Afgelopen weekend waren we uitgenodigd voor een haringparty
in de Nederlandse enclave Rojales aan de Costa Blanca. Het ging ons niet om het
feestje, het ging om de nieuwe haring. Mijn liefje en ik keken de vis zowat uit
de Noordzee! Aanvankelijk hoopte ik dat ik aan de viskar van Haagse
Robbie een Hollandse nieuwe zou kunnen proeven, tijdens mijn recente weekend in
Nederland. De haring was op dat moment niet dik genoeg, de kwaliteit liet te
wensen over als gevolg van het matige voorjaarsweer. Het ontbreken van
voldoende zonlicht zorgde ervoor dat de groei van plankton, waarmee de haring
zich voedt, pas laat in het voorjaar op gang kwam. Op 17 juni was het eindelijk zover.
Het eerste vaatje Nieuwe Haring 2015 werd
geveild op de visafslag in Scheveningen. De opbrengst was geen recordbedrag
maar ging wel naar een goed doel voor ouderen.
De nieuwe haring arriveerde dus ook in Spanje. Ik
vroeg aan de visboer wat hij persoonlijk van deze Hollandse Nieuwe vond. Hij
vond het kennelijk geen interessante vraag want ik kreeg geen antwoord. Ik vond
ze dik en vet, van goed formaat, heel smakelijk. Er liep een hoogblonde Hollandse in Zeeuws
meisjes-kostuum rond die gratis korenwijn uitdeelde. Die liet ik aan mijn neus
voorbijgaan. Ik smulde van twee haringen -met uitjes- die ik aan de staart
verorberde. Een tafeltje verderop zat een Brits gezelschap gefascineerd toe te kijken.
Ik legde uit dat de vis uit het vuistje moet worden gegeten, naar goed Hollands
gebruik. Niks op een broodje of in stukjes gesneden aan de vork. Zij waagden
zich er niet aan.
In een lokale krant las ik dit weekend dat er in
de wateren van Denia in de afgelopen week vier walvissen waren gespot; net als vorig
jaar rond deze tijd. Het gaat om de gewone vinvis (Balaenoptera physalus), de
een na grootste zeezoogdierensoort – na de blauwe vinvis. Bemanning van een
Spaanse vissersboot maakte er melding van en daarop nam de kustwacht een kijkje
in de buurt van Cabo de San Antonio. Deze kaap is een van de weinige plaatsen
waar je vanaf de kust walvissen kunt spotten. De walvissen zijn op weg naar het
zuiden. Zoals je ziet, passen die niet op een bordje.
Recent las ik het boek 'Poseidon’s Steed: The
Story of Seahorses, From Myth to Reality' van de Britse (onder)zeebiologe Helen
Scales. Ik vermaakte mij er uitstekend mee en ontwaardde een nieuwe passie: die
voor zeepaardjes. Wat een bijzondere diertjes zijn dat. In haar boek beschrijft
Scales de betekenis van zeepaardjes voor diverse volkeren: de Australische
Aborigines hadden hun Rainbow Serpent die verdacht veel weg heeft van een
zeepaard. De Minoërs, Feniciërs, Etrusken beeldden zeepaardjes af op voorwerpen. Nooit trof men
een afbeelding aan van een zeepaard op voorwerpen uit Azië.
Zeepaardjes (hippocampi) zijn miniatuurpaardjes,
met rollende ogen en een staart die uitrolt. Ze kunnen razendsnel van kleur
veranderen en als ze paren, dansen ze gracieus om elkaar heen. De mannetjes
krijgen de baby’s (nog de enige diersoort ter wereld), een paartje blijft elkaar
trouw. Zeepaardjes komen over de hele wereld voor. Scales dook onder andere in de
onderwaterwereld van de Middellandse Zee, Mauritius, Belize, Vietnam,
Zuid-Afrika, Fiji, Bali, het Caribisch Gebied, Borneo, Maleisië, Sulawesi en
Australië en zag daar zeepaardjes met eigen ogen. Ik was op al die plekken maar
zag er nooit een. Tja.
Isabela vanuit de lucht gezien |
Dat is niet helemaal waar. Wij maakten recent een
cruise langs de Galapagoseilanden. Als je het eiland Isabela vanuit de lucht
bekijkt, zie je dat het eiland dezelfde vorm heeft als een zeepaard! Op een
middag voeren we in een rubberboot langs een rots om naar zeeleguanen te kijken
toen de gids ons opmerkzaam maakte op iets kleurrijks, net onder het
wateroppervlak: een zeepaardje. Het zijn zeer honkvaste diertjes; als je de
plek ontdekt, is de kans heel groot dat het paardje daar lange tijd blijft
rondhangt, met de rolstaart om een plant of om zeewier geslagen. Ik keek over de rand van de
rubberboot en zag iets kleins, geel-oranje, onder het wateroppervlak. Ik maakte
een foto die helaas onscherp bleek; die gooide ik weg.
Ik krijg echter nog een kans als we begin volgend
jaar in Tasmanië gaan rondreizen; niet alleen bevindt zich daar een grote
zeepaardjeskwekerij, er is ook een mogelijkheid om een Seahorse Tour te doen op
Beauty Point (Noord-Tasmanië). Het mooiste is namelijk het diertje in het wild
te zien. Dat geldt overigens ook voor de grote vinvis. Ik hoop zó dat het mij
ooit is gegeven om deze walvissensoort in de eigen baai te zien.
Wij hebben de langste dag alweer achter ons
liggen. In Hobart, de hoofdstad van Tasmanië, vierden 752 blote Aussies de
kortste dag met een duik in zee… bij 1 graad Celsius!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten