Afgelopen week las ik een artikel in het tijdschrift Slate, getiteld
‘We’re All on the Cruise Ship Now’ van Amerikaanse journalist Henry Grabar. Het
is niet verwonderlijk dat het gaat over leven en overleven op cruiseschepen. Sommige
van die schepen zijn drijvende steden en net als in kleine steden aan land leven passagiers
aan boord op elkaars lip. In coronatijd blijkt dat extra gevaarlijk. Sommige mensen verblijven in een ruime cabine met balkon, anderen hebben een gedeelde hut met stapelbedden
onder de waterlijn. Sommigen laten zich bedienen, sommigen bedienen anderen. De
bevoorrechten krijgen hooguit cabin fever, degenen van de room service brengen hun
leven soms dienend in gevaar. Cruiseschip Diamond Princess bleek een omen, een heel slecht voorteken. De
meeste passagiers waren besmet voordat ze in quarantaine gingen, de meeste crew
werden ziek erna.
Grabar licht toe dat het woord ‘quarantine’ stamt van een Middeleeuwse
pratijk in Venetië waar schepen in de haven -om wat voor reden ook- werden afgezonderd.
Hij haalt in het artikel de Amerikaanse auteur David Foster Wallace aan die zijn
eerdere cruise-ervaring vergeleek met een verblijf in de baarmoeder. “How long has it
been since you did Absolutely Nothing?
I know exactly how long it’s been for me. [..] That time I was floating, too,
and the fluid was warm and salty, and if I was in any way conscious I’m sure I
was dreadless, and was having a really good time, and would have sent postcards
to everyone wishing they were here.”
Dat waren nog eens tijden: vrij en veilig relaxen en niksen op het bovendek.
Mijn liefje en ik hebben net zulke warme herinneringen aan reizen op een
cruiseschip als Foster Wallace. We deden het voor het eerst op een driemaster
rond de Middellandse zee toen zij 50 werd, vervolgens in het jaar van de
tsunami in Latijns-Amerikaanse wateren (2004), in 2006 op het Groot Barrièrerif
van Australië toen de onderwaterwereld nog barstensvol vissen zat en koraalbleking
niet aan de orde was, rondom de Galapagoseilanden in 2015 en met MS De Zaandam
om Kaap Hoorn eind 2018. Wij kozen doorgaans voor kleinschalige reizen en ons
beviel dat zeer. Je hoeft je reistas maar éénmaal uit te pakken en ziet
toch veel verschillende bestemmingen, aan boord vind je altijd iets van je
gading. Ik sluit niet uit dat we het nog eens gaan doen. Het noorderlicht zien met eigen ogen in hoge noorden van
Europa staat op het wensenlijstje. Voorlopig echter niet!
Warm en zilt zal het nog wel zijn op de plekken die cruiseschepen aandoen
maar zorgeloos is deze manier van reizen absoluut niet meer. Cruisen werd zelfs
gevaarlijk. Er voeren tot voor kort nog negen schepen met passagiers op oceanen
en wereldzeeën. Ze worden inmiddels Covid-19-schepen genoemd. Het zijn drijvende
besmettingshaarden die nergens mogen aanleggen. Het beruchtste schip was tot voor kort de MS Zaandam
die op 7 maart jongstleden vanuit Buenos Aires op weg ging naar Antarctica (eindbestemming
Chili). De Zaandam vaart onder Nederlandse vlag. Er zitten 20
Nederlanders aan boord. Grabar denkt overigens niet dat deze tak van industrie de coronacrisis
overleeft.
Mijn allereerste vraag was “waarom vaart een schip nog uit ten
tijde van de coronacrisis? ” Mijn tweede vraag was minstens zo prangend “wie
stapt er in maart nog aan boord van een cruiseschip?” Dat is toch vragen om ellende?! Het klopt dat, toen passagiers aan boord gingen, er nog geen of weinig besmettingen waren in Zuid-Amerika. Nog geen week later staakten de meeste cruisemaatschappijen
hun wereldwijde operaties. De schepen die daarna doorvoeren met passagiers,
hebben nu de grootste moeite om ergens te dokken. De kapitein van de Zaandam is
Ane Smit van Terschelling, dezelfde man die wij op de eerste dag van onze reis
in 2018 blij van boord zagen stappen om Kerst met de familie te gaan vieren.
De Zaandam mocht niet afmeren in Chili, mocht aanvankelijk niet
doorsteken via het Panamakanaal om eindbestemming Fort Lauderdale (Florida) te
bereiken. In principe weigert de Amerikaanse kustwacht alle cruiseschepen die
onder buitenlandse vlag varen. De Amerikaan Orlando Ashford is president van HAL.
Hij publiceerde recent een blog over het ‘not my problem-syndroom’. Er speelde zich
een humanitaire ramp af op ‘zijn’ cruiseschip en in tijden van crisis moet men
elkaar helpen. Toch? Solidariteit was echter ver te zoeken. Ook het gesprek dat
Trump had met de gouverneur van de staat leidde niet tot een doorbraak. De
kogel is inmiddels door de kerk: de beide HAL-schepen liggen daar aan de kade.
‘Onze’ Ketut zit momenteel als housekeeping-medewerker van een andere
Amerikaanse cruisemaatschappij aan boord van een schip dat haar passagiers medio
maart in Nieuw-Zeeland overboord zette (niet letterlijk, hoor). Deze week las
ik dat de Amerikaanse legerleiding op 3 februari een briefing stuurde naar de
Trump-administratie met de waarschuwing dat tussen 80.000 en 150.000 mensen zou
kunnen komen te overlijden aan het heersende coronavirus. De president schoof
het rapport en het advies van medische experts terzijde. Een ernstige misser
die tot nu toe veel levens kostte. (Ik hoop dat deze nalatigheid hem de
herverkiezing gaat kosten…)
Het schip -onder Amerikaanse vlag- waarop Ketut vaart, is niet meer op
weg naar Miami zoals het plan was maar verlegde de koers naar San Diego/Los
Angeles. Ze doen dat heel erg op hun gemak, zag ik op een scheepstracker. Het wemelt daar op dit moment van de cruiseschepen. We videoappten recent met hem via Whatsapp. Ketut vertelde dat de crew
het goed heeft aan boord. Naar verluidt, eten ze lekkerder en mogen ze alle faciliteiten
van de gasten benutten. Ze slapen nog wel in hun hutten onder de waterlijn; dat
wel. De passagierscabines werden grondig schoongemaakt, het betrof een
zogenaamde ‘deep clean’.
Wat er vervolgens met hem en zijn collega’s gebeurt, is onduidelijk.
Blijft hij aan boord totdat het bedrijf weer gaat varen met passagiers? Een
deel van het personeel stapte eerder af. Het schip zal onderhoud nodig blijven
hebben en er wordt gestoft en gelucht. Stapt hij bij aankomst aan de westkust van
boord en moet hij daar dan in quarantaine? Kan hij vervolgens probleemloos naar
Bali vliegen? Moet hij in zijn vaderland dan ook weer in quarantaine (men heeft
een voor dat doel afgezonderd eiland in gebruik genomen)? Niemand die het weet.
Nou, niemand... Mijn liefje las op Flipboard dat het moederbedrijf al het personeel dat nog aan boord van de schepen verblijft, zelf naar Bali en de Filippijnen gaat varen. Daar zou Ketut dan rond 14 april kunnen arriveren.
We zijn blij dat hij voorlopig op een schip zit, gezond en al. Het lijkt
ons nu een betere plek dan Bali, dat zich opmaakt voor een coronastorm. De
gouverneur van het eiland riep de bevolking op om donderdagavond jongstleden om
18:00 uur lokale tijd te bidden, voor zichzelf en anderen.
We maken ons extra zorgen omdat onze Balinese familie vandaag de driemaandenceremonie
voor de baby houdt. In de aanloop naar deze dag vroegen wij vader en moeder separaat of het een goed idee
was om die ceremonie onder de huidige omstandigheden te laten doorgaan. Mijn
liefje en ik voelden ons moreel verplicht die vraag aan hen te stellen. We realiseren
ons evenwel hoezeer zij hechten aan deze Hindoe-ceremonie; vooral Ketut is nogal
religieus. Bovendien zijn ze tamelijk bijgelovig. Wat zou afzeggen betekenen
voor de start van het leven van dit jongste wereldburgertje?
Beide ouders wilden deze ceremonie inderdaad doorzetten. Ketut noemde het
vergoelijkend “only a small ceremony”, volgens Elsa was “some family” uitgenodigd. Dat betekent
in hun geval drie generaties op visite: twee oma’s en een opa, volwassen tantes
en ooms met aanhang, oude en jonge neven en één nichtje, uit verschillende
dorpen en uiteenlopende leeftijdgroepen. Wij maakten twee van deze ceremonies
mee en ik kan je verzekeren dat 1.5 meter afstand houden tot elkaar zich niet
laat verenigen met de ceremoniële praktijken van die dag! En dan die holy man
die de ceremonie gaat leiden: in welke gezelschappen was hij hiervoor?! Adu.
De kleine Ketut werd eind december 2019 geboren, als eerste meisje. Wij vertoefden
op dat moment op het eiland van de goden. We wisten weliswaar niets van haar
komst maar zij kwam, zag en overwon. Na de bevalling bezochten we moeder en
kind in het gezondheidscentrum. Elsa was uitgeput maar tevreden: naast haar lag
een mooi kind van het vrouwelijke geslacht. Inmiddels kijkt ze aandachtig uit haar grote ogen. Ze wordt
omringd door de liefde van drie broers. We zagen grootste broer Yuda op een
recente foto met haar op schoot naar een voetbalwedstrijd op tv kijken. Died meid wordt mij er eentje!
Naar goed Balinees geloof en gebruik wordt haar driemaandenceremonie
gehouden op de 105de dag na geboorte. (De Hindoekalender verschilt nogal van
onze Gregoriaanse.) Tijdens deze ceremonie wordt dank gezegd aan de krachten
van Hyang Widhi Wasa (niet te verwarren met Willie Wartaal) die de baby tot dat
moment omringden. Door deze ceremonie wordt het onpure wezentje een mens en
krijgt zij een naam. De hare is Santya, roepnaam Santi. Haar papa zal schitteren
door afwezigheid. Het goede nieuws is dat arak, de lokale sterke drank, daar momenteel
wordt omgevormd tot een desinfecterend goedje bij gebrek aan andere middelen.
Proost!
Vanaf deze plaats wensen we de kleine meid alle goeds toe in deze boze wereld. We hopen dat alle aanwezigen na vandaag gezond blijven.
Vanaf deze plaats wensen we de kleine meid alle goeds toe in deze boze wereld. We hopen dat alle aanwezigen na vandaag gezond blijven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten