Translate

dinsdag 21 mei 2019

Twee tuinkabouters en een merel

In de lente komt de natuur tot leven. Ook hier. Ik houd van dit seizoen. Sinds enige tijd hebben we een broedende merel in onze grote Stoute Jongens-struik. We zagen een week of twee geleden twee merels boemsen in de boom voor het buurhuis. Vervolgens hoorden en zagen we een boel gekwetter en gefladder heel dichtbij. Merels zitten hier überhaupt in bomen en struiken en vliegen constant rond. Deze vogels leken echter naderbij. Ze zijn hier op zich niet zeldzaam of bijzonder maar vanwege de fraaie klanken vind ik ze zeer te waarderen gevederde vriendjes.

In Nederland is sinds dit jaar ook weer goed nieuws te melden over deze pikzwarte zangvogel met gele snavel. Vroeger was dit diertje ook in mijn Vaderland vaak gezien maar in 2016 dook de dodelijke Usutu-virus op (ongevaarlijk voor de mens) waardoor hun aantallen drastisch daalden. Uit eerdere tellingen dit voorjaar bleek dat de merel gelukkig aan een comeback in Nederlandse tuinen bezig is. Onze broedvogel zingt ons 's avonds op de achtermuur van het huis luid en langdurig toe, met veel gefluit en lange rollers. Dat is ongetwijfeld uit dankbaarheid voor de rustige huisvesting die wij zijn familie bieden. Het is win-win. Ook wij genieten ervan.

In een recente natuuruitzending van de BBC over seizoenen zag ik dat de boerenzwaluw in dit seizoen vanuit Nigeria naar Europa vliegt. Ik zie er hier heel veel. Die piepkleine vogeltjes overbruggen zomaar 5.000 kilometer. Ze komen op hun vliegroute over de Noord-Afrikaanse woestijn slechts éénmaal een meer tegen. Dat meer blijkt echter vijfmaal zouter dan de Noordzee. Als ze dat water drinken, sterven ze. Maar de natuur is wonderbaarlijk. Er zitten daar namelijk insecten op het wateroppervlakte die het water filteren en daarmee van zout tot zoet maken. De zwaluwen plukken die insecten uit het water en krijgen zo voldoende vocht binnen om de lange tocht naar Europa alsnog tot een goed einde te brengen. Hoe mooi is dat?!

Het nest van onze merel kun je goed tussen de takken zien zitten maar we blijven op gepaste afstand. Wat we tevens constateerden, is dat het dier rode bessen eet. Bijna dagelijks liggen rode kwakjes op onze terrassen langs het huis; op de baan voor landen en opstijgen van en naar het nest, zal ik maar zeggen. Eerder vonden we een lege eierdop op de grond. Het was klein, groenig van kleur met stippen. Geen idee of dit op een probleem duidde of dat er een jonkie volgens plan was uitgekomen. De merel kent meer dan één legsel en de broedduur ligt rond de twee weken. Er kan dus nog van alles gebeuren tijdens de Spaanse lente van 2019. We zijn blij met onze functie van kraamvrouwen! Oud gedaan is jong ge-… Nee, hier kom ik niet uit.

Mijn liefje is de Tuinkabouter van de Familie. Op verzoek verleen ik bij tijd en wijle hand- en spandiensten. Op een trap staan en snoeien zijn mijn straftaken, zij doet het fijne, laag-bij-de-grondse werk. Zij houdt de terrassen schoon, ik het huis. Vanwege de toename in vogelpoep werd het tijd voor een tuinslang op wielen. (We hebben al een vaste muurhaspel bij de voortuin.)

Bij een lokaal tuincentrum kochten we een grote doos met daarin een trolley met haspel en 30 meter slang. Daarmee kunnen we vanaf de achterpatio helemaal naar het trottoir voor het huis reiken. Dat is ook goed voor het afspuiten van Saharazand dat we ongetwijfeld binnenkort weer op de auto zien neerdalen. Eenmaal thuis, bleek het een bouwpakket te zijn. In eerste instantie vond ik geen handleiding dus ik zette het ding in elkaar aan de hand van de foto’s op de doos. Totdat ik een veer van circa 20 centimeter lengte tussen de hulpstukken aantrof. Waar moest die in hemelsnaam aan, in of op? Ik kan mij ergeren als ik iets niet zelf kan. Ik probeerde van alles maar niets lukte zonder kracht te zetten. Het gemopper was dan ook niet van de lucht.

Mijn liefje had er genoeg van en inspecteerde de doos nader. Op een flap aan de bovenkant, de kant die ik niet gebruikte om de onderdelen van de trolley, de  koppelingen en andere accessoires op tafel uit te spreiden, bleek zich een kleine beschrijving te bevinden. Die zag ik over het hoofd. Met de nieuwe aanwijzingen ging ik weer monter aan de slag. Ik kan technische tekeningen goed lezen, vooropgesteld dat ze helder zijn. Deze tekening gaf wel een beetje uitsluitsel over de stalen veer maar was niet afdoende. Ik wurmde en wurmde maar het ding paste nergens niet...

Zij stelde daarop voor onze handige Deense buurman Jan te vragen. Hij is inderdaad technisch aangelegd. Zelfs zodanig dat hij al jarenlang een patent op zijn naam heeft staan vanwege het uitvinden van een bijzondere machine. Met al het vruchtgebruik vandien. Als ik ergens een hekel aan heb, is het hulp vragen bij iets dat op zichzelf simpel is. En dan ook nog aan een man?! Tja. Als er echter geen alternatief is, ben ik bereid over mijn eigen schaduw heen te springen. Ik riep Jan dan ook en zei hem dat ik zijn hulp nodig heb. Mijn liefje ging met haar noodkreet een stapje verder: Jan, we need a man!” Als het niet had gerijmd, had ik er tegen gemopperd.

Jan kwam terstond aangelopen en boog zich met mij over de veer en de beschrijving. Hij stelde een paar dingen voor die niet volgens de beschrijving waren of niet bleken te werken. De veer moest vanuit de koppeling ín de slang worden gestoken zodat die niet kon knikken. Dat klonk logisch. Zo deden we het, al zag het er niet per se solide uit. Daarna was het een kwestie van alle aandraaien en aanklikken. Eerder die ochtend haalde ik mijn kaplaarzen uit de schuur dus de tuinkabouter kon aan de slag. De slang werd aan de kraan gekoppeld en de kraan werd opengedraaid. Tussen de wielen begon het als een tierelier te lekken…

Onze tuin groeit en bloeit dat het een aard heeft. De citroenboom maakte een geweldige doorstart. Zo moeizaam als die aardde en aanvankelijk langzaam groeide, zo fantastisch slaat de boom nu aan. We staan er dagelijks bij stil en kijken onze ogen uit. De Gin & Tonics kunnen met eigen oogst worden bereid en er zijn ruim voldoende citroenen voor een tagliatelle met limon van Yotam Ottolenghi (kookboek Simple).

Wat thans ook een bron van plezier is, is het uitkomen van wel drie knoppen aan planten die we al ruim twee jaar in de tuin en in potten op het terras hebben maar die tot dusver niets deden. We erfden ze van de vorige huiseigenaren en vroegen ons af wat het was. De bladeren werden regelmatig geel maar verder gebeurde er niets. Enkele weken geleden stak uit eentje ineens een stevige stam met een bolletje erbovenop. Die werd hoger en hoger en steeks nu zelfs boven de tuinmuur uit.

Het blijkt te gaan om een sierui (allium). Het lijkt erop dat de grote bloem wit is maar dat is even afwachten. We verheugen ons op mooie ronde, hangende trossen met stervormige of klokvormige bloemen. De nieuwe haspel is inmiddels gerepareerd. Een kwestie van nóg beter aandraaien.  


Geen opmerkingen:

Een reactie posten