Translate

maandag 26 april 2021

BoWo I


Illustratie: Jhoneil Centeno

Arjan en Gisbert van de Vogelspotcast gingen afgelopen week in een ondergelopen gebied grenzend aan het Amsterdamse Bos op zoek naar de blauwborst. Het was de eerste keer dat ik over deze vogel hoorde praten. Het blijkt te gaan om wat vogelaar Dwarshuis de mooiste vogel van Nederland noemt. (Terwijl ik luister, zoek ik naar bijbehorende afbeeldingen van het dier op het web.) Met een borst die mooier blauw is dan van de ijsvogel die ik hier zelf nog niet zo lang geleden aan de oever van een beekje spotte. Het is bovendien een schitterende zanger. De grootste vogelkenner van het land vertelde dat de wind momenteel heel veel trekvogels vanuit Zuid-Europa terug naar Nederland voert. Daar gaan ze broeden. Rondom Amsterdam kun je nu op een goede dag wel 60 vogelsoorten zien; vaak baltsend en soms parend. Ik ontspan helemaal als ik naar dit programma luister. De vrienden maken eenmaal per week een podcast van circa 30 minuten, met serieuze en melige momenten. Genieten!

Sinds enige tijd hebben we een Spaanse huismus die permanent op ons terrein resideert. Deze soort behoort tot de standvogels die bij voorkeur op dezelfde plek verblijven. Zij trekken dus niet van hot naar her. Net als in Nederland liep ook hier het aantal mussen in de afgelopen tien jaar drastisch terug. Desalniettemin domineren ze het tuinbeeld. Het is de eerste keer dat we zo´n gevederd vriendje als permanent logée kregen en daarom noemen we dit vogeltje BoWo de Eerste. Als ons Bolletje Wol in alle rust in het raamkozijn van de badkamer of van de logeerkamer zit (veel poep achterlatend), ziet het eruit als een goed gevuld en pluizig bolletje wol. De Spaanse huismus is anders dan de gewone huismus. Deze diersoort is iets donkerder van vacht en heeft meer strepen op de borst. Deze mus kan als soort wel 19 jaar oud worden. Je gaat toch anders naar zo´n diertje kijken als je dit weet.

Mijn liefje sprak het vermoeden uit dat BoWo weleens zwanger zou kunnen en daarom moest ik grinniken. Zij weet immers net als ik dat vogels eieren leggen en niet zwanger raken. Wat wij beiden niet weten, is of deze logé een vrouwtje of een mannetje is maar dat is de vrijheid die we als kijker en blogger hebben en nemen. Kun je vogels ook volslank noemen? Dat is ze in ieder geval niet omdat er kuikens in haar buik zitten. Ze heeft het waarschijnlijk goed bij ons. Eerder in het jaar legden we soms broodkruimels en zaad neer op de omringende muur. Die waren in een oogopslag verdwenen. Mijn liefje vervest het water in het drinkbakje elke dag; de glazen schaaltjes zie ik wekelijks terug in de vaatwasser. We verzorgen onze gevederde vriendjes goed!

BoWo zit ook weleens op het afdak van het terras van onze Deense buren maar dat zien wij niet als overlopen. We delen de mus, alles beter dan een dooie mus! Mussen zijn groepsdieren. Als je er een ziet, tref je er velen aan. BoWo maakt zelf onderdeel uit van een groep van een stuk of tien à 15 mussen die met elkaar de buurt bestieren. Ze vertoeven dagelijks in onze stoutejongensboom en in de bougainville. Ze houden van plekken waarin ze zich kunnen verstoppen. Daarin  nestelen ze ook. Uit het groene hart van die plekken komt dagelijks een lawaai van jewelste. Geen idee waarover ze het met elkaar hebben maar het is een oorverdovend getjilp. Het geluid dat uit BoWo’s keeltje komt, herkennen we beiden inmiddels uit duizenden. Ze praat nogal hard en herkenbaar. Van haar kunnen we dat hebben, van de Spaanse buurman (geen mus maar een grijze muis) niet. We hebben nu eenmaal onze voor- en afkeuren. Zo gaat dat bij mensen.

Deze huismus koos ons als nieuw pleeggezin. Het is hier al even broedtijd. Het ratelt en ritselt dan ook dagelijks in de grote boom op het terras. Als ik langsloop, valt de boom stil. Mijn liefje is van mening dat ze al kuikengeluid hoorde. Ik speur weleens om mij heen of ik kan ontdekken wie BoWo’s partner zou kunnen zijn maar dat is onbegonnen werk. Geen wie van de 3 maar wie van de 15! Het mannetje zou een donkerder snavel krijgen in broedtijd maar dan moet je wel de kleur hebben opgemerkt voordat die periode aanvangt. Evenmin had ik  idee of Spaanse mussen monogaam zijn dus dat zocht ik op. Op de site van Scientias vond ik daarover een interessant artikel. Zowel mannetjes- als vrouwtjesmussen kunnen promiscue zijn. Gelukkig is op dit punt geen sprake van genderongelijkheid. Die promiscuïteit wordt ingegeven door de wens veel of genetisch beter nageslacht voort te brengen.

Uit een twaalf jaar durend onderzoek naar dit soort gedrag op het Britse eiland Lundy bleek dat mannetjesmussen kijken naar hoe sterk hun partner is geneigd om vreemd te gaan. Vervolgens wordt op basis daarvan besloten om heel goed of juist minder voor het kroost te zorgen. De kuikens van overspelige moeders worden zo dus de dupe van het promiscue gedrag van een ouder. “Mannetjes veranderden hun gedrag afhankelijk van hun partner” vertelt onderzoeker Julia Schroeder die meedeed aan die jarenlange studie. “Wanneer ze van een eerlijke partner naar een ontrouwe partner gingen, gaven ze hun kroost minder voedsel.”

Onlangs troffen we een kapot eitje op het terras aan. Ik vroeg mij af of dat van BoWo was? Spaanse mussen leggen gemiddeld vier eieren per keer en doen dat gemiddeld drie keer per broedseizoen dus het inwonende paar zal niet meteen  kinderloos raken; maar toch… Aan de binnenkant van de eierschaal zat nog eigeel dus het ongeluk vond in een pril broedstadium plaats. Misschien had haar jaloerse mannetje het ei uit het nest gewipt? (Op de foto kun je tevens zien dat er weer Saharazand door de lucht vloog en hier met de regen neersloeg.) 

Er vindt veel meer klein en groter leed plaats in die tuin van ons. Mijn liefje is de tuinkabouter van de familie. Zelf vind ik het wel leuk een beetje te rommelen maar deze tuin is niet groot genoeg voor twee dus ik houd mij in. Wel sleepte ik vorig jaar een gekapte grote cactus die bij de groenafvalbak lag mee naar huis, met dubbele tuinhandschoenen aan om niet tot bloedens toe gestoken te worden. De plant voelt zich inmiddels heel senang in de tuin.

In dit seizoen is zij volop bezig met aanplanten om de tuin nóg aantrekkelijker te maken voor vogels, insecten en vlinders. Dat doet ze met voorgetrokken jonge planten, zaad en bolletjes die dan -af en toe met mijn hulp als er moet worden gebukt- in nieuwe potten en verse aarde worden gezet. Met dat jonge goed in de aarde loopt het bepaald niet gesmeerd. Zodra ze in de grond zitten, worden ze door vogels, die bezig zijn met nestbouw of gewoon lekkere trek hebben, en door slakken opgegeten.

Vooral die laatste soort bestempelde de tuinvrouw als “een ware plaag” en daar is geen woord Spaans aan. Die weekdieren gaan vooral´s nachts aan de slag en´s morgens vinden we overal slijmsporen op het terras en sporen van hun vraatzucht in de tuin. Zelfs de jonge zonnebloemen, toch voor geen kleintje vervaard, vertoonden hapjes uit hun prille blad. “Er is geen beginnen aan” riep zij, met enige wanhoop in de stem. Dat bleek niet helemaal waar te zijn. De huisjesslakken werden niet gespaard al bleven ze leven. Ze kwamen aanvankelijk in de tuinafvalbak terecht. Mijn bijdrage aan deze Strijd om de Tuin was vervolgens het leegmaken van gebruikte Nespresso-koffiecups. Slakken houden namelijk niet van koffiegruis dus de tuinkabouter legde daarmee een beschermende ring om haar nieuwe aanplant. We gaan zien wie wint. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten