Translate

woensdag 8 april 2020

Kunst in tijden van corona

Zag je de ‘supermaan’ gisteravond aan het firmament, met merkbaar meer licht dan gewoonlijk? Ik wel. In deze tijd laat ik zeker geen gelegenheid voorbij gaan iets bijzonders met eigen ogen te zien! Kortstondig stapte ik uit de poort voor een betere foto. De Volkskrant meldde dat het hemellichaam als een kosmische schijnwerper aan de hemel zou staan. Hij stond op de kleinste afstand tot de aarde van dit kalenderjaar: op 356.908 kilometer; 7% dichterbij dan normaal. De lichte bewolking die af en toe voorbijschoof, maakte het een extra bijzonder schouwspel. Zeker voor een wolkenstaarder als ik.

We gingen hier de vierde week van huisarrest in. De einddatum van onze verplichte opsluiting werd verlengd tot 26 april. Dit zal ons niet deren, we houden vol. Gek genoeg, is er geen sprake van claustrofobie of depressie. Mijn liefje en ik zeggen dagelijks tegen elkaar dat de tijd voorbij lijkt te vliegen. Afgelopen zondag begon hier de Semana Santa, de belangrijkste week van de Spaanse kalender. Normaliter zouden de processies door overvolle straten gaan. Pasen wordt overal in dit land namelijk zeer uitbundig gevierd. Vorig jaar viel het evenement in het water door noodweer, dit jaar is het covid-19 die een streep door de rekening zet. Er werden op de provinciegrens met Murcia in de afgelopen dagen veel mensen aangehouden die op weg waren naar hun vakantiehuis gingen. Ze kregen een fikse boete en werden teruggestuurd.

Vandaag zouden wij afreizen naar Málaga om daar kwartier te maken voor het komend verjaardagsfeestje. Vriendin Bernadette zou morgen invliegen, samen zouden we enkele dagen gaan doorbrengen. Het nieuwe Centro Pompidou in Málaga stond op het programma, net als enkele bijzondere restaurants en tapasbars. Eindelijk zouden we langverwachte uitjes naar Gibraltar en Cádiz maken. Tja.

Ondanks alle annuleringen is deze week voor Spanje belangrijker dan ooit. De coronacrisis sloeg extreem hard toe in mijn tweede Vaderland maar experts menen dat morgen (9 april) het keerpunt moet komen in aantallen besmettingen en doden. In de afgelopen dagen was keer op keer sprake van teruglopende aantallen. De dalende trend moet deze week definitief doorzetten. Fingers crossed!
De autoriteiten kijken ook hier voorzichtig naar exit-scenarios. Hoe kom je het best uit huisarrest? Men praat allereerst over het doen terugkeren van mensen in niet-essentiële banen. Ook wordt gesproken over een coronapaspoort voor mensen die herstelden van de besmetting, over het toelaten van een wandeling of fietstocht voor gezonde eenlingen. Maar tevens over het voorlopig binnenhouden van 65- of 70-jarigen. Waar die leeftijdsgrens precies gaat worden getrokken, is nogal belangrijk voor mijn 68-jarige liefje. We wachten af, zij het met ongeduld.

Foto: Caspar Benson (Getty Images)
Waar zouden we in crisistijd zijn zonder schone kunsten: muziek, film, cabaret, schilderijen, boeken? Nergens, wat mij betreft. We kregen in de afgelopen dagen via Whatsapp menig fraai optreden van artiesten en muzikanten te zien. Ook die houden ons op de been. 
We kijken momenteel naar de mini-dramaserie ‘Unorthodox’ (2020), naar een boek van Deborah Feldman, op Netflix. De 19-jarige Esty vlucht als Hassidische jodin uit Brooklyn New York weg van haar echtgenoot en verstikkende schoonfamilie en probeert in Duitsland een nieuw bestaan op te bouwen. Indrukwekkend. 
En recent ontdekte ik de Google Arts & Culture app. Je treft daar een enorme rijkdom aan schilders, schilderijen, kuststromingen en kunstgeschiedenis. Met de juiste telefoon of iPad kun je een selfie omtoveren in de Madonna van Medici of Edvard Munch. (Mij lukt dat overigens nog niet.)

Mijn voorkeur blijft echter uitgaan naar boeken. Gabriel García Márquez (1927-2014), de Colombiaanse schrijver van het meeslepende boek ‘Liefde in tijden van cholera’, had een punt: ook liefde is heilzaam in crisistijd. Het eveneens onvergetelijke boek ‘De pest’ leverde de Fransman Albert Camus (1913-1960) de Nobelprijs voor Literatuur op. Dat verhaal van antiheld dokter Rieux gaat over moed, vastberadenheid en medemenselijkheid ten tijde van een pandemie.

Op 2 april jongstleden werd de shortlist gepubliceerd van de prestigieuze Man Booker International Prize. Het is dé prijs voor het beste, in Engels vertaalde, buitenlandse literaire werk. De debuutroman van de Nederlanderster Marieke Lucas Rijneveld (1991), getiteld ‘The Discomfort of Evening’ bleef overeind. Nooit eerder vertoond!  Auteurs Harry Mulisch en Tommy Wieringa haalden ooit de longlist met hun literaire  werk maar daar stopte hun Man Booker-avontuur.

Voor Rijneveld, die af en toe tafelmens was bij talkshow De Wereld Draat Door, begint het nu pas. Ze neemt het op tegen één man en vier vrouwen: de Duitser Daniel Kehlmann (‘Tyll’), de Iraanse Shokoofeh Azar (‘The Enlightenment of The Greengage Tree’), de Argentijnse Gabriela Cabezón Cámara (‘The Adventures of China Iron) ’, de Mexicaanse Fernanda Melchor (‘Hurricane Season’) en de Japanse Yoko Ogawa (‘The Memory Police’). Een paar van die werken liggen op mijn stapel. De vrouwen zijn ook dit jaar in de meerderheid maar Kehlmann’s boek (over Tijl Uilenspiegel) verkocht inmiddels ruim 600.000 exemplaren en Netflix is momenteel bezig aan een bewerking. Op 19 mei weten we wie met de eer en het prijzengeld gaat strijken.

Er stond afgelopen week een aardig interview met de auteur en de vertaalster (Michele Hutchison) in The Guardian. Rijneveld studeerde een jaar Nederlands aan de docentenopleiding in Utrecht en aan de Schrijversvakschool in Amsterdam. Zij-hij publiceerde tot nu toe twee dichtbundels, de eerste werd bekroond met de C. Buddingh-prijs voor beste poëziedebuut. Rijneveld is nogal een aparte vogel. In het interview wordt ze een ‘non-binaire auteur’ genoemd. Al op jonge leeftijd twijfelde Marieke over gender. Daarom werd Lucas aan de naam toegevoegd. Zij-hij zou het liefst ‘mensenkind’ worden genoemd want dat klinkt zo warm. Twee dagen per week werkt Rijneveld op een melkveebedrijf.

‘De avond is ongemak’ is Rijnevelds eerste roman. Het is deels autobiografisch maar haar-zijn rijke fantasie wordt niet uitsluitend gereserveed voor poëzie. Het verhaal speelt zich af in een streng gereformeerd boerengezin in Zeeland. Op een winterse dag schiet oudste zoon Matthies al schaatsend onder het ijs en verdrinkt. Zijn familieleden gaan ieder op hun eigen manier om met dit verlies. Dan slaat ook nog mond- en klauwzeer toe op het bedrijf, hetgeen leidt tot de slacht van alle koeien. Dit familiedrama en veel meer wordt gadegeslagen door Jas, de puberende hoofdpersonage van het boek. De recensent van The Guardian noemt Rijnevelds fictie raw and impassive, though often grotesquely vivid in its descriptions. Het is geen boek voor teerhartigen.

Dit zijn goede tijden voor boekenwurmen; we hoeven ons immers niet te verexcuseren voor binge reading! Mijn dagritme veranderde niet ingrijpend door huisarrest. De ochtend begint met lezen van (inter)nationale kranten en tijdschriften, bloggen, taaloefeningen met Duolingo; gevolgd door wandelingen op het terras en touwtjespringen. Dan is het tijd voor de lunch, voor een kaartspel of puzzel en daarna voor het Grote Lezen. Dat wordt kortstondig onderbroken door koken, een beetje NPO of Netflix kijken. In slaap vallen kan ik niet zonder te lezen (nooit gekund). Die hobby bedrijf ik nu ook 's nachts waarna ik doorslaap tot het ochtendgloren. Dan begint de volgende cyclus.

In de afgelopen weken raakte ik in de ban van het oeuvre van Britse schrijfster Jessie Burton (1982). Vooral haar laatste roman ‘The Confession’ greep mij bij de kladden. Dit werk schaar ik in de categorie van moderne literatuur met opmerkelijke vrouwen die ik mij lang zal blijven herinneren. Dat, omwille van hun kracht en mijn geplengde tranen. Tot die heugenswaardige werken behoren onder andere ook ‘On Green Dolphin Street’ (Sebastian Faulks) en ‘The Time Traveler’s Wife’ (Audrey Niffenegger). Stuk voor stuk boeken over complexe, sterke vrouwen die -om hen moverende redenen- levensgeluk, dat binnen handbereik ligt, niet kunnen of willen pakken.

In ‘De bekentenis’ van Burton draait het om twee vrouwen die elkaar in de jaren '80 van de vorige eeuw ontmoeten in Londen. Constance is een charmante, vrijgevochten schrijfster met literaire meesterwerken op haar naam. Elise is een 22-jarige vrouw die aan het begin van haar leven staat. Ze lopen elkaar tegen het lijf, worden op slag verliefd en gaan samenwonen. Een boek van Connie zal worden verfilmd en het stel verhuist voor de opnames naar Los Angeles/Hollywood. Terwijl Constance zich omringt door sterren en zich wentelt in aandacht, voelt Elise zich daar steeds meer een buitenstaander. Uiteindelijk leidt een gebeurtenis op een verlate verjaardag (!) tot een dramatische breuk in hun relatie. Dertig jaar later gaat Rose, dochter van Elise die als baby door haar moeder in de steek werd gelaten, op zoek naar haar voorgeschiedenis. De twee verhaallijnen lopen aanvankelijk prustig arallel totdat ze samenkomen. Pats. Frontale botsing!

Dit boek ontroerende mij om meer dan een reden. We wenden ons -zeker in tijden van crisis- tot de kunsten om te begrijpen wat er speelt in de wereld en in onszelf. Goede boeken hebben daarom een therapeutisch effect. Emoties ontstaan door herkenbare thema’s. Deze mate van ontroering overvalt mij niet vaak maar als het gebeurt, onderga ik dat zonder schroom. Auteur Khaled Hosseini, een andere favoriet, omschreef het ooit treffend: Het lijkt een mirakel, niet? Dat iemand iets wat in je bestaat, iets wat gehuld is in een ondoordringbare mist, zo helder en mooi kan uitdrukken. Grote kunst reikt dwars door de mist naar dat geheime hart.

Een terugkerend boekthema is weglopen. Elise loopt weg van haar familie, haar lover, de vader van haar kind en haar baby. Waarom, waarvoor? Haar drijfveren worden langzaam aan uit de doeken gedaan. Zelfs mensen die zielsveel van elkaar houden, kunnen wreed zijn voor elkaar. Dat resoneerde in mij… 
Op jonge leeftijd voelde ik mij niet op mijn gemak in het gezin en het dorp waarin ik werd geboren en opgroeide. Ik voelde mij onbegrepen en niet vrij om te zijn wie ik was en wilde zijn. Ondanks vriendschappen zwierf ik tijdens mijn middelbare school- en studententijd. Mijn comfortabele studentenhuis in A verruilde ik voor een donker hol in B nadat mijn eerste liefde (een tien jaar oudere vrouw) het onder mijn ogen aanlegde met een ander. Een vlucht? Ik noemde het lijfbehoud. Ik brak mijn studie af en sneed banden door met mijn vorige leven.

Toen ik mijn huidige liefje ontmoette, vond ik in haar een geestverwant. Zij verliet haar geboortehuis op jonge leeftijd, voelde zich minstens zo onbegrepen en misplaatst en zwierf over de wereld. Zij en ik lieten ons comfortabele leventje in Nederland vrijwillig achter ons voor een nieuw bestaan in het buitenland. Weggaan is mij (en haar) dus niet vreemd. Burton zegt daarover “They think you’re escaping, not turning to face your reality” (p. 339). Elise liep weg en kwam nooit terug. Rose keerde naar haar oorsprong terug en ontdekte haar sterke ik in een nieuwe realiteit. Dit is een prachtig boek. Het wachten is op Burtons eerstvolgende roman. Het is nu even tijd voor een heel ander boek. Vluchten kan voorlopig toch niet. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten