Het is vandaag
Europadag. Dit wordt weer een longread. De twee vorige gingen over
klimaatverandering en opwarming van de aarde en zijn momenteel mijn bestgelezen
blogs. Kennelijk zijn anderen het met mij eens: een dag niets geleerd, is een
dag niet geleefd. Ik dook weer in nieuwe materie.
Europa was de
prachtige dochter van een Fenicische koning. Zeus, de vader van de Goden, werd
over zijn oren verliefd op haar. Ook ik ben groot fan van dit continent. Ik ben
blij dat mijn wieg hier stond. Onze lange en rijke geschiedenis, de enorme diversiteit:
er is zo veel om te koesteren. Dat twee wereldoorlogen hier ontstonden, is echter een inktzwarte bladzijde in onze
geschiedenis. Inmiddels hebben we hier al 74 jaar vrede. Dat moeten we
koesteren.
Europadag is weliswaar
een regionale feestdag maar overal in de Europese Unie wordt vandaag gewerkt. Het
is een gewone, alhoewel bijzondere woensdag. Deze dag wordt sinds 1985 gevierd,
altijd op 9 mei. Op die datum in 1950 deed de Franse minister Robert Schuman
een oproep tot verdergaande samenwerking en gemeenschappelijk beheer van de Franse
en Duitse kolen- en staalproductie. Ook de Benelux deed vanaf het begin daaraan
mee. In 1957 werd de EEG formeel opgericht. De rest is geschiedenis.
In Nederland zijn we
thans niet per se in feeststeming. De ‘Ode
to Joy’ (het Europese volkslied)
is even ver te zoeken... Afgelopen weekend kwam namelijk naar buiten dat de
Nederlandse Europarlementariër Sophie in ’t Veld (D66) al jarenlang een
vergoeding van €320 per dag ontvangt voor
iedere dag dat zij zich meldt in Brussel en Straatsburg, hoofdzetels van het
Europees Parlement. Deze vergoeding is bedoeld voor hotelverblijf, maaltijden
en overige kosten. De kwestie ontstond omdat In ’t Veld al vele jaren in
Brussel woont. Ze heeft daar dus een onderkomen en een keuken. Andere Europarlementariërs
die eveneens in Brussel wonen, ontvangen de vergoeding eveneens. Ze is dus niet
de enige maar dat vind ik geen argument. Haar morele kompas raakte flink van
slag...
Uit dezelfde publicatie
bleek dat ze een aantal hotelovernachtingen in Nederland declareerde als
kantoorkosten en dat mag niet. Europarlementariërs ontvangen maandelijks een standaardvergoeding
van €4.500 voor gemaakte kantoorkosten. Deze
vergoeding is controversieel: men hoeft niet te verantwoorden hoe dat geld
wordt besteed. Het wordt rechtstreeks overgemaakt naar de bankrekening van een parlementslid.
Een verzoek van journalisten om inzicht te krijgen in de financiële
administratie van alle Europarlementariërs werd in 2018 door het Europese Hof
van Justitie afgewezen.
Het moet gezegd dat
D66 jaren geleden uit eigen beweging een accountant aanstelde om declaraties
van alle kantoorkosten van D66-Europarlementariërs te controleren. Alles wat
foutief is gedeclareerd of teveel is uitgekeerd, wordt aan het einde van het
jaar terugbetaald aan het EP. In ‘t Veld stortte het onterecht gedeclareerde
geld dit jaar eerder terug: vóór publicatie van het geplande artikel.
Het merendeel van
mijn loopbaan bracht ik als adviseur door dus ik weet het een en ander van kostendeclaraties
en “bonnetjes”. In mijn beginjaren als internationaal consultant
was er veel gedoe om declaraties vanuit het buitenland op tijd en zonder
problemen naar het hoofdkantoor te zenden. Het ging destijds met een slome modemverbinding
en met software die niet bepaald gebruikersvriendelijk was. Ik ben weleens door
een Amsterdamse partner op het matje geroepen omdat ik niet op tijd was maar
nooit voor onrechtmatig declareren. Dat was mijn eer te na. Ik wilde ‘mijn’ klanten
(aan wie mijn onkosten werden doorberekend) te allen tijde recht in de ogen kunnen
kijken.
Bovenstaande kwestie
is een smet op het blazoen van In ’t Veld, wat mij betreft. Maar je hoeft geen
medelijden te hebben met haar en haar collega’s. Ieder van hen (het zijn er
750) ontvangt een vast bruto-maandsalaris van €8.757, ongeacht ervaring. Europarlementariërs
kunnen gebruik maken van een auto met chauffeur, vliegen in de businessclass, hebben
een flink budget om aan assistenten te besteden en gaan met pensioen als ze 63
jaar zijn, om maar enkele emolumenten te noemen.
Verhalen over vermeende “geldverslinders”, “technocraten”, “bureaucraten”
en “zakkenvullers” van “Brussel” gingen een eigen leven leiden en tastten de reputatie van de Europese Unie aan. Sommige verhalen
zijn echt Broodjes Aap; daarop kom ik terug. Desalniettemin is zo’n kwestie koren
op de molen van Eurosceptici, in binnen- en buitenland.
Brexit is het
resultaat van Euroscepsis in het kwadraat. De belangrijkste argumenten voor het
Britse vertrek uit de EU waren (en zijn): de Euro is een ramp want met de
invoering daarvan werd alles veel duurder, de bemoeizucht van de Unie bedreigt
de Britse souvereiniteit, de vele regels verlammen de Britse slagvaardigheid, de
broodnodige radicale hervormingen in de Unie komen niet van de grond, er steken
teveel (arbeids)migranten de grens over, geld dat wordt afgedragen aan de Unie
kan beter binnen de eigen landsgrenzen worden besteed.
Niet al die kritiek is
terecht en zeker niet alles is de schuld van de EU. Zo herinner ik mij onder
andere dat wij, na onze verhuizing naar Engeland -wat juist vanwege de Europese
Unie een fluitje van een cent was- kort na de invoering van de euro een
weekendje naar Den Haag terugkeerden. Mijn favoriete bodega had de prijs van alle
gerechten op de menukaart omgezet van guldens naar euros. ‘Gewoon’
het valutateken veranderd?! Dat gebeurde op vele plekken. Daarna bleven de
prijzen in de Nederlandse horeca hoog.
Het is belangrijk in
te zien dat we baat hebben bij een sterke en verbonden Europese Unie. We hebben
elkaar hard nodig. Met ruim 500 miljoen burgers maken we ongeveer 8% van de
wereldbevolking uit maar dat aandeel slinkt. In 2050 zal dat zijn gedaald naar
5%. Europa vergrijst en krijgt steeds meer te maken met tekorten op de
arbeidsmarkt. De verwachting is ook dat in 2050 geen enkel land van de Europese
Unie nog zal behoren tot de top7 van geïndustrialiseerde naties. De huidige koersen
van Trump’s Verenigde Staten, Poetin’s Rusland en Xi Jinping’s China, grote
machtsblokken, vragen om een sterk en verenigd Europa.
Op 23 mei vinden in
Nederland Europese Parlementsverkiezingen plaats. Alle stemgerechtigde burgers
van de Unie mogen vanaf dat moment rechtstreeks een Europarlementariër kiezen.
Mijn liefje en ik werden het snel eens over de keuze. We zochten in de eerste
plaats naar een partij die een sterker Europa voorstaat. Het is zoals de verkozen
partij op de eigen website stelt “banken, vervuilde rivieren en vluchtelingen laten zich niet tegenhouden
door landsgrenzen. Een goed klimaat- en energiebeleid lukt alleen samen met
andere EU-lidstaten.” Voorts kozen
we voor een jonge, intelligente vrouw op de kieslijst, iemand met
internationale ervaring. We vulden braaf onze stembiljetten in en stuurden ze
tijdig naar de Nederlandse ambassade in Madrid. Uit de partij die de meeste
stemmen krijgt, wordt de nieuwe President van de Europese Commissie gekozen. Naar
goed democratisch gebruik.
In de aanloop naar deze
verkiezing besloot ik mij meer te verdiepen in de Europese Unie. Ik maakt hierbij
onder andere gebruik van de EU-website en een document getiteld “60 good reasons for the EU”. Hierbij de grote lijnen.
De Europese Unie (EU)
De Europese Unie is
een economische en politieke unie, gevormd door 28 landen (27 na Brexit). Het
gebied beslaat een oppervlakte van 4.475.757 km2 en omvat circa 513 miljoen
burgers. In deze Unie worden 24 verschillende talen gesproken. Sinds 2000 hanteert de Unie het motto “Unity in
Diversity”. De Europese vlag is het symbool daarvan: de cirkel van twaalf gouden
sterren symboliseert solidariteit en harmonie tussen Europeanen. Het nummer 12
vertegenwoordigt perfectie en eenheid (denk aan de 12 maanden van een jaar of
de 12 uren van een klok). In 2012 ontving
de Europese Unie de Nobelprijs voor de Vrede voor het verspreiden van vrede,
verzoening, democratie en mensenrechten.
De EU stelt een
meerjarenbudget en een jaarlijks budget op maar het zijn de regeringsleiders van
alle lidstaten die het bepalen; niet “Brussel”. Het meerjarenbudget
2014-2020 werd gesteld op 908 miljard euro. (Dat klinkt als veel maar het is
minder dan 1% van nationale begrotingen.) Voor het eerst in de geschiedenis van
de Unie ging het budget omlaag. Het jaarbudget voor 2019 is ruim 168 miljard
euro. Omgerekend, spendeert de gemiddelde Europese burger €0,65 per dag aan de EU. 94% van de Europese
begroting vloeit terug naar de lidstaten, in de vorm van projecten en subsidies.
Nederland draagt meer af dan het ontvangt… maar we zijn dan ook een van de
rijkste landen ter wereld! Van de Europese begroting gaat 94% naar projecten, 6%
naar interne administratie. Van die zes procent worden alle onkosten, gebouwen,
salarissen en pensioenen betaald.
Enkele resultaten van
EU-wet- en regelgeving op een rijtje.
De EU:
- versterkt economieën
en zorgt voor welvaart in de Eurozone (met regionale en structurele fondsen)
- treedt op tegen
cartels maar stimuleert competitie
- beschermt
consumenten, zowel spaarders als online-kopers
- verlaagt de kosten
van levensonderhoud (medicijnen, transport, dataroaming, bancaire diensten)
- biedt grenzenloos
reizen
- beschermt de
binnengrenzen van het gebied
- sponsort programma’s
voor jonge werklozen
- zorgt voor veilige
voeding, schone lucht, schoon drink- en badwater
- zorgt dat Europeanen
-zonder gedoe- in andere landen van de Unie kunnen werken en wonen
- stimuleert (en
financiert) grensoverschrijdende educatie, onderzoek en cultuur
- coördineert grensoverschrijdende
acties tegen mensenhandel, georganiseerde misdaad en terrorisme
- doneert aan
ontwikkelingslanden (in samenwerking met de Verenigde Naties) en biedt wereldwijde
humanitaire hulp
- zorgt voor recycling
van electrisch en electronisch afval
- biedt veiligheid en gezondheidszorg
voor vakantiegangers en zakelijke reizigers
- biedt onderdak aan
mensen die hun land ontvluchten wegens oorlog en geweld
Programma’s en instanties
die hiervoor in het leven werden geroepen, zijn: Schengen, IBAN en BIC, European
Regional Development Fund (ERDF), European Banking Union, Eurojust, European
Consumer Center, European Erasmus-programme, Rapid Alarm System, European
Maritime Security Agency, European Social Fund (ESF), European Health Insurance
Card (EHIC), European Border and Coast Guard, 112, European Solidarity Corpse, European
Science Cloud, EU Youth Guarantee, European Horizon 2020 Programme, Cohesion
Fund, European Union Youth Orchestra, European Capital of Culture, European
Counter-Terrorism Center (onderdeel van Europol), Children of Peace-initiative,
Frontex, European Migrant Smuggling Center. Deze opsomming is niet in volgorde
en niet volledig.
Een survey die in april
2018 werd uitgevoerd in opdracht van het Europees Parlement toonde aan dat het waarderingscijfer
voor de EU het hoogst was sinds de meting van 1983. Dat bleek te gelden voor 26
van de 28 EU-lidstaten. Duitsland en het Verenigd Koninkrijk waren de
uitzonderingen. Daar liep de waardering juist met 2% terug, ten opzichte van de
voorgaande meting.
Wet- en regelgeving
voor de gehele Unie wordt bepaald door de Europese Commissie, het Europees
Parlement en de Raad van de Europese Unie. Wat is de rol van elk van die
instituten en hoe werkt de besluitvorming?
Europese Commissie (EC)
De Europese
Commissie is het dagelijks bestuur van de Europese Unie. Deze Commissie bestaat uit 28 leden: één commissaris
uit elke EU-lidstaat. Eurocommissarissen worden niet rechtstreeks gekozen, ieder
land draagt de eigen kandidaat voor. Het Europees Parlement moet de kandidatuur
wel bevestigen (maar kan die ook afwijzen). Bij de EC werken 32.000 ambtenaren
in vaste dienst, onder wie honderden tolken en vertalers. Dat komt neer op 1
EU-ambtenaar per 10.000 Europese burgers.
Jean-Claude Juncker
is President van de EC, de Nederlander Frans Timmermans (PvdA) is eerste
Vice-President. Juncker is niet beschikbaar voor herverkiezing dus dit jaar
wordt zijn opvolger gekozen. Timmermans stelde zich, met anderen, kandidaat. De
president heeft een bruto-maandsalaris van €27.436 per maand, Vice-Presidenten
krijgen maandelijks €24.852 in hun salariszakje, een Eurocommissaris verdient
€22.367 per maand.
De Europese Commissie
is de enige instantie die wet- en regelgeving voor de EU kan voorstellen. Elk
najaar bepaalt de EC haar beleidsprioriteiten voor het komende jaar en legt
deze vast in een werkprogramma. Elk van hun wetsvoorstellen wordt
ingediend bij het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie. De
nationale parlementen van de EU-lidstaten ontvangen alle wetsvoorstellen van de
Commissie op hetzelfde moment als het parlement en de raad. Sinds 2014 trok de
EC onder Juncker echter circa 100 concept-wetsvoorstellen terug en diende 80%
minder initiatieven in dan in de voorgaande vijf jaar.
Europees Parlement (EP)
Het Europees
Parlement -ook wel kortweg Europarlement genoemd- bestaat uit 750 leden en een
voorzitter. De huidige voorzitter is een Italiaan, Antonio Tajani (63). Zelf
had ik nog nooit van deze man genoemd. Om de 2.5 jaar wordt een nieuwe
voorzitter gekozen, bij geheime stemming. Het parlement wordt voor vijf jaar
gekozen, via directe verkiezingen. Het aantal zetels per land wordt bepaald
door het aantal inwoners. Zo krijgt Nederland 26 zetels en Spanje 54. De drie
landen met de meeste zetels zijn: Duitsland (96), Frankrijk (74) en Italië (73).
Het Europarlement kan
wetten goedkeuren, afkeuren en veranderen. Het heeft 20 vaste parlementaire
commissies met ieder hun eigen thema: internationale handel, begroting,
milieubeheer, mensenrechten, visserij, werkgelegenheid en sociale zaken, industrie,
regionale ontwikkeling, burgerlijke vrijheden, vrouwenrechten en meer. Elke
commissie komt tweemaal per maand bijeen om zich over relevante wetsvoorstellen
te buigen.
Het Europees
Parlement vergadert iedere maand vier dagen plenair in Straatsburg. Tijdens
deze vergadering wordt gestemd over wetsvoorstellen, besluiten en resoluties
van de Europese Commissie. Het Europarlement kan wijzigingsvoorstellen doen.
Als het EP en de Raad van de Europese Unie (komt hierna aan de orde) het niet
eens worden, volgt een nieuwe behandelingsronde. Dat kan drie keer gebeuren. Als
beide instellingen accoord zijn of een compromis hebben bereikt, wordt een
voorstel goedgekeurd.
De manier van
stemmen in het parlement is afhankelijk van het onderwerp. Doorgaans gebeurt dit
met handopsteking; afhankelijk van het belang gebeurt het elektronisch of hoofdelijk. Het parlement houdt
ook formele vergaderingen in Brussel. Het Europarlement kiest de President van de
Europese Commissie. Alle overige leden van die commissie moeten evenens door
het parlement worden goedgekeurd.
Raad van de Europese Unie
Samen met het
Europees Parlement vormt de Raad van de EU, ook wel de Raad van Ministers
genoemd, de wetgevende macht van de Europese Unie. Bij een zogenaamde ‘gewone wetgevingsprocedure’ hebben het Europees Parlement en de Raad van
de Ministers evenveel zeggenschap. In het geval van een ‘bijzondere wetgevingsprocedure’ is alleen de Raad wetgevend.
Elke regering van
elke EU-lidstaat vaardigt één minister naar deze raad af. Dit gremium heeft geen
vaste leden. Er wordt in tien verschillende formaties vergaderd, afhankelijk
van het behandelde beleidsterrein. Als het over een financieel besluit gaat,
worden de ministers van Financiën afgevaardigd, enzovoort. Elk EU-land neemt
bij toerbeurt, voor een periode van zes maanden, het voorzitterschap waar. Voor
de goedkeuring van een besluit is een meerderheid van 55% van alle landen nodig.
Met de huidige 28 lidstaten betekent dit 16 landen. Om een raadsbesluit
tegen te houden, zijn de stemmen van tenminste vier landen nodig.
Wet- en regelgeving
die op deze wijze in de Europese Unie wordt besloten en geaccordeerd, wordt
vervolgens omgezet in nationale wetgeving.
En dan nog enkele kanttekeningen.
63 journalisten van
35 media uit alle 28 lidstaten van de Europese Unie plus Zwitserland en
Noorwegen, aangesloten bij het onderzoeksplatform ‘Follow the Money’, publiceerden eergisteren een artikel waarin
wordt aangetoond dat de EU-lidstaten met elkaar elk jaar 50 miljard euro
mislopen door btw-fraude. Er wordt onder meer gesjoemeld met groencertificaten
en andere energieproducten, digitale diensten als apps, games en videodiensten.
Om de handel tussen EU-landen onderling te bevorderen, werd besloten om op
handel tussen bedrijven uit EU-lidstaten geen btw te heffen. Met dit zogenaamde
‘nultarief’ kopen fraudeurs goederen in een ander land zonder btw in en verkopen ze in
eigen land mèt btw. Die btw houden ze zelf maar de koper vraagt zijn betaalde
btw vervolgens wel bij de Belastingdienst terug. Daardoor loopt de schatkist heel
veel geld mis. De Europese Commissie komt nu met een wetsvoorstel om die fraude
tegen te gaan maar deskundigen twijfelen aan de werkbaarheid.
Met veel interesse
las ik onlangs een kort maar krachtig Volkskrant-artikel. Daarin werd de strekking
van de eerste internationale lezing van de Nederlandse Minister van Financiën,
Wopke Hoekstra (ex-partner van McKinsey; lid van het CDA), over de EU aangekondigd.
Interessant gedachtengoed.
Ook Hoekstra houdt van
Europa maar de Unie heeft in zijn huidige vorm en aanpak volgens hem een
fundamenteel probleem. 1) Rijke lidstaten als
Denemarken en Zweden willen niet tot de eurozone toetreden, Zwitserland en
Noorwegen niet tot de EU en het Verenigd Koninkrijk gaat de Unie verlaten. 2) De EU kan zich
militair niet zelf verdedigen. 3) Veel EU-landen
kampen nog steeds met te hoge schulden en te weinig hervormingen waardoor de
Unie niet crisisbestendig is.
Hoekstra is van
mening dat als een EU-lidstaat niet hervormt, Europees geld onverstandig
besteedt of het Stabiliteits- en Groeipact niet respecteert, geen aanspraak
meer kan maken op Europees geld. Eenzelfde scherpe opstelling acht hij
gerechtvaardigd tegenover lidstaten die de rechtsstaat ondermijnen. Hij noemt
geen namen maar het is duidelijk dat hij hiermee verwijst naar landen als Polen,
Hongarije en Roemenië. Ook zij moeten hun aanspraak op EU-geld verliezen. Grenscontroles
zouden in zo’n situatie door omringende landen moeten worden heringevoerd. Ook
landen die weigeren een eerlijk deel van migranten op te nemen, worden uit de
paspoortvrije Schengenzone gezet. Duidelijke taal, heldere standpunten.
Afsluitend haal ik een
recent artikel aan in ‘The
Guardian’. Daarin las ik dat 17
miljoen Europeanen in de Europese Unie buiten de grenzen van hun
geboorteland leven. Toevallig is dat net zoveel als het aantal inwoners van Nederland.
Als deze groep een land zou vormen, zou het recht hebben op 26 zetels in het
Europarlement! In de laatste tien jaar verdubbelde dit aantal. De auteur, een
Italiaanse professor die in Bilbao (Noord-Spanje) woont en in Parijs werkt, noemt
het een onopgemerkte Europeanisatie.
Met elkaar zijn ze
goed voor 4% van de beroepsbevolking in de Europese Unie. Ze komen uit alle 28 EU-lidstaten.
Het gaat niet alleen om personen die theoretisch (hoog) zijn opgeleid. Het gaat
ook om migranten met een praktische opleiding: zij maken ruim 21% van de totale
EU-beroepsbevolking uit. Gemiddeld is het voor beide groepen gemakkelijker in
de Europese Unie een baan te vinden dan in hun geboorteland. Dat geldt bovendien
voor vrouwen. Zijn punt is dat deze mobiele Europeanen beter moeten worden vertegenwoordigd in de Europese Unie en gemakkelijker zouden moeten kunnen stemmen.
Bij de vorige Europese
Parlementsverkiezingen (2014) schitterden mijn liefje en ik door afwezigheid, net als bijna 95% van de
mobiele Europeanen in de Europese Unie. Dit jaar laten we de kans om onze stem
uit te brengen, niet voorbij gaan. This Time I’m Voting.