Translate

zaterdag 6 september 2014

Snapshot from a 7-year old

Wie kan dat nu zeggen? Te worden gefotografeerd, onder water, door een schone Balinese jongeman van 7 jaar oud. Aku! Ik (zei de gek). Dat het dan niet mijn beste portret is... een kniesoor die daarop let!

Afgelopen woensdag was, zoals in voorgaande jaren, de speelmiddag van Yuda. Moeder Elsa en hij kwamen direct van school, met drie tassen met spullen: flippers, snorkel, zwembrilletje, lego, mikado, memory, domino, leesboeken, zijn Ripcurl-zwembroek, ponchohanddoek en schone kleren. Hij kon niet wachten om ons te laten zien dat hij nog steeds goed kan zwemmen. Na twee serieuze zwemrondjes ter overtuiging waren we gerustgesteld. We kunnen hem met een gerust hart te water laten.

Vanuit Spanje nam ik opduikstaafjes mee. Het zijn vijf genummerde rubberen buisjes die vollopen en rechtop naar de bodem zakken, zodat de punten vanaf het wateroppervlak goed zijn te lezen. Yuda, die inmddels ook kan lezen, vond het een prachtig speeltje dat dan ook urenlang in het zwembad moest worden gespeeld. Welke nummer nu? En dan dook hij weer onder met die grote voeten van hem. Af en toe slingerde hij de buisjes ver weg. Die waren voor mij. Je begrijpt: samen doken we duizenden punten op. Toen ik mijn onderwatercamera tevoorschijn haalde, wierp hij zich op als mede-fotograaf. Ach ja, waarom niet? Het ventje stond zelf al zó vaak op de foto dat ik het niet meer dan redelijk vond dat hij eens een plaatje van mij zou schieten! Ook hiervoor heeft hij aanleg...

's Avonds kon ik echter niet meer helder uit mijn ogen kijken, lezen was onmogelijk met die chloorogen. Dat was jammer (al had ik er geen spijt van) want op mijn reader lees ik thans een meeslepende roman van Julie Orringer, getiteld 'The Invisible Bridge', een boek over een Joods gezin in Hongarije wier zonen uitzwermen over Europa om te studeren in Frankrijk en Italië in de jaren '30 van de vorige eeuw; tijdens de opkomst van de nazi’s. Met alle gevolgen van dien. Er zijn vele verhaallijnen en elke verhaallijn is weldoordacht en ontroerend. Een aanrader!

Hotel Rambutan, waar wij thans verblijven, is een prettige plek om te zijn. Het voelt regelmatig als een privévilla met veel personeel. Als we zwemmen, doen we dat doorgaans alleen in het bad. Op sommige avonden dineren mijn liefje en ik daar als enigen al fresco; onder de wassende maan, in een grote tuin met krekelgeluid, met stemmig gezang van heilige Hindoemannen op de achtergrond. Wij vinden dit een mooie plek in het hartje van Lovina waar het goed toeven is.
De meeste gasten, jong en oud, zijn er tijdelijk van aard: zij verblijven een, twee of hooguit drie dagen in het resort. Men is op doorreis in Bali, op weg naar of vanuit Java of Lombok. Wij zijn thans de enige gasten die langer blijven; we voelen ons reeds meubilair. Voorheen kon ik mij niet voorstellen dat je als buitenlandse toerist langdurig op één ommuurde tropische plek kon verblijven zonder uitstapjes te maken. Nu zijn wij (bijna) net zo... We zijn hier niet voor de bezienswaardigheden van dit deel van Bali, we komen vooral voor twee Balinese jongetjes. Het enige uitstapje dat wij tot dusver maakten, was naar Frans & Lenie. Op de koffie in Jalan Tulip.

Wij besloten met de bemo te reizen, een kleine (vaak aftandse) bus die tussen dorpen en steden pendelt. Wachtend aan de kant van de weg, kwamen twee chauffeurs in personenwagens langs die ons vroegen waarheen we wilden. Hun vraagprijs was in beide gevallen te hoog. Terwijl mijn liefje met hen sprak, zag ik in de verte een bemo van goede afmetingen aankomen. Mijn liefje vindt het namelijk fijn om voorin te zitten en dat kan niet altijd. De bemo stopte voor het dichtstbijzijnde stoplicht en ik maakte alvast het stopgebaar. Dat was niet tegen dovenmansogen gezegd! De chauffeur van de bemo scheurde voorbij zijn voorganger, reed door het rode licht en stopte met piepende remmen voor mijn neus. Ik gebaarde mijn liefje om in te stappen. Voor 15.000 roepiah (bijna 1 euro) waren we spekkoper. Niet alleen vanwege goede zitplaatsen maar ook omdat de chauffeur leuke Bollywood-muziek had aanstaan. De bemo stuiterde richting Temukus, terwijl het gezang van de chauffeur klonk als dat van Bernadette en mijn liefje... (vals)!

We praatten bij met Frans & Lenie die al jarenlang permanent in het noorden van Bali wonen. Over hun persoonlijke leven en aanverwante beslommeringen, over de lokale stress rondom vlucht MH17, over het wel en wee van Anamaya (onze voormalige villa) en over nieuwe ambtelijke ontwikkelingen in de provincie Buleleng. De belastingambtenaren van de regio zitten bepaald niet stil!

Voor de terugreis stond een bemochauffeur reeds aan het einde van de straat op ons te wachten. We stapten uit bij een ATM waar zich veel Balinese mannen ophielden. Ik begreep niet direct waarom. Dat werd echter snel duidelijk toen ik aan een bekende Balinees vroeg wat er aan de hand was: er was ter plekke een drugsdealer aangehouden door agenten in burger. Een onguur figuur vol tatoeages werd kort daarop geboeid afgevoerd. Ik stond erbij en keek ernaar. Het is in alle opzichten prettiger om hier weer 'gewoon' toerist te zijn.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten