Die kwam vroeg dit seizoen. We weten de airco nog te voorkomen maar de mobiele fan die we vorig jaar aanschaften, staat bij tijd en wijle lekker te snorren in de woonkamer. Na het zwemmen bleven we binnen tijdens het hete weekend. Gisterochtend keek ik naar het grote zeil dat schaduw op de patio achter het huis moet brengen en zo de eetkamer op aangename temperatuur moet houden. Zag ik daaruit water druppelen?! Jazeker! Het was zondagnacht dermate vochtig geweest dat zich een laagje water vormde in het doek. We reden de ochtend erna om 8:05 uur van huis met laaghangende bewolking maar wel met 25 graden Celsius op de meter. Het bleek te gaan om zeemist want eenmaal op weg naar het binnenland van Murcia klaarde het rap op.
Vriendin Bernadette stuurde mij recent een vermakelijk NRC-artikel over wolkenstaarders, lenswolken, bubbelwolken en rolwolken. Er zijn mensen die van wolken houden zoals anderen van vogels of wilde planten. Ze willen steeds nieuwe soorten zien, fotograferen en leren herkennen. Dat is zeer herkenbaar. Een van hen, Lieven Scheire, wordt in het artikel geïnterviewd. Hij werd CAS-lid in 2013: nummer 32393. In Nederland zou het internationale Genootschap van Wolkenstaarders 843 leden hebben. Volgens hem zijn zijn collega-wolkenstaarders “allemaal nerds met een vrolijke, gedeelde hobby die zichzelf niet te serieus nemen; mijn ideale gezelschap.” Scheires favoriete wolk is de mammatus (de “tietwolk”). Laaghangende, druilerige regenwolken (altostratus) zijn de saaiste die er bestaan en daarop lijkt Nederland deze zomer patent te hebben...
In deze nerdy club vinden leden het leuk om zichzelf bij hun lidnummer te noemen. Laat ik dan ook maar uit de kast komen: mijn lidmaatschapnummer van de Cloud Appreciation Society (CAS) is 29492. Dit genootschap, opgericht door de Brit Gavin Pretor-Pinney (lid nummer 1) telt wereldwijd ruim 55.000 leden. Maar wat als er mensen zijn die niet alleen van wolken, maar ook van vogels, wilde planten, vlinders én insecten houden? Hoe noem je die dan? Waarschijnlijk supernerds… Die omschrijving zal ik dan als geuzennaam dragen!
Gisteren maakten we een uitstapje naar de lavendelvelden van Murcia. In mei reden we in die omgeving om bloesems te zien toen we stuitten op een veld met vreemde, donkergroene bollen. In eerste instantie dacht ik dat het lavendel was. Dat werd bevestigd toen we rondom de dorpen Campo de San Juan en Campo de Bejar (Murcia) arbeiders in het veld konden bevragen. Inderdaad verschillende soorten lavendel. We zouden in juli moeten terugkeren om ze in bloei te zien. Mijn liefje zette dat in de agenda.
Het was om acht uur ´s ochtends al druk op de snelweg. We kennen de route naar de lavendelvelden want die reden we dus eerder. Rondom de stad Murcia, gelegen in een vallei met omringende industrie, zagen we laaghangende bewolking en smog die als een deksel over het laaggelegen gebied lag. Daar zou Pretor-Pinney zijn neus voor ophalen! Voorbij de stad kregen we uitsluitend strakblauwe luchten. Dat is niet per se waarvan het hart van een wolkenstaarder sneller gaat kloppen maar op deze dag kon weinig mij deren. Mijn liefje voerde ons deze keer zonder haperen naar de eindbestemming en dat verdient extra vermelding; dat is namelijk niet altijd het geval...
De eerste lavendelvelden die we passeerden waren lichtgroen. Oh-oh… Keerden we te vroeg terug? De lavendel was daar zeer fijntje, het blauw van de bloemen maakte geen overtuigende indruk. We gaven niet op en reden voort. Daarna gingen we geleidelijk van groen, naar lichtblauw, iets donkerder, donkerblauw en ten slotte naar diep paars. Wat een kleurenpracht!
Ook qua vogels werd het een geslaagde dag. Toen we van de snelweg reden en een korte stop maakten aan de kant van de weg, zweefde een enorme roofvogel, wit met zwarte vleugels, hoog boven onze hoofden. Het dier keerde niet terug voor een nadere kennismaking maar het zette de toon. Rondom de lavendelvelden zagen we deze keer voor het eerst een duinpieper, een westelijke blonde tapuit (linksonder) en een rotsmus (boven). Waar electriciteitskabels al niet goed voor zijn!
Deze dag kon niet stuk. Ook niet met de eigen bruine boterhammen met kaas, voor de deur van de gesloten herberg. Lunchen op locatie zat er deze keer niet in al aten we later nog een tapa in de stad Moratalla. Eenmaal thuis zetten we het welriekende en veelkleurige lavendelboeket in een vaasje in de eetkamer. Het hele huis geurde er weldra naar.
Totdat kleine Marco voor onze poort verscheen. Hij is het jongste kleinkind van onze Spaanse overburen Guillermo & Maria-Victoria. Onze buren kwamen drie weken geleden vanuit Madrid naar hun vakantiehuis in onze straat. Vorig jaar brachten we het strenge huisarrest met hen door op de eigen terrassen. In juni vorig jaar kreeg Guillermo hier een hersenbloeding; ik moest flink snotteren toen ik zag hoe deze rijzige man als een kasplantje in de ambulance werd getild.
Hij vertelde ons vorige week dat hij na zijn terugkeer in Madrid dagelijks door vijf medisch deskundigen onder handen werd genomen. Aanvankelijk kon hij niet praten en zijn ledematen moeilijk bewegen. Nu rijdt hij weer auto, fietst en loopt. Zijn Engelse taalbeheersing verdween geheel uit zijn geheugen. Ook heeft hij moeite met moeilijke Spaanse woorden en ingewikkelde taalconstructies. Lezen doet hij wel weer maar dat gaat langzaam.´s Morgens voelt hij zich goed maar ´s middags neemt het energieniveau af en moet hij zich in acht nemen. ¡Joder! Wat heeft deze man moeten inboeten… maar we zijn blij dat hij er weer (nog) is.
Zijn jongste kleinkind Marco is 2.5 jaar oud maar heeft het taalgebruik en verstandelijk vermogen van een 4-jarige. Dat is niet verwonderlijk als je weet dat zijn moeder lerares is in het speciaal onderwijs. Ook zij werkte vanwege corona meer dan een jaar lang van huis en dat is haar kleine mannetje aan te zien en te horen. Deze kleine vindt ons leuk en paradeert graag voor ons huis, op zoek naar aandacht en een praatje. Het is een mooi en grappig ventje. We gaven hem het vaasje met lavendel, voor zijn opa Guillermo. Hij nam het in beide knuisjes en bracht het voorzichtig naar de overkant van de straat. We kunnen het van hieruit ruiken. Gedeelde pret is dubbele pret! Dit uitje nemen ze ons niet meer af.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten