Onlangs
las ik een artikel in Trouw dat mij deed grinniken. Een unicum in deze dagen
van doom & gloom. Het ging om
een column van journalist en vaste columnist Stevo Akkerman. Hij beschreef dat
hij net van het stemhokje kwam en daarna direct doorliep naar zijn rommelkast
om de stofzuiger te inspecteren. BBB-partijleidster Caroline van der Plas had
namelijk in het slotdebat bij Op1 de EU-betutteling gehekeld aan de hand van de
Brusselse stofzuigerrichtlijn. Akkerman vindt die stofzuigerrichtlijn in één
woord geweldig. Deze apparaten zijn door die richtlijn zuiniger, stiller en
efficiënter geworden, met op Europese schaal een gigantische energiebesparing.
Dat
zit zo. De Ecodesign-richtlijn stamt uit 2009. Er werkte een klein team van
Europese ambtenaren aan maar de impact van hun werk bleek groot. Stofzuigers
van meer dan 2.000 watt bleken voor 1.200 watt ‘luchtverwarmers’ te zijn. Toen
kwam de richtlijn. Sinds 2017 ligt die inmiddels op 900 watt. Dat zuiniger
zuigen -dat moet Nederlanders aanspreken- zal vanaf 2030 23 terrawattuur (TWh)
besparen. Ter vergelijking: de kerncentrale van Borssele produceert jaarlijks
3,8 TWh. Tel uit je winst. Het Ecodesign-Impact-rapport van 2020 vermeldt nóg
beter nieuws. Over dat jaar werd een totale besparing van 1.037 TWh behaald.
Dat is meer dan de hele Nederlandse energieconsumptie van dat jaar (933 TWh). Nou
Caroline weer!
Dit
voorbeeld geeft aan dat er wel degelijk goede dingen komen uit ‘Brussel’ maar
ook hoe populistisch Boer-Burger-Beweging als partij werd in de afgelopen
periode. Ik durf zelfs te stellen: sinds deze partij met de PVV in een coalitie zit. De geest kwam uit de fles... Iets dat uitstekend werkt, wordt gediskwalificeerd omdat het daar vandaankomt.
Wat wel wordt vergeten in die kringen, is dat elke lidstaat moet instemmen met elke nieuwe Europese
wet!
Nederland
bezet sinds dit jaar 31 zetels in het Europese Parlement. Tijdens de Europese verkiezingen zijn er in totaal 720
zetels te verdelen, ieder land heeft een aantal zetels, naar grootte. Zo heeft Polen
er 53, Spanje 61, Italië 76, Frankrijk 81 en Duitsland (de grootste lidstaat) 96.
Extreem-
en radicaal-rechtse partijen behoren tot verschillende families in het Europees
Parlement van de Europese Unie. Tot de fractie Identiteit & Democratie -ze
staan niet per se democratie voor in de ware zin des woords- behoren
onder andere: PVV, Vlaams Belang (België), Rassemblement National (Frankrijk),
FPÖ (Oostenrijk) en Lega Italia. Wie van ‘eigen volk eerst’ de basis van het verkiezingsprogramma
maakt, komt vanzelf in conflict met de anderen. Alternative für Deutschland (AfD)
werd onlangs uit deze fractie gezet. Dan moet je het wel heel bont hebben
gemaakt. (Het gebeurde vanwege vermoede banden met Rusland en China.)
Tot
de fractie Europese Conservatieven en Hervormers behoren onder andere: Fratelli
d’Italia, PiS (Polen) en Vox (Spanje). Zij belijden een oerconservatief
katholicisme. Ze zien zich als hervormers van binnenuit. Ik zou ze liever de vijfde colonne van de Europese Unie willen noemen. Voorheen wilden zij de
Europese Unie nog verlaten maar door Brexit weten ze dat dit niet goed uitpakt
voor het land. Aanvankelijk zeiden ze de Europese Unie te willen ‘uithollen’
maar dat woord is inmiddels ook in de ban.
De
extreem-rechtse partij van Viktor Orbán, Fidesz (Hongarije heeft 21 zetels) is
niet gelieerd aan enige fractie. Orbáns partij zat aanvankelijk bij de
Internationale Liberalen en switchte later naar de fractie Europese
Volkspartij (de christen-democraten) maar liep ook daar weg. De
partijleider, een machtswellusteling bij uitstek, wilde zijn eigen fractie starten maar vond daarvoor
onvoldoende steun in Brussel. De partij behoort nu tot de Niet-Ingeschrevenen.
Het
goede nieuws dat hieruit valt te destilleren, is dat radicaal- en extreem-rechts
geen monolitisch blok vormen. Ze zijn nogal versnipperd. Deze Europese verkiezingen bouwden wel voort op de
zegetocht van extreem-rechts die we eerder zagen in individuele landen. Het royement
van AfD verhinderde niet dat ze als tweede partij van het land eindigde, met
ruim 16% van de stemmen. RN werd veruit de grootste in Frankrijk, met 30% van
de stemmen. Dat geldt ook voor de Oostenrijkse FPÖ, die 28% van de stemmen
behaalde. Orbans partij kreeg wel veel stemmen maar verloor twee zetels ten opzichte van de vorige Europese verkiezingen. (Zijn grootste politieke tegenstander noemde dit 'het begin van het einde'...) De PVV, Neerlands eigen extreem-rechtse politieke partij, behaalde
geen monsterzege maar wel een winst van vijf zetels (totaal 6). Ik ben verheugd over het feit dat Forum voor Democratie (radicaal-rechts) uit het Europese Parlement verdwijnt; die partij verloor alle vier zetels. ‘Good Riddance’, zeggen ze dan in Engeland. We zijn dit soort partijen liever kwijt dan rijk. Minder is meer.
In
Nederland viel de opkomst onder kiezers van de nieuwe coalitiepartijen tegen. BBB
krijgt 2 zetels (komt van 0) , VVD 4 (1 zetel verlies) en NSC
1 (komt van 0). Deze relatief lage opkomst, 46,8% van de kiezers, speelde pro-Europese, progressieve partijen wel in de kaart.
Groen
Links-PvdA werd de grootste partij met 8 zetels (wel 1 zetel verlies) en dat vond ik positief. Elke tegenstem is er een! In Den Haag, waar ook de Nederlandse stemmen uit het buitenland worden meegerekend, won de partij met beslissende cijfers (PVV eindigde daar als nummer 2). In Spanje werd de Partido Popular nipt de grootste, ruim 34% van de stemmen. De sociaal-democraten (PSOE) kwamen op 30% van de stemmen; omgerekend zijn dat 20 zetels. Radicaal-rechtse partij Vox behaalde nog geen 10% van de stemmen. Dat betekent echter wel een verdubbeling van het aantal zetels (nu 6) ten opzichte van de vorige verkiezingen.
Iets meer dan 50% van de burgers in de Europese Unie gingen naar de stembus. Het
politieke midden hield stand maar op uiterst rechts gaan partijen met elkaar zeker
zand in de Europese machine strooien. We gaan in de komende maanden zien hoezeer de nieuwe samenstelling van het Europese Parlement is verenigd in
verscheidenheid.
Vriend
Piet maakte mij onlangs attent op het tv-programma Buitenhof (NPO1) waarin een
interessante spreker uit het Verenigd Koninkrijk aan het woord kwam. Het gaat
om de Britse historicus en auteur Timothy Garton Ash (1955) die daar de Nederlandse
vertaling van zijn boek ‘Europa, een persoonlijke geschiedenis’ kwam
toelichten.
Piet
en ik delen een grote interesse in geschiedenis en we zijn beiden veellezers. Zelf
las ik het boek van Garton Ash daarna in de oorspronkelijke taal. De Engelse
titel is ‘Homelands. A personal history’. Garton Ash is hoogleraar Europese Studies
aan de universiteit van Oxford. Hij is de ideale gids door ‘de geschiedenis van
het heden’ vanwege zijn driedimensionele ervaring: die van historicus, van zeer
bereisde journalist en van politiek actieve intellectueel. Als contemporaine
Europeaan voelt hij zich thuis in het buitenland. Ook dat sprak mij aan. Hij zegt
daar onder andere over ‘we kunnen onze ouders niet kiezen maar wel wie we zelf willen
worden’ (p.12).
De
schrijver is weliswaar een paar jaren ouder dan ik (hij is een heuse ‘baby boomer’)
maar ik kon mij inleven in zijn ervaringen en bevindingen. Hij leert als
jongeman drie talen vloeiend spreken: Frans, Duits en Pools. Die behoren tot de
elementaire taalfamilies van Europa en brengen hem dichter bij wat hij wil
lezen en weten over continent Europa.
Het
persoonlijke aspect maakt een boek te allen tijde aansprekender, vind ik. Sinds
zijn 18de houdt Garton Ash een dagboek bij van alles dat hij zag,
hoorde en las op en over het Europese continent. Dat blijkt nogal wat te zijn. Het
maakte hem tot de geëngageerde waarnemer die hij nu is. Hij is eerlijk over zijn
twijfels en zorgen en de fout die hij zelf maakte. Twee liberale verdedigers van
vrijheid kwamen in botsing met elkaar. Hij noemde Ayaan Hirsi Ali in een boekrecensie
op controversiële wijze een Verlichtingsfundementaliste. (Daarvan heeft
hij spijt tot op de dag van vandaag.)
Garton
Ash bezocht Oost-Duitsland als student meermalen (ik ook), woonde een tijd in
de toenmalige DDR, was erbij toen de Berlijnse muur viel (dat noemt hij ‘de
Europese 9/11’), was aanwezig op de scheepswerf van Gdansk waar de Poolse
solidariteitsbeweging Solidarnosc ontstond (hij raakte goed bevriend met Václav
Havel), was toeschouwer op de pleinen van Warschau, Praag en Boedapest waar geschiedenis
werd geschreven. Hij maakte de hereniging van Oost- en West-Duitsland van
dichtbij mee alsmede het uiteenvallen van de Sovjetunie (ontmoette Gorbatsjov
een aantal keren). Hij was ook aanwezig op het Maidanplein (Kiev, Oekraïne) ten
tijde van de Oranjerevolutie (2004) en de protesten na de Krim-annexatie (2014).
Hij interviewde alle politieke en intellectuele grootheden in Europa die ertoe
deden en doen; van oost tot west. Hij hield echter ook altijd contact met ‘gewone
burgers’. Het maakt hem tot een bijzonder invloedrijke publicist.
Dit
boek behandelt de Europese geschiedenis en de grote politieke transformatie
vanaf het begin van de 20ste eeuw tot nu. Vrijheid en Europa zijn de
twee aspecten die de auteur het meest na aan zijn hart liggen. Hij kreeg dat
met de paplepel ingegeven: zijn Britse vader vocht in Frankrijk mee op D-Day. Een
aantal van diens beste vrienden overleefden die gevechten niet. De auteur hangt
zijn boek op aan twee historische tijdvakken: naoorlogs (post-war) en na de
muur (post-wall).
We
hebben als Europeanen vandaag de dag veel te verliezen. Die wetenschap moet
niet verlammend werken, zoals velen van de naoorloogse generatie ervaren. (Dat
herken ik.) Ook hier kan geschiedenis ons helpen. Om het heden te begrijpen,
moeten we het verleden kennen. Of we nu het islamitisch terrorisme, de opkomst van
het Europese extreem-rechtse populisme of de revanchistische wending in Rusland
willen begrijpen, we vinden nuttige aanwijzingen in de geschiedenis van Europa.
De auteur ontpopt zich tot een meeslepende duider, met gevoel voor humor en
ironie.
Werkelijk
alles komt in dit rijke boek aan bod! Min of meer in chronologische volgorde:
de Eerste en Tweede Wereldoorlog, de Koude Oorlog, het IJzeren Gordijn, de
Hongaarse revolutie en andere opstanden in de communistische satellietstaten
van de Sovjetunie, het uiteenvallen van die Unie, de opkomst van de Oost-Europese
oligarchen, de ontstaansgeschiedenis van de Europese Gemeenschap (nu Europese Unie)
en de machtsverhoudingen in die unie, de gevolgen van eerder Europees kolonialisme,
de studentenopstanden van 1968, de oorlog op de Balkan en het uiteenvallen van Joegoslavië,
de opkomst van de radicale islam en de vele aanslagen op Europees grondgebied, de
Amerikaanse 9/11 en de relatie met Europa (bestrijding War on Terror), Poetins misdaden
in Oost-Europa (bezetting van Georgië, de Krim en de Donbas), de invloed van
China op de Europese Unie, de invloed van de financiële crisis, de migratiecrisis,
de druk om armoede en sociale ongelijkheid aan te pakken, klimaatverandering, Brexit,
de oorlog in Oekraïne. En niet te vergeten: de toekomst van de Europese Unie,
al beschikt Garton Ash niet over een glazen bol.
In
1948 werd in Den Haag een instituut opgericht dat de Raad van Europa werd
genoemd. Dat vertegen woordigde de naoorlogse aspiratie om een beter Europa, een
Europeser Europa op te richten. Een Europa van vrijheid, democratie,
rechtstatelijkheid, respect voor de menselijke waardigheid en voor mensenrechten.
Het
Christendom was eeuwenlang het belangrijkste verbindende aspect van Europese eenheid
in verscheidenheid. De oprichters van het nieuwe Europese project waren het er
echter over eens dat de waarden voor een Europese Unie niet moesten voortkomen
uit het christendom maar uit de erfenis van de Europese Verlichting en de
Wetenschappelijke Revolutie in de 17de en 18de eeuw. De unie
moest zijn gebaseerd op empirische, wetenschappelijk aantoonbare, op feiten
gebaseerde waarheden; niet op religieuze aannames.
Het
Latijnse motto van de Europese Unie is ‘in varietate concordia’, eenheid in
verscheidenheid. Inmiddels werd dat ‘united in diversity’, ofwel verenigd
in verscheidenheid. Garton Ash noemt Europa een veelomvattend kunstwerk,
niet gemaakt door een megalomane componist maar door miljoenen handen gekneed,
over duizenden jaren tijd. En iets waaraan continu moet worden geschaaft.
Volgens
de auteur maakten westerse liberalen de fout door te vertrouwen op de
ongefundeerde veronderstelling dat de geschiedenis ‘gewoon’ zijn gang zou blijven
gaan. De liberalen van na de Koude Oorlog bekommerden zich onvoldoende om de
ontstane economische ongelijkheid op het continent en zorgden ervoor dat het
liberalisme plaats bood aan de lelijke tegenhanger ervan: het neoliberalisme.
Garton
Ash schrijft dat een politiek geïnteresseerde Sneeuwwitje die op nieuwjaarsdag
1989 in slaap zou vallen en op 1 januari 2007 wakker zou worden haar ogen niet
zou geloven. Landen als Estland, Letland and Litouwen die voorheen niet eens op
de kaart bestonden als souvereine landen, maakten ineens deel uit van de
Europese Unie (en van de Navo). Datzelfde gold voor de Tsjechische Republiek en
Slowakije (inmiddels gescheiden), Hongarije, Polen, Roemenië, Bulgarije en
Slovenië. Daarmee werd het de tot dusver grootste fundamentele reconstructie van
de Europese Unie sinds 1945.
Hij
stelt dat Poetin in 2002 nog officieel verklaarde ‘dat Oekraïne een onafhankelijke,
soevereine natiestaat is die vrij is zijn eigen pad naar vrijheid en veiligheid
te kiezen’ (p.187). Ook de oostelijke uitbreiding van de NAVO vond hij destijds
geen probleem. Hij zei toen ook dat hij dit militaire verbond niet als vijand
zag. Het kan raar lopen in de geschiedenis...
Mensen
als hij -en ik- zijn gemotiveerd door wat hij ‘de geheugenmachine’ noemt, een
levendige herinnering aan de hel op dit continent. Alhoewel niets deze
persoonlijke herinnering kan evenaren, stelt Garton Ash dat er volop andere
manieren zijn waarop kennis over het verleden kan worden opgedaan en
overgedragen; literatuur is daarin een belangrijk medium. Zelf is hij een
begaafd stylist die de geschiedenis al schrijvend echt tot leven laat komen.
Rond
het tweede decennium van de 21ste eeuw was er voor het eerst een
generatie jonge Europeanen die alleen maar een vreedzaam, vrij Europa hadden
gekend dat voornamelijk uit liberale democratieën bestaat. Het is niet
verwonderlijk dat zij de neiging hebben dit als vanzelfsprekend te beschouwen. Ook
dit jaar bleek dat jongeren moeilijk naar de stembus zijn te bewegen.
Enkele
van de memorabele uitspraken die ik in het boek aantrof: ‘een Europeaan kan meer thuislanden hebben maar
niemand voelt zich thuis in alle delen van Europa’ (p. 15), ‘human beings have
never succeeded in building heaven on earth, even when they have tried. But
they have repeatedly built hell on earth’ (p. 26), ‘een democratisch Rusland is
een contradictio in terminis, als gefrituurde sneeuwballen’ (p. 182), ‘[..]
although there are no perfect heroes, there is heroism’ (p. 195). En heel veel meer,
teveel om hier te benoemen.
De
muur die Hongarije in 2015 begon te bouwen langs de eigen 175km lange zuidgrens
om migranten tegen te houden, noemt de auteur het nieuwe IJzeren Gordijn van
Europa. Hij verwondert zich erover dat de twee landen in Centraal-Europa
(Oost-Europa) die als eerste in opstand kwamen tegen de onvrijheden in het
communisme, Hongarije en Polen, nu het extreem-rechtse blok van Europa vormen. De
premier van Hongarije (Orbán) verkondigt al geruime tijd een alternatieve visie
voor Europa: anti-liberaal, sociaal-conservatief, pronatalistisch (oproepen tot
meer witte geboortes), Christelijk en ethno-nationalistisch. Volledig tegengesteld
aan de waarden van de huidige Europese Unie. Charles de Gaulle zei ooit: ‘patriotisme
is liefde voor het eigen land, nationalisme is haat voor de ander’.
Twee
kunstwerken van de Spanjaard Ginés Serrán-Pagán in Ceuta, de Spaanse enclave aan
de Marokkaanse noordkust (overgedragen door Portugal medio 17de
eeuw), zijn de perfecte metaforen voor de Herculestaak -synoniem voor een bijna onmogelijke
opdracht- die de Europese Unie heeft: de twee pilaren van elkaar scheiden maar
ze ook samenbrengen. Europa moet zijn buitengrenzen beschermen om het continent
van de rest van de wereld af te schermen. Open samenlevingen zouden open
grenzen moeten hebben maar dat zou heel snel het einde betekenen van vrije Europese
gemeenschappen, vooral die met een een goed ontwikkelde verzorgingsstaat en een
hoge levensstandaard. Europa, met meer dan 13.000km landgrenzen en 53.000km grens in het water kan eenvoudigweg niet zonder grenzen. Tegelijkertijd moet Europa de
pilaren bijeenhouden, uit zelfbescherming en om trouw te blijven aan de eigen waarden:
een veilige plek bieden aan burgers, inclusief vluchtelingen.
De Europese Unie van nu met al zijn fouten, beperkingen, hyprocisie en bureaucratie, is
nog altijd beter dan het Europa dat Garton Ash in de beginjaren ’70 van de
vorige eeuw aantrof. Laat staan de hel waarin zijn vader als jonge soldaat leefde.
Alleen
als blok is het sterk genoeg om zich te verdedigen in een allengs brutere wereld.
Europese afspraken zijn nodig in een wereld vol grensoverschrijdende problemen.
Maar willen we ‘Fort Europa’ worden voor een bevoorrechte klasse? Dat lijkt wel de
richting te zijn waarin de Unie momenteel beweegt. De mens en de historicus Garton
Ash vindt dat echter moreel ontoelaatbaar en politiek onhaalbaar. Mondiale
bevolkingsbewegingen moeten worden gezien als een potentieel positief
verschijnsel en niet als bedreiging; vooral voor landen die te maken hebben met
een ernstige demografische achteruitgang (zoals Nederland met zijn vergrijzing). Dit
lijkt mij een mooie afsluiter voor de bespreking van dit interessante boek.
Het was nog een hele kluif om deze blog op tijd af te krijgen maar dit is mijn kleine bijdrage aan een beter Europa. Dit continent en de Europese Unie zijn complexe materie met vele aspecten die de auteur met dit boek heel knap met elkaar in verband brengt. Het gaf mij als lezer veel stof tot nadenken, het wierp regelmatig nieuw licht op een aantal heikele kwesties. Absolute aanrader!
Elke politieke partij moet nu een definitieve keuze gaan maken voor een Europese fractie in het parlement. De eerstvolgende belangrijke stemming gaat over de benoeming van de nieuwe voorzitter van de Europese Commissie. Ursula von der Leyen (de huidige) heeft de beste papieren, zeker nu de christen-democraten met afstand de grootste fractie werd. Maar het is geen gelopen race voor haar. Ze moet eerst door een meerderheid van de regeringsleiders worden voorgedragen maar het Europese Parlement stemt uiteindelijk over de benoeming.