Translate

vrijdag 13 maart 2015

Wortelschieten

Afgelopen dagen in Nederland werden goed besteed. Mijn moeders 94ste verjaardag was de belangrijkste reden om naar het Vaderland terug te keren. In de afgelopen vier weken vlogen we tien keer. Vliegen was dus niet persé wat ik wilde, zeker niet na de lange terugreis vanuit Bogotá en de strubbelingen met Avianca, maar de twee Transavia-vluchten naar en van Rotterdam waren prima: geen turbulentie en prachtige vergezichten over Europees landschap.

We logeerden enkele dagen bij Bernadette en bij Emmy & Hugo en dat was heel prettig. Mijn liefje en ik voelen ons grote bofkonten met gastvrije vrienden als zij. Hugo & Emmy vertelden ons over hun rondreis door Australië en Nieuw-Zeeland, met Bernadette keken we vooruit naar de viering van het 10-jarig jubileum van onze vriendschap (naar datzelfde continent), aan het einde van dit kalenderjaar. Het weerzien met hen was warm en het samenzijn was reuzegezellig.

Met Bernadette bezochten we op zaterdag het Amsterdamse Rijksmuseum om het late werk van Rembrandt van Rijn, ’s lands grootste schilder, met eigen ogen te zien: onder andere de Staalmeesters, zelfportret op 63-jarige leeftijd, zelfportret met twee cirkels, portret van Catrina Hooghsaet, de anatomische les van dr. Joan Deyman, Titus – de zoon van de kunstenaar, badende vrouw en Lucretia. Er hangen meer dan 100 werken. 

We hadden een tijdslot in het museum en gingen met vele andere kunstliefhebbers tegelijk de expositieruimte in; dat was even wennen. Na ongeveer tien minuten vond ik mijn draai: in de eerste zalen liep ik eenvoudigweg tegen de stroom in. Daarna werd het rustiger en kon je voldoende aandacht schenken aan deze late werken. De tentoonstelling bevat bijzondere zelfportretten, interpretaties van mythologische en Bijbelse verhalen, en portretten die hij in opdracht van Hollandse notabelen maakte. Toch vergaarde hij geen rijkdom als schilder. Rembrandts latere leven werd getekend door tragische persoonlijke verliezen en financiële tegenslagen. Toch produceerde hij toen zijn beste werk. Rembrandt was als schilder zijn tijd ver vooruit, hij experimenteerde met verf en licht. Iets om heel trots op te zijn. Deze tentoonstelling moet je zien!

In de dagen daarna werd mijn hoofd vooral gevuld met beelden van mijn aftakelende moeder. Ik pinkte regelmatig een traantje weg. We bezochten haar elke dag. Tijdens die bezoeken maakte zij met regelmaat goed contact; ze was zelfs grappig. Die momenten sloeg ik op mijn eigen harde schijf op. Op haar werkelijke verjaardag bezochten we haar met taartjes die mijn vader vroeger ook haalde bij de beste bakker van Den Haag: Maison Kelder. Ze was die dag afweziger dan de dagen ervoor maar we hadden bij tijd en wijle goed oogcontact en praatten over vroeger. Ze verbaasde mij met haar kennis van toen. Toen ik haar verliet, om naar het vliegveld te gaan, moest ik een brok in mijn keel wegslikken. Was dit de laatste keer dat ik haar levend zag?

Mijn tranen vloeien niet vanwege haar naderende einde of het aanstaande gemis van mijn moeder. (Eerder in mijn leven raakte ik mijn moeder tijdelijk kwijt.) Bernadette, Hugo en Emmy moeten het al jarenlang zonder beide ouders stellen dus ik bof dat ik een ouder nog zo lang mag hebben. Mijn tranen vloeien uit compassie met haar. Met de vrouw die sinds de dood van haar partner zó op zichzelf is... Ze wil niet in dit tehuis zijn, het is een plaats waar ze niet past maar wel hoort. Haar laatste levensfase zo te moeten doorbrengen, is extra zwaar voor haar en dat doet pijn.

Gisteren informeerden mijn zussen mij dat de arts van het zorgcentrum vocht achter haar longen constateerde. Ik dacht het al wel te horen. Ze krijgt medicijnen maar die slaan mogelijk niet aan; een 90-plusser kan daaraan overlijden. Ze gaat hoogstwaarschijnlijk naar een andere kamer omdat het toestel dat haar uit en in bed moet tillen, niet past in haar huidige -tijdelijke- kamer. Zelfstandig lopen behoort waarschijnlijk niet meer tot de mogelijkheid. Zo blijft er steeds minder over om voor te leven.

We zijn weer terug op het honk en moeten weer even wortelschieten in de Spaanse aarde. Gisteren was hier een zonovergoten, warme dag. In Buenos Aires logeerden we in een appartement van 50m2. Ons appartement is daarbij vergeleken een vliegtuighangar. (Overdrijven is een kunst.) De eerste nacht was ik te moe en er speelde te veel in mijn hoofd om goed te slapen. Afgelopen nacht was beter. Langzaamaan komen we weer in het Spaanse leefritme, vandaag ga ik voor het eerst weer zelf koken. Voorlopig blijven we thuis.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten