Dit is 'm: de snel smeltende gletsjer in het Britse Antarctische Territorium die voortaan Glasgow Glacier heet. Die benoeming door premier Boris Johnson was vooral voor de bühne, aan de vooravond van de Klimaattop die afgelopen weekend begon in de Schotse stad met diezelfde naam. Maar de neergang is echt en de boodschap duidelijk: het gaat niet goed met de aarde door veranderend klimaat en het is de hoogste tijd dat daaraan iets substantieels wordt gedaan. En onder Britse vlag gaat dat gebeuren! Boris zou Boris niet zijn als hij niet met zo´n statement was gekomen. Dit wordt weer een longread.
Er moet inderdaad veel progressie worden gemaakt in denken en doen, willen we de bijgestelde doelen van het Parijs-akkoord (2005) halen. Rijke landen moeten hun eigen CO2-uitstoot en die van de buitenlandse projecten substantieel gaan verlagen om onder 2°C opwarming te blijven. Beter nog: onder 1.5°C! Het Verenigd Koninkrijk, het zelfverklaarde Saoedi-Arabië van de windenergie, is voorzitter van deze COP26 in Glasgow die op 12 november zal eindigen. (We zullen zien.) In deze rol streeft de Britse voorzitter naar het veiligstellen van een wereldwijd netto nulpunt vóór 2050 en het binnen handbereik houden van die 1.5°C.
Een ontnuchterend feit: een stijging van 1.5°C zou nog steeds leiden tot een stijgende zeespiegel, verbleekte koraalriffen en een toename van hittegolven, droogtes, overstromingen, hevigere stormen en andere vormen van extreem weer in de hele wereld. Deze extremen zouden echter veel minder zijn dan met een stijging van 2°C.
Onlangs downloadde ik het laatste rapport van het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UN Environment Program). Dit Emission Gap Report 2021 is getiteld ‘A world of climate promises not yet delivered’. Ik wist niet precies wat ik mij ermee op de hals haalde want het rapport is dik, dwars en doorleefd. Dat kan niet anders: er is zóveel te doen om het doel van nul uitstoot wereldwijd te halen! De eerste zin in het voorwoord is “Climate change is no longer a future problem. It is a 'now' problem.”
Het Intergovernmentele Panel voor Klimaatverandering (IPCC) stelde maanden geleden dat er nog steeds een kans is voor de wereld om beneden de drempel van 1.5°C te blijven maar dat zou behoorlijk wat gezamenlijke inspanningen vergen. De deskundigen van dit forum stelden ook dat we 50% kans hebben in de komende decennia over de drempel van 1.5°C temperatuurstijging te gaan als we doorgaan op de huidige voet.
In het UNEP-rapport wordt nu gesteld dat we 50% kans hebben een onomkeerbaar punt te bereiken in de komende twee jaren. Falen is dan ook geen optie als we een doemscenario voor onze kleinkinderen willen voorkomen. Ik blogde het al vaker: wat we nu doen en besluiten ten faveure van het klimaat, in de jaren tot 2030 is van cruciaal belang.
Europa´s klimaatpaus Frans Timmermans zei afgelopen weekend in een interview in de Volkskrant dat toen het coronavirus een coronacrisis werd, wij ouderen, grote offers vroegen van onze kinderen en kleinkinderen. Bij de klimaatcrisis moet het net andersom: wij moeten offers brengen voor het nageslacht. Maar dat zijn we ontwend. Onze (groot)ouders deden dat wèl na de Tweede Wereldoorlog. “Die bouwden het land niet op met eigen profijt voor ogen maar dat van hun kinderen en kleinkinderen. Dat gevoel moet terugkomen.” Dat spreekt mij aan als gewezen sociaal-democraat.
Timmermans is overigens van mening dat het nog niet te laat is. Hij wil Europa met zijn ‘Green Deal’ de groene oase van de wereld maken. Die koers is uitgezet en die is juridisch afdwingbaar. Als continent kunnen we een voorbeeld van een CO2-neutrale economie worden, in staat landen buiten Europa in de vaart der volkeren mee te trekken.
Psychiater en hoogleraar Damiaan Denys zei in een ander interview in dezelfde krant dat we een gevoel van solidariteit, van collectiviteit zijn verloren. We moeten weer leren om rekening te houden met anderen. We maken deel uit van een groter geheel, ook van de natuur. “Niet iedere boom is bedoeld om in jouw kachel te stoppen. De Grieken zagen dat elke boom, elke steen, elk water zijn eigen doel had. Het zou ons ook helpen zo respectvol naar de wereld te kijken.”
Wereldleiders moeten daarom nu besluiten of de temperatuur binnen de gestelde termijn onder de kritische grens blijft of er bovenuit gaat stijgen. De huidige beloften van landen leveren wereldwijd slechts een reductie van 7.5% emissie voor 2030 op terwijl een verlaging van 30% nodig zou zijn om tegen die tijd onder de 2°C opwarming te blijven (en 55% voor 1.5°C).
Het is hierbij belangrijk te beseffen dat er wel kan worden gestreefd naar 0 uitstoot in 2050 maar dat haalt niets uit als in de tussenliggende jaren de drempel van 1.5°C wordt overschreden. Dan krijgen we te maken met dat beruchte point of no return… In het FD trof ik gisteren een artikel aan dat stelt dat het lastig is niet te vervallen in klimaatdefaitisme dezer dagen. We koersen af op een 2.7°C warmere aarde als we de plannen van de, aan de klimaatconferentie deelnemende overheden mogen geloven. De net voor de conferentie ingediende klimaatbijstellingen van China, het land met de hoogste CO2-uitstoot, zijn ronduit teleurstellend. In dat land gaat men zelfs uit van een piek in 2030 en de 0 wordt pas bereikt in 2060. Oude beloften in nieuwe zakken. Mijn benen verzuurden ervan!
De G20 bestaat uit de 20 landen die samen goed zijn voor 80% van de wereldhandel en tegelijkertijd debet zijn aan 80% van de wereldwijd uitgestoten broeikasgassen. Deze groep ligt totaal niet op schema om de bijgestelde doelen voor 2030 te behalen. Sterker: slechts tien van hen liggen op schema van hun oude, achterhaalde doelen. De leiders van landen die deelnamen aan de G20-topconferentie in Rome staken hun nek ook deze keer niet ver genoeg uit. Ze beloofden met elkaar ‘betekenisvolle en effectieve actie’. Vager kan niet! In de slotverklaring kwamen ze niet verder dan dat men de broeikasuitstoot tot 0 wil terugbrengen ‘rond halverwege deze eeuw’ (geen expliciet jaartal) en men maakte geen afspraken over sluiting van vervuilende kolencentrales in eigen land. Een veeg teken.
Desalniettemin was de überoptimist van Nederland, in de persoon van demissonair premier Mark Rutte, die als gast was uitgenodigd bij dit G20-overleg, van mening dat er reden voor optimisme is. Tja. Hij is ook de man die in de afgelopen jaren verklaarde dat het Nederlandse klimaatbeleid vooral “haalbaar en betaalbaar” moest zijn. Het is zijn ultieme dooddoener, wat mij betreft. Tijden als deze vragen om visie en innovatie. Geen beleid met de voet op de rem. Rutte is ook in Glasgow. Daar sprak hij plenair en tegen buitenlandse journalisten zei hij daarna dat het is “time to move from blah blah blah to action”. Tja. Nou ja, beter laat dan nooit... “Optimisme is een illusie”, oordeelde VN-secretaris António Guterres toen hij de slotverklaring van de G20-top las. “We face a stark choice: either we stop or it [carbon] stops us”.
In het UNEP-rapport, dat onderscheid maakt tussen de prestaties van G20- en niet-G20 landen, trof ik naast een pijnlijke dosis realisme ook interessante feiten en constateringen aan. Nederlanders wetenschappers droegen veel bij aan dit rapport, zowel als leidende auteurs als mede-opstellers. Dat was goed om te constateren. Ook namen van Spaanse wetenschappers en instanties kwam ik overal in het document tegen.
In dat rapport trof ik onder andere een diagram aan waaruit blijkt dat Spanje in de periode 2019-2021 veruit de hoogste reductie van koolstofdioxide ter wereld bereikte; bijna 20% ten opzichte van het voorgaande jaar. Ondanks die forse daling wereldwijd in 2020 (voor wie de oorzaak niet begrijpt: de coronapandemie en de strenge lockdown!), nam de concentratie van CO2 in de atmosfeer toe, las ik; die was gelijk aan de concentratie van het jaar 2010. CO2 is een zogenaamde cumulatieve verontreiniger met een lange levensduur dus aanhoudende reductie is nodig om een positief effect op de langere termijn te bewerkstelligen.
Je hebt dus optimisten en pessimisten in de wereld. Zelf noem ik mij (voor het eerst in een blog van 2010) een realist met levenservaring. Zo iemand zou je ook 'een optimist-met-oog-voor-het-egoïsme-van-de-mens' kunnen noemen. Ik ken muzelluf en de andere Pappenheimers. De spreektijd van klimaatsceptici lijkt mij inmiddels wel voorbij te zijn. Klimaatoptimisten zijn van mening dat als we, als individuen, allemaal ons steentje bijdragen, het vast goedkomt met de aarde. Ik denk inderdaad dat we kleine maar belangrijke stapjes in de goede richting kunnen. Maar nooit meer vliegen naar een ver oord? Ik zou dat een drama vinden. (Mijn liefje las voor dat er 400 privéjets met deelnemers naar deze klimaatconferentie vlogen.) Flexitariër zijn bevalt ons goed en minder vlees eten ook maar nooit meer steak tartare van mijn vriendin? ¡Ai, no! Klimaat is een diep gesprek met je eigen geweten... Andere broodnodige beperkingen of veranderingen mag je ons vragen, zelfs opleggen. Daarin ga ik gewillig mee.
Cartoon van Jos Collignon |
Mijn liefje houdt mij al jarenlang, ter bemoediging, de volgende wijsheid voor: 'verander wat je niet kunt accepteren en accepteer wat je niet kunt veranderen'. Die leefregel werkt goed voor de kleinere dingen des levens. Niet per se als antwoord op grote levensvragen, zoals klimaatverandering er een is. Ik kan het gedrag van Rutte, laat staan van Poetin, Xi Ping, Morrison of Bolsonaro, niet veranderen maar dat wil niet zeggen dat we de laksheid van slappe wereldleiders moeten dulden. Wegstemmen die types! En wat nog meer? Hopen op moed bij wereldleiders en andere onderhandelaars van Cop26.
Mijn eigen devies is kalm blijven
en hopen op een doorbraak. Met de D van Daniël, de O´s van Omar,
de R van Ruben, de B van Bo, de A´s van Ali en de K van Kevin. Aldus het nieuwe
spellingsalfabet van Nederland. Wat een afgang om dat woord te moeten spellen met
uitsluitend mannennamen. Wat een wereld... (Zucht.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten