Translate

woensdag 15 februari 2023

Knopen tellen

Jorn, een van de initiatiefnemers van de knopenactie
Laatst trok een actie in Nederland mijn aandacht. Leerlingen van een middelbare school startten een actie om knopen te verzamelen. Elk knoopje staat voor één kind dat tijdens de Holocaust in Europa door de nazi's werd vermoord. Dat waren er anderhalf miljoen. Met al die knopen wordt een monument ter nagedachtenis aan hen gevormd. Deze school is niet de eerste die dit project opzet. Een middelbare school met joodse leerlingen in Melbourne (Australië) ging hen voor; dat staat bekend als het Bialik Button Project. Zij kregen het idee op hun beurt van het Paper Clip Project in Tennessee (Verenigde Staten). 

Acteur en kunstenaar Jeroen Krabbé (1944), zelf zoon van een joodse moeder, gaat van die 1.500.000 knopen een monument maken in herinneringscentrum Kamp Westerbork. Dat functioneerde ten tijde van de Tweede Wereldoorlog als doorgangskamp voor vervolgde joden in Nederland naar de vernietigingskampen in Oost-Europa. Meer dan 80 familieleden aan zijn moeders kant, onder wie haar vader en zusje, werden door de nazi´s vermoord. 

Leerlingen van De Nieuwe Veste in Hardenberg (Overijssel) gaan elk jaar met hun geschiedenislerares naar het voormalige kamp Westenbork. Zo ontstond het knopenproject. Zij verzamelen en tellen de knopen. Op het moment dat ik erover hoorde, hadden zij de eerste 320.000 knopen binnen. In mei van dit jaar willen ze er anderhalf miljoen hebben en daar was hulp van het publiek voor nodig. Zo kwam de oproep mij ter ore.

Dus ik dook in mijn garendoos. Die verhuis ik al 45 jaar met mij mee van hot naar her. Mijn moeder, professioneel coupeuse en hoofd van een naaiatelier in textielstreek Twente voordat ze mijn moeder werd, gaf mij die mee als deel van ‘mijn uitzet’, toen ik het ouderlijk huis verliet. Als moeder naaide ze jarenlang kleding voor haar dochters. Zij was er goed in, ik niet. Die gen erfde ik niet. Ze hielp mij bij al het handwerkhuiswerk dat ik op de lagere school kreeg. Zonder haar hulp had ik een onvoldoende voor dit vak op mijn rapport (de enige). Ik had een ver-schrik-ke-lij-ke pin als handwerkjuf. Haar naam ligt op het puntje van mijn tong maar wil niet komen. Zo diep zit het, kennelijk. Een onvriendelijke, oudere vrouw met hoog haar en een bril aan een ketting om haar hals. Zij verplichtte mij, linkshandige, om alle handelingen met rechts uit te voeren. Daar gebruikte ze allerlei methoden voor. Ik verdomde dat te enen male, met medeweten en steun van mijn beide ouders. Die vonden de dwang niet meer van die tijd. Mijn iets oudere liefje overkwam iets dergelijks. Ook zij moest handwerken tot ze erbij neerviel maar weigerde. Ze had een bloedhekel aan haar juf en negeerde haar. Daardoor werd ze menigmaal uit de klas gestuurd. Ook bij haar kwam de enige onvoldoende op het rapport jarenlang van dat vermaledijde handwerken. 

De inhoud van de garendoos groeide in de loop van de jaren met klosjes, naalden, veiligheidspelden, lapjes en knopen. Al werd ik nooit zo kundig als mijn moeder, een freubelaar was en bleef ik. Ik zet nog steeds knopen aan, repareer gaatjes in kleding en ander materiaal. Mijn moeder zou trots op mij zijn geweest (niet per se op het afgeleverde werk...). Tot mijn verrassing zaten er aardig wat knopen in voor het goede doel. Verschillend van grootte, kleur en vorm. Enkele heel mooie, van parelmoer (echte schelp) gemaakt. 

De reden dat Krabbé dit zo´n krachtig symbool vindt, is dat elke knoop uniek is. Anderhalf miljoen is een abstract begrip maar het wordt aansprekend als je weet dat elke knoop een joods kind vertegenwoordigt. Bovendien is het toepasselijke symboliek: er werkten veel joodse mensen in de Nederlandse textielindustrie. 

Deze zomer komt er eerst een expositie rond het knopenproject, daarna komt er een permanent monument. Krabbé zal in eerste instantie als gastconservator van herinneringscentrum Kamp Westerbork filmfragmenten en objecten uit de privécollectie van zijn familie tentoonspreiden. Dat is onderdeel van de tentoonstelling en het themajaar ‘De Herinnering aan kamp Westerbork’. Daarna gaat hij dus een monument vervaardigen met alle knopen. Het moet iets zijn waar we niet omheen kunnen, vindt hij. Een muur is dan een sprekende vorm. Het geeft een goed gevoel dat mijn zending straks deel gaat uitmaken van dat Knopenmonument. 

Dat zo´n monument nog steeds hard nodig is, bewees een actie van antisemieten vorige week in Amsterdam. Foute types projecteerden met een laser een tekst op de gevel van het Anne Frank Huis: ‘Anne Frank uitvinder van de balpen’. Dat verwijst naar een complottheorie waarin wordt gesteld dat Anne Frank haar dagboek niet zelf heeft geschreven. Er werd ooit een inlegvel met balpentekst in het dagboek van Anne aangetroffen. De ballpoint is een uitvinding van na de Tweede Wereldoorlog. Waarschijnlijk liet een tekstonderzoeker het papiertje met aantekeningen per abuis in het document achter. Recht-extremistische Holocaustontkenners grepen dat aan om te stellen dat het dagboek nep is maar dat werd volledig weerlegd. Anne Frank schreef met kroontjespen en potlood. 

De daders van die gluiperige actie liggen op het kerkhof en dat is precies waar ze  thuishoren, wat mij betreft. Gespuis is het. Ik sluit mij aan bij de opvatting van columnist Youp van t Hek: LASER OP! De Anne Frank Stichting deed aangifte bij politie en Openbaar Ministerie.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten