Translate

zondag 11 maart 2018

Moeders en dochters

Maart is officieel Women’s History Month en vandaag is de geboortedag van mijn moeder (die in 2015 overleed). Een en een is twee: het idee voor een blog over de geschiedenis van mijn moeder en haar voorouders was geboren. Eerder dit jaar raakte ik namelijk in de ban van genealogie na het zien van de serie ‘Verborgen Verleden’ op tv. Zo zag ik onder andere de uitzending over Dieuwertje Blok en Irene Moors. Blok’s joodse oma kwam uit een straatarm gezin. Zij nam de artiestennaam Stella Fontaine aan, werd een bekende Amsterdamse zangeres en maakte deel uit van het eerste cabaretgezelschap van Nederland. Een van Moors’ verre voorouders overleed in een bedelaarsgesticht terwijl een ander voor de Stadsschouwburg werkte als decorontwerper. Het kan verkeren!

Dergelijke dingen wilde ik ook weten over mijn eigen familie. Dat was geen nieuwe gril, al jarenlang ben ik er nieuwsgierig naar. Het kwam er tot dusver niet van. Persoonlijk had ik geen hooggespannen verwachtingen, er was geen aanleiding bijzonderheden te vermoeden. Terugkijkend op mijn zoektocht kan ik dat bevestigen, al doken er eigenaardigheden op. Als amateur bewandelde ik een veel smaller pad dan de makers van het programma doen. Ik zocht uitsluitend naar mensen in mijn stamboom met dezelfde achternaam als die van mijn moeder en op basis van openbare documenten op internet. In haar lijn vond ik bloedverwanten met familienamen als Lubbers, Assink, Scholten, Lenferink, Kamphuis, Nijboer, Pots, Thebelt en Maasland maar die liet ik voorlopig links liggen. Zonder die vertakkingen was de frustratie over ontbrekende of tegenstrijdige gegevens al groot genoeg!

Het beeld dat van mijn voorouders aan moeders zijde ontstond, is vergelijkbaar met dat aan mijn vaders kant. (Over mijn vaders voorouders komt later deze maand een separate blog.) De voorouders aan moeders zijde bleken met name landarbeiders in het oosten des lands en ze waren nogal honkvast. Het werd een geschiedenis van Tukkers met een vleugje Duits. Mijn moeder verhuisde vanuit Overijssel naar het Westland. Zij voelde zich vaak ontheemd; ze was anders, sprak anders, kende niemand behalve haar echtgenoot.

Mijn moeder had broers en zussen. De jongste, tante Rita, vond ik het interessantst van allemaal. Zij had schwung, droeg knalrode lippen, lakte haar nagels in dezelfde kleur, blondeerde heur haar en sprak vreemde talen. Ze trouwde met een oudere man, oom Richard, die fotograaf was; daaruit kwam één zoon voort. Ze maakten verre reizen en leefden een leven dat mij aantrok. Hun huis en meubels waren hypermodern. Zij was in bijna alles de tegenpool van haar zuster, mijn moeder. Af en toe kwamen ze bij ons logeren.

Mijn moeder en ik
Als kind logeerde ik slechts enkele keren bij hen in de zomervakantie. Er was nogal veel geruzie in dat gezin. Mijn tante kon nogal onaardig zijn (een familietrekje...). Als logée zat ik middenin het gekissebis en dat vrat aan mij. 's Avonds huilde ik mij in slaap. Daar leerde ik wat heimwee was. Regelmatig stond ik langs de hoofdstraat en zag vrachtwagens naar het Westland af en aan rijden. 't Is dat ik mijn duim niet durfde opsteken, anders was ik al na de eerste dag naar mijn ouders terug gelift!

Mijn opa aan moeders kant overleed voordat ik werd geboren. Mijn moeder sprak altijd liefdevol en waarderend over haar vader. Hij zou zijn overleden bij het aantrekken van zijn sokken; hij zakte in elkaar en bleef dood op bed. Over haar moeder was ze minder vocaal. Oma kwam weleens bij ons logeren. Ik heb daaraan geen speciale, warme herinneringen. Zij zou nogal een pinnig type zijn geweest. Als ik naar haar foto kijk, meen ik dat te kunnen aflezen. Het verhaal gaat dat ik als dreumes de kamerdeur wijder open zette als zij klaagde dat ze het koud had. Wie gesagt, es liegt in der Familie…

Nu wist ik verdraaid weinig over deze familietak dus waar moest ik beginnen? Ik herinnerde mij mijn opa’s voornaam niet, wist niet of de achternaam van mijn oma uit een of twee woorden bestond en hoe die precies moest worden gespeld. Van mijn moeder wist ik dat haar vader in Enschede chef was geweest in een textielfabriek.

Ik begon mijn zoektocht op Pondes.nl, de site voor de genealogie van Oost-Nederland. In die database vind je gegevens van 52 miljoen personen en 30 miljoen families! Als het meezit, vind je de persoonskaart van een voorouder, tot maximaal drie voorafgaande generaties. Niet alle kaarten bevatten dezelfde gegevens, niet alle kaarten zijn compleet. Soms bestaat het gezin maar worden de leden niet opgesomd, soms vind je alleen de vermelding van broers en/of zussen. Zoeken in deze eenvoudige maar grote gegevensbank was bij tijd en wijle lastig. Ook kwam ik terecht bij Openarch.nl en bij het archief van de gemeente Enschede.

Bernardus, mijn opa
Het grappige is dat ik in Pondes de verwijzing “afdelingsbaas” terugvond op een persoonskaart. In de lijn van die persoon zocht ik verder. Een van mijn zussen bevestigde op een later moment dat mijn opa Bernardus (*) heette; zij liet mij weten dat hij in 1889 werd geboren in Reutum. Dat is een van de negen kerkdorpen van de Twentse gemeente Tubbergen. De Bernardus die ik in de database vond, zou omstreeks 1895 zijn geboren, inderdaad in Tubbergen. Op zijn Pondes-persoonskaart staat “ABT” (about) voor de datum. Het verwarrende is dat op die kaart staat dat hij in maart 1952 overleed, op 62-jarige leeftijd. Dat zou weer betekenen dat hij in 1890 zou zijn geboren. Mijn zus meldde op haar beurt dat hij overleed in Glanerbrug. Dit zijn van die voorbeelden van onnauwkeurigheid in openbare bestanden.

Bernardus trouwde in 1916 met Christina Maria Engelina; het huwelijk vond plaats in Lonneker, een dorp ten noorden van Enschede. Mijn oma’s roepnaam was Marie, haar achternaam bestaat inderdaad uit twee delen. Zij zou rond 1890-1895 zijn geboren; ook op haar persoonskaart staat ABT bij de datum. Haar geboorteplaats was Epe, in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen. Epe is een deel van Gronau, een stad 10 km ten oosten van Enschede. Nu hoef je niet per se Duitse te zijn als je daar bent geboren maar ik weet niet hoe dat bij haar zat.

Mijn zus meldde dat onze oma in 1965 overleed in Enschede; dat stond weer niet in de database vermeld die ik bestudeerde. Eén ding weet ik zeker: als kleuter ging ik niet naar haar begrafenis. Mijn ouders hielden mij als kind opzettelijk weg van dergelijke familie-aangelegenheden. Wie haar wel de laatste eer bewees? Dat herinner ik mij niet.

Wat tevens in Pondes stond, zijn de kinderen uit de relatie van mijn opa en oma: Maria Grada Gezina (overleden in 1917), Gezina Johanna Maria (overleden in 1919), een doodgeboren kind (1920), Johanna Maria (1923) en Herman Jozef (1925). Allen overleden in hun kinderjaren, soms slechts enkele manden oud. Wat een leed! Mijn moeder sprak naar mijn weten nooit over overleden broertjes en zusjes maar dat typeert haar en haar generatie. Mijn grootmoeder, van Duitse bodem, zou twee broers hebben gehad: Johannes en Gerhard Hermann (jawel, met twee n’en). Mijn grootvader zou twee zussen hebben gehad: Johanna en Geertruida.

Mijn moeder (1921) en haar jongere broers en zussen komen niet in openbare archieven voor omdat die informatie nog niet is vrijgegeven. Voor publicatie geldt een termijn van 100 jaar na geboorte, 75 jaar na huwelijk en 50 jaar na overlijden. Daarbij komt dat gemeenten niet alles direct scannen en vrijgeven dus die gegevens laten vaak op zich wachten.

Mijn overgrootouders heetten Gradus Johannes en Gezina, geboren in respectievelijk 1858 en 1860. Ik trof iets opmerkelijk aan in de Nederlandsche Staatscourant van december 1908: deze Gradus (‘daglooner’) was geboren in Tubbergen maar hij deed 50 jaar later een verzoek tot naturalisatie aan de Nederlandse regering. Huh?! Ten tijde van die aanvraag woonde hij in Gronau en had, volgens diezelfde krant, de Pruisische nationaliteit. Mijn overgrootvader overlegde alle benodigde documenten dus Koningin Wilhelmina ging akkoord. Joehoe! Ik herinner mij dat mijn moeder het woord naturalisatie ooit bezigde in verband met haar familie maar ik dacht dat het mijn grootvader betrof. Dat bleek dus niet te kloppen. Het betrof mijn overgrootvader. Misschien had die naturalisatie iets te maken met het aanstaande huwelijk van mijn opa en zijn in Duitsland geboren echtgenote? Dat zal voorlopig een raadsel blijven…

Gradus en Gezina zouden in 1882 in Tubbergen zijn gehuwd. Uit die relatie kwamen drie kinderen voort: Bernardus (mijn opa), Johanna en Geertruida. Gradus had twee zussen: Johanna en Hendrika Susanna en twee broers: Gradus II en Johannes. Mijn overgrootvader overleed in 1916 op Nederlandsche bodem. Mijn overgrootmoeder zou zijn overleden in 1917 in Lonneker. Zij had zeven broers en zussen: Gerardus, Bernardus, Gerardus II, Maria, Gezina II, Johanna en Gezina III. Er werd vaak vernoemd, men was destijds niet erg creatief in het kiezen van namen.

Mijn betovergrootouders heetten Jan en Gezina. Voor de goede orde: in de database kwamen ruim 700 Jannen voor met dezelfde voor- en achternaam. ‘Onze’ Jan zou rond 1837 zijn geboren en Gezina zou van 1840-1842 zijn. Ze zouden omstreeks 1867 zijn gehuwd. Hij was landarbeider. Zij kregen slechts één kind. Wel had mijn betovergrootvader twee zussen (Susanna en Gezina) en drie broers (Jannes, Jannes II en Bernardus). De geboorte- en overlijdensplaats van mijn beide betovergrootouders is dezelfde als die van mijn grootvader: Tubbergen.

Mijn oudouders heetten Joannes en Aleida; mijn moeder zou dus naar haar zijn vernoemd. Beiden oudouders zouden omstreeks 1805 zijn geboren. Ze zouden rond 1824 zijn getrouwd en kregen zes kinderen: twee meisjes (Susanna en Gezina) en vier jongens (Jannes, Jannes II, Jan en Bernardus). Hun overlijdensdatums en -plaatsen staan niet bij Pondes vermeld.

Over verdere voorouders is mij niets meer bekend. Deze gegevens zijn wellicht niet 100% volledig of correct. Hier eindigt voorlopig iets meer dan 200 jaar familiegeschiedenis aan de kant van mijn moeder. Het is niet bijzonder veel maar aanzienlijk meer dan ik wist voordat ik aan de zoektocht begon. Ein bißchen Pruisisch bloed vloeit mij dus door d'aderen. Tja. Vandaag sta ik stil bij mijn moeder, bij haar leven als dochter. Als de gegevens kloppen, heeft ze haar grootouders nooit gekend. Kasian.

(*) Familienamen blijven om privacy-redenen onvermeld.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten