwe in Democratische. (Je moet ze wel behouden! In Iowa, nu in handen van Trump, zou weleens een blauwe golf kunnen komen.) Trump zou nu zijn verzekerd van 219 kiesmannen, Harris van 226. 

Die kantelstaten zijn: Nevada (6 kiesmannen), Wisconsin (10), Arizona (11), Michigan (15), Georgia (16), North Carolina (16) en Pennsylvania (19 kiesmannen). Dat zijn opgeteld 93 kiesmannen, ruim een derde van het totale aantal.

Uit een recente peiling van The New York Times blijkt dat jonge vrouwen in deze swing states liberaler zijn geworden. Meer dan driekwart van de vrouwen tussen 18 en 29 jaar steunt Kamala Harris (versus 40% van de mannen in deze leeftijdsgroep). Een dag voor de verkiezingen hebben 70 miljoen Amerikanen al gestemd. Miljoenen stemmers zweven nog. 

Wat staat er in deze staten op het spel?

De economie in de staat Nevada (bijna 3 miljoen inwoners) herstelde langzamer van de pandemie dan andere staten. De werkeloosheid is hier nog steeds het hoogst van alle Amerikaanse staten en de huizenprijzen stegen er gigantisch. Latino-kiezers maken daar nu 20% uit van het electoraat. Er is een tamelijk grote Arabische gemeenschap die niet voor Harris stemt omdat ze te weinig afstand nam van Bidens beleid versus Israël. (De onafhankelijke kandidate Jill Stein van de Green Party zou uit die gemeenschap meer stemmen krijgen dan zij.) 

Wisconsin (bijna 6 miljoen inwoners) is een staat in de regio van de Great Lakes, bekend van de zuivelproductie en -industrie. De staat zou onderdeel zijn van de blauwe muur (Democratisch). Plattelandsgebieden hebben zich echter steeds meer tot Republikeinse kandidaten gewend. 

Het ooit robijnrode Arizona (ruim 7 miljoen inwoners) veranderde van kleur door een snelle bevolkingsgroei, het grote aantal jonge Latino-stemmers en de afkeer van de Republikeinse partij in de voorsteden. Dat creeërde ruimte voor de Democraten. 

In Michigan (ruim 10 miljoen inwoners), een Rust Belt-staat die ooit floreerde vanwege de auto-industrie, staal en andere industriële productie, is men verscheurd. Clinton ondertekende ooit een handelsakkoord met Mexico waardoor veel banen verloren gingen. Daarmee ontstond een wrok tegen de Democraten die nog steeds geldt. Harris richt zich daar met name op zwarte kiezers (vooral in Detroit) en witte vrouwen uit de voorsteden die afstand nemen van Trump vanwege diens standpunt over abortus. Deze staat heeft een Arabische gemeenschap van 200.000 personen. Daar deed ze de toezegging, in een van haar laatste rallies, dat ze een einde gaat maken aan de Gaza-oorlog. (Hoe?)

Georgia (3.8 miljoen inwoners) is tegenwoordig de thuisbasis van de extreem-rechtse Republikeinse afgevaardigde Marjorie Taylor Greene. In 2020 verloor Trump daar nipt van Biden; met 11.780 stemmen. Die liet hij ‘zoeken’, weet je nog? De groei van de Aziatische en Latijns-Amerikaanse bevolking veranderde het politieke landschap in de buitenwijken van Atlanta. In 2020 kwamen hier gematigde Republikeinen in opstand tegen MAGA. 

North Carolina (ruim 10 miljoen inwoners) moet sowieso door Trump worden gewonnen als hij een gerede kans wil maken op terugkeer in het Witte Huis. (Hij won hier van Biden in 2020). Zijn basis bestaat er voornamelijk uit witte plattelandsbewoners. Harris mobiliseerde vrouwen in de buitenwijken van grote steden en probeert mannelijke Afro-Amerikanen aan zich te binden. Ze hoopt dat te kunnen doen met ‘hulp’ van de Republikeinse kandidaat Robinson die zich als te verkiezen gouverneur afficheert als ‘zwarte nazi’.

In de vijfde dichtstbevolkte staat Pennsylvania (bijna 13 miljoen inwoners) wordt het vooral nagelbijtend spannend. De latino’s in het epicentrum van deze staat (meer dan 1 miljoen kiezers) konden de recente racistische ‘grap’ over Puerto Rico tijdens de Trump-campagne niet waarderen. (Voor de goede orde: Puertoricanen zijn Amerikaanse staatburgers maar hebben op hun eiland geen Amerikaans stemrecht.) Harris richtte haar pijlen hier met name op de zwevende kiezers. Zo trok ze haar meest uitgesproken voorstel over fracking uit haar campagne terug. Fracking, boren naar schaliegas en -olie, is een belangrijke industrie in deze staat. 

Je hoeft al deze details niet te onthouden wat mij betreft als je maar inziet hoe complex de politieke realiteit er is. Er zijn geen simpele antwoorden op complexe problemen.   

Omdat Pennsylvania de meeste kiesmannen heeft, wordt deze staat gezien als de belangrijkste om te veroveren. Dat is ook de reden waarom Elon Musk, die ooit een pesthekel had aan Donald Trump en nu zijn grootste sponsor is, daar een kantoor opende en een team langs de deuren liet gaan om ondertekenaars van een door Trump gesteunde petitie over de streep te trekken. Elke dag ontving een willekeurige ondertekenaar een cheque van 1 miljoen Amerikaanse dollars. De mening van Amerikaanse juridisch experts is, dat dit een onwettige actie is (en bovenal onethisch). De corrupte megadonor werd daar vorige week voor de rechter gedaagd voor zijn acties. Musk werd zo close met Trump omdat hij de voordelen voor zijn eigen bedrijven voor ogen heeft. Het is geen altruïsme van zijn kant maar puur eigenbelang. Daarin lijken deze mannen op elkaar.

Tenslotte een uitspraak van Koen Petersen, de Nederlandse politicoloog en Amerikanist die laatst werd aangehaald in een analyse over de rol van de media in de Amerikaanse politiek (Volkskrant). Hij schreef dit in zijn boek ‘Einddoel Witte Huis. Hoe de Amerikanen hun president kiezen’. 

‘De president van een land is de eerst aangewezen functionaris om het land te verenigen en het vertrouwen te herstellen. Met voorbeeldgedrag, de benoeming van capabele ministers en door respect uit te spreken voor de instituties. [..] De nieuwe president moet hieraan, in het belang van het land, prioriteit geven.’ 

Wie is de geschiktste presidentskandidaat op dit stembiljet? De vraag stellen, is de vraag beantwoorden. Hopelijk laat de uitslag niet ellenlang op zich wachten. Ik vrees echter hertellingen, rechtzaken en zelfs geweld... 

Het is hoog tijd voor een nieuwe generatie politici in Amerika. Tijd voor nieuw leiderschap. America needs a WAP (a Woman as President).

Kamala-Mamala for President!