Indonesië is momenteel met een imposant paviljoen vertegenwoordigd op de World Expo 2010 in Shanghai die daar in mei van dit jaar opende. Het gebouw, dat 4.000 vierkante meter beslaat en 10 miljoen Amerikaanse dollars kostte, trok in de afgelopen maanden al 3.5 miljoen geïnteresseerden en blijft tot october in China.
Men hoopt op een recordaantal bezoekers van 5 miljoen. In de Jakarta Post schrijft men vol lof en trots over de nationale bijdrage.
Om ook iemand uit het gewone volk te laten meegenieten, stelde men een 'Fried Rice Competition' in: de maker van de, als lekkerste gekozen nasi goreng krijgt een all-in arrangement om de World Expo in eigen persoon te gaan bezoeken. De gelukkige winnaar ontvangt gratis visa voor het verblijf in China, een retourvlucht, gratis accomodatie in Shanghai, gratis toegang tot de Expo en zakgeld voor een verblijf van 4 dagen. Het winnende recept zal uiteindelijk in het Indonesische paviljoen worden bereid.
Recepten kunnnen worden ingezonden naar resep.nasigoreng@gmail.com. (Ik maak geen grapje!) Daar ik wel zin heb in een reisje naar China -ik ben toch in de regio- stelde ik een actieplan voor aan Elsa. Mijn jarenlange Conimex-ervaring maakt mij een uitstekende assistente. Mijn eigen nasi goreng is best aardig, al zeg ik het zelf maar ik heb geen moeite in Elsa mijn meerdere te erkennen. Zij de eer, ik de reis.
De eerste vraag was: wordt het een vegetarische versie of niet? De keuze viel op 'niet'. De volgende vraag was: wordt het een 100% Oosterse variant of een wereldnasi? Dat antwoord laat ik hier in het midden. We willen onze eigen ruiten niet ingooien. Wat ik wel kan onthullen, is dat wij gratis advies inwonnen bij Lonny, de beroemde Balinese kok die ook in Nederland bekend is van radio, televisie en kookboeken.
Elsa en ik hebben onze keuze inmiddels gemaakt. Wij sluiten ons al dagen in de keuken op om een likkebaardend lekker recept voor gebakken rijst in elkaar te draaien. Elsa's Kitchen is sowieso het andere uiterste van Hell's Kitchen. Zij kan goed koken en houdt, net als ik, van afwisseling. Onze keukenprinses is koningin van de wadjan! In de Top10 van haar lekkerste gerechten, staan onder andere: steranijsstoofpot, soto ayam, groene curry in jonge kokosnoot, vegetarische loempia's met zoet-zure saus, gado-gado met eendeneieren (Pauline's suggestie).
Haar versgetrokken bouillons zijn rijk van smaak, loempiadeeg wordt handmatig vervaardigd, van verse producten worden sambal en satésaus gemaakt in de vijzel. Dat is geen sinecure: je hebt er veel handkracht voor nodig. Bij onze kokkie komt niets uit een pakje. Zelfs de dradige uiteinden van de taugé worden stuk voor stuk verwijderd.
En emping mag niet op de lijst van lekkernijen ontbreken! Het is een kleine enigszins bittere snack die wordt gemaakt van de zaden van de Melinjo (gnetum gnemon). Gelukkig smaakt de noot beter dan hij klinkt! Melindjoe is gezonder dan kroepoek: minder vet en minder calorieën. Elsa frituurt niet maar roostert de plakjes. Sinds ons vorige verblijf in Bali ontstond een serieuze Melinjoverslaving, vooral bij mijn liefje alhoewel ik ook de handen niet kan thuishouden. Op de keukenbar staat continu een goedgevulde bak. Er zijn vele soorten te verkrijgen dus het duurde even voordat we de lekkerste vonden. Zodra de bodem van de voorraad in zicht komt, wordt er bijgemaakt. Onze nieuwe convectie-oven-annex-magnetron-annex-stoomapparaat-annex-grill kan ook krupuk maken. Om ook jullie van het Aziatische te laten meegenieten, neem ik hierbij een recept van Tempeh Kecap op, een van mijn favoriete vegetarische (bij)gerechten:
Snijd 100 gram tempé in staafjes. Maal 3 tenen knoflook, 2 sjalotten, 1 theelepel verse peper en een mespuntje verse nootmuskaat fijn tot een kruidenmengsel. Verhit de olie in een wok en fruit hierin de bumbu. Voeg 250 gram water, 20 gram kokoscreme (santen) en 1 eetlepel ketjap manis toe. Laat alles even koken en voeg daarna de tempéblokjes erbij. Het geheel nog 15 minuten op laag vuur laten sudderen. Lekker met emping, zilvervliesrijst en groene groenten als paksoi en brocoli. Selamat makan ... and see you in Shanghai?!
Translate
vrijdag 30 juli 2010
Nasi goreng als instapkaart?
Labels:
Melinjo als snack,
mijn recepten,
Nasi goreng-competitie voor World Expo 2010,
recept tempeh kecap
maandag 26 juli 2010
Nachtelijke transpiratie
Voor zondag stond een uitstapje naar de watervallen van Munduk op het programma. En we zouden een bijzondere tropische vijgenboom gaan bezichtigen bij het dorp Pupuan. Beide dorpen liggen in de hooglanden, temidden van koffieplantages en kruidnagelparken. Munduk en Pupuan liggen op circa 700 meter hoogte, idyllisch in de 'groenteschuur' van Bali, omgeven door rijstpaddies.
De route ernaartoe is erg fraai; wij vonden dat Pauline dat met eigen ogen moest zien. We vertrokken met blauwe lucht en een zonnetje. Landinwaarts, achter in de heuvels zagen we laaghangende bewolking maar die is daar eigenlijk altijd. Bali is rijk: er is overal en altijd water, het klimaat is mild en de vulkanische grond is bijzonder vruchtbaar. De rijstpaddies liggen er in terrassen prachtig bij: groene waterbassins, omzoomd door grasranden. Door die terrasaanleg kan rijst zelfs tegen steile hellingen worden verbouwd; zo wordt het landoppervlak optimaal benut. Water wordt via een ingenieus systeem in de paddies toegelaten en ingesloten.
We aanschouwden het plukken van kruidnagels die aan hoge bomen groeien. Toen we uit de auto stapten, roken we de kruidige lucht van dit ouderwetse, maar o-zo lekkere kruid. Stoere mannen plukten op een dunne ladder (een lange bamboestok met kleine, horizontaal geplaatste dwarsstokjes) van wel 7 meter hoogte. Het is handwerk en daardoor erg intensief. Van enkele lage bomen plukten we mee, voor eigen gebruik. Hoe donkerder de kruidnagel, hoe beter de smaak en hoe duurder de specerij. Voor een kilo ontvangt men 150.000 roepiah (circa € 12,=). Lucratieve business!
In datzelfde gebied wordt ook koffie en cacao verbouwd. Het is een welvarend deel van Bali en dat is aan de huizen af te zien: die zijn geheel van steen, groot, afgebouwd en verfraaid. De Balinezen zijn grootgebruikers van Bali Kopi, waarbij kopi luah de kroon spant: het wordt de lekkerste koffie genoemd en is van beperkte oplage. Wat deze Luwakkoffie zo bijzonder maakt? Het feit dat de vrucht wordt opgegeten door een katachtig roofdier, vervolgens wordt uitgepoept en daarna pas wordt geraapt, gedroogd en tot koffie gemaakt. Iets dergelijks kwam ik eerder tegen in Marokko met arganolie in combinatie met geiten.
Net buiten Pupuan lunchten wij bij 'Sanda', een uitstekend restaurant van een klein boutique-hotel (8 kamers) op een voormalige koffieplantage. Eigendom van twee tot Australiërs genaturaliseerde Denen die jaren geleden verliefd werden op Bali en zich er definitief vestigden. We hadden toen de watervallen en de banyanboom nog niet bezichtigd... Volgens onze reisgids en mensen op straat lag de boom 'om de hoek'. Wij hadden uit vorige bezoeken aan het eiland al geleerd dat je een Balinees niet moet vragen hoe lang iets duurt. Men hanteert namelijk 'jam karet': elastieken tijd. Iets waarvan men zegt dat het 1 uur kan duren, neemt ook wel 2 of 3 uur in beslag. Maar om de hoek was toch geen tijdsaanduiding?! Na anderhalf uur rijden (!) over bochtige bergwegen dook de imposante banyan (ficus bengalensis) voor ons op. We reden onder de boom door die met honderden bijwortels een stevig wortelfundament vormt. De regen en laaghangende bewolking gaven de omgeving een mystieke uitstraling.
Het was inmiddels te laat geworden voor een bezoek aan de watervallen van Munduk dus we keerden huiswaarts. Dat er veel watervallen zijn in Bali is een feit. Die vind je overal. Dat er veel water valt in Bali is ook een feit. Daarom is het Balinese groen groener dan waar ook ter wereld. Dat er ook nu, in het droge seizoen, veel water valt was nieuw voor ons. Om een uur of drie in de nacht begon het watergekletter dat ik buiten hoorde, mij te intrigeren. Het regende al enige tijd hard en het was volle maan; een 'gevaarlijke' combinatie. Ik lag te luisteren naar het geluid van het vallen water in het zwembad en hoorde ook het geklater van water vanaf het rieten dak in de overloopbak. Langzaamaan bedacht ik mij dat ik het overal hoorde kletteren... Ik stond op en gluurde door het slaapkamergordijn richting terras. Ik zag de pilaren die het huis dragen weerspiegeld in water. Vreemd. Ik schoof het gordijn verder open en zag dat het complete terras blank stond. Tijd om de rest van ons open, tropische huis te inspecteren, met mijn liefje in het kielzog.
Ik deed de lichten aan en zag de watermassa op eigen domein! Veroorzaakt door horizontale regen. Het stond niet alleen blank op het terras. Het water stond tot aan de slaapkamerdeuren en was de woonkamer ingelopen. Ik haalde de trekker uit de kast en begon maar ergens. Het leek in eerste instantie niet veel uit te maken. Na een half uurtje bleek Made, onze beveiligingsman, ook wakker geworden... Bezweet stapte ik om half 5 mijn bed weer in. Hij ook.
Vanaf een kurkdroog terras kijk ik thans uit over zeer hoog zeewater. De vulkanen van Java zijn nog nooit zó goed zichtbaar geweest. De regen stopte inmiddels. Er wordt deze ochtend veel geofferd door het personeel. Het typen gaat stram: de blaren staan op beide handen. Dat vocht heeft iets langer nodig om weg te trekken.
De route ernaartoe is erg fraai; wij vonden dat Pauline dat met eigen ogen moest zien. We vertrokken met blauwe lucht en een zonnetje. Landinwaarts, achter in de heuvels zagen we laaghangende bewolking maar die is daar eigenlijk altijd. Bali is rijk: er is overal en altijd water, het klimaat is mild en de vulkanische grond is bijzonder vruchtbaar. De rijstpaddies liggen er in terrassen prachtig bij: groene waterbassins, omzoomd door grasranden. Door die terrasaanleg kan rijst zelfs tegen steile hellingen worden verbouwd; zo wordt het landoppervlak optimaal benut. Water wordt via een ingenieus systeem in de paddies toegelaten en ingesloten.
We aanschouwden het plukken van kruidnagels die aan hoge bomen groeien. Toen we uit de auto stapten, roken we de kruidige lucht van dit ouderwetse, maar o-zo lekkere kruid. Stoere mannen plukten op een dunne ladder (een lange bamboestok met kleine, horizontaal geplaatste dwarsstokjes) van wel 7 meter hoogte. Het is handwerk en daardoor erg intensief. Van enkele lage bomen plukten we mee, voor eigen gebruik. Hoe donkerder de kruidnagel, hoe beter de smaak en hoe duurder de specerij. Voor een kilo ontvangt men 150.000 roepiah (circa € 12,=). Lucratieve business!
In datzelfde gebied wordt ook koffie en cacao verbouwd. Het is een welvarend deel van Bali en dat is aan de huizen af te zien: die zijn geheel van steen, groot, afgebouwd en verfraaid. De Balinezen zijn grootgebruikers van Bali Kopi, waarbij kopi luah de kroon spant: het wordt de lekkerste koffie genoemd en is van beperkte oplage. Wat deze Luwakkoffie zo bijzonder maakt? Het feit dat de vrucht wordt opgegeten door een katachtig roofdier, vervolgens wordt uitgepoept en daarna pas wordt geraapt, gedroogd en tot koffie gemaakt. Iets dergelijks kwam ik eerder tegen in Marokko met arganolie in combinatie met geiten.
Net buiten Pupuan lunchten wij bij 'Sanda', een uitstekend restaurant van een klein boutique-hotel (8 kamers) op een voormalige koffieplantage. Eigendom van twee tot Australiërs genaturaliseerde Denen die jaren geleden verliefd werden op Bali en zich er definitief vestigden. We hadden toen de watervallen en de banyanboom nog niet bezichtigd... Volgens onze reisgids en mensen op straat lag de boom 'om de hoek'. Wij hadden uit vorige bezoeken aan het eiland al geleerd dat je een Balinees niet moet vragen hoe lang iets duurt. Men hanteert namelijk 'jam karet': elastieken tijd. Iets waarvan men zegt dat het 1 uur kan duren, neemt ook wel 2 of 3 uur in beslag. Maar om de hoek was toch geen tijdsaanduiding?! Na anderhalf uur rijden (!) over bochtige bergwegen dook de imposante banyan (ficus bengalensis) voor ons op. We reden onder de boom door die met honderden bijwortels een stevig wortelfundament vormt. De regen en laaghangende bewolking gaven de omgeving een mystieke uitstraling.
Het was inmiddels te laat geworden voor een bezoek aan de watervallen van Munduk dus we keerden huiswaarts. Dat er veel watervallen zijn in Bali is een feit. Die vind je overal. Dat er veel water valt in Bali is ook een feit. Daarom is het Balinese groen groener dan waar ook ter wereld. Dat er ook nu, in het droge seizoen, veel water valt was nieuw voor ons. Om een uur of drie in de nacht begon het watergekletter dat ik buiten hoorde, mij te intrigeren. Het regende al enige tijd hard en het was volle maan; een 'gevaarlijke' combinatie. Ik lag te luisteren naar het geluid van het vallen water in het zwembad en hoorde ook het geklater van water vanaf het rieten dak in de overloopbak. Langzaamaan bedacht ik mij dat ik het overal hoorde kletteren... Ik stond op en gluurde door het slaapkamergordijn richting terras. Ik zag de pilaren die het huis dragen weerspiegeld in water. Vreemd. Ik schoof het gordijn verder open en zag dat het complete terras blank stond. Tijd om de rest van ons open, tropische huis te inspecteren, met mijn liefje in het kielzog.
Ik deed de lichten aan en zag de watermassa op eigen domein! Veroorzaakt door horizontale regen. Het stond niet alleen blank op het terras. Het water stond tot aan de slaapkamerdeuren en was de woonkamer ingelopen. Ik haalde de trekker uit de kast en begon maar ergens. Het leek in eerste instantie niet veel uit te maken. Na een half uurtje bleek Made, onze beveiligingsman, ook wakker geworden... Bezweet stapte ik om half 5 mijn bed weer in. Hij ook.
Vanaf een kurkdroog terras kijk ik thans uit over zeer hoog zeewater. De vulkanen van Java zijn nog nooit zó goed zichtbaar geweest. De regen stopte inmiddels. Er wordt deze ochtend veel geofferd door het personeel. Het typen gaat stram: de blaren staan op beide handen. Dat vocht heeft iets langer nodig om weg te trekken.
vrijdag 23 juli 2010
The eagle has landed
Van nu tot september wordt er in Bali veel gevliegerd; de wind is doorgaans aflandig (richting zee) en dat is een makkie voor binnenlandse vliegeraars. De Balinezen wonen bij voorkeur niet aan de kust maar landinwaarts. Een week of twee geleden zag ik voor de eerste keer op zondag -de vrije dag van Bali; men werkt 6 dagen per week- kinderen vliegers op het braakliggende terrein naast ons huis oplaten.
De kids hadden simpele, kleurrijke papieren vliegers die het met de heersende wind goed deden. Vanuit de eigen tuin keek ik met belangstelling naar hun verrichtingen. Het deed mij terugdenken aan mijn jeugd toen ook ik vliegers bouwde. Wat dat betreft zijn kinderen over de hele wereld hetzelfde. Wij gaven de vlieger een staart met strikken, hier wordt staartloos gevliegerd. Een dag later zag ik een papieren vlieger hoog in de lucht richting strand dwarrelen. Er hing geen kind aan. In mijn hoofd klonk het lied 'De Vlieger' van André Hazes (een van de liedjes van de Evergreen Top100):
'Ik heb hier een brief voor m'n moeder
die hoog in de hemel is.
De brief bind ik vast aan m'n vlieger
tot zij hem ontvangt, zij die ik mis.'
Deze tekst indachtig rende ik naar het strand, raapte de vlieger op voordat hij te water raakte en wachtte op het kind dat komen zou. Ik wachtte geduldig maar er kwam niemand. De dag erna evenmin. De gehavende 'layang-layang' bleef verweesd achter, kon niet meer opstijgen. Ibu (moeder) zou dat briefje nooit ontvangen...
Vorige week kreeg ik een vlieger van mijn liefje (wier schoonmoeder nog leeft). De keuze viel op een roofvogel, type zeeadelaar, van papier-mâché, met vleugels van stof. De eerste vliegpogingen verliepen desastreus: de vlieger schokte hevig heen en weer en wilde niet staan. Bij nader inzien bleek het vliegertouw te zwaar voor de vogel. Het touw werd vervangen door een stukje visdraad dat afkomstig was van de opgeraapte vlieger. Wie wat bewaart die heeft wat. Daarna steeg de vlieger probleemloos op. Een biddende roofvogel, zoals het hoort. Ik denk dat 'Hezus' mij welgezind was. Míjn briefjes zijn gericht aan anderen...
Pauline had een nóg beter idee: zij kocht een dikke rol visdraad, in de kleuren van de vlieger. Het oog wil namelijk ook wat. Zo'n standpunt is ze aan haar reputatie verplicht. Zij heeft daarvoor geen advies van Jack de Vries nodig. Die lanceerde deze week zijn nieuwe adviesbureau voor reputatiebeheer. Een van de motto's die ik op zijn website aantrof, luidt: 'Openheid is geen keuze'. Daar weet de CDA-man-van- de-buitenechtelijke-relatie-met-een-ondergeschikte alles van. Dat maakt hem overtuigend ervaringsdeskundig; als voormalig consultant ken ik de waarde daarvan...
Pauline landde weer veilig in ons midden, na een bezoek aan Ubud. Ze legde circa 120 kilometer af op de brommer. En dat tweemaal. Petje af voor die prestatie. Een duik in het zwembad bracht de benodigde verfrissing. Daarna kwamen de verhalen op gang: van de kou op de brommer in de heuvels, de lieve Ibu van de Home Stay waarin zij verbleef (150.000 Rpi voor twee nachten; circa € 12,=), de kruidentips en middeltjes die zij ontving, het bezoek van de gekko aan haar slaapkamer (!), haar bezoek aan de hondenopvang, de apen, beelden en graven in Monkey Forest, de signaalblauwe vogel met zwarte vleugelonderkant en gele bek op de weg terug. Rijke ervaringen en interessante foto's. Bij het openen van haar inbox trof ze nog meer goed nieuws aan: de foto-expositie 'Marokko. Foto's van Elias Harrus en Pauline Prior' over het joodse leven in dit Noord-Afrikaans land gaat tijdelijk van Amsterdam verhuizen naar het Joods Historisch Museum van Londen. Kami senang, everybody happy!
De kids hadden simpele, kleurrijke papieren vliegers die het met de heersende wind goed deden. Vanuit de eigen tuin keek ik met belangstelling naar hun verrichtingen. Het deed mij terugdenken aan mijn jeugd toen ook ik vliegers bouwde. Wat dat betreft zijn kinderen over de hele wereld hetzelfde. Wij gaven de vlieger een staart met strikken, hier wordt staartloos gevliegerd. Een dag later zag ik een papieren vlieger hoog in de lucht richting strand dwarrelen. Er hing geen kind aan. In mijn hoofd klonk het lied 'De Vlieger' van André Hazes (een van de liedjes van de Evergreen Top100):
die hoog in de hemel is.
De brief bind ik vast aan m'n vlieger
tot zij hem ontvangt, zij die ik mis.'
Deze tekst indachtig rende ik naar het strand, raapte de vlieger op voordat hij te water raakte en wachtte op het kind dat komen zou. Ik wachtte geduldig maar er kwam niemand. De dag erna evenmin. De gehavende 'layang-layang' bleef verweesd achter, kon niet meer opstijgen. Ibu (moeder) zou dat briefje nooit ontvangen...
Vorige week kreeg ik een vlieger van mijn liefje (wier schoonmoeder nog leeft). De keuze viel op een roofvogel, type zeeadelaar, van papier-mâché, met vleugels van stof. De eerste vliegpogingen verliepen desastreus: de vlieger schokte hevig heen en weer en wilde niet staan. Bij nader inzien bleek het vliegertouw te zwaar voor de vogel. Het touw werd vervangen door een stukje visdraad dat afkomstig was van de opgeraapte vlieger. Wie wat bewaart die heeft wat. Daarna steeg de vlieger probleemloos op. Een biddende roofvogel, zoals het hoort. Ik denk dat 'Hezus' mij welgezind was. Míjn briefjes zijn gericht aan anderen...
Pauline had een nóg beter idee: zij kocht een dikke rol visdraad, in de kleuren van de vlieger. Het oog wil namelijk ook wat. Zo'n standpunt is ze aan haar reputatie verplicht. Zij heeft daarvoor geen advies van Jack de Vries nodig. Die lanceerde deze week zijn nieuwe adviesbureau voor reputatiebeheer. Een van de motto's die ik op zijn website aantrof, luidt: 'Openheid is geen keuze'. Daar weet de CDA-man-van- de-buitenechtelijke-relatie-met-een-ondergeschikte alles van. Dat maakt hem overtuigend ervaringsdeskundig; als voormalig consultant ken ik de waarde daarvan...
Pauline landde weer veilig in ons midden, na een bezoek aan Ubud. Ze legde circa 120 kilometer af op de brommer. En dat tweemaal. Petje af voor die prestatie. Een duik in het zwembad bracht de benodigde verfrissing. Daarna kwamen de verhalen op gang: van de kou op de brommer in de heuvels, de lieve Ibu van de Home Stay waarin zij verbleef (150.000 Rpi voor twee nachten; circa € 12,=), de kruidentips en middeltjes die zij ontving, het bezoek van de gekko aan haar slaapkamer (!), haar bezoek aan de hondenopvang, de apen, beelden en graven in Monkey Forest, de signaalblauwe vogel met zwarte vleugelonderkant en gele bek op de weg terug. Rijke ervaringen en interessante foto's. Bij het openen van haar inbox trof ze nog meer goed nieuws aan: de foto-expositie 'Marokko. Foto's van Elias Harrus en Pauline Prior' over het joodse leven in dit Noord-Afrikaans land gaat tijdelijk van Amsterdam verhuizen naar het Joods Historisch Museum van Londen. Kami senang, everybody happy!
Labels:
cultureel,
expositie 'Marokko. Foto's van Elias Harrus en Pauline Prior',
Pauline Prior,
wonen op Bali
dinsdag 20 juli 2010
Prior(i)tijd
Het is leuk om vriendin Pauline, ondernemend fotografe, van dichtbij bezig te zien. Voor haar vertrek naar Bali bedacht ze dat ze in de komende weken een bepaald type fotoreportage ging maken. Dat bleek anders uit te pakken.
Pauline is vegetarisch en een grote dierenvriendin. Ze werd diep geraakt door het doorgaans trieste lot van Balinese straathonden ('anjing' in Bahasa Indonesia). Ze bleken een dankbaar en bij tijd en wijle moeizaam object. Er was veel geblaf, soms gegrom maar ze kwam er tot nu toe zonder kleerscheuren vanaf.
Van haar leerde ik in de afgelopen week enkele hondensoorten herkennen: het blonde type is van het ras 'Kintamani' en de gestreepte uitvoering is van de soort 'Balinese straathond'. De eerste soort ontving zijn naam van een plaats in het noorden van Bali. Het dier staat wat dichter bij de Europese, aaibare soort met zijn blonde, wollige vacht, rechtopstaande oren en krulstaart. Deze hond stamt naar verluid af van de Chinese chow-chow. De tweede soort die niet is weg te denken uit het Balinese straatbeeld, lijkt met zijn gestreepte vacht meer op een hyena al heeft dit type hond bij lange na niet dezelfde gehaaidheid.
Ze kijkt anders naar deze dieren dan ik. Zelf houd ik graag afstand tot deze honden terwijl zij juist contact wil maken. Daardoor komen zelfs de schlemieligste honden vanwege haar betrokkenheid esthetisch en ethisch verantwoord op de gevoelige plaat. Ze prutst niet met de foto maar zorgt er wel voor dat de dieren in hun waarde worden gelaten, hoe meelijwekkend ze soms ook (b)lijken. Het is boeiend te horen waarom zij een bepaalde foto schiet op die ene manier en niet een andere, wat zij zoekt in een beeld en wat zij met haar reportages wenst uit te dragen. Haar hondenserie mag er nu al zijn terwijl ze nog even heeft te gaan... Ik weet zeker dat zij een Nederlands museum voor haar reportage zal weten te interesseren. Als ZZP'er is dat altijd weer spannend.
Al ben ik niet geraakt zoals zij, ik heb wel te doen met Balinese straathonden: doorgaans zijn ze ondervoed en mager, luizen- en vlooienbalen en in het geval van teefjes: met tepels tot op de grond. Een Balinees ziet de hond als een erfbeschermer maar schroomt niet het dier te mishandelen, te vergiftigen en zelfs op te eten... Een aantal van onze buren heeft honden op het erf ter bescherming. Als wij bij hen binnenwandelen, wordt er niet -meer- geblaft. Hoezo beschermer?! Wij hebben bewust geen huishond al werd door lokalen weleens een poging ondernomen ons een puppie 'aan te smeren'. Zonder succes. Ik heb Snolliebollie immers (soms). En Made, onze beveiligingsman.
Ook viel Pauline qua Balinese ceremonies met haar neus in de boter. Nou ja, niet in de boter maar in de as... Ze maakte namelijk drie gelijktijdige hindoeïstische crematies van dichtbij mee. Men gedoogde haar als fotografe tijdens deze ceremonie die 'Ngaben' wordt genoemd en ze legde elke rite minutieus en zorgvuldig vast. Het plan was een foto van haar bij dit blog te publiceren maar dat lukte eenvoudigweg niet (vanwege de foto-omvang?). Ook voor deze reportage zal wellicht in Nederland een museale liefhebber worden gevonden so watch this space!
Een crematie is voor Balinezen niet persé een trieste aangelegenheid. Voor hen is dit een van de vele 'overgangsriten' van kind naar volwassene. Bovendien is het afscheid slechts tijdelijk: men reïncarneert immers. Het dode lichaam wordt in een wadah of versierde schrijn in de vorm van een tempel naar het crematieveld nabij de dodentempel van het dorp (in dit geval: ons dorp) gedragen, vergezeld door familieleden en dorpsgenoten. Het lichaam -slechts een lege huls- wordt teruggegeven aan een louterend vuur, een van de basiselementen van het Hindoeïstische geloof. Het geheel wordt begeleid door een gamelanorkest. Families met geld verzamelen de overblijfselen na de crematie en brengen die onder in een graf. Families zonder geld laten het daarbij.
Op de tuinfoto staat de 'Bougainvillea Paulina' afgebeeld. Deze bougainville-op-stam deed Pauline ons in het afgelopen weekend kado. De kleurrijke struik is familie van de Nachtschone-achtige. Een des te opmerkelijk geschenk daar de gulle geefster een ochtendmens is. Net als wij. Pauline ging vanmorgen vroeg met de brommer richting Ubud. Die reis zal 4 uur duren... Ze zal zich niet eenzaam voelen op de weg. Een brommer is het ideale transportmiddel voor een fotograaf in Bali: je kunt stoppen waar en hoe vaak je wilt. Bovendien is haar eerste bezoek aan Bali en dan wil je wel wat van het eiland zien. Ubud ligt in Centraal-Bali en is bekend om haar galleries, antiekwinkels, spa's en goede restaurants en koffiehuizen. Als vegetariër zal ze daar ruimschoots aan haar trekken komen! Er is tevens een goede boekhandel, een mooi museum en prachtig keizerlijk paleis in het hart van de stad. Veel straathonden zal ze er niet zien, toeristen des te meer. Ik kijk uit naar haar verhalen en foto's, later in de week. Leo Dovente.
Pauline is vegetarisch en een grote dierenvriendin. Ze werd diep geraakt door het doorgaans trieste lot van Balinese straathonden ('anjing' in Bahasa Indonesia). Ze bleken een dankbaar en bij tijd en wijle moeizaam object. Er was veel geblaf, soms gegrom maar ze kwam er tot nu toe zonder kleerscheuren vanaf.
Van haar leerde ik in de afgelopen week enkele hondensoorten herkennen: het blonde type is van het ras 'Kintamani' en de gestreepte uitvoering is van de soort 'Balinese straathond'. De eerste soort ontving zijn naam van een plaats in het noorden van Bali. Het dier staat wat dichter bij de Europese, aaibare soort met zijn blonde, wollige vacht, rechtopstaande oren en krulstaart. Deze hond stamt naar verluid af van de Chinese chow-chow. De tweede soort die niet is weg te denken uit het Balinese straatbeeld, lijkt met zijn gestreepte vacht meer op een hyena al heeft dit type hond bij lange na niet dezelfde gehaaidheid.
Ze kijkt anders naar deze dieren dan ik. Zelf houd ik graag afstand tot deze honden terwijl zij juist contact wil maken. Daardoor komen zelfs de schlemieligste honden vanwege haar betrokkenheid esthetisch en ethisch verantwoord op de gevoelige plaat. Ze prutst niet met de foto maar zorgt er wel voor dat de dieren in hun waarde worden gelaten, hoe meelijwekkend ze soms ook (b)lijken. Het is boeiend te horen waarom zij een bepaalde foto schiet op die ene manier en niet een andere, wat zij zoekt in een beeld en wat zij met haar reportages wenst uit te dragen. Haar hondenserie mag er nu al zijn terwijl ze nog even heeft te gaan... Ik weet zeker dat zij een Nederlands museum voor haar reportage zal weten te interesseren. Als ZZP'er is dat altijd weer spannend.
Al ben ik niet geraakt zoals zij, ik heb wel te doen met Balinese straathonden: doorgaans zijn ze ondervoed en mager, luizen- en vlooienbalen en in het geval van teefjes: met tepels tot op de grond. Een Balinees ziet de hond als een erfbeschermer maar schroomt niet het dier te mishandelen, te vergiftigen en zelfs op te eten... Een aantal van onze buren heeft honden op het erf ter bescherming. Als wij bij hen binnenwandelen, wordt er niet -meer- geblaft. Hoezo beschermer?! Wij hebben bewust geen huishond al werd door lokalen weleens een poging ondernomen ons een puppie 'aan te smeren'. Zonder succes. Ik heb Snolliebollie immers (soms). En Made, onze beveiligingsman.
Ook viel Pauline qua Balinese ceremonies met haar neus in de boter. Nou ja, niet in de boter maar in de as... Ze maakte namelijk drie gelijktijdige hindoeïstische crematies van dichtbij mee. Men gedoogde haar als fotografe tijdens deze ceremonie die 'Ngaben' wordt genoemd en ze legde elke rite minutieus en zorgvuldig vast. Het plan was een foto van haar bij dit blog te publiceren maar dat lukte eenvoudigweg niet (vanwege de foto-omvang?). Ook voor deze reportage zal wellicht in Nederland een museale liefhebber worden gevonden so watch this space!
Een crematie is voor Balinezen niet persé een trieste aangelegenheid. Voor hen is dit een van de vele 'overgangsriten' van kind naar volwassene. Bovendien is het afscheid slechts tijdelijk: men reïncarneert immers. Het dode lichaam wordt in een wadah of versierde schrijn in de vorm van een tempel naar het crematieveld nabij de dodentempel van het dorp (in dit geval: ons dorp) gedragen, vergezeld door familieleden en dorpsgenoten. Het lichaam -slechts een lege huls- wordt teruggegeven aan een louterend vuur, een van de basiselementen van het Hindoeïstische geloof. Het geheel wordt begeleid door een gamelanorkest. Families met geld verzamelen de overblijfselen na de crematie en brengen die onder in een graf. Families zonder geld laten het daarbij.
Op de tuinfoto staat de 'Bougainvillea Paulina' afgebeeld. Deze bougainville-op-stam deed Pauline ons in het afgelopen weekend kado. De kleurrijke struik is familie van de Nachtschone-achtige. Een des te opmerkelijk geschenk daar de gulle geefster een ochtendmens is. Net als wij. Pauline ging vanmorgen vroeg met de brommer richting Ubud. Die reis zal 4 uur duren... Ze zal zich niet eenzaam voelen op de weg. Een brommer is het ideale transportmiddel voor een fotograaf in Bali: je kunt stoppen waar en hoe vaak je wilt. Bovendien is haar eerste bezoek aan Bali en dan wil je wel wat van het eiland zien. Ubud ligt in Centraal-Bali en is bekend om haar galleries, antiekwinkels, spa's en goede restaurants en koffiehuizen. Als vegetariër zal ze daar ruimschoots aan haar trekken komen! Er is tevens een goede boekhandel, een mooi museum en prachtig keizerlijk paleis in het hart van de stad. Veel straathonden zal ze er niet zien, toeristen des te meer. Ik kijk uit naar haar verhalen en foto's, later in de week. Leo Dovente.
zaterdag 17 juli 2010
We worden oma!
Het nieuws werd ons schoorvoetend gebracht: Elsa is zwanger. Ondanks de positieve strekking vonden wij de aanstaande ouders nogal een sneue indruk maken. “Waren zij dan niet blij met het gegeven?” Het hoge woord kwam eruit: tijdens de vorige keer zwangerschap was ze werkzaam in de keuken van een lokaal restaurant. Na de mededeling werd ze door haar baas op staande voet ontslagen. Ketut noemde het hun 'trauma'. Ik kon mij hun schroom goed voorstellen. Ontslag om zo'n reden kwam geen seconde bij ons op. Sterker nog: als zij en Ketut blij zijn met de komst van een tweede kind, zijn wij dat ook.
Voor de meeste Balinezen zijn nakomelingen de garantie voor een verzorgde oude dag. Ouders en grootouders worden in Bali te zijner tijd niet naar een bejaardentehuis verhuisd. Ze blijven binnen de familie en worden tot hun dood door hun kinderen verzorgd. Alhoewel Elsa, Ketut en Yuda inmiddels naar een eigen huis buiten Ketut's geboortedorp verhuisden, zullen zij als kinderen voor hun ouders blijven zorgen.
Een tweede kind is ook goed voor zoon Yuda: met een broertje of zusje leert hij spelen en delen. Die kleine wordt nu dagelijks bij grootouders- of overgrootmoeder (80 jaar) ondergebracht. Dat is geen stimulerende omgeving voor een slim, druk jongetje van bijna 3 jaar maar dat zijn de mores hier. Er is een -privé- kindergarten in Lovina voor kinderen vanaf 3 jaar; dat lijkt ons wel iets voor hem.
Wel kun je bedenkingen hebben bij het moment: volgende maand gaat Ketut voor minstens een jaar als steward werken op een internationale cruiseliner. Hij zal de geboorte van zijn tweede kind zeker missen want tijdens het eerste jaar krijgt het scheepspersoneel geen verlof. Voor Elsa lijkt dat nauwelijks een probleem: tijdens de geboorte van hun eerste baby was haar echtgenoot ook niet aanwezig... Gedurende de afwezigheid van haar echtgenoot mag Elsa volgens de Balinese cultuur niet alleen in haar huis verblijven. Zij zal dagelijks worden vergezeld door familieleden die bij haar zullen logeren, of zij bij hen. Dat lijkt mij persoonlijk zeer bezwaarlijk maar zij is eraan gewend. Dat stelsel van tradities, gewoonten en gebruiken wordt in Bali 'adat' genoemd.
Blijdschap overheerst alhoewel Elsa zich momenteel niet goed voelt: had zij tijdens de eerste zwangerschap slechts twee weken last van misselijkheid en slapte, deze keer duurt haar onwelbevinden langer. Het valt niet mee keukenprinses te zijn als je zelf misselijk bent en geen eten kunt verdragen... 's Ochtends komt ze doorgaans pips aan. Mijn liefje en ik zien erop toe dat zij voldoende rust; 's middags wacht haar een comfortabele ligplaats in huis. Bovendien steken wij zelf wat meer de handen uit de mouwen en hebben we assistente Nur in huis die tijdelijk taken van haar oudere zus overneemt. Tijdens de zwangerschap van Yuda had Elsa vooral trek in saté, nu taalt zij niet naar vlees. Zelf denkt ze dan ook dat de nieuwe baby een meisje zal zijn.
Over baby's verder gesproken: onze jonge tuinman Putu Agus doet het goed maar wat is hij nog onbeholpen en onervaren! Hij loopt elke ochtend met een grote glimlach op zijn gezicht de tuin in en telkens als we oogcontact maken, gaat zijn duim omhoog. Hét teken dat hij het naar zijn zin heeft.
Toen wij hem onlangs vroegen voor een klusje op de brommer naar Singaraja te rijden, verschoot hij van kleur: dat had hij nog nooit gedaan... Die stad ligt op circa 19 kilometer afstand van zijn geboortedorp. Voordat het echte tuinwerk kon beginnen, vroegen we hem wel de nieuwe handschoenen van huis op te halen die wij voor hem hadden aangeschaft...
Het opleiden begon uiterst basaal: in welke richting draai je de waterkraan open, hoe ver zet je de kraan open om een sprinkler te laten sproeien, een tuinslang werkt stukken beter zonder knopen erin (idem dito voor de stofzuigerslang van het zwembad), als je gebruiksoppervlakten schoonmaakt doe je dat niet met de schone handdoek uit de personeelstoilet maar met een daarvoor bestemde lap, werk aan één kant van het zwembad moet worden gevolgd door hetzelfde werk aan de andere kant, als de voorzijde van de tuin onkruidvrij is moet de achterzijde van de tuin ook nog, uit een kraan in huis komt tevens warm water.
Putu zucht en kreunt als hij zijn spierkracht moet aanspreken en 'mannenwerk' moet verrichten -klussen met machines, schop of kapmes- maar hij fleurt helemaal op als hij nu mag schoonmaken. De manier waarop hij de nieuwe kussens 's ochtends op de schoongemaakte bale bengong drapeert, getuigt van artistieke aanleg.
Vooral mijn liefje kan haar moederlijke gevoelens op hem botvieren. Anderen zullen hierin wellicht de control freak in haar herkennen maar ze is en blijft een bofkont... En nu wordt ze nog oma ook!
Voor de meeste Balinezen zijn nakomelingen de garantie voor een verzorgde oude dag. Ouders en grootouders worden in Bali te zijner tijd niet naar een bejaardentehuis verhuisd. Ze blijven binnen de familie en worden tot hun dood door hun kinderen verzorgd. Alhoewel Elsa, Ketut en Yuda inmiddels naar een eigen huis buiten Ketut's geboortedorp verhuisden, zullen zij als kinderen voor hun ouders blijven zorgen.
Een tweede kind is ook goed voor zoon Yuda: met een broertje of zusje leert hij spelen en delen. Die kleine wordt nu dagelijks bij grootouders- of overgrootmoeder (80 jaar) ondergebracht. Dat is geen stimulerende omgeving voor een slim, druk jongetje van bijna 3 jaar maar dat zijn de mores hier. Er is een -privé- kindergarten in Lovina voor kinderen vanaf 3 jaar; dat lijkt ons wel iets voor hem.
Wel kun je bedenkingen hebben bij het moment: volgende maand gaat Ketut voor minstens een jaar als steward werken op een internationale cruiseliner. Hij zal de geboorte van zijn tweede kind zeker missen want tijdens het eerste jaar krijgt het scheepspersoneel geen verlof. Voor Elsa lijkt dat nauwelijks een probleem: tijdens de geboorte van hun eerste baby was haar echtgenoot ook niet aanwezig... Gedurende de afwezigheid van haar echtgenoot mag Elsa volgens de Balinese cultuur niet alleen in haar huis verblijven. Zij zal dagelijks worden vergezeld door familieleden die bij haar zullen logeren, of zij bij hen. Dat lijkt mij persoonlijk zeer bezwaarlijk maar zij is eraan gewend. Dat stelsel van tradities, gewoonten en gebruiken wordt in Bali 'adat' genoemd.
Blijdschap overheerst alhoewel Elsa zich momenteel niet goed voelt: had zij tijdens de eerste zwangerschap slechts twee weken last van misselijkheid en slapte, deze keer duurt haar onwelbevinden langer. Het valt niet mee keukenprinses te zijn als je zelf misselijk bent en geen eten kunt verdragen... 's Ochtends komt ze doorgaans pips aan. Mijn liefje en ik zien erop toe dat zij voldoende rust; 's middags wacht haar een comfortabele ligplaats in huis. Bovendien steken wij zelf wat meer de handen uit de mouwen en hebben we assistente Nur in huis die tijdelijk taken van haar oudere zus overneemt. Tijdens de zwangerschap van Yuda had Elsa vooral trek in saté, nu taalt zij niet naar vlees. Zelf denkt ze dan ook dat de nieuwe baby een meisje zal zijn.
Over baby's verder gesproken: onze jonge tuinman Putu Agus doet het goed maar wat is hij nog onbeholpen en onervaren! Hij loopt elke ochtend met een grote glimlach op zijn gezicht de tuin in en telkens als we oogcontact maken, gaat zijn duim omhoog. Hét teken dat hij het naar zijn zin heeft.
Toen wij hem onlangs vroegen voor een klusje op de brommer naar Singaraja te rijden, verschoot hij van kleur: dat had hij nog nooit gedaan... Die stad ligt op circa 19 kilometer afstand van zijn geboortedorp. Voordat het echte tuinwerk kon beginnen, vroegen we hem wel de nieuwe handschoenen van huis op te halen die wij voor hem hadden aangeschaft...
Het opleiden begon uiterst basaal: in welke richting draai je de waterkraan open, hoe ver zet je de kraan open om een sprinkler te laten sproeien, een tuinslang werkt stukken beter zonder knopen erin (idem dito voor de stofzuigerslang van het zwembad), als je gebruiksoppervlakten schoonmaakt doe je dat niet met de schone handdoek uit de personeelstoilet maar met een daarvoor bestemde lap, werk aan één kant van het zwembad moet worden gevolgd door hetzelfde werk aan de andere kant, als de voorzijde van de tuin onkruidvrij is moet de achterzijde van de tuin ook nog, uit een kraan in huis komt tevens warm water.
Putu zucht en kreunt als hij zijn spierkracht moet aanspreken en 'mannenwerk' moet verrichten -klussen met machines, schop of kapmes- maar hij fleurt helemaal op als hij nu mag schoonmaken. De manier waarop hij de nieuwe kussens 's ochtends op de schoongemaakte bale bengong drapeert, getuigt van artistieke aanleg.
Vooral mijn liefje kan haar moederlijke gevoelens op hem botvieren. Anderen zullen hierin wellicht de control freak in haar herkennen maar ze is en blijft een bofkont... En nu wordt ze nog oma ook!
dinsdag 13 juli 2010
Madiba & meer
Hij is broos, 91 jaar oud en boegbeeld van Zuid-Afrika. Madiba, koosnaam van Nelson Mandela, was erbij na de sluitingsceremonie van het WK-voetbaltoernooi. Ik was geroerd toen ik hem zag zitten in zijn dikke winterjas en beremuts. Met dat mooie hoofd van hem... Vergezeld door zijn echtgenote werd hij over het voetbalveld gereden in een golfkarretje. Af en toe hielp zij hem met het zwaaien door zijn linker- danwel zijn rechterhand omhoog te duwen. “Achter een sterke man staat een sterke vrouw.” Wat een uitstraling heeft die man. Nog steeds!
Wij zouden zondagnacht de finalewedstrijd tussen Nederland en Spanje live gaan bekijken. Het pakte anders uit: mijn liefje kreeg last van een fikse buikgriep. Om 2:30 uur 's nachts zaten we beiden rechtop. Niet voor een groot televisiescherm maar in bed... Dat bleek voor haar op dat moment de beste plek in Noord-Bali.
Door al dat nachtelijke gespook stapte ik op maandagochtend als gebroken vrouw uit bed. Daarin was ik niet van een finalekijker te onderscheiden. Zíj bleef in bed. Symptomen: verhoging, misselijkheid, hoofdpijn, diarree en buikkrampen. Achter elke slappe vrouw, ligt een andere slappe. Het was hoog tijd voor het eerste telefoontje aan dokter Handra uit Singaraja. Op het moment van bellen, bracht hij zijn kinderen naar school maar hij zou daarna doorrijden voor een huisbezoek aan ons. Niet alleen de arts stapte even later uit de auto, ook zijn (jonge) echtgenote was erbij. Zij nestelde zich in een stoel op het terras. Haar getatoeëerde handen vielen mij als eerste op. Iets vergelijkbaars van henna kende ik tot nu toe alleen van Marokkaanse vrouwen. Toen ik Elsa later om een verklaring vroeg, zei ze mij dat het in Indonesië een teken is van rijkdom.
De arts dook de slaapkamer in en stelde even later de diagnose gastro-enteritis, een infectieziekte van maag, dunne darm en/of dikke darm. De meeste gevallen van deze kwaal zijn zeer besmettelijk dus we zullen zien. Op het moment van typen voel ik mij kiplekker! Een zak met medicijnen bleef achter. Wij droegen ons steentje bij aan een nieuwe tatoeage. Gelukkig voelt mijn liefje zich inmiddels beter. Als het niet goed gaat met haar, heb ik het ook niet naar mijn zin.
Op maandag jongstleden zag ik een grote fregatvogel (fregata minor) boven het huis en langs de branding surfen. Momenteel hebben we golven aan de Balizee. Het was de eerste keer dat ik deze imposante vogel met eigen ogen zag. De spanwijdte van de vleugels leek meer dan een meter. Het gevleugelde dier had een V-vormige staart, een gehoekte snavel en een witte vlek op de buik. Ondanks de grootte leek het vederlicht te vliegen, te zweven eigenlijk.
De vogelaar in mij ontwaakte. In de Internet Bird Collection (IBC) op het web vond ik enkele goede foto's. Het wordt tijd voor een eigen rijk geïllustreerde gids van tropische vogels. Ik zocht en vond geschikte gidsen op het web: 'Birds of South Asia - The Ripley Guide' (van Rasmussen en Anderton) of 'A photographic guide to birds of Java, Sumatra and Bali' (van MacKinnon en Philips). Ik twijfel nog tussen een gids met vogeltekeningen of eentje met foto's. Weer iets voor op het verlanglijstje! Alhoewel mijn eigen foto niet geweldig is, plaats ik 'm toch bij dit blog; hopend op een mooiere in de nabije toekomst.
Over fotografie gesproken, wij hebben momenteel vriendin Pauline te logeren. Zij volgde de Rietveld Academie en is professioneel fotografe maar houdt zich ook bezig met toegepaste kunst. Om mij het water in de mond te laten lopen, loopt ze hier rond met een EOS 1Ds Mark II-camera... Daarmee vergeleken is mijn digitale SLR-camera 'een barrel' (maar ik mopper niet). Misschien mag ik 'm een dezer dagen nog eens vasthouden. Zij en ik kennen elkaar uit de Amsterdamse redactie van het tijdschrift 'TheaTuba', een blad over muziek, theater, literatuur dat in de jaren '80 voor en door vrouwen werd gemaakt.
Pauline verbleef eerder bij een vriend in het zuiden van Bali maar stak recebt de berg over naar ons, Noorderlingen. Ze trekt er gehelmd op de brommer op uit maar er is ook volop tijd voor samenzijn, praten en kletsen. Het is zoals Reve stelt: 'er is niets tegen geoudehoer zolang er maar Gods zegen op rust'. Daar onze gaste vegetarisch is, stelde ik mijn liefje voor dat ook wij dagelijks vegetarisch zouden eten. Dat stuitte echter op verzet; er zijn kennelijk grenzen aan solidariteit... Maarrrr de goden grepen in: vanwege de infectie eet ze thans überhaupt mondjesmaat en vleesloos. De fragrante, knapperige kip van Elsa is even taboe!
Wij zouden zondagnacht de finalewedstrijd tussen Nederland en Spanje live gaan bekijken. Het pakte anders uit: mijn liefje kreeg last van een fikse buikgriep. Om 2:30 uur 's nachts zaten we beiden rechtop. Niet voor een groot televisiescherm maar in bed... Dat bleek voor haar op dat moment de beste plek in Noord-Bali.
Door al dat nachtelijke gespook stapte ik op maandagochtend als gebroken vrouw uit bed. Daarin was ik niet van een finalekijker te onderscheiden. Zíj bleef in bed. Symptomen: verhoging, misselijkheid, hoofdpijn, diarree en buikkrampen. Achter elke slappe vrouw, ligt een andere slappe. Het was hoog tijd voor het eerste telefoontje aan dokter Handra uit Singaraja. Op het moment van bellen, bracht hij zijn kinderen naar school maar hij zou daarna doorrijden voor een huisbezoek aan ons. Niet alleen de arts stapte even later uit de auto, ook zijn (jonge) echtgenote was erbij. Zij nestelde zich in een stoel op het terras. Haar getatoeëerde handen vielen mij als eerste op. Iets vergelijkbaars van henna kende ik tot nu toe alleen van Marokkaanse vrouwen. Toen ik Elsa later om een verklaring vroeg, zei ze mij dat het in Indonesië een teken is van rijkdom.
De arts dook de slaapkamer in en stelde even later de diagnose gastro-enteritis, een infectieziekte van maag, dunne darm en/of dikke darm. De meeste gevallen van deze kwaal zijn zeer besmettelijk dus we zullen zien. Op het moment van typen voel ik mij kiplekker! Een zak met medicijnen bleef achter. Wij droegen ons steentje bij aan een nieuwe tatoeage. Gelukkig voelt mijn liefje zich inmiddels beter. Als het niet goed gaat met haar, heb ik het ook niet naar mijn zin.
Op maandag jongstleden zag ik een grote fregatvogel (fregata minor) boven het huis en langs de branding surfen. Momenteel hebben we golven aan de Balizee. Het was de eerste keer dat ik deze imposante vogel met eigen ogen zag. De spanwijdte van de vleugels leek meer dan een meter. Het gevleugelde dier had een V-vormige staart, een gehoekte snavel en een witte vlek op de buik. Ondanks de grootte leek het vederlicht te vliegen, te zweven eigenlijk.
De vogelaar in mij ontwaakte. In de Internet Bird Collection (IBC) op het web vond ik enkele goede foto's. Het wordt tijd voor een eigen rijk geïllustreerde gids van tropische vogels. Ik zocht en vond geschikte gidsen op het web: 'Birds of South Asia - The Ripley Guide' (van Rasmussen en Anderton) of 'A photographic guide to birds of Java, Sumatra and Bali' (van MacKinnon en Philips). Ik twijfel nog tussen een gids met vogeltekeningen of eentje met foto's. Weer iets voor op het verlanglijstje! Alhoewel mijn eigen foto niet geweldig is, plaats ik 'm toch bij dit blog; hopend op een mooiere in de nabije toekomst.
Over fotografie gesproken, wij hebben momenteel vriendin Pauline te logeren. Zij volgde de Rietveld Academie en is professioneel fotografe maar houdt zich ook bezig met toegepaste kunst. Om mij het water in de mond te laten lopen, loopt ze hier rond met een EOS 1Ds Mark II-camera... Daarmee vergeleken is mijn digitale SLR-camera 'een barrel' (maar ik mopper niet). Misschien mag ik 'm een dezer dagen nog eens vasthouden. Zij en ik kennen elkaar uit de Amsterdamse redactie van het tijdschrift 'TheaTuba', een blad over muziek, theater, literatuur dat in de jaren '80 voor en door vrouwen werd gemaakt.
Pauline verbleef eerder bij een vriend in het zuiden van Bali maar stak recebt de berg over naar ons, Noorderlingen. Ze trekt er gehelmd op de brommer op uit maar er is ook volop tijd voor samenzijn, praten en kletsen. Het is zoals Reve stelt: 'er is niets tegen geoudehoer zolang er maar Gods zegen op rust'. Daar onze gaste vegetarisch is, stelde ik mijn liefje voor dat ook wij dagelijks vegetarisch zouden eten. Dat stuitte echter op verzet; er zijn kennelijk grenzen aan solidariteit... Maarrrr de goden grepen in: vanwege de infectie eet ze thans überhaupt mondjesmaat en vleesloos. De fragrante, knapperige kip van Elsa is even taboe!
Labels:
'Er is niets tegen geoudehoer zolang er maar Gods zegen op rust' - Reve,
aforismen,
cultureel,
gevederde vriendjes,
tijdschrift 'TheaTuba'
zaterdag 10 juli 2010
Snolliebollie en ik
Enkele dagen geleden werd het naar mijn hoofd geslingerd: 'je lijkt op Dirk Kuijt'... Nu is het voor een meisje sowieso niet leuk om te worden versleten voor het evenbeeld van een jongetje; hoe goed hij ook is. Mijn eerste reactie was dan ook: “hoe bedoel je dit precies?”
Als een van mijn vroegere werkgevers deze opmerking over mij had gemaakt, zou ik dat niet hebben weersproken. Instemmend zou ik hebben gezwegen.
Ik ben namelijk sinds mijn kindertijd een voetballiefhebber en alhoewel Wesley Sneijder op het WK tot nu toe tot man-van-de-wedstrijd werd verkozen, is de rol van DK niet te onderschatten: hij werd in elke wedstrijd opgesteld, rende over het veld alsof zijn leven ervan afhing, scoorde zelf een doelpunt en was veelvuldig betrokken bij de voorzet voor een goal. Kortom: een toegewijde, harde werker. Bovendien is hij een aardig mens, een teamplayer en een goeddoener. Dus wie wil nu niet met zo'n persoon worden vergeleken? Maar ik weet ook dat Kuijt (30 jaar) flinke flaporen en puntige hoektanden heeft à la Dracula. Over het algemeen wordt de sympathieke Katwijker niet geprezen om zijn Don Juan-uiterlijk...
De opmerking dat ik op Kuijt zou lijken, kwam bepaald niet uit de mond van een zakelijke collega. De vergelijking werd gemaakt door mijn eigen liefje. Ze zei het toen ik net baantjes had gezwommen en met verzopen katjesharen op het terras zat te wachten op een Nespresso-koffie. Ik vroeg haar dus waarom ze vond dat ik op Dirk lijk. Welnu, de fysieke gelijkenis bleek toch de doorslag te geven. De regelmatige lezer en mijn vrienden weten dat ook ik hoogblond ben en flaporen heb. Het was de combinatie van die kenmerken die debet bleek aan de associatie.
Het zal je maar worden gezegd! Alhoewel ik weinig aandrang voel mijzelf te verdedigen, wil ik toch niet zwijgen: if she was right, I would agree with her... Ik vond het haar 'Blattertje-van-de-week'. Wat mij onder andere van Kuijt onderscheidt, is het feit dat hij kromme benen heeft en ik niet. Zijn wekelijks salaris (€45.000,=) is een andere futiliteit. Wat pas ècht onderscheidend is, is mijn -ontluikende- bekwaamheid in de beheersing van 'seledet'. Het is een Indonesische techniek waarbij pupillen razendsnel heen en weer worden bewogen. Ik train er momenteel hard op, tot duizelig wordens toe. De Balinese danseres Ida Bagus Oka Wirjana is tot nu toe de enige persoon ter wereld die deze oogtechniek ook op verticale manier weet uit te voeren. Als het aan mij ligt niet voor lang! Misschien was ik in een vorig leven Balinese?
Kuijt en de andere mannen van Oranje doen het bijzonder goed en dat stemt Snolliebollie, mij en de rest van Nederland zeer positief. Met dank aan Hugo voor de aandoenlijke foto. (Op haar wil ik wel graag lijken...) Het is goed om ten tijde van een financiële wereldcrisis en nationale politieke verdeeldheid een gemeenschappelijke vijand te hebben: de WK-voetbaltegenstander. Ik las op internet dat Nederland een extra economische groei van 0,1 - 0,5% tegemoet kan zien als Oranje wereldkampioen wordt.
Inmiddels is bekend dat 'Las Rojas' (koosnaam voor het Spaanse voetbalelftal) uit mijn tweede vaderland in de finale tegenover het Nederlands elftal komen te staan. Een droomfinale voor iemand met roots in zowel Nederland als Spanje. Wie er ook wint, het goede gevoel zal overheersen. De live-voetbalwedstrijden zijn hier om 2:30 uur 's nachts te zien en ik volg de beschouwingen van het informatieve programma 'Studie Sportzomer' via BVN. Onze satelliet zendt ongestoord uit sinds de verplaatsing in de tuin en daarom kunnen we elke ochtend genieten van de uitslagen, de interviews en de analyses. De poulestand in huis is momenteel 47-44. Vooruit dan maar, die overwinning kan mij nog ontgaan: degene die zondag de juiste eindstand voorspelt, krijgt 4 punten. Ik ben niet wraaklustig.
Morgennacht zullen wij ons laten vervoeren naar een barlocatie aan het strand van Lovina alwaar we de finalewedstrijd met eigen ogen zullen aanschouwen. In een talrijk oranjekleurig gezelschap en naar verwachting met bitterballen! Ondanks de voorspellende kracht van semi-orakel Octopus Paul hoop ik op een overwinning van 'Belanda', met tenmiste één bloedstollende assist van Kuijt. De vliegende Hollanders zullen de wereldbeker dan wellicht uit handen van icoon Nelson Mandela ontvangen. Dat zou het leven van een DK-look-a-like nóg bijzonderder maken.
Als een van mijn vroegere werkgevers deze opmerking over mij had gemaakt, zou ik dat niet hebben weersproken. Instemmend zou ik hebben gezwegen.
Ik ben namelijk sinds mijn kindertijd een voetballiefhebber en alhoewel Wesley Sneijder op het WK tot nu toe tot man-van-de-wedstrijd werd verkozen, is de rol van DK niet te onderschatten: hij werd in elke wedstrijd opgesteld, rende over het veld alsof zijn leven ervan afhing, scoorde zelf een doelpunt en was veelvuldig betrokken bij de voorzet voor een goal. Kortom: een toegewijde, harde werker. Bovendien is hij een aardig mens, een teamplayer en een goeddoener. Dus wie wil nu niet met zo'n persoon worden vergeleken? Maar ik weet ook dat Kuijt (30 jaar) flinke flaporen en puntige hoektanden heeft à la Dracula. Over het algemeen wordt de sympathieke Katwijker niet geprezen om zijn Don Juan-uiterlijk...
De opmerking dat ik op Kuijt zou lijken, kwam bepaald niet uit de mond van een zakelijke collega. De vergelijking werd gemaakt door mijn eigen liefje. Ze zei het toen ik net baantjes had gezwommen en met verzopen katjesharen op het terras zat te wachten op een Nespresso-koffie. Ik vroeg haar dus waarom ze vond dat ik op Dirk lijk. Welnu, de fysieke gelijkenis bleek toch de doorslag te geven. De regelmatige lezer en mijn vrienden weten dat ook ik hoogblond ben en flaporen heb. Het was de combinatie van die kenmerken die debet bleek aan de associatie.
Het zal je maar worden gezegd! Alhoewel ik weinig aandrang voel mijzelf te verdedigen, wil ik toch niet zwijgen: if she was right, I would agree with her... Ik vond het haar 'Blattertje-van-de-week'. Wat mij onder andere van Kuijt onderscheidt, is het feit dat hij kromme benen heeft en ik niet. Zijn wekelijks salaris (€45.000,=) is een andere futiliteit. Wat pas ècht onderscheidend is, is mijn -ontluikende- bekwaamheid in de beheersing van 'seledet'. Het is een Indonesische techniek waarbij pupillen razendsnel heen en weer worden bewogen. Ik train er momenteel hard op, tot duizelig wordens toe. De Balinese danseres Ida Bagus Oka Wirjana is tot nu toe de enige persoon ter wereld die deze oogtechniek ook op verticale manier weet uit te voeren. Als het aan mij ligt niet voor lang! Misschien was ik in een vorig leven Balinese?
Kuijt en de andere mannen van Oranje doen het bijzonder goed en dat stemt Snolliebollie, mij en de rest van Nederland zeer positief. Met dank aan Hugo voor de aandoenlijke foto. (Op haar wil ik wel graag lijken...) Het is goed om ten tijde van een financiële wereldcrisis en nationale politieke verdeeldheid een gemeenschappelijke vijand te hebben: de WK-voetbaltegenstander. Ik las op internet dat Nederland een extra economische groei van 0,1 - 0,5% tegemoet kan zien als Oranje wereldkampioen wordt.
Inmiddels is bekend dat 'Las Rojas' (koosnaam voor het Spaanse voetbalelftal) uit mijn tweede vaderland in de finale tegenover het Nederlands elftal komen te staan. Een droomfinale voor iemand met roots in zowel Nederland als Spanje. Wie er ook wint, het goede gevoel zal overheersen. De live-voetbalwedstrijden zijn hier om 2:30 uur 's nachts te zien en ik volg de beschouwingen van het informatieve programma 'Studie Sportzomer' via BVN. Onze satelliet zendt ongestoord uit sinds de verplaatsing in de tuin en daarom kunnen we elke ochtend genieten van de uitslagen, de interviews en de analyses. De poulestand in huis is momenteel 47-44. Vooruit dan maar, die overwinning kan mij nog ontgaan: degene die zondag de juiste eindstand voorspelt, krijgt 4 punten. Ik ben niet wraaklustig.
Morgennacht zullen wij ons laten vervoeren naar een barlocatie aan het strand van Lovina alwaar we de finalewedstrijd met eigen ogen zullen aanschouwen. In een talrijk oranjekleurig gezelschap en naar verwachting met bitterballen! Ondanks de voorspellende kracht van semi-orakel Octopus Paul hoop ik op een overwinning van 'Belanda', met tenmiste één bloedstollende assist van Kuijt. De vliegende Hollanders zullen de wereldbeker dan wellicht uit handen van icoon Nelson Mandela ontvangen. Dat zou het leven van een DK-look-a-like nóg bijzonderder maken.
woensdag 7 juli 2010
Wat zien ik?
De Zwitserse psycholoog Hermann Rorsach ontwikkelde de gelijknamige test in 1921. Deze test is gebaseerd op de menselijke neiging interpretaties en gevoelens te projecteren op abstracte vormen. In dit geval op inktvlekken, vandaar dat deze Rorsachtest ook wel inktvlekkentest wordt genoemd. Aan de hand van gegeven interpretaties proberen deskundigen de diepere persoonlijke karaktertrekken en impulsen van testpersonen te begrijpen.
Dacht ik tot voor kort dat het ondoorzichtige zwembadwater werd veroorzaakt door neergeslagen zand en stof, er bleek toch meer aan de hand te zijn. Om een lang verhaal kort te maken: chemicaliën bleken onvermijdelijk om het evenwicht te herstellen. Emmy schreef mij bemoedigend dat we niet roomser dan de paus moeten zijn... Dat is waar maar 'what goes up, must come down' en we rotzooien nu eenmaal niet met de natuur!
Na toevoeging van een wonderpoeder begon het oppervlaktewater langzaam maar zeker te veranderen in een groengele soep met vlokken. Ik zag er van alles in: een Balinese danseres, een aangespoelde bruinvis, een reuzevlinder, Oranje als WK-kampioen. Voor wie ook met de billen bloot durft met de nieuwste Rorsachplaat: “wat zie jíj erin?” Antwoorden kunnen via mail aan mij worden toegezonden. Over de uitslag zal niet publiekelijk worden gecommuniceerd (denk ik).
Alle gekheid op een stokje. Dat poeder balde het onwelkome in het bad samen en zonk ermee naar de bodem. Daarvan moest het de volgende dag centimer-voor-centimeter worden opgezogen. Secuur werk dat uren zou gaan duren. Om deze reden konden we minstens een dag niet zwemmen. Daarmee was geen vrouw overboord. We hadden ons toch al voorgenomen deze week naar het zuiden te rijden om boodschappen te doen. Mijn liefje had haar focus vooral op vers kwaliteitsvlees en vis van Carrefour. Ik moet namelijk iets opbiechten: de nieuw geopende winkel in Singaraja bleek geen 100% Carrefour te zijn maar is helaas een mengeling van het, op Westerse kwaliteit gebaseerde, Carrefour en het plaatselijke Hardy's... Een lichte teleurstelling.
Voor mij stonden vooral spullen voor het huis op de boodschappenlijst: klamboe's, kleurrijke bale bengong-kussens, een inbouwkluis, een stavolt (apparaat dat wisselingen in de stroomtoevoer opvangt), foulardes voor de terrasloungers, spaarlampen, printercartridges en pedaalemmers. En wij oriënteerden ons op een multifunctionele oven die ik meen te hebben gevonden in de 'LG Wavedom SteamChef'. What's in a name?! Dat apparaat lijkt alles te kunnen: stomen, grillen, bakken, knapperig bereiden, ontdooien. Nu moet ik nog aan de electriciteitsman vragen of de bestaande keukenstroomvoorziening het aankan.
Vanwege het feit dat onze eigen Kia nog steeds in de garage is, huurden we een auto-met-chauffeur. Een reis naar Denpasar is altijd enerverend; is het niet vanwege rijgedrag en gebeurtenissen op de weg dan is het wel door belendende dingen. Zo moest ik lachen bij het zien van 'eethuis Norit' en 'café De Roddel'. Balinezen zijn kampioenen in kletsen en roddelen. Als ik een uurtje in de auto zit met Ketut ben ik helemaal bijgepraat over de laatste ontwikkelingen in de buurt en in het dorp.
De ingehuurde chauffeur hield er heel andere principes op na dan ik: inhalen bij een doorgetrokken streep of net voor een bocht, constant optrekken in de tweede versnelling vanuit stilstand, te vroeg naar 4 opschakelen, systematisch geen gebruik maken van de linkerzijspiegel waardoor ik de enige was die de 'near misses' met brommers zag. Hij zag er geen probleem in, ik zag het met lede ogen aan. De man is not my cup of tea. Het zal bij deze ene keer blijven met hem. Overigens keerden we veilig terug op het honk.
De dag na thuiskomst kregen de mannen zwembadbeheer- en machinekamerles van een ware expert. Dat was hard nodig want in de afgelopen week werd een grote fout gemaakt: het badwater had weliswaar gecirculeerd maar zonder door de filter te gaan... Er werd niet gedreigd, er vielen geen klappen maar de heren zaten er wel beteuterd bij. Vanavond gaat de keukenprinses, ook een expert op haar vlak, John Dory (zonnevis) of rode snapper voor ons bereiden. We zien ernaar uit!
Dacht ik tot voor kort dat het ondoorzichtige zwembadwater werd veroorzaakt door neergeslagen zand en stof, er bleek toch meer aan de hand te zijn. Om een lang verhaal kort te maken: chemicaliën bleken onvermijdelijk om het evenwicht te herstellen. Emmy schreef mij bemoedigend dat we niet roomser dan de paus moeten zijn... Dat is waar maar 'what goes up, must come down' en we rotzooien nu eenmaal niet met de natuur!
Na toevoeging van een wonderpoeder begon het oppervlaktewater langzaam maar zeker te veranderen in een groengele soep met vlokken. Ik zag er van alles in: een Balinese danseres, een aangespoelde bruinvis, een reuzevlinder, Oranje als WK-kampioen. Voor wie ook met de billen bloot durft met de nieuwste Rorsachplaat: “wat zie jíj erin?” Antwoorden kunnen via mail aan mij worden toegezonden. Over de uitslag zal niet publiekelijk worden gecommuniceerd (denk ik).
Alle gekheid op een stokje. Dat poeder balde het onwelkome in het bad samen en zonk ermee naar de bodem. Daarvan moest het de volgende dag centimer-voor-centimeter worden opgezogen. Secuur werk dat uren zou gaan duren. Om deze reden konden we minstens een dag niet zwemmen. Daarmee was geen vrouw overboord. We hadden ons toch al voorgenomen deze week naar het zuiden te rijden om boodschappen te doen. Mijn liefje had haar focus vooral op vers kwaliteitsvlees en vis van Carrefour. Ik moet namelijk iets opbiechten: de nieuw geopende winkel in Singaraja bleek geen 100% Carrefour te zijn maar is helaas een mengeling van het, op Westerse kwaliteit gebaseerde, Carrefour en het plaatselijke Hardy's... Een lichte teleurstelling.
Voor mij stonden vooral spullen voor het huis op de boodschappenlijst: klamboe's, kleurrijke bale bengong-kussens, een inbouwkluis, een stavolt (apparaat dat wisselingen in de stroomtoevoer opvangt), foulardes voor de terrasloungers, spaarlampen, printercartridges en pedaalemmers. En wij oriënteerden ons op een multifunctionele oven die ik meen te hebben gevonden in de 'LG Wavedom SteamChef'. What's in a name?! Dat apparaat lijkt alles te kunnen: stomen, grillen, bakken, knapperig bereiden, ontdooien. Nu moet ik nog aan de electriciteitsman vragen of de bestaande keukenstroomvoorziening het aankan.
Vanwege het feit dat onze eigen Kia nog steeds in de garage is, huurden we een auto-met-chauffeur. Een reis naar Denpasar is altijd enerverend; is het niet vanwege rijgedrag en gebeurtenissen op de weg dan is het wel door belendende dingen. Zo moest ik lachen bij het zien van 'eethuis Norit' en 'café De Roddel'. Balinezen zijn kampioenen in kletsen en roddelen. Als ik een uurtje in de auto zit met Ketut ben ik helemaal bijgepraat over de laatste ontwikkelingen in de buurt en in het dorp.
De ingehuurde chauffeur hield er heel andere principes op na dan ik: inhalen bij een doorgetrokken streep of net voor een bocht, constant optrekken in de tweede versnelling vanuit stilstand, te vroeg naar 4 opschakelen, systematisch geen gebruik maken van de linkerzijspiegel waardoor ik de enige was die de 'near misses' met brommers zag. Hij zag er geen probleem in, ik zag het met lede ogen aan. De man is not my cup of tea. Het zal bij deze ene keer blijven met hem. Overigens keerden we veilig terug op het honk.
De dag na thuiskomst kregen de mannen zwembadbeheer- en machinekamerles van een ware expert. Dat was hard nodig want in de afgelopen week werd een grote fout gemaakt: het badwater had weliswaar gecirculeerd maar zonder door de filter te gaan... Er werd niet gedreigd, er vielen geen klappen maar de heren zaten er wel beteuterd bij. Vanavond gaat de keukenprinses, ook een expert op haar vlak, John Dory (zonnevis) of rode snapper voor ons bereiden. We zien ernaar uit!
zondag 4 juli 2010
Blog Zonder Naam
Onze eerste week op Bali is een feit. We hebben er nog circa 25 te gaan (leo dovente). Nu is 'tijd' al niet zo'n eenvoudig begrip en tijdzin, de manier waarop tijd wordt ervaren al helemaal niet: ik herinner mij dat ik vroeger vaak vond dat de tijd langzaam ging, tegenwoordig lijkt een dag voorbij te vliegen. In 'The Lost Symbol' van Dan Brown las ik enkele maanden geleden de volgende uitdrukking: 'time is a river and books are boats'. Boeken lezen is inderdaad een heerlijk tijdverdrijf maar ik las sinds mijn aankomst hoogstens twee bladzijden in de Reve-biografie. Dat is niet veel voor een boekenwurm als ik, nietwaar?! Ik heb er nog geen tijd en innerlijke rust voor.
Omdat er zoveel gebeurt, voelt een week hier aan als een maand. Een apart gevoel. Mijn biologische klok is inmiddels op Balinese tijd bijgesteld. De jetlag die ik voelde na aankomst, ligt achter mij. De regel is dat je een dag nodig hebt om bij te komen voor elk uur tijdsverschil tussen locatie van vertrek en plaats van aankomst. Wij lopen 6 uur op Nederland en Spanje vooruit dus dat lijkt te kloppen.
Het waren de eerste dagen van onze nieuwe tuinman Putu Agus. Hij is jong en onervaren maar hij heeft zonder meer potentie. Hij is vriendelijk en al niet meer zo verlegen, spreekt Engelse zinnetjes en toont initiatief. Vooral dat laatste vinden mijn liefje en ik fantastisch. Hij ziet zelf dingen, denkt door en handelt ernaar. Dat vind je niet in elke Balinees... Vanwege zijn jonge jaren en zijn onervarenheid met het type werk lijkt hij nog wel bevreesd iets verkeerd te doet: als ik bijvoorbeeld een blaadje opraap uit de tuin, verontschuldigt hij zich. Hij vindt kennelijk dat hij dat had moeten doen. Ten onrechte. Dat gevoel van onzekerheid zal ongetwijfeld verdwijnen. Hij leert immers elke dag.
Dat geldt ook voor ons. Zo leren we dat er elke dag in of rond het huis wel iets kapotgaat... De kwaliteit van het gebruikte materiaal laat regelmatig te wensen over en soms ligt het aan de kwaliteit van het gedane werk. In de afgelopen week moesten de kraan en pijp bij het personeelstoilet en de pijp naar de pomp voor het leidingwater worden vervangen. De loodgieter die de aanleg deed en die al heel vaak was teruggefloten, komt er bij ons niet meer in. Hij heeft zijn broddelwerk dermate vaak moeten overdoen dat wij inmiddels contact zochten met iemand die naar verluid professioneler te werk gaat.
Het zwembadwater is niet glashelder. De kwaliteit van het water is uitstekend maar zand dat in de lucht zit, slaat op de bodem neer. Bij de buren is het glashelder maar zij gebruiken daarvoor een extra middel. Wij willen dat niet: hoe minder chemicaliën, hoe beter. Het bad moet hierdoor vaker worden stofgezogen. De stofoverlast wordt grotendeels veroorzaakt door opwaaiend zand van het belendende braakliggende terrein van de toekomstige Nederlandse buurman. Ik heb geen idee wanneer het land zal worden bebouwd.
Het nieuw aangelegde kanaaltje dat ter westerzijde parallel aan onze tuin loopt, moet thans (d.w.z. in het droge seizoen) af en toe bij de afwatering worden 'geholpen'. De wal loopt niet helemaal tot in zee door dus voor het laatste traject moet een geultje worden gegraven zodat het water in de Bali-zee kan stromen. Soms is gebruik van een tak voldoende, op andere dagen moet de schop in de grond. In het natte seizoen regelt de natuur dit zelf.
Ook de pijp voor de backwash van het zwembad moest worden weggewerkt. Aan het einde van het ceremoniële pad naast onze tuinmuur stak tot voor kort een soort snorkel boven de grond uit die in verbinding staat met ons zwembad en de machinekamer. Dat is gevaarlijk en ongewenst. Zeker met het oog op de aanstaande grote Hindoe-ceremonie die binnenkort op het strand voor onze tuin zal plaatsvinden. Dat gebeurt eenmaal per jaar (we zijn benieuwd!). Dus de bestaande afvoerpijp moest ondergronds worden verlengd naar het nieuwe kanaaltje. Dat vindt men hier heel gewoon... Geen eenvoudige klus want er moest met beperkte middelen een gat door dik beton worden gehouwen. Vanwege de rondspringende brokken was een helm voor Ketut geen overbodige luxe! Die foto maakt onderdeel uit van de doorlopende diashow, in de linkerkolom van mijn blog. Ik zal wekelijks nieuwe foto's toevoegen.
De auto bleek olie te lekken en is dit weekend in de garage voor reparatie.
En zoon Yuda van huishoudster Elsa en projectmanager Ketut kwam deze week vanwege aanhoudende koorts in het ziekenhuis terecht. In Bali wordt de moeder geacht continu bij een patiëntje in het ziekenhuis te verblijven. We hadden niet anders gewild. Het is echter opmerkelijk dat wij ons ineens 'onthand' voelden toen onze kokkie afwezig was. Terwijl ik tot voor kort in Spanje toch elke dag de maaltijden verzorgde.
Niet alleen hun gezinsleven stond danig op zijn kop, dat van ons ook een beetje. De kleine bleek een muggeninfectie te hebben opgelopen; een kwaal die veel kinderen hier aan het begin van de zomer overkomt. Hij kreeg een infuus en mocht na twee dagen weer naar huis.
Dat alles lijkt mij genoeg ophef voor een week. Iedereen voelt zich inmiddels weer senang, de klussen zijn bijna allemaal geklaard. Op naar de blogs van week 2 - hopelijk wel weer met een fatsoenlijke titel. Die wilde deze keer niet komen.
Omdat er zoveel gebeurt, voelt een week hier aan als een maand. Een apart gevoel. Mijn biologische klok is inmiddels op Balinese tijd bijgesteld. De jetlag die ik voelde na aankomst, ligt achter mij. De regel is dat je een dag nodig hebt om bij te komen voor elk uur tijdsverschil tussen locatie van vertrek en plaats van aankomst. Wij lopen 6 uur op Nederland en Spanje vooruit dus dat lijkt te kloppen.
Het waren de eerste dagen van onze nieuwe tuinman Putu Agus. Hij is jong en onervaren maar hij heeft zonder meer potentie. Hij is vriendelijk en al niet meer zo verlegen, spreekt Engelse zinnetjes en toont initiatief. Vooral dat laatste vinden mijn liefje en ik fantastisch. Hij ziet zelf dingen, denkt door en handelt ernaar. Dat vind je niet in elke Balinees... Vanwege zijn jonge jaren en zijn onervarenheid met het type werk lijkt hij nog wel bevreesd iets verkeerd te doet: als ik bijvoorbeeld een blaadje opraap uit de tuin, verontschuldigt hij zich. Hij vindt kennelijk dat hij dat had moeten doen. Ten onrechte. Dat gevoel van onzekerheid zal ongetwijfeld verdwijnen. Hij leert immers elke dag.
Dat geldt ook voor ons. Zo leren we dat er elke dag in of rond het huis wel iets kapotgaat... De kwaliteit van het gebruikte materiaal laat regelmatig te wensen over en soms ligt het aan de kwaliteit van het gedane werk. In de afgelopen week moesten de kraan en pijp bij het personeelstoilet en de pijp naar de pomp voor het leidingwater worden vervangen. De loodgieter die de aanleg deed en die al heel vaak was teruggefloten, komt er bij ons niet meer in. Hij heeft zijn broddelwerk dermate vaak moeten overdoen dat wij inmiddels contact zochten met iemand die naar verluid professioneler te werk gaat.
Het zwembadwater is niet glashelder. De kwaliteit van het water is uitstekend maar zand dat in de lucht zit, slaat op de bodem neer. Bij de buren is het glashelder maar zij gebruiken daarvoor een extra middel. Wij willen dat niet: hoe minder chemicaliën, hoe beter. Het bad moet hierdoor vaker worden stofgezogen. De stofoverlast wordt grotendeels veroorzaakt door opwaaiend zand van het belendende braakliggende terrein van de toekomstige Nederlandse buurman. Ik heb geen idee wanneer het land zal worden bebouwd.
Het nieuw aangelegde kanaaltje dat ter westerzijde parallel aan onze tuin loopt, moet thans (d.w.z. in het droge seizoen) af en toe bij de afwatering worden 'geholpen'. De wal loopt niet helemaal tot in zee door dus voor het laatste traject moet een geultje worden gegraven zodat het water in de Bali-zee kan stromen. Soms is gebruik van een tak voldoende, op andere dagen moet de schop in de grond. In het natte seizoen regelt de natuur dit zelf.
Ook de pijp voor de backwash van het zwembad moest worden weggewerkt. Aan het einde van het ceremoniële pad naast onze tuinmuur stak tot voor kort een soort snorkel boven de grond uit die in verbinding staat met ons zwembad en de machinekamer. Dat is gevaarlijk en ongewenst. Zeker met het oog op de aanstaande grote Hindoe-ceremonie die binnenkort op het strand voor onze tuin zal plaatsvinden. Dat gebeurt eenmaal per jaar (we zijn benieuwd!). Dus de bestaande afvoerpijp moest ondergronds worden verlengd naar het nieuwe kanaaltje. Dat vindt men hier heel gewoon... Geen eenvoudige klus want er moest met beperkte middelen een gat door dik beton worden gehouwen. Vanwege de rondspringende brokken was een helm voor Ketut geen overbodige luxe! Die foto maakt onderdeel uit van de doorlopende diashow, in de linkerkolom van mijn blog. Ik zal wekelijks nieuwe foto's toevoegen.
De auto bleek olie te lekken en is dit weekend in de garage voor reparatie.
En zoon Yuda van huishoudster Elsa en projectmanager Ketut kwam deze week vanwege aanhoudende koorts in het ziekenhuis terecht. In Bali wordt de moeder geacht continu bij een patiëntje in het ziekenhuis te verblijven. We hadden niet anders gewild. Het is echter opmerkelijk dat wij ons ineens 'onthand' voelden toen onze kokkie afwezig was. Terwijl ik tot voor kort in Spanje toch elke dag de maaltijden verzorgde.
Niet alleen hun gezinsleven stond danig op zijn kop, dat van ons ook een beetje. De kleine bleek een muggeninfectie te hebben opgelopen; een kwaal die veel kinderen hier aan het begin van de zomer overkomt. Hij kreeg een infuus en mocht na twee dagen weer naar huis.
Dat alles lijkt mij genoeg ophef voor een week. Iedereen voelt zich inmiddels weer senang, de klussen zijn bijna allemaal geklaard. Op naar de blogs van week 2 - hopelijk wel weer met een fatsoenlijke titel. Die wilde deze keer niet komen.
Abonneren op:
Posts (Atom)