Translate

woensdag 24 juli 2019

Groeten aan Temukus (Bali)!

Terwijl wij ons hier en in mijn Vaderland voorbereiden op de volgende hittegolf en op historische records qua temperatuur, meldde Elsa van Bali ons dat zij daar juist te maken hebben met laagterecords. Echtgenoot Ketut, die enkele malen op een cruiseschip rond de wereld voer, noemt zijn geboortegrond thans “Alaska”. Zij, wonend op de evenaar, moeten wennen aan temperaturen van rond 20 à 21 graden Celsius. Die laten we hier 's nachts al ver achter ons. Hoezo klimaatverandering?!

Gisteren las en zag ik iets opmerkelijks en dat is zacht uitgedrukt. Het voorval speelde zich af in een villawijk in Noord-Bali waar een aantal van onze Nederlandse vrienden en kennissen wonen.

Het ging over het gebruik van een openbaar strand dat volgens toeristen uit een Arabisch land, die daar een vakantievilla huurden, alleen voor hen dienden. De betreffende vakantieman stond op een filmpje in een fleurige korte broek op zijn terras te oreren. Het werd op een telefoon opgenomen door een Balinees. Naar verluidt, speelde ene Gede Arya op het strand met zijn driejarige kind toen een Arabisch kind op hen afkwam en tegen hen begon te praten. De Arabische papa richtte zich vervolgens in onbeleefd Engels tot de Balinees en zei dat dit privéstrand was dat hij had afgehuur. De Balinees moest aan hem toestemming vragen om daar te mogen zijn.

Ik kan mij niet heugen in dat deel van Bali ooit een privéstrand te hebben gezien. Dat neemt niet weg dat er ongetwijfeld huiseigenaren of (hun) gasten zijn die dat graag zouden willen. De mannen kwamen niet tot elkaar dus de Balinees haalde zijn broer erbij die een lokale overheidsmedewerker is. Het ging er op dat moment in de video nog netjes aan toe. Eerst hoorde je een boel bahasa Indonesia, daarna netjes Engels. De Balinese broer, die met een groepje kwam bemiddelen, hoorde ik zelfs zeggen “I respect your religion.” Logisch: de gemiddelde Balinees is een religieuze hindoe. Hij stelde echter dat het betreffende strand begaanbaar is voor iedereen. Niks privéstrand. 

Daarna schijnt de discussie verder te zijn geëscaleerd, de politie werd erbij gehaald. De herkomst van de beweringen van de vakantieman werd duidelijk. Vanwege zijn religie (islam) mag geen vreemde man een blik werpen op zijn vrouw. Op de video zie je een Balinees ontspannen op het lage muurtje van hun terrasafzetting zitten, in shorts en met zijn blote benen bungelend over de rand. Dat viel waarschijnlijk niet goed bij de gemaal. De koran schrijft voor dat gelovige moslimvrouwen hun blikken moeten neerslaan voor mannen, hun kuisheid moeten bewaken en hun schoonheid niet behoren te tonen aan vreemden.

Als gast in een land met heel andere gebruiken en een ander geloof, zou ik zeggen: leg jouw geloof niet op aan een ander. Trek jezelf in zo’n situatie terug en ga elders in de tropische tuin zitten. Onbespied. Of trek een boerkini aan en probeer zo van je vakantie te genieten. Live and let live. Dat was kennelijk geen optie voor het Arabische echtpaar. Ik begrijp dat de toerist zelfs op een later moment in de verhitte discussie met een mes stond te zwaaien maar dat toont het filmpje niet. De politie legde de kwestie vervolgens voor aan de villabeheerder. Die besloot de familie die daar met acht personen op vakantie was, uit de villa te zetten. Dat gebeurde om half tien 's avonds. Ze werden onder lokale begeleiding naar de gemeentegrens geëscorteerd en geadviseerd in een andere oord hun vakantie voort te zetten.

Dit lijkt mij een typisch gevalletje van uit de hand gelopen Halal-toerisme. Politicus Sandiaga Uno (1969) die als running mate van Prabowo tijdens de recente presidentiële verkiezingen vice-president van Indonesië wilde worden, zal er weinig hoop uit putten. Gelukkig wonnen zij de verkiezingen niet.

Wij woonden enkele jaren in een buurgemeente van Temukus (Noord-Bali) in een villa direct aan de Balizee. Het kwam nooit in mij op om het strand dat zich voor onze tropische tuin uitstrekte, voor onszelf of onze gasten op te eisen. Het gedrag dat de toerist tentoonspreidde, zou ook geen seconde in mij opkomen. Integendeel. 

Wellicht ben ik cultureel tè sensitief, al vraag ik mij af of je eigenlijk wel tè kan zijn op dit punt…
Wij cijferen onszelfs zeker niet weg, kieperen de eigen normen en waarden evenmin overboord zodra we over de landgrens stappen. Ingetogenheid betrachten en je eigen plek kennen in een ander land met een andere cultuur, is dan wat mij betreft tweede natuur. (Het doorgronden van de eigen cultuur is een belangrijke voorwaarde voor sukses.) Die culturele sensitiviteit ontwikkelde ik in eerste instantie door boeken te lezen die zich in andere werelden afspelen. Dat vele lezen riep al vroeg in mijn leven een nieuwsgierigheid naar de wijde wereld in mij op. Vervolgens deed (ver) reizen daar nog een schepje bovenop en werken en wonen in het buitenland verankerde dat. Dat betekent niet dat ik alles evenzeer waardeer wat zich in zo’n vreemd landafspeelt.

Ik heb mijn eigen versie van ‘Bali bashing’ altijd paraat. Als er hindoeceremonies voor ons huis werden gehouden door bewoners uit de heuvels van Lovina, bleef het strand na dergelijke vieringen in desolate toestand achter. Ravage. Het strand (en in het begin zelfs een deel van onze voortuin) lag dan bezaaid met onverschillig weggeslingerde plastic verpakkingen. Onze tuinman en die van buurman Tom hadden er een dagtaak aan om de rotzooi op te ruimen en het strand weer toonbaar te maken. Het plastic afval verdween in onze kleine afvalbakken, ander materiaal werd op het strand verbrand - ook geen pretje. Tja.

Er kwam recent ook goed nieuws uit Bali. In een artikel in de Jakarta Post las ik dat het Hoge Rechtshof van de Indonesische provincie oordeelde dat plastic voor eenmalig gebruik op het eiland van de Goden per omgaande moet worden verboden. Hè-hè, dat werd tijd! Nog even, en het eiland zou worden bedolven onder een tsunami van plastic. Plastic is een gi-gan-tisch probleem op en rond het eiland, met name (maar niet uitsluitend) in het regenseizoen. Het eiland genereert 1.600.000.000 kilo afval (1.6 miljoen ton) per jaar, 20% daarvan is plastic. (Dat percentage valt mij mee, dat had ik hoger ingeschat, de daadwerkelijke hoeveelheid niet.) Heel veel van dat plastic spoelt in het regenseizoen vanuit de heuvels en bergen naar zee. Als we in dat seizoen snorkelen bij Menjanganeiland moet je je een weg banen door ronddrijvende zakken. In het droge seizoen is het beter te doen maar ook al tijdens onze jaren daar (2008-2014) zagen we de hoeveelheid plastic drastisch toenemen.

Als men dan ook nog het afval op land niet opruimt, is het dweilen met de kraan open. Bali is beroemd om zijn fraaie tropische standen en kleurrijke onderwaterwereld. Het piepkleine eiland trekt onder andere daarmee inmiddels jaarlijks 16 miljoen toeristen (waarvan 6.5 miljoen buitenlanders). Ook zij laten hun voetafdruk achter. Het eiland werd in de loop der jaren berucht om zijn ongebreidelde bergen plastic.

Een initiatief van de plaatselijke overheid en enkele Westerse landen (The Bali Partnership) heeft als doel om in 2025 70% van de hoeveelheid plastic te hebben gereduceerd. Ik blog al jaren over dit onderwerp, deed menigmaal mee aan plaatselijke schoonmaak- en raapacties. Met mijn liefje leerde ik onze mannetjes hoeveel dood en verderf dat materiaal veroorzaakt voor schildpadden, vissen, walvissen en dolfijnen in de regio. Yuda en Damai stellen ons niet teleur, ze zijn zich bewust van het nadeel dat aan plastic kleeft. Bovendien zitten ze op een internationale school die de kinderen stimuleert natuur en milieu te beschermen. De jeugd heeft de toekomst!

De gerechtelijke overwinning is met name toe te schrijven aan een actie van de nieuwe gouverneur van Bali, I Wayan Koster. In december 2018 werd Gubernatorial Regulation (Pergub) No. 97/2018 van kracht: ‘Pembatasan Timbulan Sampah Plastik Sekali Pakai’, Limitation of Disposable Plastic Waste. Daarmee worden plastic zakken voor eenmalig gebruik, polystyreen (styrofoam) en plastic rietjes voortaan verboden. Zijn besluit kreeg veel bijval van plaatselijke milieu-organisaties maar de lokale winkeliers waren in alle staten; het had namelijk negatieve invloed op hun bisnis. Dat kan ik mij wel voorstellen maar je moet ergens beginnen en dit is een heel goede start. Hun vertegenwoordigers gingen echter tegen het besluit in hoger beroep en dat proces verloren ze onlangs. Ze moesten 1 miljoen roepiah (ongeveer US$71) aan proceskosten betalen. Koster gaat door met zijn plan.

Wij keren aan het einde van 2019 terug naar Bali. De vliegreis is geboekt. Dan gaan we met eigen ogen zien of het al verschil maakt. Ook onder water!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten